213
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10Stuurkolomschakelaars
Spraakbediening:Kort indrukken: gesproken commando's van
het systeem (afhankelijk van de uitvoering).
Lang indrukken, gesproken commando's van de
smartphone die met het systeem is verbonden
door middel van Bluetooth
® of Mirror Screen®
(Apple® CarPlay®/Android Auto).Geluidsvolume verhogen.
Geluidsvolume verlagen.
Door lang op de toets voor het verlagen
van het geluidsvolume te drukken, wordt het geluid
gedempt.
Schakel het geluid weer in door op één van de twee
volumetoetsen te drukken.
Inkomende oproep (kort indrukken): oproep aannemen.
Tijdens gesprek (kort indrukken): ophangen.
Inkomende oproep (lang indrukken): oproep
weigeren.
Geen gesprek
bezig(kort indrukken): het
oproepenlogboek openen van de telefoon die
via
Bluetooth
® is verbonden.
Mirror Screen® verbonden (kort indrukken): de
geprojecteerde weergave van de telefoonapp van
uw Mirror Screen
®-apparaat openen.Radio: automatisch zoeken naar de vorige / volgende zender (in de lijst
met radiozenders gesorteerd op naam of
frequenties).
Media: vorige / volgende nummer. Bladeren in de
lijsten.
Telefoon: bladeren door het oproepenlogboek van
de telefoon.
Kort drukken: valideer een selectie. Als er geen
sprake is van een selectie: weergeven van de lijsten.
Applicaties
Druk op de startpagina op deze toets om het overzicht van de apps te openen.
Druk op elke willekeurige pagina met drie of meer vingers op het touchscreen om het
overzicht van de apps te openen.
Help Toegang tot het instructieboekje en bekijken
van de trainingsvideo's.
Media Selecteren van een geluidsbron of
radiozender.
Mirror Screen®
Smartphone verbonden via Mirror Screen®:
toegang tot de geprojecteerde weergave van
Apple
®CarPlay® of Android Auto.
Smartphone niet verbonden: toegang tot het menu
om een smartphone te verbinden.
Navigatie (afhankelijk van de uitvoering)
Invoeren van instellingen voor het navigatiesysteem
en kiezen van een bestemming.
De in real time beschikbare diensten gebruiken,
afhankelijk van de uitvoering.
Gesproken commando's (afhankelijk van de uitvoering)
Gebruiken van de spraakherkenning van het
systeem of van de smartphone via het systeem.
Telefoon Telefoon niet verbonden: toegang tot het
menu om een telefoon te verbinden.
Telefoon verbonden: toegang tot het
oproepenlogboek, de contacten en de
telefooninstellingen.
Twee verbonden telefoons: toegang tot de inhoud
van de telefoon met prioriteit met de mogelijkheid
om de prioriteit van de telefoon te wijzigen.
Instellingen Belangrijkste instellingen van het
audiosysteem, het touchscreen en het digitale
instrumentenpaneel.
Gesproken commando's
Eerste handelingen
(afhankelijk van de uitvoering)
De spraakherkenning biedt een keuze uit minimaal
17 talen (Frans, Duits, Engels (VK), Engels (VS),
Arabisch, Braziliaans, Chinees, Spaans, Hebreeuws,
Italiaans, Japans, Nederlands, Pools, Portugees,
Russisch, Zweeds, Turks) die via het mobiele
netwerk beschikbaar zijn en overeenkomen met de
gekozen taal die eerder in het systeem is ingesteld.
214
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
Het systeem ondersteunt twee talen die worden
gebruikt wanneer er wordt gereden in gebieden die
niet door een mobiel netwerk worden gedekt.
Deze talen, die ingebouwde talen worden genoemd,
zijn in het systeem gedownload.
Als de gekozen taal niet is gedownload, verschijnt
er een melding op het scherm zodra het mobiele
netwerk voor het eerst geen verbinding meer heeft
en wordt aangeboden om de taal te downloaden.
Download deze nieuwe taal van tevoren via het
Wi-Fi-netwerk om deze in alle gebieden te kunnen
gebruiken (zet het contact aan zonder de motor te
starten).
Voer de downloadprocedure uit die op het scherm
wordt weergegeven.
Wanneer deze nieuwe taal wordt gedownload,
wordt de ingebouwde taal die het minst is gebruikt,
verwijderd.
Informatie - Het systeem
gebruiken
Wanneer gesproken commando's zijn ingeschakeld, moet u uw commando na het
geluidssignaal geven.
Voor commando's in verschillende fasen vindt
interactie met het systeem plaats om het eerste
verzoek te voltooien.
Sommige commando's worden na 7 seconden
automatisch gevalideerd.
Als het systeem uw commando niet kan uitvoeren,
wordt dit aangegeven door een gesproken bericht
en een melding op het scherm.
De spraakherkenning openen
Gesproken commando's kunnen worden gebruikt op elke schermpagina op
voorwaarde dat er geen andere functies actief zijn
die prioriteit hebben (achteruitrijden, noodoproep of
pechhulpoproep, telefoongesprek of wanneer de
spraakherkenning van een andere smartphone al
wordt gebruikt).
De spraakherkenning kan als volgt worden geopend:
►
Zeg
"OK Peugeot".
Of
►
Druk op de toets op het stuurwiel.
Of
►
Druk op de toets op het touchscreen.
Houd rekening met het volgende om ervoor te zorgen dat het systeem uw gesproken
commando's altijd herkent:
–
Spreek met een normale stem de woorden
natuurlijk en volledig uit, zonder uw stem te
verheffen.
–
Na het openen van de spraakherkenning
met de toets op het stuurwiel of de toets op
het touchscreen moet u altijd wachten op de
pieptoon (geluidssignaal) voordat u begint
te praten. Er klinkt geen piep wanneer de
spraakherkenning met "OK Peugeot" wordt
geopend.
–
V
oor een optimale werking raden wij u aan om
de ruiten en het schuif- / kanteldak (afhankelijk
van de uitvoering) te sluiten om geluiden van
buiten te voorkomen. Schakel ook de ventilatie
uit.
– Vraag de andere passagiers om stil te zijn
voordat u gesproken commando's geeft.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de airconditioning:
"zet de ventilator harder"
"Zet de airconditioning aan"
"ik heb het te heet"
Voorbeeld van een gesproken commando voor radio en media:
"Ik wil naar michael jackson luisteren"
"schakel over naar radio"
"stem af op 88.5"
Gesproken commando's voor media zijn alleen beschikbaar met een
USB-verbinding.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de navigatie:
"navigeer naar huis"
"Leid me naar daniëlles huis"
"zoek openbare parkeergelegenheid in de buurt"
Geef, afhankelijk van het land, de bestemmingsinstructies (het adres) op in de
taal die voor het systeem is geconfigureerd.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de telefoon:
"bel de mobiel van matthijs"
"bel 071 5467563"
"Bel jonas"
219
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10bevestigingsprocedure op de smartphone worden
uitgevoerd. Hiervoor moet de auto stilstaan.
De smartphone wordt opgeladen als deze via een
USB-kabel is aangesloten.
Bij de verbinding via kabel moet u voorkomen dat
de kabel loskomt, vooral wanneer u door tolpoorten
rijdt.
Er is slechts één USB-aansluiting voor de Mirror Screen®-verbinding (Android Auto);
zie het hoofdstuk "Ergonomie en comfort
- Voorzieningen ".
Voor de beste prestaties raden wij u aan
om de originele USB-kabels (bij voorkeur zo
kort mogelijke kabels) van uw apparaten te
gebruiken.
De draadloze verbinding van een Android Auto-
smartphone kan worden gestart via het menu
" Apparaten".
Schakel eerst de draadloze Android Auto
®-functie
van de smartphone in, in het menu Instellingen van
de app "Android Auto" van uw smartphone.
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer het "Connectiviteit"-tabblad in de lijst.
Selecteer "Apparaten" om het apparaat weer te geven dat moet worden verbonden
met Android Auto.
Als het apparaat niet eerder met het systeem
verbonden is geweest, moet het worden gekoppeld
(zie het hoofdstuk "Bluetooth
®-verbinding"). Het systeem detecteert of de smartphone
compatibel is met Android Auto en stelt voor om
deze te verbinden na het koppelingsproces.
Als het apparaat al via
Bluetooth
® met het systeem
verbonden is, selecteert u de apparaatinstellingen
in de lijst van bekende apparaten en kiest u Android
Auto als de modus voor draadloze verbinding.
Wanneer u wilt dat uw smartphone een volgende
keer automatisch verbinding maakt, moet Bluetooth
®
op uw apparaat zijn ingeschakeld.
Zodra de verbinding tot stand is gekomen, drukt u op deze toets om de "Android
Auto"-interface weer te geven.
Houd de toets op het stuurwiel ingedrukt om de gesproken commando's van de
smartphone in te schakelen.
Media
De bron wijzigen
Druk op de "Media"-app.
Druk op deze toets om de bron (radio,
audiostreaming via een USB-aansluiting,
Bluetooth
® of Mirror Screen®) te wijzigen.
Een radiozender selecteren
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op een van de toetsen om automatisch naar radiozenders te
zoeken.
Of
Verplaats de schuifbalk om handmatig naar andere frequenties te zoeken.
Of
Druk op deze toets.
Voer de frequentie in via het virtuele
toetsenbord.
Druk op deze knop om te bevestigen.
Wanneer u op het "Zenders"-tabblad drukt, wordt
een lijst met zenders weergegeven.
Druk op "Dempen" om het geluid in te schakelen/uit te schakelen.
De radio-ontvangst kan worden verstoord door het gebruik van elektrische apparatuur
die niet door het merk is goedgekeurd, zoals een
lader met USB-aansluiting die is aangesloten op
de 12V-aansluiting.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages enz.), ook
als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een
normaal verschijnsel voor radiogolven en kan in
geen enkel opzicht worden gezien als een defect
van het systeem.
Een radiozender opslaan
Selecteer een zender.
220
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op de toets "Favoriete radiozenders".
Het opslaan vindt plaats door kort of lang op
een van deze toetsen te drukken, of lang te
drukken op een al opgeslagen favoriete radiozender
die vervolgens vervangen wordt.
Druk op deze toets om terug te keren naar de vorige pagina.
Radiozenders automatisch
opzoeken
Via de toepassing "Media".Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Zenders"-tabblad in de lijst.
Er wordt automatisch gezocht.
Wanneer u de schakelaars op of rondom het stuurwiel gebruikt, drukt u op deze toets.
Er wordt automatisch gezocht.
Radiozender volgen
inschakelen
Voor een betere ontvangst wijzigt het systeem
automatisch de frequentie.
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Schakel "Radiozender volgen" in. Het oplichten van de schuifbalk bevestigt dat de
functie is geactiveerd.
De frequentieband wijzigen
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op deze toets om de frequentieband (FM - AM - DAB) te wijzigen, afhankelijk van
het land van verkoop.
Verkeersinformatieberichten
inschakelen
Deze functie geeft prioriteit aan de
waarschuwingsmeldingen van de
Verkeersinformatieberichten. Voor een correcte
werking van deze functie is een goede ontvangst
van een radiozender nodig die deze berichten
uitzendt. Zodra een verkeersinformatiebericht
wordt uitgezonden, wordt de radiozender waar
op dat moment naar wordt geluisterd automatisch
onderbroken voor het verkeersinformatiebericht.
Zodra het bericht is afgelopen, wordt de normale
radiouitzending hervat.
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Schakel "Verkeersbericht" in.
Het oplichten van de schuifbalk bevestigt dat de
functie is geactiveerd.
Audio streamen
Met de streamingfunctie kunt u naar de audiostream
luisteren die afkomstig is van de smartphone(s) die
is (zijn) verbonden via Bluetooth
®, USB (iPod®-type)
of Mirror Screen®.
Stel eerst het volume van het draagbare apparaat af
(op een hoog geluidsniveau).
Stel dan het geluidsvolume van het systeem in.
Als het afspelen niet start, kan het zijn dat u
het afspelen van de audio moet starten via de
smartphone.
Bediening verloopt via het externe apparaat of via de
aanraaktoetsen van het systeem.
Als streaming eenmaal is gestart, wordt uw smartphone als een geluidsbron
beschouwd.
Een nummer afspelen
Druk op de "Media"-app.
Druk wanneer er meerdere apparaten zijn
verbonden op deze toets om een apparaat te
selecteren.
Wanneer het apparaat is verbonden, kunt u door de
bestanden bladeren door op de toets "Afspeellijst"
of "Bibliotheek" te drukken.
Kort indrukken: naar het vorige / volgende nummer gaan.
Lang indrukken: snel vooruit / achteruit spoelen in
een nummer.
221
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10De huidige titel of de lijst met geselecteerde titels herhalen.
Willekeurig nummers afspelen.
Geluid uitschakelen / weer inschakelen.
Instellingen voor audio en
radio configureren
De audio-instellingen kunnen op 2 manieren worden
geopend.
Via de toepassing Media
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Of
Via de toepassing Instellingen
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer het "Audio en radio"-tabblad in de lijst.
Het volgende kan worden geconfigureerd:
–
Audio-instellingen.
–
Radio-instellingen.
–
Volume-instellingen.
Informatie en tips
Het systeem ondersteunt USB-
massaopslagapparaten of Apple®-apparaten via
de
USB-aansluitingen. De adapterkabel wordt niet
meegeleverd.
U beheert de apparaten met de bedieningstoetsen
van het audiosysteem.
Het systeem speelt alleen audiobestanden af met de
bestandsextensie ".wma", ".aac", ".flac", ".ogg" en
".mp3" met een bitrate tussen 32 kbps en 320 kbps.
Ook bestanden met een VBR (Variable Bit Rate)
kunnen worden afgespeeld.
Andere typen audiobestanden (".mp4", enz.) kunnen
niet worden afgespeeld.
Bestanden met de extensie ".wma" moeten van de
WMA 9-standaard zijn.
De ondersteunde bemonsteringsfrequenties
(sampling rates) zijn 32, 44 en 48 KHz.
Om problemen met lezen en weergeven te
voorkomen, raden wij aan om bestandsnamen te
kiezen van maximaal 20 tekens die geen speciale
tekens bevatten (zoals, " ? .
; ù).
Gebruik uitsluitend USB-geheugensticks met de
bestandsindeling FAT32 (File Allocation Table).
Wij raden aan om de originele USB-kabel voor het draagbare apparaat te gebruiken.
Telefoon
Een gesprek ontvangen
Als u wordt gebeld, klinkt een beltoon en verschijnt
een extra venster op het scherm.
Het gesprek aannemen:
Druk kort op de telefoontoets op het stuurwiel om een inkomend gesprek aan te
nemen.
Of
Druk op deze toets op het touchscreen.
Het gesprek beëindigen:
Houd...
... de telefoontoets op het stuurwiel ingedrukt
om het gesprek te weigeren.
Of
Druk op deze toets op het touchscreen.
Druk op deze toets op het touchscreen om
een automatisch bericht te verzenden waarin
wordt gemeld dat u aan het rijden bent.
Bellen
Het gebruik van de telefoon tijdens het rijden wordt ten zeerste afgeraden.
Parkeer de auto.
Bellen via het numerieke toetsenbord
Druk op de "Telefoon"-app.
Selecteer het "Toetsenbord"-tabblad in de lijst en
kies dan het nummer.
Druk op deze toets om te bellen.
Bellen via de lijst met recente
gesprekken
Druk op de "Telefoon"-app.
229
Index
D
Dagteller 21
Datum (instellen)
223
Detectie obstakels
144
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie
110, 186
De tractiebatterij laden
160
Diagnose auto
21
Dieselmotor
153, 174, 183, 204
Digitaal instrumentenpaneel
10
Dimmer dashboardverlichting ~
Dashboardverlichting (dimmer)
22
Display instrumentenpaneel
10
Dodehoekbewaking met groot bereik
143
Drive Assist Plus
122–123
Dynamische noodrem
101–102
E
Eco-mode 172
Eco-mode ~ Eco-modus
172
ECO-stand
106
Electronic Stability Program (ESC)
81
Elektrisch bedienbare achterklep
34–36
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem,
elektrisch bediend
100–102, 177
Elektrische automatische transmissie
(hybride)
103
Elektromotor
107, 155, 205
Elektronische remdrukregelaar (REF)
80
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~
Electronic Brake Force Distribution (EBD)
80
Elektronische sleutel
29–30
Elektronische startblokkering ~ Startblokkering,
elektronische
97
Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP)
80, 82
Energiestromen
24
e-Save-functie (energiereserve)
24
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
80
F
Favoriete rijfuncties 11 4
Flacon AdBlue®
179
Follow me home-verlichting
69
Follow me home verlichting ~ Follow-me-home-
verlichting
69
Frequentie (radio)
220
G
Geluidssignaal stil voertuig (plug-in hybride) 78
Geluidssignaal voor voetgangers
(plug-in hybride)
78
Geprogrammeerd laden
24, 164
Geprogrammeerd laden (plug-in hybride)
24–25,
156, 162
Gereedschap
183–185
Gevarendriehoek
183
Gewichten
201
Grootlicht 70
Grootlichtassistent
70
H
Halfautomatisch veranderen van rijstrook 131
Halogeenlampen
68
Handgeschakelde versnellingsbak ~
Versnellingsbak, handgeschakeld
102, 108, 177
Handsfree achterklep
35–36
Handsfree set
216
Handsfree toegang
35–36
Hill-Holder ~ Hill Start Assist
107–108
Hoogspanning
155
Hulpoproep
78–79
Hybridemotor
24, 172, 199, 205
I
Identificatiegegevens 207
Identificatieplaatjes constructeur
207
Identificatie (stickers)
207
Infraroodcamera
11 2
Inhoud brandstoftank ~ Brandstoftank
(inhoud)
153
Instapverlichting
69
Instellen van de uitrustingen
10, 23
Instrumentenpaneel
10, 22, 113
Instrumentenpanelen
10
Interieurfilter
176
231
Index
O
Oliefilter 176
Oliefilter (vervangen)
176
Olieniveau
18, 174
Oliepeilstok
18, 174
Olieverbruik
174
Onder de motorkap ~ Motorruimte
172–174
Onderhoud (adviezen)
156, 180
Onderhoudsadviezen
156, 180
Onderhoudscontroles
17, 176, 178
Onderhoudsindicator
17
Ontgrendelen
26, 29
Ontgrendelen achterklep
27, 29
Ontgrendelen bagageruimte ~ Bagageruimte
ontgrendelen
27, 29
Ontgrendelen portieren ~ Portieren
ontgrendelen
30–31
Ontgrendelen van binnenuit ~ Interieur
ontgrendelen
30
Ontluchten brandstofsysteem ~
Brandstofsysteem ontluchten
183
Op afstand bedienbare functies
164
Op afstand bedienbare functies
(plug-in hybride)
24–25
Openen bagageruimte ~ Bagageruimte
openen
29, 33
Openen motorkap ~ Motorkap, openen
172–173
Openen portieren ~ Portieren openen
29, 33
Oplaadbaar hybridesysteem
6, 24, 98, 107, 155
Opladen via normaal stopcontact
(plug-in hybride)
163–164
Opschakelindicator 108
Overzicht motoren ~ Motorenoverzicht
202,
204–205
Overzicht van het verbruik
24–25
P
Parkeerhulp 144
Parkeerhulp achter
144
Parkeerhulp achter met grafische weergave en
geluidssignalen
144
Parkeerhulpsystemen (algemene adviezen)
11 2
Parkeerhulp vóór
145
Parkeerlichten
67, 192
Persoonlijke instellingen
10, 25
Portieren
33
Portieren sluiten
29–30, 33
Post Collision Safety Brake
81
Profielen
209
Programmeerbare verwarming
25
Proximity Keyless Entry and Start
28
Pyrotechnische gordelspanners
84
R
Radar (waarschuwingen) 11 2
Radio
219
Radiozender
219
READY (verklikkerlampje)
172
Rear Traffic Alert
150
Recuperatief remmen (vertragen door
remmen op de motor)
105
Regelmatige controles ~ Controles
176–177
Regelmatig onderhoud
113, 176, 178
Regeneratie roetfilter
176
Registratie van voertuigdata en privacy
225
Reinigen (adviezen)
156, 180–182
Rembekrachtigingsysteem
80–81
Remblokken
177
Remlichten
192
Remmen
105, 177
Remschijven
177
Remvloeistof
175
Reservewiel
177, 184–185, 188
Reservoir ruitensproeiers ~
Ruitensproeierreservoir
175
Resetten bandenspanningscontrolesysteem
111
Resetten van het traject
22
Richtingaanwijzers
67, 192
Rijadviezen
96–97
Rijden
96–97, 113
Rijhulpcamera (waarschuwingen)
11 2
Rijhulpsystemen (algemene adviezen)
11 2
Rijstanden
106
Rijstrookcontrolesystemen
80
Rijverlichting
66, 69
Roetfilter
175–176
Ruitbediening
39
Ruitensproeier achter
73
Ruitensproeiers
73
Ruitensproeiers vóór
73
Ruitenwisser achter
73