UW 206 CC IN DETAIL
32
Instellen van de gegevens Druk knop 1in en houd deze gedurende 2 seconden ingedrukt. Het eerste gege-
ven knippert en kan worden veranderd.Hierna kunnen door het indrukken van knop 1achereenvolgens de verschillende
gegevens geselecteerd worden:
Ð de taal,
Ð de snelheidseenheden (km of mijl),
Ð de temperatuureenheden (graden Celsius of Fahrenheit),
Ð de tijdsaanduiding (in 12 of 24 uur),
Ð de uren,
Ð de minuten,
Ð het jaar,
Ð de maand,
Ð de dag.Door het indrukken van knop 2kan het geselecteerde gegeven worden gewijzigd.
Houd de knop ingedrukt om de gegevens in een hoger tempo in te stellen. Als de knop gedurende 7 seconden niet wordt ingedrukt, geeft het display het basisscherm weer en zijn de wijzigingen opgeslagen.
DISPLAY B Dit kan de volgende informatie weergeven:
Ð de tijd,
Ð de datum,
Ð de buitentemperatuur (knippert bij kans op gladheid),
Ð informatie van de autoradio,
Ð controle op geopende portieren. Het display geeft schematisch aan of een portier geopend is,
Ð waarschuwingen (bijv.: "storing laden accu") of berichten (bijv.:"brandstofniveau laag") die tijde-lijk worden weergegeven, kunnenworden gewist door op knop 1of
2 te drukken,
Ð de boordcomputer.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL33
DISPLAY C Dit kan de volgende informatie weergeven:
Ð de tijd,
Ð de datum,
Ð de buitentemperatuur (knippert bij
kans op gladheid),
Ð informatie van de autoradio,
Ð controle op geopende portieren. Het display geeft schematisch aan of een portier geopend is, Ð waarschuwingen die tijdelijk worden weergegeven (bijv.: "brandstofniveau laag")
kunnen worden gewist met behulp van de afstandsbediening,
Ð de boordcomputer (zie desbetreffende hoofdstuk),
Ð het navigatiesysteem (zie desbetreffende hoofdstuk). Instellen van parameters Met behulp van de afstandsbediening kunnen de parameters ingesteld worden. De toegang tot de verschillende menu's is bij het navigatiesysteem beschreven.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL37
Bassen Druk, als er "BASS"op het display wordt weergegeven, op de toets Hof Iom de bassen in te stellen.
Ð "BASS Ð9" minimum instelling bassen.
Ð "BASS 0" normale stand.
Ð "BASS +9" maximum instelling bassen.
Toonregeling Druk, als er "TREB"op het display wordt weergegeven, op de toets Hof Iom de hoge tonen in te stellen.
Ð "TREB Ð9" minimum instelling hoge tonen.
Ð "TREB 0" normale stand.
Ð "TREB +9" maximum instelling hoge tonen.
Loudness-functieMet deze functie kunnen de bassen en hoge tonen versterkt worden. Druk op de toetsen Hof Iom de functie in- of uit te schakelen.
Faderregeling Druk, als er "FAD"op het display wordt weergegeven, op de toets Hof I.
Met de toets Hwordt het volume v——r versterkt.
Met de toets Iwordt het volume achter versterkt.
BalansregelingDruk, als er "BAL"op het display wordt weergegeven, op de toets Hof I.
Met de toets Hwordt het volume rechts versterkt.
Met de toets Iwordt het volume links versterkt.
Automatische volumeregelingMet deze functie wordt het volume automatisch aangepast aan het geluidsniveau ten gevolge van de snelheid van de auto. Druk op de toets Hof Iom de functie in- of uit te schakelen.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL
40
RDS Gebruik van RDS-functie (Radio Data Systeem) op FM De RDS -functie biedt de mogelijkheid om naar een zender te luisteren, ongeacht de verschillende frequenties die voor deze
zender gebruikt worden in de diverse regio's.
Druk kort op de toets "RDS"om de functie in of uit te schakelen.
Op het multifunctionele display verschijnt: Ð "RDS" als deze functie is ingeschakeld.
Ð "(RDS)" als deze functie wel ingeschakeld, maar niet beschikbaar is.
Volgen van RDS-zenders
Op het display wordt de naam van de zender aangegeven. Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds de sterk- ste zender die hetzelfde programma uitzendt.
Verkeersinformatie Druk op de toets "TA"om deze functie in of uit te schakelen.
Op het display verschijnt: Ð "TA" als deze functie is ingeschakeld.
Ð "(TA)" als deze functie wel ingeschakeld, maar niet beschikbaar is.
Als deze functie is ingeschakeld, wordt de geluidsbron die op dat moment te horen is (radio, CD of CD-wisse-
laar) onderbroken om voorrang te verlenen aan de ontvangen verkeersinformatie.Druk op de toets "TA"om de verkeersinformatie te onderbreken; de functie is dan uitgeschakeld.
N.B.: Het volume van de verkeersinformatie is onafhankelijk van het normale volume van de radio. U kunt dit instellen met de volumeknop. De instelling wordt opgeslagen en gebruikt bij volgende berichten.
Regionale functie (REG) Sommige gekoppelde zenders zenden op bepaalde tijdstippen op dezelfde frequentie verschillende, regionale programma's uit. Met deze functie kan een regionaal programma worden beluisterd. Houd hiervoor de toets "RDS"langer dan twee seconden ingedrukt om deze functie in of uit te schakelen.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL
44
Pijltjestoetsen: Met behulp van de pijltjestoetsen kan een item op het scherm worden geselecteerd. In het beginmenu kan met behulp van de toetsen "Omhoog" en "Omlaag" de lichtsterkte van het schermworden ingesteld. Door tijdens het navigeren op de pijltjestoets "links" of "rechts" te drukken wordt tijdelijk de volledige naamvan de straat weergegeven als deze gedeeltelijk bui-ten het scherm valt.
menu : het indrukken van deze toets geeft toegang tot hethoofdmenu. Deze toets kan op elk gewenst momentworden ingedrukt.
esc : escape-toets Kort indrukken: annuleren van de actuele handeling en terug naar het vorige scherm. Langer dan 2 seconden indrukken: terug naar begin- menu. Deze toets kan vanuit elk menu worden ingedrukt. Deze functie werkt niet tijdens het navigeren.
mod : mode-toetsKort indrukken: wisselen tussen weergave van datum,navigeren en de radio.
val : bevestigingstoetsBevestigen van de geselecteerde functie.
Type van de 2 batterijen: 1,5 V type LR03.
NAVIGATIESYSTEEM Presentatie Het navigatiesysteem helpt u door mid- del van beeld en geluid om de bestem-ming van uw keuze te bereiken. Het systeem berust op een bestand met cartografische gegevens en eenGPS-systeem (Global Positioning Sys-tem). Dit systeem bepaalt uw positiemet behulp van een aantal satellieten. Het navigatiesysteem bestaat uit de volgende onderdelen:
Ð de afstandsbediening,
Ð het display,
Ð de computer,
Ð de schakelaar voor het herhalen van het laatste gesproken bericht,
Ð de CD-rom.
Ð de multifunctionele antenne. De afstandsbedieningDoor de afstandsbediening op het display te richten kunnen de verschillende functies worden geselecteerd.
De afstandsbediening kan in een speciaal daarvoor bestemd vak in het dashboard-kastje worden opgeborgen.
Sommige functies of diensten in deze handleiding kunnen vari‘ren,afhankelijk van de gebruikte CD-romof het land van bestemming.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL45
Het display De functies van de verschillende menu's verschijnen aan de onderkant van het scherm: 1.
Gekozen functie.
2. Functie niet beschikbaar in deze situatie.
3. Functie beschikbaar.
N.B.: In de optie "List"kunnen maximaal 80 adressen wor-
den opgeslagen. Tijdens het navigeren geeft het scherm verschillende soorten informatie afhankelijk van de uit te voeren manoeuvres. 1.
Afstand tot de volgende manoeuvre.
2. Volgende manoeuvre.
3. Volgende afslag.
4. Tijd.
5. Buitentemperatuur.
6. Huidige weg.
7. Afstand tot de eindbestemming.
8. Uit te voeren manoeuvre.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL
52
Instellingen display
Vanuit het hoofdmenu kan het menu
"Configure display"wor-
den gekozen met de volgende instellingen:
Ð regelen van de lichtsterkte van de tekst en de achtergrond op het scherm;
Ð instellen van de datum en de tijd;
Ð keuze van de taal voor de weergave op het display en de gesproken informatie (Duits, Spaans, Frans, Engels, Itali- aans);
Ð instellen van formaten en eenheden. Er kan gekozen wor- den tussen de weergave in km/h of mph en in graden Cel-sius of Fahrenheit en tussen 12- of 24-uurs weergave vande tijd;Opties
Vanuit het hoofdmenu kan het menu "Navigation options"wor-
den gekozen met de volgende mogelijkheden:
Ð beheer van de geheugens. Met deze functie kan de omschrijving van een opgeslagen adres gewijzigd worden en kan een adres gewist worden. Kies daarvoor het
geheugen en dan de omschrijving van het desbetreffendeadres.
Ð het regelen van de geluidssterkte van de gesproken berichten.
Ð het wissen van alle gegevens in beide geheugens.
07-10-2002
UW 206 CC IN DETAIL61
5. Luchtverdeling
Druk deze toets herhaaldelijk in om de luchtstroom te ver-delen naar:
Ð de voorruit (ontwasemen en ontdooien).
Ð de voorruit en de beenruimte.
Ð de beenruimte.
Ð de linker, rechter en middelste ven- tilatieroosters en de beenruimte.
Ð de linker, rechter en middelste ven- tilatieroosters.
7. Toevoer van buitenlucht Bij het indrukken van deze toets wordt de lucht in hetinterieur gerecirculeerd. Dezestand, aangegeven op het
display, dient om de toevoer van bui-tenlucht bij stank en stofoverlast af tesluiten. Gebruik de luchtrecirculatie alleen als dit echt nodig is. Druk de toets nog-maals in om de automatische toevoervan buitenlucht te hervatten.
4. Airconditioning
Bij het indrukken van deze toetswordt de airconditioning uitge-schakeld. De aanduiding "ECO"
verschijnt op het display. Druk de
toets nogmaals in om de automatische wer-king van de airconditioning te hervatten. De
aanduiding "A/C" verschijnt op het display.
8. Uit
Bij het indrukken van detoets "OFF" wordt het sys-teem volledig uitgeschakeld.
De temperatuur zal dan niet meer opti-maal zijn. Het systeem wordt weer opnieuw met de laatste instellingen ingeschakelddoor op de toets "OFF", "AUTO"of
"Zicht" te drukken.
9. Achterruitverwarming en verwarming buitenspiegels
Druk op deze toets om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels in te schakelen. De
verwarming wordt automatisch uitge-schakeld. Druk de toets nogmaals inom de achterruitverwarming eerder uitte schakelen. Opmerking: Deze functie is uitge-
schakeld wanneer het dak in de baga- geruimte is opgeborgen. Belangrijke voorzorgsmaatregelen Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan om hetsysteem in perfecte staat te houden. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem in
dat geval door uw PEUGEOT-service-punt controleren.
Handmatige bediening Al naar gelang uw wensen kunt u de automatische bediening van het sys-teem handmatig aanpassen. De overi-ge functies worden automatisch gere-geld. Bij het indrukken van de toets
"AUTO" zal het systeem weer volledigautomatisch functioneren.
6. LuchtopbrengstDe luchtopbrengst kanvergroot of verkleindworden door respectie-
velijk de toets + of Ð in te drukken.
Opmerking Condensvorming in de airconditioning kan ertoe leiden dat er zich een kleinplasje water onder de auto vormt, dit iseen normaal verschijnsel. Om het beslaan van de ruiten te voor- komen is het raadzaam de stand"ECO" bij koud of vochtig weer niet tegebruiken.
07-10-2002