247
PEUGEOT Connect Nav
11PEUGEOT Connect Nav
GPS-navigatie - Apps -
Multimedia-audiosysteem
- Bluetooth
®-telefoon
De beschreven functies en instellingen zijn afhankelijk van de uitvoering van de auto en
het land waar de auto is verkocht.
Om veiligheidsredenen en omdat deze handelingen de aandacht van de bestuurder
vereisen, moeten deze handelingen worden
uitgevoerd wanneer de auto stilstaat en het
contact is ingeschakeld:
–
De smartphone via Bluetooth met het systeem
koppelen.
–
De smartphone gebruiken.
–
V
erbinding maken met de apps CarPlay
® of
Android Auto (bepaalde apps worden niet meer
weergegeven als de auto rijdt).
–
Een video bekijken (het afspelen van de video
stopt wanneer de auto weer begint te rijden).
–
De systeeminstellingen en de configuratie
wijzigen.
AM- en DAB-radio zijn niet beschikbaar bij hybrideauto's.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het uitsluitend in uw auto functioneert.
De melding Eco-mode wordt weergegeven
wanneer het systeem in stand-by wordt gezet.
Via de website van het merk kunt u updates voor het systeem en de kaartgegevens
downloaden.
De updateprocedure is hier ook te vinden.
De broncodes van Open Source Software (OSS) van het systeem zijn op de volgende
sites beschikbaar:
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
De eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de toets drukt, wordt het geluid onderbroken.
Als u bij afgezet contact op de toets drukt, wordt het
systeem ingeschakeld.
Verhoog of verlaag het volume met het wieltje
of de toetsen "plus" of "min" (afhankelijk van de
uitvoering).
Gebruik de menutoetsen aan weerszijden van of
onder het touchscreen om de menu's te openen
en druk vervolgens op de virtuele toetsen op het
touchscreen.
Gebruik afhankelijk van de uitvoering de toetsen
"Bron" of "Menu" om de menu's te openen en druk
vervolgens op de op het touchscreen weergegeven
toetsen.
U kunt op elk gewenst moment het menu oproepen
door het scherm kort met drie vingers aan te raken.
Alle aanraakfuncties op het touchscreen zijn wit.
Druk op de pijl Terug om één niveau terug te gaan.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Het touchscreen is een capacitief scherm. Voor het schoonmaken van het scherm
is het raadzaam gebruik te maken van een
niet schurende zachte doek (bijvoorbeeld een
brillendoekje), zonder schoonmaakmiddel.
Raak het scherm niet aan met scherpe
voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven
op de zijbalken of op de bovenste balk van het
touchscreen (afhankelijk van de uitrusting):
–
Statusinformatie van de airconditioning
(afhankelijk van de uitvoering) en rechtstreeks
toegang tot het desbetreffende menu.
–
Rechtstreeks toegang tot de keuze van de
audiobron om de lijst met radiozenders (of titels,
afhankelijk van de geluidsbron) te bekijken.
–
T
oegang tot de "Berichten" van meldingen,
e-mailberichten, updates van kaarten en
aanwijzingen van het navigatiesysteem (afhankelijk
van de diensten).
–
T
oegang tot de instellingen van het touchscreen
en het digitale instrumentenpaneel.
Audiobronnen selecteren (afhankelijk van de
uitrusting):
248
PEUGEOT Connect Nav
– FM/DAB/AM-radiozenders (afhankelijk van de
uitrusting).
–
T
elefoon verbonden via Bluetooth en multimedia-
uitzending Bluetooth (streaming).
–
USB-geheugenstick.
–
V
ia de AUX-aansluiting aangesloten mediaspeler
(afhankelijk van de uitrusting).
–
V
ideo (afhankelijk van de uitrusting).
In het menu "Instellingen" kunt u een individueel profiel of een profiel voor een
groep mensen met gedeelde interesses
aanmaken, en een groot aantal instellingen
(voorkeuzezenders, audio-instellingen,
navigatiegeschiedenis, favoriete contacten, enz.)
configureren. De instellingen worden automatisch
toegepast.
Als het zeer warm is in het interieur, kan het voorkomen dat het geluidsvolume lager
wordt gezet om het systeem te beschermen. Het
systeem kan dan gedurende 5 minuten of langer
in de standby-modus (scherm en geluid worden
uitgeschakeld) staan.
Het systeem werkt weer normaal wanneer de
temperatuur in het passagiersgedeelte is gezakt.
Stuurkolomschakelaars
Spraakbedieningssysteem: Deze toets bevindt zich op het stuurwiel of
op het uiteinde van de lichtschakelaar (afhankelijk
van de uitvoering).
Kort indrukken: spraakbediening van het systeem.
Lang indrukken, gesproken commando's van een
smartphone of CarPlay
®, Android Auto via het
systeem.
Het geluidsvolume verhogen.
Het geluidsvolume verlagen.
Geluid onderbreken door tegelijkertijd op
de toetsen voor het verhogen en verlagen van
het geluidsvolume te drukken (afhankelijk van de
uitrusting).
Geluidsweergave weer inschakelen door op één van
de twee volumetoetsen te drukken.
Media (kort indrukken): veranderen van multimediabron.
Telefoon (kort indrukken): telefoongesprek starten.
Tijdens telefoongesprek (kort indrukken): toegang
tot het telefoonmenu. Telefoon (lang indrukken) : inkomend gesprek
weigeren, gesprek beëindigen; als de telefoon niet
wordt gebruikt, toegang tot het telefoonmenu.
Radio (draaien): automatisch zoeken naar
vorige/volgende zender.
Media (draaien): vorige / volgende nummer,
bladeren door lijsten.
Kort indrukken: bevestigen van een selectie.
Wanneer er niets wordt geselecteerd, toegang tot
voorkeuzezenders.
Radio: weergeven van de zenderlijst. Media: weergeven van de tracklijst.
Radio (ingedrukt houden): bijwerken van de lijst met
beschikbare radiozenders.
Menu's
Online navigatie
Voer de instellingen voor het navigatiesysteem in, en kies een
bestemming.
249
PEUGEOT Connect Nav
11Gebruik realtime diensten, afhankelijk van de
uitrusting.
Apps
Voer bepaalde apps uit via uw smartphone, via CarPlay® of Android Auto.
Controleer de status van de verbindingen
van
Bluetooth
® en Wi-Fi.
Radio Media
FM 87.5 MHz
Selecteer een geluidsbron of radiozender, of laat foto's weergeven.
Telefoon
Verbind een telefoon via Bluetooth®, lees
berichten en e-mails en verzend
snelberichten.
Instellingen
Configureer een persoonlijk profiel en/of configureer het geluid (balans, sfeer enz.) en
de weergave (taal, eenheden, datum, tijd, enz.).
Auto
Schakel bepaalde voertuigfuncties in of uit, of configureer deze.
Airconditioning
21,518,5
Stel de instellingen voor temperatuur en de luchtstroom in.
255
PEUGEOT Connect Nav
11Selecteer een contact in de lijst om de geleide
navigatie te starten.
Naar een Point of Interest
(POI)
Geleide methode:
De Points of Interest (POI) zijn onderverdeeld in
verschillende categorieën.
Druk op Navigatie om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "MENU" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Points of interest".
Selecteer het tabblad "Reizen",
" Activiteiten", "Winkelcentrum",
" Openbaar" of "Geografisch".
Of
Selecteer "Zoeken" om de naam en het adres van een POI in te voeren.
Druk op "OK" om de route te berekenen.
Of
Intuïtieve methode:
Wanneer u deze dienst wilt gebruiken, kunt u deze methode alleen selecteren wanneer
er een netwerkverbinding aanwezig is. Deze
verbinding kan een "netwerkverbinding via de
auto" wanneer u de Peugeot Connect Packs
gebruikt of een "netwerkverbinding van de
gebruiker" via een smartphone zijn.
In beide gevallen wordt het systeem automatisch
met het internet verbonden wanneer er
netwerkdekking is.
Druk op Navigatie om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "MENU" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Zoeken".
Druk op de modus die rechtsonder op het scherm
wordt weergegeven (Lokaal of Verbonden) om
"Database" te wijzigen.
Selecteer de "Database" in de "Lokaal"- modus (geïntegreerd in de kaart), of in de
"Verbonden"-modus (verbonden met internet).
Druk op de pijl Terug om te bevestigen.
Voer een adres of trefwoorden in voor uw
bestemming (POI).
Druk op "OK" om het zoeken te starten.
Selecteer het tabblad "Op de route",
" Rondom de auto" of "Op bestemming" om
uw zoekopdracht te verfijnen.
Selecteer het gewenste adres om de route te
berekenen.
Naar een punt op de kaart
Druk op Navigatie om het beginscherm weer te geven.
Verken de kaart door er met uw vinger over heen
te gaan.
Selecteer de bestemming door op de kaart te
drukken.
Tik op het scherm om een markeerpunt te plaatsen en een submenu weer te geven.
Druk op deze toets om de geleide navigatie te starten.
Of
Druk op deze toets om het weergegeven adres op te slaan.
Wanneer u lang op een punt drukt, wordt een lijst met POIs geopend.
Naar GPS-coördinaten
Druk op Navigatie om het beginscherm weer te geven.
Verken de kaart door er met uw vinger over heen
te gaan.
Raak het scherm met een vinger aan om naar het
volgende afbeelding te gaan.
Druk op deze toets om de wereldkaart weer te geven.
Selecteer, met behulp van het raster, het gewenste
land of de gewenste regio door hierop in te zoomen.
Druk op deze toets om de GPS-coördinaten weer te geven of in te voeren.
Er wordt een markeerpunt weergegeven in het midden van het scherm, met de
coördinaten "Breedtegraad" en "Lengtegraad".
Selecteer de soort coördinaten:
GMS voor: Graden, Minuten, Seconden.
256
PEUGEOT Connect Nav
GD voor: Graden, Decimalen.Druk op deze toets om de geleide navigatie te starten.
Of
Druk op deze toets om het weergegeven adres op te slaan.
OF
Druk op deze toets om de "Breedtegraad"- gegevens via het virtuele toetsenbord in te
voeren.
En
Druk op deze toets om de "Lengtegraad"- gegevens via het virtuele toetsenbord in te
voeren.
TMC (Traffic Message
Channel)
In bepaalde landen beschikbaar.
TMC (Traffic Message Channel)-berichten worden
gebaseerd op een Europese standaard voor het
uitzenden van verkeersinformatie via het RDS-
systeem op FM-radio, waarbij verkeersinformatie in
realtime wordt uitgezonden.
De door deze TMC-berichten doorgegeven locaties
worden vervolgens weergegeven op een GPS-
navigatiekaart, en onmiddellijk verwerkt in de
aanwijzingen van het navigatiesysteem zodat
ongevallen, files en wegafsluitingen vermeden
kunnen worden.
Waarschuwingen voor gevarenzones kunnen al dan niet worden weergegeven,
afhankelijk van de betreffende wetgeving en op
het hebben van een abonnement op de
betreffende dienst.
Online navigatie
Verbinding voor online
navigatie
Afwerkingsniveau en abonnement op online diensten en opties, afhankelijk van de uitvoering.
Netwerkverbinding via het systeem van
de auto
Met de Peugeot Connect Packs wordt het systeem automatisch verbonden met het
internet en de aangesloten diensten. In dat geval
hoeft er geen verbinding via een smartphone te
worden gemaakt.
OF
Netwerkverbinding via de mobiele
telefoon van de gebruiker
Ga naar de landelijke website van het merk van uw auto om te zien welke smartphones
compatibel zijn.
Schakel het toestel in en voer de instellingen in
voor het delen van de internetverbinding van de
smartphone.
De technologie staat niet stil en daarom raden wij aan om het besturingssysteem
van de smartphone, en de datum en tijd van
de smartphone en van het systeem up-to-date
te houden. Op deze manier zorgt u ervoor dat
de communicatie tussen de smartphone en het
systeem goed verloopt.
USB-verbinding
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze
via een USB-kabel is aangesloten.
Bluetooth-verbinding
Schakel de Bluetooth-functie van de telefoon in en maak deze zichtbaar voor alle
apparaten (zie het gedeelte "Connect-App").
Wi-Fi-verbinding
Selecteer een Wi-Fi-netwerk dat door het systeem wordt gedetecteerd en maak
hiermee verbinding.
Deze functie is alleen beschikbaar als deze is ingeschakeld via de "Notificaties" of via
het menu "Connect-App".
Druk op "Berichten".
Selecteer Wi-Fi om deze in te schakelen.
OF
Druk op Connect-App om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
257
PEUGEOT Connect Nav
11Selecteer "Verbinding Wi-Fi-netwerk".
Selecteer het tabblad "Beveiligd", "Niet
beveiligd", of "Opgeslagen".
Selecteer een netwerk.
Voer via het virtuele toetsenbord de "Sleutel"
van het Wi-Fi -netwerk en het "Wachtwoord"
in.
Druk op "OK" om verbinding tot stand te brengen tussen de smartphone en het
systeem van de auto.
Beperkingen in gebruik: Met CarPlay® is het delen van een
verbinding alleen beschikbaar bij een
Wi-Fi-verbinding.
De kwaliteit van de diensten is afhankelijk van de
kwaliteit van de netwerkverbinding.
Versturen van gegevens
toestaan.
Druk op Instellingen om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Systeemconfiguratie".
Selecteer het tabblad "Stand privégesprek".
OF
Druk op "Berichten".
Druk op "Stand privégesprek".
VERVOLGENS
Schakel het volgende in of uit:
–
"Gegevens worden niet gedeeld, behalve bij
bedrijfswagens".
–
"Alleen gegevens delen"
–
"Gegevens en voertuigpositie delen"
Specifieke instellingen voor
online navigatie
Druk op Navigatie om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "MENU" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Instellingen".
Selecteer het tabblad "Kaart".
Schakel het volgende in of uit:
– "Waarschuwingen voor risicozones
toestaan".
–
"Adviesroute om eindbestemming te voet te
bereiken".
Deze instellingen moeten voor elk profiel worden
geconfigureerd.
Druk op "OK" om uw keuze te bevestigen.
Selecteer het tabblad "Config. waarsch.".
Schakel het volgende in of uit:
–
"Waarschuwen voor parkeerplaatsen in de
buurt".
–
"Melding tankstation".
–
"Waarschuwen voor gevaarlijke zones" en druk
dan op het waarschuwingspictogram (driehoekje)
om waarschuwingen te configureren.
–
"Geluidssignaal".
–
"Waarschuwen nabijheid POI 1".
–
"Waarschuwen nabijheid POI 2".
Druk op "OK" om uw keuze te bevestigen.
De "Berichten" in de bovenste balk kunnen
altijd worden geopend.
Waarschuwingen voor gevarenzones kunnen al dan niet worden weergegeven,
afhankelijk van de geldende wetgeving en of u
een abonnement op de betreffende dienst hebt.
Als "TOMTOM TRAFFIC" wordt weergegeven, zijn de diensten beschikbaar.
Met online navigatie beschikt u over de volgende diensten.
Een pakket online diensten:
–
Weer,
–
Tankstations,
–
Parking,
–
Verkeer,
259
PEUGEOT Connect Nav
11de USB-aansluitingen die compatibel zijn met de
apps CarPlay® of Android Auto.
Ga naar de website voor uw land van de
fabrikant om te zien welke smartphones
compatibel zijn.
Gebruikers kunnen een smartphone synchroniseren zodat ze apps op het
scherm van de auto zien die de CarPlay
®- of
Android Auto-technologie van de smartphone
ondersteunen. Om CarPlay
®-technologie te
kunnen gebruiken, moet de functie CarPlay®
eerst op de smartphone worden geactiveerd.
Ontgrendel de smartphone om het
communicatieproces tussen de smartphone en
het systeem te starten.
De technologie staat niet stil en daarom raden
wij aan om het besturingssysteem van de
smartphone, en de datum en de tijd op de
smartphone en van het systeem up-to-date te
houden.
Connectiviteit
Druk op Connect-App om het beginscherm weer te geven.
Druk op "Connectiviteit" om de functies CarPlay
®
of Android Auto
te openen.
CarPlay®-verbinding voor
smartphones
Verschilt per land.
Wanneer de USB-kabel wordt aangesloten,
schakelt de functie CarPlay® de Bluetooth®-
modus van het systeem uit.
De functie "CarPlay" werkt alleen in combinatie
met een compatibele smartphone en compatibele
apps.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel
is aangesloten.
Druk op "Telefoon" om de CarPlay®-
interface weer te geven.
Of
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel
is aangesloten.
Druk op het scherm van het systeem op " Connect-App" om het beginscherm weer te
geven.
Druk op "Connectiviteit" om de "CarPlay
®"-functie
te openen.
Druk op "CarPlay" om de CarPlay®-interface
weer te geven.
Wanneer de USB-kabel wordt ontkoppeld en het contact uit en weer in wordt
geschakeld, schakelt het systeem niet
automatisch naar de RAD MEDIA-modus. De
bron moet handmatig worden gewijzigd.
Android Auto-verbinding voor smartphones
Verschilt per land.
Installeer via "Google Play" de app
" Android Auto" op de smartphone.
De functie "Android Auto" werkt alleen in
combinatie met een compatibele smartphone en
compatibele apps.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel
is aangesloten.
Druk op het scherm van het systeem op " Connect-App" om het beginscherm weer te
geven.
Druk op "Connectiviteit" om de "Android Auto"-
functie te openen.
Druk op "Android Auto" om de app in het systeem te starten.
Tijdens de procedure worden er verschillende schermen voor bepaalde
functies weergegeven.
Accepteer deze om de verbinding tot stand te
brengen en te voltooien.
Tijdens de Android Auto-weergave kunt u de
verschillende audiobronnen met de aanraaktoetsen
in de bovenste balk van het scherm gebruiken.
De menu's van het systeem kunnen op elk moment
met de menutoetsen worden geopend.
260
PEUGEOT Connect Nav
In de Android Auto-modus wordt de functie die uitklapmenu's weergeeft door met drie
vingers op het scherm te drukken, uitgeschakeld.
Afhankelijk van de kwaliteit van het netwerk kan het zijn dat het even duurt voordat de
apps beschikbaar zijn.
Voertuig-apps
Druk op Connect-App om het beginscherm weer te geven.
Druk op "Voertuig-apps" om de startpagina van de
apps te openen.
Internet-browser
Druk op Connect-App om het beginscherm weer te geven.
Druk op "Connectiviteit" om de functie
" Connected-apps" te openen.
Druk op "Connected-apps" om de startpagina van
de browser te openen.
Selecteer het land waar u woont.
Druk op "OK" om uw keuze op te slaan en
de browser te starten.
De internetverbinding komt tot stand via een van de netwerkverbindingen van de auto of
van de gebruiker.
Bluetooth-verbinding®
De beschikbaarheid van de diensten is afhankelijk van het netwerk, de simkaart en
de compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-
apparaten. Raadpleeg de gebruikershandleiding
van de smartphone om te kijken welke diensten
beschikbaar zijn.
De functie Bluetooth moet zijn ingeschakeld, en de smartphone moet zijn ingesteld op
"zichtbaar voor alle apparaten".
Controleer of de door de smartphone en het
systeem weergegeven code identiek zijn om het
koppelen, met wat voor methode dan ook (via de
smartphone of via het systeem), te voltooien.
Wanneer het koppelen niet lukt, raden wij u aan om op de smartphone de functie
Bluetooth uit te schakelen en weer in te
schakelen.
Procedure via de smartphone
Selecteer de naam van het systeem in de lijst met gedetecteerde apparaten.
Accepteer, in het systeem, het verzoek om
verbinding met de smartphone te maken.
Procedure via het systeem
Druk op Connect-App om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
Druk op "Bluetooth-verbinding".
Selecteer "Zoeken".
Er wordt een lijst met de gedetecteerde
smartphones weergegeven.
Selecteer in de lijst de naam van de gekozen smartphone.
Afhankelijk van het type smartphone, wordt u gevraagd om de overdracht van uw
contacten en berichten goed te keuren.
Verbinding delen
De smartphone kan via 3 verschillende profielen via
het systeem worden verbonden:
–
"Telefoon" (handsfree-set, uitsluitend telefoon),
–
"Streaming" (streaming: draadloos
audiobestanden via de smartphone afspelen),
–
"Gegevens mobiel internet".
Het profiel "Gegevens mobiel internet" moet worden geactiveerd voor online
navigatie (wanneer voor de auto geen
"noodoproep of pechhulpoproep"-diensten
beschikbaar zijn), nadat eerst het delen van de
verbinding van de smartphone is geactiveerd.
Selecteer één of meer profielen.
Druk op "OK" om te bevestigen.