Page 185 of 218

184
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
De juiste wasmethode:
❒verwijder de antenne van het dak
als u de auto in een wastunnel
wast, om te voorkomen dat deze
beschadigt;
❒spoel de auto eerst met een water-
straal onder lage druk af;
❒was de auto met een zachte spons
met een oplossing van neutrale
zeep; spoel daarbij de spons regel-
matig uit;
❒spoel de auto af met schoon water
en droog de auto met warme lucht
of een schone, zachte zeem.
De minder zichtbare delen zoals de
randen van de portieren, achterklep,
motorkap en de koplampranden moe-
ten tijdens het drogen niet vergeten
worden, omdat daar water kan blij-
ven staan. Het verdient aanbeveling
de auto na het wassen niet onmiddel-
lijk binnen te zetten, maar de auto
nog even buiten te laten staan, zodat
waterresten buiten kunnen verdam-
pen.
Was de auto nooit in de zon of als de
motorkap nog warm is: de glans van
de lak kan afnemen.De kunststof carrosseriedelen kunnen
op dezelfde wijze worden gewassen als
de gespoten carrosseriedelen.
Parkeer de auto niet onder bomen,
aangezien harsdruppels bij langere in-
werking de lak kunnen beschadigen,
waardoor de kans op roestvorming
wordt vergroot.
BELANGRIJK Vogeluitwerpselen die-
nen zo snel en zo goed mogelijk van
de lak verwijderd te worden, omdat
door de agressieve bestanddelen de
lak kan beschadigen.Ruiten
Gebruik voor het schoonmaken van
de ruiten een daarvoor geschikt
schoonmaakmiddel. Gebruik een
schone, zachte doek om krassen en
beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJK Let er bij het schoon-
maken van de binnenzijde van de
achterruit op dat de elektrische weer-
standsdraden van de achterruitver-
warming niet worden beschadigd.
Veeg voorzichtig in de richting van de
draden.
Koplampen
BELANGRIJK Gebruik voor het rei-
nigen van het kunststof lampenglas
van de koplampen geen aromatische
producten (bijv. benzine) of ketonen
(bijv. aceton).Schoonmaakmiddelen ver-
ontreinigen het water.
Daarom moet de auto bij
voorkeur worden gewassen
op een plaats waar het afvalwater
direct wordt opgevangen en gezui-
verd.
Page 186 of 218

185
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Motorruimte
Het verdient aanbeveling de motor-
ruimte na het winterseizoen zorgvul-
dig te laten uitspuiten. Hierbij mag de
waterstraal niet direct op de elektro-
nische regeleenheden worden gericht.
Laat deze werkzaamheden verzorgen
door een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten
van de motorruimte moet de contact-
sleutel in stand STOPstaan en de
motor koud zijn. Controleer na het
reinigen of de verschillende bescher-
mingen (rubber kappen, deksels enz.)
nog op hun plaats zitten en niet be-
schadigd zijn.
Gebruik nooit ontvlambare
producten zoals petroleum
of wasbenzine voor het reinigen
van de interieurdelen van de auto.
De elektrostatische lading die tij-
dens het reinigen door het wrijven
ontstaat, kan brand veroorzaken.
ATTENTIEINTERIEUR
Controleer af en toe of er onder de
vloerbedekking geen water is blijven
staan (dooiwater van sneeuwresten aan
schoenen, lekkende paraplu’s enz.),
waardoor roestvorming op de bodem
veroorzaakt zou kunnen worden.
STOELEN EN STOFFEN
BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte borstel
of een stofzuiger. Voor een nog betere
reiniging van de stoffen bekleding ra-
den wij u aan de borstel vochtig te
maken. Reinig de zittingen met een
vochtige spons en een oplossing van
water en neutrale zeep.
KUNSTSTOF INTERIEURDELEN
Wij raden u aan om de kunststof inte-
rieurdelen op de normale manier te rei-
nigen met een doek bevochtigd met wa-
ter en een neutrale zeep zonder schuur-
middel. Voor het verwijderen van vet-
of hardnekkige vlekken moeten speciale
schoonmaakmiddelen zonder oplos-
middelen worden gebruikt, die geschikt
zijn voor het reinigen van kunststof en
die het visuele effect en de kleur van de
componenten niet wijzigen.
BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol
of benzine om het glas van het in-
strumentenpaneel of andere kunststof
onderdelen schoon te maken.
Page 187 of 218

186
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Bewaar nooit spuitbussen
in de auto: ontploffingsge-
vaar. Spuitbussen mogen niet wor-
den blootgesteld aan temperaturen
boven 50°C. In de zomer kan de
temperatuur in het interieur ver
boven deze waarde oplopen.
ATTENTIELEREN
STUURWIEL/POOKKNOP
Reinig deze componenten uitsluitend
met water en neutrale zeep. Gebruik
nooit alcohol of producten op basis
van alcohol.
Voordat u speciale producten gebruikt
voor het reinigen van de interieurde-
len, moet u eerst de aanwijzingen op
het etiket van het product lezen en
controleren of het geen alcohol en/of
substanties op basis van alcohol be-
vat.
Als tijdens het reinigen van de voor-
ruit met speciaal daarvoor bestemde
producten, druppels op het leer van
het stuurwiel of de pookknop terecht-
komen, moeten deze onmiddellijk
worden verwijderd en het betreffende
gebied met water en neutrale zeep
worden afgenomen.
BELANGRIJK Wees zeer voorzichtig
bij het gebruik van mechanische dief-
stalbeveiligingen op het stuurwiel om
beschadiging van de leren bekleding
te voorkomen.
Page 188 of 218

187
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
TECHNISCHE GEGEVENS
IDENTIFICATIEGEGEVENS ........................... 188
MOTORCODES -
CARROSSERIE-UITVOERINGEN .................... 190
MOTOR ............................................................ 191
BRANDSTOFSYSTEEM ................................... 192
TRANSMISSIE .................................................. 192
REMMEN ......................................................... 193
WIELOPHANGING .......................................... 193
STUURINRICHTING ........................................ 193
WIELEN ........................................................... 194
AFMETINGEN ................................................. 198
PRESTATIES .................................................... 199
GEWICHTEN ................................................... 200
VULLINGSTABEL ........................................... 201
VLOEISTOFFEN EN SMEERMIDDELEN ........ 202
BRANDSTOFVERBRUIK .................................. 204
CO2-EMISSIE ................................................... 205
Page 189 of 218

188
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
IDENTIFICATIE-
GEGEVENS
Wij raden u aan om nota te nemen
van de identificatiegegevens. De iden-
tificatiegegevens zijn ingeslagen of
aangebracht op plaatjes en bevinden
zich op de volgende plaatsen fig. 1:
1- Typeplaatje met identificatie-
gegevens.
2- Chassisnummer.
3- Plaatje met informatie over de
carrosserielak.
4- Motornummer.TYPEPLAATJE
MET IDENTIFICATIE-
GEGEVENS fig. 2
Het typeplaatje is aangebracht op de
fronttraverse in de motorruimte en
bevat de volgende informatie:
B- Nummer typegoedkeuring.
C- Identificatiecode van het auto-
type.
D- Chassisnummer.
E - Max. toelaatbaar totaalgewicht
van de auto.
F- Max. toelaatbaar totaalgewicht
van de auto met aanhanger.G- Max. toelaatbare voorasbelasting.
H- Max. toelaatbare achteras-
belasting.
I- Motortype.
L- Code van de carrosserie-
uitvoering.
M- Nummer voor de onderdelen.
N- Correctiewaarde voor de uitlaat-
rookgasmeting
(alleen bij dieselmotoren).
fig. 1L0D0450mfig. 2L0D0415m
Page 190 of 218
189
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
CHASSISNUMMER fig. 3
Het chassisnummer is ingeslagen in
de bodemplaat naast de rechter voor-
stoel.
Het is bereikbaar nadat het klepje in
de vloerbedekking is opgetild en be-
vat de volgende gegevens:
❒type van de auto;
❒oplopend productienummer.
PLAATJE MET INFORMATIE
OVER DE CARROSSERIELAK
fig. 4
Het plaatje is op de binnenzijde van
de motorkap aangebracht en bevat de
volgende informatie:
A- Fabrikant van de lak.
B- Kleurbenaming.
C- Lancia kleurcode.
D- Kleurcode voor bijwerken en
overspuiten.MOTORCODE
De motorcode is in het motorblok aan
de zijde van het interieur ingeslagen
en bestaat uit het motortype en een
oplopend productienummer.
fig. 3L0D0227m
fig. 4L0D0228m
Page 191 of 218
190
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
MOTORCODES - CARROSSERIE-UITVOERINGEN
Uitvoeringen
1.48V (▲)
1.4
16V
1.3 Multijet 70pk
1.3 Multijet 90pk
1.9 Multijet
(
▲) Motoruitvoering alleen voor bepaalde uitvoeringen/markten
(❒) Voor bepaalde markten.
(*) Uitvoering met DPFTypecode motor
350A1000
843A1000
188A9000
199A3000
188B2000Code van de carrosserie-uitvoering
350AXF1A08 EL
350AXA1B07 DL
350AXE1A06 CL (*)
350AXB1A01 ML
350AXG1A09 UL
350AXG1A09 WL (
❒)
350AXC1A02 LL
Page 192 of 218

191
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
MOTOR
ALGEMEEN
Typecode
Cyclus
Aantal en opstelling cilinders
Aantal kleppen per cilinder
Boring en slag mm
Cilinderinhoud cm3
Compressieverhouding
Max. vermogen (EU) kW
pk
bijbehorend toerental: min-1
Max. koppel (EU) Nm
kgm
bijbehorend toerental: min-1
Bougies
Brandstof
(▲) Motoruitvoering alleen voor bepaalde uitvoeringen/markten
1.48V (▲)
350A1000
Otto
4 in lijn
2
72 x 84
1368
11±0,2
57
77
6000
115
11,7
3000
NGK ZKR7A-10
Loodvrije benzine
95 RON (specifica-
tie EN228)1.9 Multijet
188B2000
Diesel
4 in lijn
2
82 x 90,4
1910
18±1
74
100
4000
260
26,4
2000
–
Diesel voor
motorvoertuigen
(specificatie EN590) 1.4
16V
843A1000
Otto
4 in lijn
4
72 x 84
1368
11±0,2
70
95
5800
128
13
4500
NGK ZKR7A-10
Loodvrije benzine
95 RON (specificatie
EN228)1.3 Multijet 70pk
188A9000
Diesel
4 in lijn
4
69,6 x 82
1248
18±0,4
51
70
4000
180
18,3
1750
–
Diesel voor motor-
voertuigen
(specificatie EN590)1.3 Multijet 90pk
199A3000
Diesel
4 in lijn
4
69,6 x 82
1248
17,6±0,4
66
90
4000
200
20
1750
–
Diesel voor motor-
voertuigen
(specificatie EN590)