Stuurhendel, rechts1Bediening van de boord-
computer
SU
( 53)
2 Noodstopschakelaar
( 61)
3 Startknop ( 84)
4 Handvatverwarming
SU
( 62)
5 Richtingaanwijzers rechts
( 59), Waarschuwings-
knipperlichtinstallatie
( 60)
6 Richtingaanwijzers uit
( 60), Waarschu-
wingsknipperlichten uit
( 61)
7 Buddyseatverwarming berij-
der
SU
( 63)
217zOverzichten
De motor draait in de nood-
loopfunctie. Mogelijk is
slechts een verminderd motor-
vermogen beschikbaar, wat voor-
al bij inhaalmanoeuvres tot ge-
vaarlijke rijsituatie kan leiden.
De rijstijl aan het mogelijk
verminderde motorvermogen
aanpassen.
De motorregeleenheid heeft een
storing geregistreerd. In uitzon-
deringsgevallen slaat de motor
af en kan niet meer worden ge-
start. Anders draait de motor in
de noodloopfunctie.
Verder rijden mogelijk, het mo-
torvermogen staat echter niet
zoals gewend ter beschikking.
Storingen zo snel mogelijk door
een specialist laten verhelpen,
bij voorkeur een BMW Motor-
rad dealer. Motoroliedruk te laag
Algemene waarschuwings-
lamp knippert rood.
Oliekansymbool wordt
weergegeven.
De druk in het smeeroliecircuit is
te laag. Direct stoppen en motor
uitzetten. De waarschuwing onvol-
doende motoroliedruk heeft
niet de functie van een oliepeil-
controle. Het correcte motorolie-
peil kan alleen via het oliepeilglas
worden gecontroleerd.
Een oorzaak voor de waarschu-
wing "Onvoldoende motorolie-
druk" kan een te laag motorolie-
peil zijn.
Motoroliepeil controleren
( 109)
Bij een te laag oliepeil: Motorolie bijvullen ( 111) Bij correct motoroliepeil:
Rijden met onvoldoende
motoroliedruk kan tot mo-
torschade leiden.
Niet verder rijden.
Storingen zo snel mogelijk door
een specialist laten verhelpen,
bij voorkeur een BMW Motor-
rad dealer.
Acculaadstroom onvoldoende Algemene waarschuwings-
lamp brandt rood.
Accusymbool wordt weer-
gegeven.
Een ontladen accu kan het
onverwacht afslaan van de
motor en daarmee gevaarlijke
rijsituaties tot gevolg hebben.
Storingen zo snel mogelijk laten
verhelpen.
Als de accu niet meer
wordt opgeladen, kan
doorrijden tot het volledig ontla-
329zAanduidingen
Remwerking
Remvloeistofpeil, voor en ach-
ter
Werking van de koppeling
Koppelingsvloeistofpeil
Demperinstelling en veervoor-
spanning
Profieldiepte en bandenspan-
ning
Veilige bevestiging van de kof-
fer en bagage
Met regelmatige tussenpozen: Motoroliepeil (bij iedere
tankstop)
Remblokslijtage (bij elke derde
tankstop)StartenZijstandaardBij een uitgeklapte zijstandaard
en een ingeschakelde versnel-
ling kan de motor niet worden
gestart. Als de motor in de neu-
traalstand wordt gestart en als vervolgens bij uitgeklapte zijstan-
daard een versnelling wordt inge-
schakeld, slaat de motor af.
VersnellingsbakDe motor kan in de neutraalstand
of met ingeschakelde versnelling
met bediende koppeling worden
gestart. De koppeling pas be-
dienen na het inschakelen van
het contact, anders kan de motor
niet worden gestart. In de neu-
traalstand brandt de controlelamp
voor de neutraalstand groen en
geeft de versnellingsindicatie op
het multifunctioneel display N
aan.
Motor startenNoodstopschakelaar
1in be-
drijfsstand A.
Contact inschakelen.
Pre-Ride-Check wordt uitge-
voerd. ( 85)
ABS-zelfdiagnose wordt uitge-
voerd ( 85)
Met SU ASC: Contact inschakelen.
Pre-Ride-Check wordt uitge-
voerd. ( 85)
ABS-zelfdiagnose wordt uitge-
voerd ( 85)
584zRijden
KoppelingKoppelingshendel instellen, 69
Technische gegevens, 147
Kuipruit, 11 Instellen, 16, 66
L
Lampen Algemene aanwijzingen, 124
Gloeilamp achterlicht
vervangen, 129
Gloeilamp dimlicht
vervangen, 125
Gloeilamp grootlicht
vervangen, 125
Gloeilamp remlicht
vervangen, 129
Gloeilampen richtingaanwijzers
achter vervangen, 129
Gloeilampen richtingaanwijzers,
voor, vervangen, 131
Gloeilampen stadslicht
vervangen, 127
Technische gegevens, 152 Waarschuwingsindicatie
defecte lamp, 30, 31
Lichtbundel, 13
M
Maten Technische gegevens, 153
Motor Starten, 84
Technische gegevens, 145
Waarschuwingsindicatie
motorelektronica, 28
Motorfiets Buiten gebruik stellen, 140
In gebruik nemen, 140
Linker zijaanzicht, 11
Parkeren, 88
Rechter zijaanzicht, 13
Reiniging, 137
Motorolie Bijvullen, 109
Controleren, 109
Oliepeilstaaf, 15
Technische gegevens, 146
Vulopening, 15 Waarschuwingsindicatie
motoroliedruk, 29
Waarschuwingsindicatie
motoroliepeil, 33
Multifunctioneel display, 18 Dimmer instellen, 53
Overzicht, 22
N
Noodstopschakelaar, 17, 61
O
Onderhoud, 137 Algemene aanwijzingen, 108
Onderhoudsbevestigingen, 158
Opbergvak, 13, 69
P
Parkeren, 88
Pre-Ride-Check, 85
R
Remblokken Controleren, 111
Inrijden, 87
12167zTrefwoordenregister