3-7
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
DAU03050
BrandstofkraanVia de brandstofkraan wordt de benzine
vanuit de brandstoftank toegevoerd en
bovendien gefilterd.
De brandstofkraan kent drie standen:
OFF
Met de kraanhendel in deze stand
stroomt de benzine niet door. Zet de
kraanhendel steeds in deze stand als de
motor niet draait.
RES
ONFUEL
OFF
1
1. Pijlteken op “OFF”
RES
Dit is de reservestand. Zet de kraanhen-
del in deze stand wanneer u tijdens een
rit zonder brandstof komt te staan. Vul de
brandstoftank zodra de gelegenheid zich
voordoet. Vergeet na het tanken niet de
kraanhendel weer op “ON” te zetten!
OFF
ONFUEL RES
1
RES
1. Pijlteken op “RES”
ON
Met de kraanhendel in deze stand
stroomt de benzine door naar de carbura-
teur. Tijdens normaal rijden hoort de
kraanhendel in deze stand te staan.
ON
FUEL
RES
OFF
1
ON
1. Pijlteken op “ON”
OFF: gesloten stand
ON: normale stand
RES: reserve-stand
5RS-9-D0 (TW125) 8/3/01 3:55 PM Page 17