240
EOBD-systeem
(benzine-uitvoeringen)
Het op de auto gemonteerde
EOBD-systeem (European On Board
Diagnosis) is conform de
2001/1/EU-richtlijnen niveau B
(EURO 3 + D4) voor motoruitvoe-
ring 2.4 en de 2001/1/EU-richtlij-
nen niveau B (EURO 4) voor de
motoruitvoeringen 2.0 TB en 3.0V6
AUT.
Met dit systeem kan een doorlopen-
de diagnose worden uitgevoerd van
die componenten op de auto die van
invloed zijn op de emissie; boven-
dien attendeert het systeem de
bestuurder door het branden van het
lampje Uop het instrumentenpa-
neel met daarbij het bericht
“DEFECT IN MOTORCONTROLE-
SYSTEEM” op de veroudering van
de betreffende componenten. Het doel hiervan is:
– de werking van het systeem con-
troleren;
– signaleren wanneer door een sto-
ring de emissies boven de wettelijk
vastgestelde drempelwaarde uitko-
men;
– signaleren wanneer het noodza-
kelijk is defecte componenten te ver-
vangen.
Het systeem beschikt verder nog
over een diagnosestekker die, als
deze verbonden is met speciale
apparatuur, het mogelijk maakt, de
door de regeleenheid opgeslagen sto-
ringscodes en de specifieke parame-
ters voor de diagnose en werking van
de motor, te lezen. Deze controle kan
ook worden uitgevoerd door de ver-
keerspolitie. Als u de contactsleutel in
stand MAR draait en het
lampje Uop het instru-
mentenpaneel gaat niet branden
of het gaat branden of knipperen
tijdens het rijden met daarbij het
bericht “DEFECT IN MOTORRE-
GELSYSTEEM”, wendt u dan zo
snel mogelijk tot de Lancia-
dealer. De werking van het lamp-
je U kan met speciale appara-
tuur door de verkeerspolitie
gecontroleerd worden. Houdt u
aan de wetgeving van het land
waarin u rijdt.
BELANGRIJK Na het verhelpen
van de storing moet de Lancia-
dealer voor een complete controle
van het systeem, tests uitvoeren op
een testbank en, zonodig, een proefrit
maken die eventueel een langere af-
stand kan omvatten.
247
BENZINEMOTOR STARTENBELANGRIJK Het gaspedaal mag
pas worden ingetrapt nadat de
motor is gestart.
1) Zorg ervoor dat de automatische
handrem is ingeschakeld (lampje x
op het instrumentenpaneel brandt).
2) Controleer of elektrische syste-
men en verbruikers zijn uitgescha-
keld. Let vooral op systemen die veel
vermogen vragen (bijv. de achter-
ruitverwarming).
3) Zet bij uitvoeringen met hand-
geschakelde versnellingsbak de ver-
snellingspook in de vrijstand en trap
het koppelingspedaal geheel in, om
te voorkomen dat de startmotor de
versnellingsbak moet aandrijven. 4) Controleer bij uitvoeringen met
automatische versnellingsbak of de
versnellingspook in stand Pstaat en
houd het rempedaal ingetrapt.
5) Draai de contactsleutel in stand
AVV en laat de sleutel los zodra de
motor aanslaat.
6) Als de motor niet aanslaat, moet
u de sleutel terugdraaien in stand
STOP en nogmaals starten.
BELANGRIJK Als de startpoging
moeizaam verloopt, blijf dan niet
langdurig proberen de motor te star-
ten. Hierdoor zou de katalysator
kunnen beschadigen. Wendt u in dat
geval tot de Lancia-dealer. MOTOR STARTEN BIJ JTD-UIT-
VOERINGEN
1) Zorg ervoor dat de automatische
handrem is ingeschakeld (lampje x
op het instrumentenpaneel brandt).
2) Zet de versnellingspook in de
vrijstand.
3) Draai de contactsleutel in stand
MAR.
4 ) Wacht tot het lampje m
gedoofd is. Hoe warmer de motor,
hoe sneller het lampje dooft. Bij een
warme motor kan het lampje zo snel
doven dat dit niet wordt opgemerkt.
5 ) Trap het koppelingspedaal
geheel in.
6) Draai de contactsleutel in stand
AVV onmiddellijk nadat het lampje
m gedoofd is. Als u te lang wacht,
zijn de voorgloeibougies weer afge-
koeld.
258
Verkeerssituatie en conditie van
het wegdekOp een drukke weg bijvoorbeeld bij
filerijden, waarbij overwegend lage
versnellingen worden gebruikt, of in
de stad waar zich veel verkeerslich-
ten bevinden, zal het brandstofver-
bruik aanzienlijk hoger zijn.
Bochtige trajecten, bergwegen en
een slecht wegdek verhogen even-
eens het brandstofverbruik.
Stilstaan in het verkeer
Als u langere tijd stilstaat (spoor-
wegovergangen), is het raadzaam de
motor uit te zetten. De bescherming van het milieu is
een van de uitgangspunten geweest
bij de ontwikkeling van de THESIS.
Het is niet voor niets dat resultaten
van zijn emissiereductiesystemen
boven de geldende normen liggen.
Het milieu heeft recht op maxima-
le aandacht van iedereen.
De automobilist kan door enkele
simpele aanwijzingen op te volgen,
voorkomen dat hij/zij onnodig scha-
de aan het milieu toebrengt. Vaak
wordt door die aanwijzingen ook het
brandstofverbruik beperkt. Over dit
onderwerp vindt u hierna diverse
nuttige tips, die een geheel vormen
met de tips met het symbool #, die u
in de diverse hoofdstukken van dit
boekje kunt vinden.
We vragen uw aandacht voor al
deze tips.ECONOMISCH
EN MILIEUBEWUST RIJDEN
Voorzorgsmaatregelen voor het
behoud van de emissiereductie-
systemen
De correcte werking van deze sys-
temen is niet alleen belangrijk voor
het milieu, maar ook voor het rende-
ment van de auto. Het in goede con-
ditie houden van de systemen is de
belangrijkste voorwaarde voor
milieubewust en economisch rijden.
De eerste eis is dat u zich te allen
tijde houdt aan het “geprogram-
meerd onderhoudsschema”. Gebruik
voor de benzinemotoren uitsluitend
loodvrije benzine (95 RON).
Gebruik voor de JTD-motoren uit-
sluitend speciale dieselbrandstof
(EN590-specificatie).
300
Systeem/component en gebruikers
Vrij
Aansteker
Airbag
Voeding knooppunt bagageruimte 1
Voeding knooppunt bagageruimte 2
Versterker hifi-audiosysteem
Hoofdsteunen achter (omlaag zetten)
Bagageruimte (actuator elektrisch bediend slot)
Bobines (benzine-uitvoeringen)
Spoelen van relais zekeringenkast motorruimte
Zekering
1
6
8
12
17
18
21
23
22
18
9
5
7
3
11
19
21
Ampère
–
–
–
–
–
–
–
–
20
7.5 20
20
25
25
20
15
7.5
Plaats
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 78
fig. 73
fig. 73
fig. 73
fig. 73
fig. 78
fig. 73
fig. 78
fig. 75
fig. 73
Interieurverlichting
Bagageruimteverlichting
Plafondverlichting achter
Motorruimteverlichting
Portierverlichting
Zekering
13
13
6
13
Ampère
10
10
10
10
Plaats
fig. 73
fig. 73
fig. 73
fig. 73
314
ONDERHOUDSSCHEMA
Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning event. herstellen
Lading hoofd- en hulpaccu controleren
Wisserbladen op slijtage controleren
Remblokken achter op conditie en slijtage controleren (schijfremmen)
Bodemplaatbescherming visueel inspecteren en bewegende delen en
mechanische onderdelen op roest controleren Conditie van uitlaat,
brandstof- en remleidingen, en de conditie van rubber delen (stofkappen,
hoezen, enz.), en rubber slangen van het rem- en brandstofsysteem controleren
Visueel de conditie van de diverse aandrijfriemen controleren
Klepspeling controleren/afstellen (JTD-uitvoeringen)
Uitlaatgasemissie bij dieselmotoren controleren
Brandstoffilter vervangen (JTD-uitvoeringen)
Benzinedamp-opvangsysteem controleren
Luchtfilter vervangen (benzine-uitvoeringen)
Luchtfilter vervangen (JTD-uitvoeringen)
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (motorkoelsysteem,
remsysteem, hydraulische koppeling, stuurbekrachtiging,
ruitenwissers, accu, enz.)
20 40 60 80 100 120 140 160 180
x 1000 km
ççççç çççç
ççççç çççç
ççççç çççç
çç çç
ççççç çççç çç çç
çç ç ç ç çç çç
ççççç çççç çç
çç çç
ççççç çççç
ççççç çççç
342
Schoonmaakmiddelen
verontreinigen het water.
Daarom moet de motor-
ruimte bij voorkeur worden uit-
gespoten op een plaats waar het
afvalwater direct wordt opgevan-
gen en gezuiverd.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten
van de motorruimte moet de contact-
sleutel in stand STOPstaan en de
motor koud zijn. Controleer na het
reinigen of de verschillende bescher-
mingen (rubber kappen, deksels,
enz.) nog op hun plaats zitten en niet
beschadigd zijn.
INTERIEUR
Controleer af en toe of er onder de
vloerbedekking geen water is blijven
staan (dooiwater van sneeuwresten
aan schoenen, lekkende paraplu’s,
enz.), waardoor roestvorming op de
bodem veroorzaakt zou kunnen wor-
den.
Gebruik nooit ontvlam-
bare producten zoals pe-
troleum of wasbenzine
voor het reinigen van de interieur-
delen van de auto. De elektrostati-
sche lading die tijdens het reinigen
door het wrijven ontstaat, kan
brand veroorzaken.
De kunststof carrosseriedelen kun-
nen op dezelfde wijze worden gewas-
sen als de gespoten carrosseriedelen.
Parkeer de auto niet onder bomen,
aangezien harsdruppels bij langere in-
werking de lak kunnen beschadigen,
waardoor de kans op roestvorming
wordt vergroot.
BELANGRIJK Vogeluitwerpselen
dienen zo snel en zo goed mogelijk
van de lak verwijderd te worden, om-
dat door de agressieve bestanddelen
de lak kan beschadigen.
Ruiten
Gebruik voor het schoonmaken van
de ruiten een daarvoor geschikt
schoonmaakmiddel. Gebruik een
schone, zachte doek om krassen en
beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJK Let er bij het
schoonmaken van de binnenzijde van
de achterruit op, dat de elektrische
weerstandsdraden van de achterruit-
verwarming niet worden beschadigd.
Veeg voorzichtig in de richting van de
draden. Motorruimte
Het verdient aanbeveling de motor-
ruimte na het winterseizoen zorgvul-
dig te laten uitspuiten. Hierbij moet
er goed op worden gelet dat de wa-
terstralen niet direct met de elektro-
nische regeleenheden in contact ko-
men. Laat dit verzorgen door een ge-
specialiseerd bedrijf.
343
MET LEER BEKLEDE STOELEN
SCHOONMAKEN– Verwijder droog vuil met een
zeemleer of een iets vochtige doek,
zonder hard te drukken.
– Dep een vochtige vlek of vet met
een droge en absorberende doek en
wrijf daarbij niet. Behandel de plek
vervolgens met een doek of zeem be-
vochtigd met water en een neutrale
zeep. Als de vlek nog niet verwijderd
is, behandel de vlek dan met een spe-
ciaal schoonmaakmiddel, waarbij de
instructies op de verpakking strikt
moeten worden opgevolgd.
BELANGRIJK Gebruik nooit alco-
hol of producten op basis van alcohol.
KUNSTSTOF INTERIEURDELEN
Gebruik speciale reinigingsmiddelen
om het visuele effect van de compo-
nenten niet te wijzigen.
BELANGRIJK Gebruik nooit alco-
hol of benzine om het glas van het in-
strumentenpaneel schoon te maken. Bewaar nooit spuitbussen
in de auto. Ontploffingsge-
vaar. Spuitbussen mogen
niet worden blootgesteld aan tem-
peraturen boven 50°C. In de zomer
kan de temperatuur in het interi-
eur ver boven deze waarde oplo-
pen.STOELEN EN STOFFEN
BEKLEDING SCHOONMAKEN
– Verwijder stof met een zachte bor-
stel of een stofzuiger. Voor een nog
betere reiniging van de stoffen bekle-
ding raden wij u aan de borstel voch-
tig te maken.
– Reinig de zittingen met een voch-
tige spons en een oplossing van neu-
trale zeep.
MET ALCANTARA BEKLEDE
STOELEN SCHOONMAKEN
Alcantara kan op dezelfde wijze be-
handeld en gereinigd worden als de
andere bekleding. Voor het reinigen
van alcantara gelden dezelfde aan-
wijzingen als voor het reinigen van
stoffen bekleding.
357
VULLINGSTABEL
Brandstoftank:liter
– incl. een reserve van liter
Brandstoftank:liter
– incl. een reserve van liter
Motorkoelsysteem liter
Motorolie (hoeveelheid voor periodieke verversing – carter en oliefilter) liter
Motorolie (hoeveelheid voor periodieke
verversing – carter en oliefilter) liter
Motorolie (hoeveelheid voor periodieke
verversing – carter en oliefilter) liter
Handgeschakelde versnellingsbak/
differentieelliter
Elektronisch geregelde autom.
versnellingsbak liter
Hydraulische stuurbekrachtiging liter
Hydraul. remcircuit met ABS
liter
Reservoir ruitensproeiers voor/
achter en koplampsproeiers liter
m Bij overwegend sportief gebruik raden wij de volledig synthetische motorolie SELENIA RACING 10W-60aan
Bij zeer lage buitentemperaturen raden wij het gebruik aan van SELENIA PERFORMER
5W-30.
r Bij zeer lage buitentemperaturen raden wij het gebruik aan van SELENIA WR DIESEL5W-40.
2.0 TB
75
10
–
–
8,6
5,50 –
–
1,70
–
1,05
1,5 circa 4,5 2.4
75
10
–
–
8,6
5,50 –
–
1,70
–
1,05
1,5 circa 4,5 2.4 AUT.
75
10
–
–
8,6
5,50 –
–
–
7,25
1,05
1,5 circa 4,5 2.4 JTD
–
–
75
10
8,5
–
–
5,50
1,70
–
1,05
1,5 circa 4,5 3.0 V6
AUT.
75
10
–
–
12,2
–
5,90 –
–
7,25
1,05
1,5 circa 4,5Voorgeschreven brand stof
Aanbevolen producten
Loodvrije superbenzine
met octaangetal van ten
minste 95 R.O.N.
Diesel voor motorvoer-
tuigen (specificatie
EN590)
Mengsel van gedestil. water
en 50% PARAFLU UP
SELENIA RACING
m SELENIA 20K
r SELENIA
TURBO DIESEL
TUTELA CAR
ZC 75 SYNTH
TUTELA GI/E
TUTELA GI/E
TUTELA TOP 4
Mengsel van water en
TUTELA P ROFES-
SIONAL SC 35