Page 145 of 210
144
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
Combi-uitvoeringen
Gloeilamp vervangen:
❒druk op de knop A-fig. 44en verwij-
der het uitneembare plafondlampje B;
❒trek het plafondlampje los bij de door
de pijl aangegeven punten; ❒maak de lamp C-fig. 43los uit de veer-
contacten aan de zijkant en vervang
hem; plaats de nieuwe lamp en contro-
leer of de nieuwe lamp goed vastzit in
de veercontacten;
❒sluit de bescherming B-fig. 42en plaats
het plafondlampje in de zitting; contro-
leer of het goed geborgd is.
fig. 44
A
U
T
O
F0T0108mfig. 45
A
UT
O
F0T0109mfig. 43F0T0024m
❒maak de lamp C-fig. 45los uit de veer-
contacten aan de zijkant en vervang
hem; controleer of de nieuwe lamp
goed vastzit in de veercontacten;
Page 146 of 210

145
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ZEKERINGEN
VERVANGEN
ALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt door ze-
keringen beveiligd: de zekering brandt
door bij een storing of bij oneigenlijk ge-
bruik van het systeem.
Als een elektrisch onderdeel niet werkt,
controleer dan eerst of de zekering niet is
doorgebrand: de verbindingsstrip A-fig. 46
mag niet onderbroken zijn.
Is dit wel het geval, dan moet u de zeke-
ring vervangen door een exemplaar met
dezelfde stroomsterkte (zelfde kleur).
Bzekering in goede staat.
Czekering met doorgebrande strip.
Gebruik het tangetje Dvoor het vervan-
gen van de zekeringen. Dit tangetje be-
vindt zich in de gereedschaptas of in de Fix
& Go houder (indien aanwezig).
Als de zekering opnieuw
doorbrandt, wendt u dan tot
het Fiat Servicenetwerk.
ATTENTIE!
Vervang een zekering nooit
door een zekering met een
hogere stroomsterkte (ampère);
BRANDGEVAAR.
Als een hoofdzekering (MEGA-FUSE,
MIDI-FUSE) doorbrandt, wendt u dan
tot het Fiat Servicenetwerk.
Controleer, voordat u een zekering
vervangt, of de contactsleutel uit het
contactslot is genomen en alle
stroomgebruikers uit staan en/of zijn
uitgeschakeld.
ATTENTIE!
Vervang een defecte zekering
nooit door ander materiaal.
fig. 46F0T0015m
De componenten die door de zekeringen
worden beveiligd, staan in de tabellen op
de volgende pagina’s aangegeven.
Page 147 of 210
146
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ZEKERINGEN IN
ZEKERINGENKAST
IN MOTORRUIMTE
De zekeringenkast bevindt zich rechts van
de motor.Deksel van zekeringenkast
verwijderen
Ga als volgt te werk:
❒trek de beschermkap A-fig. 47op de
pluspool van de accu omhoog en ver-
wijder de kap;
❒haak de lip A-fig. 48los en verwijder
het beschermdeksel Bvan de zekerin-
genkast;
❒verplaats het deksel in de richting van
de koplamp door het linksom te draai-
en (zoals aangegeven door de pijl) en
verwijder het deksel fig. 49.
❒de zekeringen zijn nu bereikbaar fig. 50.
fig. 47F0T0171mfig. 48F0T0172m
fig. 49F0T0173m
Als de motorruimte moet
worden uitgespoten, zorg dan
dat de waterstraal niet direct
op de zekeringenkast in de
motorruimte wordt gericht.
Page 148 of 210
147
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
Deksel van zekeringenkast
terugplaatsen
Ga voor terugplaatsen van het deksel als
volgt te werk:
❒plaats de twee haken A-fig. 51in de
betreffende zittingen op de zekerin-
genkast;
❒haak de lip Bvast in de betreffende zit-
ting totdat hij hoorbaar vergrendelt.
fig. 50F0T0181m
fig. 51F0T0174m
Page 149 of 210

148
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
BEVEILIGD SYSTEEM ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Body Computer F01 60 50
Beschikbaar F02 – 50
Start-/contactslot F03 20 50
ABS (pomp) F04 40 50
Beschikbaar F05 – 50
Elektroventilateur motorkoelsysteem één snelheid (75W)/
Lage snelheid elektroventilateur motorkoelsysteem (187W) F06 20 50
Lage snelheid elektroventilateur motorkoelsysteem (350W) F06 30 50
Hoge snelheid elektroventilateur motorkoelsysteem (187W) F07 30 50
Hoge snelheid elektroventilateur motorkoelsysteem (350W) F07 40 50
Aanjager F08 30 50
Beschikbaar (trekhaakset) (F09) (15) (50)
Claxons F10 10 50
Motormanagementsysteem (secundaire verbruikers) F11 10 50
Grootlicht F14 15 50
Beschikbaar F15 – 50
+15 Regeleenheid motormanagementsysteem/Spoel relais T20 F16 7,5 50
Regeleenheid motormanagementsysteem (1.4-uitvoering) F17 10 50
Regeleenheid motormanagementsysteem (1.3 Multijet-uitvoering) F17 10 50
Page 150 of 210
149
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
BEVEILIGD SYSTEEM ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Spoel relais T09 (1.4-uitvoering) F18 7,5 50
Regeleenheid motormanagementsysteem/Spoel relais T09 (1.3 Multijet-uitvoering) F18 7,5 50
Aircocompressor F19 7,5 50
Achterruitverwarming/Verwarming buitenspiegels F20 30 50
Brandstofpomp F21 15 50
Regeleenheid motormanagementsysteem (1.3 Multijet-uitvoering) F22 15 50
Inspuitventielen/Bobine ontsteking (1.4-uitvoering) F22 15 50
ABS (kleppen) F23 20 50
+15 ABS F24 7,5 50
Mistlampen F30 15 50
Voorgloeiregeleenheid (1.3 Multijet-uitvoering) F81 50 50
Beschikbaar F83 – 50
Aansteker/Stekkerdoos interieur/Stoelverwarming F85 30 50
+15 Achteruitrijlichten/Luchtkwantummeter/Waterdetectiesensor in
, brandstoffilter/Spoelen van relais T02, T05, T14, T17 en T19 F87 7,5 50
Page 151 of 210
150
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ZEKERINGEN IN
ZEKERINGENKAST
IN INTERIEUR
Om de zekeringen te bereiken, moet u met
de metalen baard van de contactsleutel de
twee schroeven A-fig. 52losdraaien en het
klepje Bverwijderen.
De zekeringen bevinden zich in twee ze-
keringenhouders fig. 53.
fig. 52F0T0178m
fig. 53F0T0183m
Page 152 of 210

151
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD ENBEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
BEVEILIGD SYSTEEM ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Dimlicht (passagierszijde) F12 7,5 53
Dimlicht (bestuurderszijde)/Koplampverstelling F13 7,5 53
INT/A spoelen relais SCM F31 5 53
Tijdgeschakelde interieurverlichting F32 7,5 53
Knooppunt Radio/Regeleenheid Bluetooth-systeem/Knooppunt Blue&Me/Diagnosestekker
EOBD-systeem/Regeleenheid interieurbewaking/Regeleenheid sirene diefstalalarm F36 10 53
Knooppunt instrumentenpaneel/Bediening remlichten (NA) F37 5 53
Slotactuatoren portieren/bagageruimte F38 20 53
Tweewegpomp ruitensproeiers/achterruitsproeier F43 15 53
Ruitbediening voor (bestuurderszijde) F47 20 53
Ruitbediening voor (passagierszijde) F48 20 53
Verlichting bedieningsknoppen/Regeleenheid parkeersensoren/Bediening
elektrisch verstelbare buitenspiegels/Regeleenheid interieurbewaking F49 5 53
Regeleenheid airbag F50 7,5 53
INT knooppunt Radio/Regeleenheid Bluetooth-systeem/Knooppunt Blue&Me/ Elektrische
verstelling buitenspiegels/Koppelingspedaalschakelaar/Bediening remlichten (NC) F51 5 53
Regeleenheid instrumentenpaneel F53 5 53