128
Rijden
Regeneratief remmen
De functie voor regeneratief remmen bootst het
afremmen op de motor na en laat de auto afremmen
zonder dat de bestuurder het rempedaal hoeft in
te trappen. Wanneer de bestuurder het gaspedaal
loslaat, vertraagt de auto sneller.
De energie die wordt teruggewonnen bij het
loslaten van het gaspedaal wordt gebruikt om de
tractiebatterij gedeeltelijk op te laden.
Het gedeeltelijk opladen heeft geen effect op het aangegeven laadniveau.
De auto gaat vertragen, maar de remlichten gaan niet branden.
►
Beweeg de hendel vanuit stand
D/B naar
achteren om de functie in of uit te schakelen.
D op het instrumentenpaneel wordt vervangen door
B .
De status van de functie wordt niet opgeslagen bij
het afzetten van het contact.
In bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld volledig opgeladen tractiebatterij of extreme
temperaturen) kan de mate van regeneratief
remmen tijdelijk worden beperkt waardoor de
auto minder sterk afremt.
De bestuurder moet goed op het verkeer letten
en waar nodig altijd onmiddellijk het rempedaal
kunnen intrappen.
Regeneratief remmen met het rempedaal Er kan ook energie worden teruggewonnen
door het rempedaal in te trappen om de
tractiebatterij gedeeltelijk op te laden; dit heeft
geen effect op het aangegeven laadniveau.
Starten van de auto
Vanuit stand P :
► T rap het rempedaal volledig in.
►
Start de motor
.
►
Houd het rempedaal ingetrapt en druk op de
toets Unlock.
►
Duw de hendel een of twee keer naar achteren
om de automatische stand D te selecteren of naar
voren om de achteruitversnelling R in te schakelen.
Vanuit de neutraalstand N :
►
T
rap het rempedaal volledig in.
►
Start de motor
.
►
Houd het rempedaal ingetrapt, druk de
selectiehendel naar achteren om de automatische
stand D te selecteren of naar voren terwijl u de toets
Unlock indrukt om de achteruitversnelling R in te
schakelen.
En daarna vanuit stand D of R:
►
Laat het rempedaal los.
►
Geef geleidelijk gas om de elektrische
parkeerrem automatisch vrij te zetten.
De auto begint onmiddellijk te rijden.
Automatische transmissie Probeer de motor nooit te starten door de
auto aan te duwen.
De auto afzetten
Stand P wordt direct automatisch ingeschakeld
wanneer het contact wordt afgezet, ongeacht de
huidige stand van de transmissie.
In stand N wordt stand P echter na een vertraging
van 5 seconden ingeschakeld (tijd om de
vrijloopstand in te schakelen).
Controleer of stand P inderdaad is ingeschakeld
en of de elektrische parkeerrem automatisch is
aangetrokken; zo niet, trek de parkeerrem dan
handmatig aan.
De betreffende controlelampjes op de keuzeschakelaar van de transmissie en de
hendel van de elektrische parkeerrem, en de
lampjes op het instrumentenpaneel moeten
branden.
Storing in de transmissie
Dit waarschuwingslampje gaat branden, in combinatie met een geluidssignaal en een
melding.
Ga naar een PEUGEOT-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
Rijd niet sneller dan 100
km/h waar dat is
toegestaan.
Overschakelen van de transmissie op het
noodprogramma
Stand D wordt geblokkeerd in de derde versnelling.
De flippers op het stuurwiel werken niet en stand M
is niet meer beschikbaar.