3046-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Periodieke controle van de banden-
spanning
Het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem vervangt de periodieke controle van de 
bandenspanning niet. Controleer daarom ook 
zelf regelmatig de bandenspanning.
■Bandenspanning
●Nadat met de startknop stand AAN gese-
lecteerd is, kan het enkele minuten duren 
voordat de bandenspanning wordt weerge-
geven. Het kan ook enkele minuten duren 
voordat de bandenspanning wordt weerge-
geven nadat de banden op spanning zijn 
gebracht.
●De bandenspanning verandert met de tem-
peratuur. De weergegeven waarden kun-
nen verschillen van de waarden die met 
andere bandenspanningmeters worden 
gemeten.
■Situaties waarin het bandenspannings-
waarschuwingssysteem mogelijk niet 
goed werkt
●Onder de volgende omstandigheden werkt 
het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Toyota-velgen zijn 
gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exem-
plaar dat niet overeenkomt met de 
OE-specificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exem-
plaar dat niet de voorgeschreven maat 
heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteu-
nende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating 
die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, 
vooral bij de wielen of de wielkasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger 
is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspannings-
sensoren en -zenders worden gebruikt.
• Als de identificatiecode op de banden-
spanningssensoren en -zenders niet is 
geregistreerd in de bandenspanningswaar-
schuwingssysteem-ECU.
●In de volgende situaties kunnen de presta-
ties worden beïnvloed.
• Wanneer u in de buurt van een televisie-
zendmast, elektriciteitscentrale, tanksta-
tion, radiozender, videowall, luchthaven of 
andere locatie rijdt waar sterke radiogolven 
of elektromagnetische velden aanwezig 
zijn
• Als u een draagbare radio, mobiele tele-
foon, draadloze telefoon of een ander 
draadloos communicatiemiddel bij u draagt
Als de bandenpositiegegevens niet juist wor-
den weergegeven als gevolg van slechte ont-
vangst van de radiogolven, kan de weergave 
worden hersteld door verder te rijden en zo 
de ontvangst van de radiogolven te verande-
ren.
●Wanneer de auto geparkeerd is, kan het 
langer duren voordat de waarschuwing 
verschijnt of verdwijnt.
●Wanneer de bandenspanning snel daalt, 
zoals bij een klapband, dan verschijnt de 
waarschuwing mogelijk niet.
■Waarschuwingen bandenspannings-
waarschuwingssysteem
De eventuele waarschuwing van het banden-
spanningswaarschuwingssysteem is geba-
seerd op de rijomstandigheden. Daarom laat 
het systeem mogelijk zelfs een waarschu-
wing zien wanneer de bandenspanning niet 
laag genoeg is of wanneer de druk hoger is 
dan de druk die was ingesteld tijdens het ini-
tialiseren van het systeem.
Bij het vervangen van banden of velgen 
moeten de bandenspanningssensoren 
en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssenso-
ren en -zenders geplaatst worden, 
moeten de identificatiecodes van deze 
componenten worden geregistreerd in 
de bandenspanningswaarschuwings-
systeem-ECU en moet het banden-
spanningswaarschuwingssysteem wor-
den geïnitialiseerd. 
Plaatsen van 
bandenspanningssensoren 
en -zenders
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book  Page 304  Tuesday, February 22, 2022  9:51 AM