Page 129 of 282

128
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
FRONTAIRBAG EN ZIJ-AIRBAG
(sidebag) (indien aanwezig) AAN
PASSAGIERSZIJDE HANDMATIG
UITSCHAKELEN
Als het absoluut noodzakelijk is een kind
op de passagiersstoel voor te vervoeren,
moeten de frontairbag en de sidebag (in-
dien aanwezig) aan passagierszijde worden
uitgeschakeld.
Het waarschuwingslampje
Fop het
dashboard blijft continu branden totdat de
frontairbag en de zij-airbag (sidebag) (in-
dien aanwezig) aan passagierszijde op-
nieuw worden ingeschakeld.
ZEER GEVAARLIJK: Mon-
teer absoluut geen kinder-
zitje achterstevoren op de
passagiersstoel voor als de
airbag aan passagierszijde is
ingeschakeld (ON). Als bij
een ongeval de airbag in werking
treedt (opblaast), kan dit ernstig let-
sel en zelfs de dood tot gevolg heb-
ben. Als er geen andere mogelijkheid
is, moet in ieder geval de airbag aan
passagierszijde uitgeschakeld worden
als het kinderzitje op de passagiers-
stoel voor wordt geplaatst. Bovendien
moet de stoel zo ver mogelijk naar
achteren zijn geschoven om te voor-
komen dat het kinderzitje eventueel
in aanraking komt met het dash-
board. Ook als het niet wettelijk ver-
plicht is, raden wij u aan, voor een op-
timale bescherming van de volwasse-
nen, de airbag onmiddellijk weer in te
schakelen zodra er geen kinderen
meer vervoerd worden.
ATTENTIE
Raadpleeg voor het hand-
matig uitschakelen van de
frontairbag en zij-airbag (sidebag) (in-
dien aanwezig) aan passagierszijde,
de paragrafen “Digitaal display” en
“Multifunctioneel display” in het
hoofdstuk “Dashboard en bediening”.
ATTENTIE
ZIJ-AIRBAGS
De auto is uitgerust met zij-airbags voor
(sidebags voor) aan bestuurders- en pas-
sagierszijde (indien aanwezig) voor be-
scherming van de borstkas en headbags
voor (windowbags) (indien aanwezig).
De zij-airbags (indien aanwezig) bescher-
men de inzittenden bij middelzware en
zware zijdelingse aanrijdingen, door het
opblazen van een luchtkussen tussen de
inzittende en de interieurdelen aan de zij-
kant van de auto.
Als de zij-airbags niet worden geactiveerd
bij andere soorten botsingen (frontaal, van
achter, over de kop slaan enz.), betekent
dit niet dat het systeem niet goed func-
tioneert.
Bij een zijdelingse aanrijding zorgt een re-
geleenheid ervoor, indien nodig, dat de
kussens worden opgeblazen. De kussens
blazen onmiddellijk op, waardoor het
lichaam van de inzittenden wordt opge-
vangen en de kans op letsel beperkt wordt.
Direct daarna lopen de kussens weer leeg.
De zij-airbags (indien aanwezig) zijn geen
vervanging voor de veiligheidsgordels,
maar een aanvulling. Draag dus altijd vei-
ligheidsgordels. Bovendien is het dragen
van veiligheidsgordels wettelijk verplicht
in Europa (en in de meeste landen daar-
buiten).
Page 130 of 282

129
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
ZIJ-AIRBAGS VOOR (SIDEBAGS)
fig. 16 (indien aanwezig)
Deze sidebags zijn kussens die zich snel
opblazen en bevinden zich in de rugleuning
van de voorstoelen, en hebben tot doel de
borstkas van de inzittenden te bescher-
men bij middelzware en zware zijdelingse
aanrijdingen.HEADBAGS (WINDOWBAGS)
fig. 17 (indien aanwezig)
De headbag is een “gordijn”-systeem en
bevindt zich aan de rechter- en aan de lin-
kerzijde in de hemelbekleding aan de zij-
kant en is afgedekt met een afwerklijst.
De headbags bieden bescherming aan het
hoofd van de inzittenden voor tijdens een
zijdelingse aanrijding, dankzij het grote ef-
fectieve oppervlak van de kussens.
BELANGRIJK De inzittende wordt bij een
zijdelingse botsing optimaal door het sys-
teem beschermd als hij/zij in de juiste po-
sitie in de stoel zit. Hierdoor kunnen de zij-
airbags op de juiste wijze worden opgebla-
zen.
fig. 16F0N0140mfig. 17F0N0133m
BELANGRIJK De frontairbags en/of zij-air-
bags kunnen ook worden geactiveerd bij
krachtige stoten aan de onderzijde van de
carrosserie, bijvoorbeeld bij zware bot-
singen tegen drempels of stoepranden of
obstakels op het wegdek of als de auto te-
recht komt in grote gaten of verzakkingen
in het wegdek.
BELANGRIJK Als de airbags in werking
treden, ontsnapt een beetje rook. Deze
rook is niet schadelijk en duidt niet op
brand; bovendien kan het oppervlak van
het opgeblazen kussen en het interieur van
de auto bedekt zijn met een laagje poeder:
dit poeder kan de huid en de ogen irrite-
ren. Als u hiermee in aanraking bent ge-
komen, moet u zich met neutrale zeep en
water wassen.
De geldigheidsduur van de pyrotechnische
lading en van het spiraalmechanisme is ver-
meld op het betreffende plaatje in het
dashboardkastje. Na deze periode moe-
ten ze door de Fiat-dealer worden ver-
vangen.
BELANGRIJK Na een ongeval waarbij een
of meerdere airbags zijn geactiveerd, dient
u contact op te nemen met de Fiat-dealer
om de geactiveerde airbags te laten ver-
vangen en de werking van het systeem te
laten controleren.
Alle controlewerkzaamheden, reparaties
en de vervanging van de airbag moeten
door de Fiat-dealer worden uitgevoerd.
Page 131 of 282

130
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
Aan het einde van de lange levensduur van
uw auto, moet u contact opnemen met de
Fiat-dealer om het systeem buiten wer-
king te laten stellen. Bovendien moet bij
verkoop van de auto de nieuwe eigenaar
op de hoogte gesteld worden van het ge-
bruik en de instructies, en moet hij het in-
structieboekje ontvangen.
BELANGRIJK Het in werking treden van
de gordelspanners, de frontairbags en de
zij-airbags voor wordt door de elektro-
nische regeleenheid bepaald, afhankelijk
van het type ongeval. Als een van deze on-
derdelen niet in werking treedt, dan duidt
dat niet op een storing in het systeem.
Steun niet met het hoofd, de
armen of de ellebogen tegen
het portier, de ruiten of in het gebied
van de headbag (Window Bag) om
verwondingen tijdens het opblazen te
voorkomen.
ATTENTIE
Steek nooit het hoofd, de ar-
men of de ellebogen uit het
raam.
ATTENTIE
ALGEMENE OPMERKINGEN
Als u de contactsleutel in
stand MAR draait en het
lampje
¬gaat niet branden of blijft
branden tijdens het rijden (op het
multifunctionele display verschijnt
ook een bericht - indien aanwezig),
dan is er mogelijk een storing in de
veiligheidssystemen; in dat geval kun-
nen de airbags of gordelspanners niet
geactiveerd worden bij een ongeval
of, in een zeer beperkt aantal geval-
len, niet op de juiste wijze geactiveerd
worden. Voordat u verder rijdt, dient
u contact op te nemen met de Fiat-
dealer om het systeem direct te laten
controleren.
ATTENTIE
Bedek de rugleuning van de
stoelen voor en achter niet
met hoezen of kleden die niet zijn voor-
bereid op het gebruik met sidebags.
ATTENTIE