Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-2
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
13
DAU10474
Contactslot/stuurslotVia het contactslot/stuurslot worden het ont-
stekingssysteem en de verlichtingssyste-
men bediend en wordt het stuur
vergrendeld. De diverse standen worden
hierna beschreven.OPMERKINGGebruik de standaardsleutel (zwarte greep)
voor regelmatig gebruik van de machine.
Bewaar de codeersleut el (rode greep) op
een veilige plaats en gebruik deze uitslui-
tend voor hercodering om het risico op ver-lies te minimaliseren.
DAU84035
ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom en de voertuigverlichting wordt
ingeschakeld. De motor kan worden ge- start. De sleutel kan niet worden uitgeno-
men.
OPMERKING
De koplamp(en) gaan branden als de
motor wordt gestart.
Laat om ontladen raken van de accu te
voorkomen het contactslot niet in de
stand “ON” staan zonder dat de motordraait.
DAU10664
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
WAARSCHUWING
DWA10062
Draai nooit de sleutel naar “OFF” of
“LOCK” terwijl de machine rijdt. Hier-
door worden de elektrische systemen
uitgeschakeld, wat mogelijk kan leiden
tot verlies van de controle of een onge-val.
DAU73803
LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen.
Om het stuur te vergrendelen
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in en
draai deze dan naar “LOCK”.
3. Neem de sleutel uit.OPMERKINGAls het stuur niet wordt vergrendeld, pro-
beer het dan iets terug naar rechts te draai-en.
ON
OFF
LOCK
1. Drukken.
2. Draaien.12
BEA-9-D0.book 2 ページ 2021年12月20日 月曜日 午後3時49分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-4
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
13
terug naar de middenstand. Om de richting-
aanwijzers uit te schakelen wordt de scha-
kelaar ingedrukt nadat hij is teruggekeerd in
de middenstand.
DAU66030
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU66061
Stop/Run/Start-schakelaar “ / / ”
Om de motor te starten met de startmotor,
zet u deze schakelaar op “ ” en drukt u de
schakelaar vervolgens omlaag naar “ ”.
Zie pagina 6-2 voor star tinstructies voordat
u de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval, zo-
als wanneer de machine omslaat of als de
gaskabel blijft hangen.
DAU91670
Schakelaar alarmverlichting “ ”
Met deze schakelaar wordt de alarmverlich-
ting ingeschakeld (gelijktijdig knipperen van
alle richtingaanwijzers). De alarmverlichting
wordt gebruikt in een noodgeval of om an-
dere verkeersdeelnemers te waarschuwen
als uw machine stilstaat in een mogelijk ge-
vaarlijke verkeerssituatie.
De alarmverlichting kan alleen worden in- ofuitgeschakeld als de sleutel in de stand
“ON” staat. De ingesc
hakelde alarmverlich-
ting blijft knipperen als u het contactslot
naar de stand “OFF” of “LOCK” draait. Om
de alarmverlichting uit te schakelen, draait u
het contactslot weer naar de stand “ON” en
bedient u opnieuw de schakelaar van de
alarmverlichting.
LET OP
DCA10062
Gebruik de alarmverlichting niet gedu-
rende langere tijd als de motor niet
draait omdat hierdoor de accu kan ontla-den.
DAU73952
Cruise-controlschakelaars
Zie pagina 3-1 voor ui tleg over de werking
van cruise control.
DAU91365
Schakelaars MODE
Gebruik de schakelaars MODE om te wis-
selen tussen “D-MODE” en “TCS-MODE”
aan de linkerzijde van het hoofddisplay.
Er zijn drie modusregelingen:
Schakelaar MODE omhoog - druk op deze
schakelaar om de geselecteerde modusin-
stelling omhoog aan te passen.
Schakelaar “MODE” - druk op deze scha-
kelaar om links-rechts te wisselen tussen “D-MODE” en “TCS-MODE”.
Schakelaar MODE omlaag
- druk op deze
schakelaar om de geselecteerde modusin-
stelling omlaag aan te passen.
OPMERKING
Als in “D-MODE 1” op de schakelaar
MODE omhoog wordt gedrukt, wordt
gewisseld naar “D-MODE 4”. Als in
“D-MODE 4” op de schakelaar MODE
omlaag wordt gedrukt, wordt niet ge-
wisseld naar “D-MODE 1”.
De “TCS-MODE” kan alleen worden
uitgeschakeld vanaf het hoofddisplay.
Selecteer “TCS-MODE” met de scha-
kelaar “MODE” en houd vervolgens de
schakelaar MODE omhoog ingedrukt
totdat “OFF” wordt weergegeven.
Gebruik de schakel aar MODE omlaag
om de tractieregeling weer in te scha-
kelen.
Als “TCS-MODE” op “OFF” wordt ge-
zet, worden de tractieregeling, SCS en
LIF ook uitgeschakeld.
Zie pagina 4-12 voor meer informatie
over de weergave MODE.
Zie pagina 3-3 voor meer informatie
over “TCS-MODE”.
Zie pagina 3-3 voor meer informatieover “D-MODE”.
BEA-9-D0.book 4 ページ 2021年12月20日 月曜日 午後3時49分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-15
1
2
345
6
7
8
9
10
11
12
13
DAU9145B
Instellingen MENUHet scherm MENU bevat de volgende in-
stellingenmodules. Selecteer een module
om gerelateerde instellingen te wijzigen. Toegang en gebruik van het instellin-
gen MENU
Het instellingen MENU wordt als volgt ge-
bruikt:
Draai de wielschakelaar omhoog of omlaag
om items te markeren of waarden te verho-
gen of verlagen en druk de wielschakelaar
kort naar binnen om de selectie te bevesti-
gen.
Houd de wielschakelaar ingedrukt totdat het
scherm terugkeert naar de hoofdweergave
om het MENU op enig moment te verlaten.
OPMERKING
Sommige schermen van het instellin-
genmenu bevatten een naar boven
wijzend driehoeksymbool. Selecteer
het driehoeksymbool om aangebrach-te wijzigingen op te slaan en het huidi-
ge scherm af te sluiten.
Als er machinebeweging wordt gede-
tecteerd, zal het systeem automatisch
het instellingen MENU afsluiten en te-
rugkeren naar het hoofdscherm.
Sluit elk menu af met het driehoeksym-
bool (indien weergegeven) om te ver-
zekeren dat de gewenste wijzigingen
worden opgeslagen. Als u het instellin-
genmenu afsluit door de wielschake-
laar ingedrukt te houden, wordenwijzigingen mogelijk niet opgeslagen.
“Display Setting”
Met deze module kunt u de rondetijdmodus
en de toerentellerkleur modus in- of uitscha-
kelen.
Als de rondetijdmodus wordt geselecteerd,
geven de twee voertuiginformatiedisplays
Module Beschrijving
“Exit” MENU afsluiten en
terugkeren naar het
hoofdscherm
“Display
Setting” Rondetijdmodus in- of
uitschakelen en
toerentellerkleur
aanpassen
“Manual TCS
Setting” Instellingen van de
tractieregeling/SCS/LIF
voor “TCS-MODE M”
aanpassen
“Vehicle
Setting” Instellingen BC/
snelschakelsysteem
aanpassen
Display Setting
Exit
Manual TCS SettingVehicle SettingShift Indicator
km/h
MENU
“Shift Indicator”Schakelindicator in- of
uitschakelen en
instellingen van de
toerenteller aanpassen
“Maintenance” Onderhoudsintervallen
bekijken en terugstellen
“Unit” Brandstofverbruik en
maateenheden instellen
“Brightness” Helderheid van het scherm
aanpassen
“Clock” Klok aanpassen
“All Reset” Alle instellingen
terugzetten naar
fabrieksinstellingen
Lap Time OFFTacho Color OFF
km/h
Display Setting
BEA-9-D0.book 15 ページ 2021年12月20日 月曜日 午後3時49分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-18
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
13
VAL 1 en INTERVAL 2).
Om een onderhoudsritteller terug te stellen,
selecteert u deze en houdt u vervolgens de
wielschakelaar ingedrukt.OPMERKINGNamen van onderhoudsitems kunnen nietworden gewijzigd.
“Unit”
Met deze module kunt u de weergave wis-
selen tussen metrische en imperiale maat-
eenheden.
Bij gebruik van kilometers kunnen de een-
heden voor brandstofverbruik worden ge-
wisseld tussen “km/L” of “L/100km”. Bij
gebruik van mijlen is MPG beschikbaar.
Temperatuureenheden kunnen worden ge-
wisseld tussen Celsius en Fahrenheit. “Brightness”
Met deze module kunt u het algemene hel-
derheidsniveau van het weergavescherm
aanpassen.
Selecteer het gewenste helderheidsniveau
door de wielschakelaar te draaien en druk
vervolgens op de wielschakelaar om de in-
stelling vast te leggen en terug te keren
naar het bovenste scherm MENU.
“Clock”
Met deze module kunt u de klok instellen.
Als de klokmodule wordt geselecteerd, wor-
den de uren gemarkeerd.
Stel de uren in door de wielschakelaar te
draaien. Druk de wielschakelaar naar bin-
nen om de instelling te bevestigen en de mi-
nuten te markeren.
Na bevestiging van de minuten keert de
weergave terug naar het scherm MENU.
“All Reset”
Met deze module kunt u alle instellingen
(behalve de kilometerteller en de klok) te-
rugstellen naar de standaard- of fabrieksin-
stellingen.
Selecteer YES om alle items terug te stel-
len. Nadat YES is geselecteerd, worden alle
items teruggesteld en keert de weergave
automatisch terug naar het scherm MENU.
km or mile
kmL/100km°C
km/L or L/100km
°C or °F
km/h
Unit
km/h
Brightness
1
km/h
Clock
0010
NOYES
km/h
All Reset
BEA-9-D0.book 18 ページ 2021年12月20日 月曜日 午後3時49分
Periodiek onderhoud en afstelling
7-21
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
13
DAU36505
Remlichtschakelaars Het remlicht moet gaan branden net voor-
dat de remwerking intreedt. Het remlicht
wordt geactiveerd door schakelaars die zijn
verbonden met de remhendel en het rem-
pedaal. Aangezien de remlichtschakelaars
onderdelen zijn van het Yamaha ABS (An-
ti-lock Brake System), mogen ze alleen
worden onderhouden door een Yamaha
dealer.
DAU22393
Controleren van voor- en
achterremblokkenDe remblokken in de voor- en achterrem
moeten worden gecontroleerd op slijtage
volgens de intervalperioden voorgeschre-
ven in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
DAU36891
Remblokken voorrem
Elk voorremblok heeft een eigen slijtage-in-
dicator, zodat het remblok kan worden ge-
controleerd zonder de rem te hoeven
demonteren. Bekrachtig de rem en let op de
stand van de slijtage-indicator om de rem-
blokslijtage te controleren. Wanneer een
remblok zover is afgesleten dat de slijta-
ge-indicator de remschijf bijna raakt, vraag dan een Yamaha dealer de remblokken als
set te vervangen.
DAU46292
Remblokken achterrem
Elk achterremblok is voorzien van slijta-
ge-indicatorgroeven, zodat het remblok kan
worden gecontroleerd zonder de rem te
hoeven demonteren. Let op de slijtage-indi-
catorgroeven om de remblokslijtage te con-
troleren. Wanneer een remblok zover is
afgesleten dat een slijtage-indicatorgroef
bijna zichtbaar is, vraag dan een
Yamaha-dealer de remblokken als set te
vervangen.
1. Slijtage-indicator remblok
1
1
1. Slijtage-indicatorgroef remblok
1
1
BEA-9-D0.book 21 ページ 2021年12月20日 月曜日 午後3時49分