
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
17
B060A01TG-GXT Elektrisch bediende ruiten
De elektrisch bediende ruiten kunnen worden gebruikt als het contactslot in de stand "ON" staat. Dehoofdschakelaars bevinden zich in de armleuning van de bestuurder. Met deze schakelaars kunnen de ruiten voor enachter aan beide zijden van de auto worden bediend. De ruiten kunnen worden geopend door de bijbehorendeschakelaar in te drukken en worden gesloten door de schakelaar omhoog te trekken. Trek voor het openen van deruit aan de bestuurderszijde de schakelaar half omhoog. De ruit beweegt net zolang als de schakelaar wordtbediend. OTG048830
Het automatisch sluiten/openen van de ruit wordt geregeld m.b.v. de schakelaar in de armsteun van de bestuurder en de
voorpassagier. Als de schakelaar geheel wordt ingedrukt, dan opent de ruit automatisch in één keer. Als deschakelaar geheel naar boven wordt getrokken, dan sluit de ruit automatisch in één keer. Als de ruit automatischopent of sluit, dan gaat de ruit geheel open of dicht, ook als de schakelaar wordt losgelaten. Trek aan of druk op deschakelaar in de tegengestelde richting van de beweging, zodat de ruitbeweging stopt bij het bereiken van de gewenstestand.
Automatische werking ruitbediening voor
Sluiten
Openen N.B.: Als de accu ontladen of losgekoppeld is geweest, dan moet de automatische werking als volgt worden gereset:
1. Zet het contactslot in de stand "ON".
2. Sluit elke ruit en blijf nog
gedurende ten minste 0,5 seconde de schakelaar omhoog trekken nadat de ruit geheel gesloten is.
Als de automatische werking niet isgereset, dan is het mogelijk dat hetsysteem niet op de juiste wijze werkt.
OTG048831
Voorpassagier
Bestuurder

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
58INDICATOR EN WAARSCHUWINGSLAMP
B260F01A-AXT Controlelamp grootlicht
Deze controlelamp gaat branden zodra het grootlicht wordt ingeschakeld of als een lichtsignaal wordt gegeven.
B260D01A-AXT Controlelamp
richtingaanwijzers
Als de richtingaanwijzers worden ingeschakeld gaat deze groenecontrolelamp knipperen. Als de lamp wel brandt, maar niet knippert, sneller knippert dan normaal of niet brandt,geeft dit een storing in de richtingaanwijzerinstallatie aan.
B260G02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B260G01TG-AXT
Controlelamp oliedruk
LET OP:
Als deze lamp bij draaiende motor gaat branden moet de motor direct worden afgezet teneinde ernstige motorschade te voor-komen. Dezecontrolelamp gaat branden als de oliedruk te laag is. De lamp gaat branden zodra het contact wordt aangezet, maar moet doven als de motor is gestart. Blijft deze lamp bijdraaiende motor branden, dan bevindt zich een ernstige storing in het smeer-systeem van de motor.Is dit het geval, dan moet de motor direct worden afgezet en moet het oliepeil worden gecontroleerd. Alshet oliepeil te laag is, moet de voorgeschreven olie worden bijgevuld en moet de motor opnieuwworden gestart. Als de controlelamp blijft branden moet de motor direct worden afgezet. Raadpleeg in datgeval een officiële Hyundai dealer.
!

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
60
B260J02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B260L01TG-GXT
Controlelamp voor niet
goed gesloten portieren
Als een portier niet geheel gesloten is gaat deze controlelamp branden.
B260L02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B260K01TG-AXT
Controlelamp niet goed gesloten achterklep
Deze lamp gaat branden in het geval de achterklep niet goed is gesloten.B260K02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
61
B260M01TG-AXT Controlelamp
benzine-reserve
Deze lamp gaat branden zodra de reserve-inhoud van de tank wordtbereikt. Tank in dit geval zo spoedig mogelijk. Als de naald van de benzinemeter op "E" of lager staat, kandit het overslaan van de motor en daarmee een storing aan de katalysator tot gevolg hebben.
B260M02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwielwordt ingedrukt, dan verdwijnt dewaarschuwing. B260S01TG-GXT
Waarschuwingslamp laag ruitensproeiervl-oeistofniveau
De waarschuwingslamp laag ruitensproeiervloeistofniveau gaat branden als het vloeistofreservoir vrijwel leeg is. Als de lamp gaat branden, vul dan zo snel mogelijk bij metruitensproeiervloeistof.
B260S02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
63
B260B01JM-AXT Onderhoudsindicatie (SRI) Van airbag-systeem
De SRS service indicator (SRI) brandt gedurende 6 seconden nadat het contact is aangezet of nadat de motor is gestart.Hierna dooft hij.
B260N02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B230T02NF-GAT
"Passagiersairbag off"- lamp (Indien gemonteerd)
De "passagiersairbag OFF"-lamp gaat gedurende ongeveer 4 seconden branden nadat het contactslot in de stand "ON" is gezet of nadat de motoris gestart. Vervolgens dooft de lamp na 3 seconden. De "passagiersairbag OFF"-lamp gaatook branden als de AAN/UIT-schakelaar voor de passagiersairbag in de stand "OFF" staat en brandt niet als de AAN/UIT-schakelaar voor de passagiersairbag in de stand "ON" staat.
! LET OP:
o Als langere tijd wordt gereden met een brandende waarschuwingslamp voor het emissie-regelsysteem, dan kan hetemissie-regelsysteem beschadigen. Dit kan van invloed zijn op de rij-eigenschappen ofhet brandstofverbruik. Als de waarschuwingslamp van het emissie-regelsysteem gaatknipperen, dan is het mogelijk dat de katalysator wordt beschadigd, waardoor het motorvermogenlager kan worden. Laat het emissie-regelsysteem zo snel mogelijk door de Hyundai dealercontroleren.
o Als de waarschuwingslamp
knippert, laat dan het roetfilterbinnen 50 km controleren door de Hyundai dealer (Dieselmotor). Deze lamp gaat ook branden als het SRS niet correct werkt. Als de SRI bijhet aanzetten van het contact niet gaat branden of blijft branden nadat de lamp gedurende ca. 6 seconden heeftgeknipperd of tijdens het rijden gaat branden, laat het SRS dan door een geautoriseerde Hyundai dealercontroleren.

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
65
B260P02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B265C01NF-AXT Controlelampen elektronischstabiliteitsprogramma
De controlelampen van het elektronisch stabiliteitsprogramma treden in werking afhankelijk van de stand van decontactsleutel en of het systeem is ingeschakeld of niet. Ze gaan branden als het contact wordtaangezet, maar moeten na drie seconden doven. Indien de controlelampen van het ESP of ESP-OFF blijven branden, ga dan naar een geautoriseerde Hyundai dealer en laat het systeem controleren. Zie hoofdstuk2 voor meer informatie over het ESP.B260Q01NF-GXT Cruise control controlelamp(Indien gemonteerd)
De CRUISE-waarschuwingslamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de AAN/UIT-schakelaar van desnelheidsregeling op het stuur wordt ingedrukt. De lamp gaat niet branden als de AAN/UIT-schakelaar nogmaals wordt ingedrukt. Vanaf pagina 1-109 wordt informatie verstrekt over het gebruikvan de automatische snelheidsregeling.
B260R01TG-GXT Indicator ingeschakelde cruise controle(Indien gemonteerd)
De SET-controlelamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de "-/SET"- of de "RES/+"-schakelaarwordt ingedrukt. De SET-controlelamp gaat niet branden als de "CANCEL"- schakelaar van de snelheidsregelingwordt ingedrukt of als het systeem is uitgeschakeld. Zie pagina 1-110 "Snelheidsregeling uitschakelen".

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
70
Druk de RESET-schakelaar langer dan 1 seconde in, zodat de weergegeven informatie, zoals de afgelegde afstand, gemiddelde snelheid, rijtijd en gemiddeldbrandstofverbruik op nul wordt gezet. B400B03TG
RESETSCHAKELAAR
MODESCHAKELAAR
N.B.:
o Als de auto is uitgerust met een
conventioneel instrumenten- paneel, dan geeft de unit alleen degemiddelde snelheid en het gemiddelde verbruik aan.
o Elk onderdeel kan, afhankelijk van de markt, ook met de eenheid"MILE" worden aangegeven.
B400B02TG
Als de MODE-schakelaar wordt ingedrukt, dan wijzigt het display op de volgende manier:
DAGTELLER
RESTERENDE AFSTAND
GEMIDDELDE SNELHEID RIJTIJD
GEMIDDELD
BRANDSTOFVERBRUIK

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
71
1
. Dagteller
o De afgelegde afstand sinds de laatste reset van de dagteller of vanaf het opnieuw aansluiten van de accu wordt weergegeven.
o Als de afgelegde afstand wordt weergegeven en de RESET-schakelaar langer dan 1 secondewordt ingedrukt, dan wordt de weergave van de afgelegde afstand op nul gezet.
o Het bereik is van 0 tot 999,9 km. B400B12TG
Druk de MODE-schakelaar in om tewisselen tussen TRIP A en TRIP B. TRIP A:
Afgelegde afstand vanaf het vertrekpunt naar de eerstebestemming.
TRIP B: Afgelegde afstand van de
eerstebestemming naar de eindbestemming.
B400B05TG
B400B13TG
2. Resterende afstand
o Deze functie geeft de geschatte
afstand aan die nog kan worden afgelegd met de brandstof in de tank,afhankelijk van het huidige brandstofniveau.
o Als er minder dan 6 liter wordt getankt, dan is het mogelijk dat de tripcomputerde getankte brandstof niet signaleert.
Conventioneel type
Type met regeleenheid Conventioneel type
Type met regeleenheid
Conventioneel type