Geachte cliënt,
Hartelijk dank dat u voor een Fiat hebt gekozen en gefeliciteerd met uw keuze voor de Fiat Fiorino.
Wij hebben dit boekje samengesteld zodat u elk onderdeel van uw Fiat Fiorino leert kennen en u uw auto op de juiste manier zult
gebruiken. Wij raden u aan alle hoofdstukken door te lezen voordat u voor de eerste keer met de auto gaat rijden. Dit instructie-
boekje bevat informatie, tips en aanwijzingen die u zullen helpen de technische kwaliteiten van uw Fiat Fiorino volledig te benutten.
Wij raden u aan om de aanwijzingen en tips bij de onderstaande symbolen aandachtig te lezen:
veiligheid van de inzittenden;
conditie van de auto;
bescherming van het milieu.
In de “Service- en garantiehandleiding” vindt u naast het schema voor het geprogrammeerd onderhoud:
❒het garantiecertificaat en de bijbehorende voorwaarden
❒een overzicht van de speciale aanvullende service voor cliënten.
Veel leesplezier en goede reis!
Hoewel in dit instructieboekje alle uitvoeringen van de Fiat Fiorino beschreven worden, dient u zich aan
de informatie te houden met betrekking tot de uitrusting, de motoruitvoering en het model van de auto
die u gekocht hebt.
24
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
Dag
JaarMaand
Deutsch
Português
English
Español
Français
Italiano
Nederlands
Turkçe
Bijvoorbeeld:
fig. 19 Bijvoorbeeld:Druk kort op de knop MENU ESCom vanuit het be-
ginscherm te navigeren. Druk op de knop +of –om in
het menu te navigeren.
OpmerkingAls de auto rijdt is om veiligheidsredenen
alleen een beperkt menu (“Beep Snelheid” instellen)
toegankelijk. Als de auto stilstaat is het uitgebreide
menu toegankelijk.
F0T1000i
MENU
ESC
kort
indrukken
van de knop
+
– +
–
– +
+
–
+–
–
– +
+++ ––––
++ +
– +
–
MENU VERLATENBEEP SNELHEID
TIJD INSTELLEN
DATUM INSTELLEN
ZIE RADIO
AUTOCLOSE
MEETEENHEID
TAAL VOLUME
WAARSCHUWINGEN VOL. TOETSEN BUZZ. GORDELS (
*) SERVICEBAG PASSAGIER
(*) Functie wordt alleen weergegeven als het SBR-systeem door de Fiat-dealer is uitgeschakeld.
–+
GEGEVENS TRIP B
MENU
ESC
kort
indrukken
van de knop
69
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
BAGAGERUIMTE VERGROTEN
Ga als volgt te werk:
❒open de achterdeuren en verwijder de
hoedenplank (zie de aanwijzingen in de
vorige paragraaf);
❒laat de hoofdsteunen van de achterbank
geheel zakken;
❒plaats de veiligheidsgordel opzij en con-
troleer of de gordel niet gespannen is
of gedraaid zit;
❒trek de borghendel van de rugleuning A-
fig. 83omhoog en kantel de rugleuning
naar voren, zodat een vlakke laadruimte
ontstaat. Als de borghendel omhoog
staat, is er een “rode band” Bzichtbaar;❒om de capaciteit van de laadruimte ver-
der te vergroten, moet u aan het lipje
A-fig. 84achter de rugleuning van de
achterbank trekken en de zitting en rug-
leuning neerklappen fig. 85;Achterbank verwijderen
Indien lading met ongewone afmetingen
moet worden vervoerd, kan de laadruim-
te verder worden vergroot door de
achterbank te verwijderen.
Na het neerklappen van de achterbank zo-
als hiervoor beschreven, moet u de twee
beugels A-fig. 86aan de zijkant onder de
achterbank bedienen (een per zijde).
Achterbank terugplaatsen
Ga als volgt te werk:
❒controleer of de veiligheidsgordels goed
in de betreffende geleidebeugels zitten;
❒kantel de zitting terug en controleer of
deze goed vastgehaakt is;
❒zet de rugleuning weer rechtop en con-
troleer of hij goed vastgehaakt zit.
fig. 83
AB
F F0
0T
T0
00
06
64
4m
mfig. 84F F0
0T
T0
00
06
65
5m
m
fig. 85F F0
0T
T0
00
06
66
6m
m
fig. 86
AA
F F0
0T
T0
01
19
99
9m
m
80
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
ELEKTRISCHE/
ELEKTRONISCHE
SYSTEMEN MONTEREN
De elektrische/elektronische systemen die
na aankoop van de auto en binnen de
aftersales-service worden gemonteerd,
moeten voorzien zijn van het merkteken:
Fiat Auto S.p.A. autoriseert de montage
van zend-/ontvangstapparatuur op voor-
waarde dat de montagewerkzaamheden
op de juiste wijze bij een gespecialiseerd
bedrijf worden uitgevoerd, waarbij de aan-
wijzingen van de fabrikant in acht moeten
worden genomen.BELANGRIJK Als door de montage van
systemen de kenmerken van de auto wor-
den gewijzigd, kan het kentekenbewijs
worden ingenomen door de bevoegde in-
stanties en eventueel de garantie komen
te vervallen bij defecten die veroorzaakt
zijn door de bovengenoemde modificatie
of op defecten die direct of indirect daar-
van het gevolg zijn.
Fiat Auto S.p.A. is op geen enkele wijze
verantwoordelijk voor schade die het ge-
volg is van de installatie van accessoires die
niet door Fiat Auto S.p.A. zijn geleverd of
aanbevolen en die niet conform de gele-
verde instructies zijn geïnstalleerd.RADIOZENDAPPARATUUR
EN MOBIELE TELEFOONS
Radiozendapparaten (mobiele telefoons,
27 mc en dergelijke) mogen alleen in de
auto worden gebruikt met een aparte an-
tenne aan de buitenkant van de auto.
BELANGRIJK Het gebruik van dergelijke
apparaten in de auto (zonder buitenan-
tenne) kan niet alleen schadelijk zijn voor
de gezondheid van de inzittenden, maar
kan ook storingen in de elektrische sys-
temen van de auto veroorzaken. Hierdoor
wordt de veiligheid in gevaar gebracht.
Bovendien wordt de zend- en ontvangst-
kwaliteit aanzienlijk beperkt door de iso-
lerende eigenschappen van de carrosserie.
Houdt u bij het gebruik van mobiele tele-
foons (GSM, GPRS, UMTS) met het officië-
le EU-keurmerk, strikt aan de instructies die
door de fabrikant van de mobiele telefoon
zijn bijgeleverd.
84
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
VEILIGHEIDSGORDELS
GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS
Ga goed rechtop zitten, steun tegen de
rugleuning en leg dan de gordel om.
Trek de gordel uit en maak de gordel vast
door de gesp A-fig. 1in de sluiting Bte
drukken, totdat hij hoorbaar blokkeert.
Als tijdens het uittrekken van de gordel de
rolautomaat blokkeert, laat dan de gordel
een stukje teruglopen en trek de gordel
vervolgens weer geleidelijk uit.
Druk, om de gordel los te maken, op de
knop C. Begeleid de gordel tijdens het
teruglopen om te voorkomen dat de
gordelband draait.De achterbank is voorzien van driepunts-
veiligheidsgordels met rolautomaat voor
alle zitplaatsen.
fig. 1F0T0147m
Druk tijdens het rijden niet op
de knop C-fig. 1.
ATTENTIE
Bedenk dat achterpassagiers
die geen gordel dragen,
tijdens een ernstig ongeval niet alleen
zelf aan gevaar worden blootgesteld
maar ook gevaar opleveren voor de
inzittenden voor.
ATTENTIE
Via de rolautomaat wordt de lengte van
de gordel automatisch aangepast aan het
postuur van de drager, waarbij voldoende
bewegingsruimte overblijft.
Als de auto op een steile helling staat, kan
de rolautomaat blokkeren; dit is een
normaal verschijnsel. Bovendien blokkeert
de rolautomaat als u de gordel snel uit-
trekt. Hij blokkeert ook bij hard remmen,
botsingen en bij hoge snelheden in bochten.
101
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
MOTOR STARTEN ............................................................. 102
HANDREM ............................................................................ 104
GEBRUIK VAN DE VERSNELLINGSBAK ...................... 105
BRANDSTOFBESPARING ................................................. 106
TREKKEN VAN AANHANGERS...................................... 108
WINTERBANDEN .............................................................. 109
SNEEUWKETTINGEN ....................................................... 110
AUTO LANGERE TIJD STALLEN ................................... 110
S
S S S
T T T T
A A A A
R R R R
T T T T
E E E E
N N N N
E E E E
N N N N
R R R R
I I I I
J J J J
D D D D
E E E E
N N N N
106
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
BRANDSTOF-
BESPARING
Hierna volgen enkele nuttige tips, waar-
door het brandstofverbruik zo laag mo-
gelijk blijft en de uitstoot van schadelijke
uitlaatgassen, zowel CO
2als andere
schadelijke stoffen (stikstofoxiden, onver-
brande koolwaterstoffen, fijn stof (PM)
enz.) zoveel mogelijk beperkt wordt.ALGEMENE OPMERKINGEN
Onderhoud van de auto
Zorg voor een goed onderhoud van de
auto door de controles en registraties die
in het “Geprogrammeerd Onderhouds-
schema“ staan vermeld, te laten uitvoeren.
Banden
Controleer regelmatig, ten minste een
keer per maand, de spanning van de ban-
den: als de spanning te laag is, wordt de
weerstand groter en neemt het verbruik
toe.
Overbodige bagage
Rijd niet met een overbeladen bagage-
ruimte. Het gewicht van de auto (vooral
in stadsverkeer) en de wieluitlijning heb-
ben grote invloed op het brandstofver-
bruik en de stabiliteit.
Imperiaal/skidrager
Verwijder de imperiaal of skidrager als u
deze niet meer gebruikt. Ze verminderen
de aerodynamica van de auto, waardoor
het brandstofverbruik toeneemt. Gebruik
voor het vervoer van volumineuze voor-
werpen bij voorkeur een aanhanger.Stroomverbruikers
Gebruik de elektrische installaties alleen
als u ze nodig hebt. De achterruitver-
warming, de verstralers, de ruitenwissers
en de aanjager van het ventilatie-/
verwarmingssysteem vragen veel stroom,
waardoor het brandstofverbruik toe-
neemt (tot aan 25% in stadsverkeer).
Airconditioning
De airconditioning gebruikt zeer veel
energie, waardoor het brandstofverbruik
sterk toeneemt (tot gemiddeld 20%): ge-
bruik wanneer de buitentemperatuur het
toelaat, bij voorkeur de functies van het
ventilatiesysteem.
Aerodynamische accessoires
Het gebruik van niet goedgekeurde aero-
dynamische accessoires kan de aero-
dynamica negatief beïnvloeden, waardoor
het brandstofverbruik zal toenemen.
109
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
WINTERBANDEN
Gebruik alleen 185/65 R15-winterbanden
(zie de paragraaf “Wielen” in het hoofd-
stuk“Technische gegevens”).
De Fiat-dealer kan u adviseren welke band
het meest geschikt is voor het doel waar-
voor u hem wilt gebruiken.
Houdt u voor de bandenmaat, de ban-
denspanning en de winterbanden exact
aan de aanwijzingen die staan aangegeven
in de paragraaf “Wielen” in het hoofdstuk
“Technische gegevens”.
De specifieke eigenschappen van winter-
banden verminderen aanzienlijk als de pro-
fieldiepte minder is dan 4 mm. In dat geval
is het veiliger ze te vervangen.Door de specifieke eigenschappen van
winterbanden zijn de prestaties onder
niet-winterse omstandigheden of wanneer
er lange afstanden op de snelweg worden
gereden, minder dan die van de standaard
gemonteerde banden. Beperk het gebruik
van winterbanden tot die omstandigheden
waarvoor ze zijn goedgekeurd.
BELANGRIJK Als u winterbanden gebruikt
waarvan de maximum toegestane snelheid
lager is dan de topsnelheid van de auto
(met een marge van 5%), dan dient u in het
interieur van de auto een voor de be-
stuurder duidelijk zichtbaar waarschu-
wingsplaatje te plaatsen met de maximum
toegestane snelheid wanneer met die win-
terbanden wordt gereden (overeenkom-
stig de EU-normen).
Monteer op alle vier de wielen dezelfde
banden (zelfde merk en profieldiepte)
voor meer veiligheid tijdens het rijden en
remmen en voor een betere bestuur-
baarheid.
Keer de draairichting van de banden niet
om.Bij winterbanden met de in-
dicatie “Q” mag niet sneller
worden gereden dan 160 km/h, echter
geldende snelheidsbeperkingen over-
eenkomstig de nationale wegenver-
keerswetgeving moeten altijd worden
gerespecteerd.
ATTENTIE