Page 425 of 626

4244-6. Rijtips
Neem wanneer u gaat terreinrijden de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht
voor optimaal rijgenot en om te voorko-
men dat terreinrijden in bepaalde
gebieden niet meer wordt toegestaan:
Rijd alleen in gebieden waar off-
road-auto's mogen rijden.
Respecteer particulier eigendom.
Vraag toestemming aan de eigenaar
voordat u een privéterrein betreedt.
Betreed geen afgesloten gebieden.
Respecteer hekken, afsluitingen en
borden die u de toegang ontzeggen.
Blijf op de gebaande paden. Pas, als
het nat is, uw rijtechniek aan of ga
langzamer rijden om schade aan het
terrein te voorkomen.
Terreinrijden
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen voor terrein-
rijden
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
altijd in acht om de kans op ernstig letsel
en schade aan uw auto tot een minimum
te beperken:
●Rijd voorzichtig bij terreinrijden. Neem
geen onnodige risico's door op gevaar-
lijke plaatsen te rijden.
●Pak de spaken van het stuurwiel niet
vast als u door terrein rijdt. Een plotse-
linge hobbel kan het stuurwiel ver-
draaien en uw handen verwonden.
Houd beide handen en vooral de dui-
men op de buitenkant van de stuurwiel-
rand.
●Controleer altijd de werking van de rem-
men direct na het rijden door zand,
modder, water of sneeuw.
●Controleer na het rijden door lang gras,
modder, zand, riviertjes, over stenen,
enz. of er geen gras, takken, papier,
doeken, stenen, zand, enz. aan de
onderkant is blijven hangen of vastzit.
Verwijder dergelijke onregelmatighe-
den van de onderkant van de auto. Als
met de auto wordt gereden terwijl deze
materialen onder de auto vastzitten of
blijven hangen, kan de auto kapot gaan
of kan er brand ontstaan.
●Als u over onverharde wegen of door
ruw terrein rijdt, rijd dan niet met hoge
snelheid, spring niet met de auto, maak
geen scherpe bochten, raak geen voor-
werpen, enz. Dit kan ervoor zorgen dat
u de controle over de auto verliest of
over de kop slaat, waardoor ernstig let-
sel kan ontstaan. Bovendien bestaat
dan de kans dat er kostbare schade ont-
staat aan de wielophanging en het
chassis van de auto.
OPMERKING
■Voorkomen van waterschade
Neem alle veiligheids maatregelen in acht
om er zeker van te zijn dat er geen water-
schade aan het batterijpakket (tractiebat-
terij), het hybridesysteem of andere
onderdelen ontstaat.
●Water in de motorruimte kan ernstige
schade aan het hybridesysteem veroor-
zaken. Water in het interieur kan kort-
sluiting veroorzaken in het batterijpakket
(tractiebatterij) dat zich onder de achter-
stoelen bevindt.
●Water dat in de hybridetransmissie
komt, beschadigt de transmissie. Het
controlelampje kan gaan branden en er
kan mogelijk niet met de auto gereden
worden.
●Water kan het vet van de wiellagers
spoelen, roestvorming veroorzaken en
zorgen voor storingen. Het water kan in
de hybridetransmissie terechtkomen,
waardoor de smerende eigenschappen
van de olie afnemen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 424 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 426 of 626
425
4
4-6. Rijtips
Rijden
OPMERKING
■Tijdens het rijden door water
Indien u door water wilt rijden, bijvoorbeeld
bij het oversteken van een beekje, contro-
leer dan eerst de diepte van het water, de
bodemgesteldheid en de toegankelijkheid
van de oever aan de overzijde. Rijd lang-
zaam en vermijd diep water.
■Controle na terreinrijden
●Zand en modder op de remschijven
kunnen de remcapaciteit nadelig beïn-
vloeden en beschadigingen veroorza-
ken aan onderdelen van het
remsysteem.
●Voer na een dag terreinrijden altijd een
onderhoudsinspectie uit nadat u door
ruw terrein, zand, modder of water hebt
gereden.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 425 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 427 of 626
4264-6. Rijtips
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 426 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 428 of 626
5
427
5
Voorzieningen in het interieur
Voorzieningen
in het interieur
5-1. Gebruik van de airconditioning
en de achterruitverwarming
Automatische airconditioning. 428
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming/
stoelventilatoren .................. 434
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting . 437
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden .......... 440
Voorzieningen in de bagageruimte ................. 444
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in
het interieur
Overige voorzieningen in het interieur ..................... 450
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 427 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 429 of 626

4285-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5-1.Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Schakelaar automatische modus
Schakelaar temperatuurregeling links
Schakelaar temperatuurregeling rechts
DUAL-schakelaar
Schakelaar OFF
Schakelaar voorruitverwarming
Schakelaar achterruit- en buitenspiegelverwarming
Keuzeschakelaar aanjager
Schakelaar verlagen aanjagersnelheid
Schakelaar verhogen aanjagersnelheid
Schakelaar luchtcirculatieregeling
Schakelaar buitenlucht-/recirculatiemodus
Schakelaar S-FLOW-modus
Aircoschakelaar
Deze afbeelding is voor auto's met linkse besturing. Voor uitvoeringen met rechtse
besturing is de positie van de knoppen omgekeerd.
Automatische airconditioning
De uitstroomopeningen waaruit de lucht komt en de aanjagersnelheid wor-
den automatisch geregeld op basis van de gekozen temperatuur.
Bedieningspaneel airconditioning
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 428 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 430 of 626

429
5
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
■Wijzigen van de ingestelde tempe-
ratuur
Draai de draaiknop voor de tempera-
tuurregeling aan bestuurderszijde
rechtsom om de temperatuur te verho-
gen en linksom om de temperatuur te
verlagen.
De functies van de toetsen van de airconditi-
oning wijzigen van gescheiden naar
gemeenschappelijke bediening en omge-
keerd als de DUAL-schakelaar wordt inge-
drukt.
Gemeenschappelijke bediening (het contro-
lelampje in de DUAL-schakelaar is uit):
De draaiknop voor de temperatuurregeling
aan de bestuurderszijde kan worden
gebruikt om de temperatuur aan de bestuur-
ders- en passagierszijde in te stellen. Bedien
de draaiknop voor de temperatuurregeling
aan de passagierszijde om de gescheiden
bediening te activeren.
Gescheiden bediening (het controlelampje in
de DUAL-schakelaar brandt):
De temperatuur aan de bestuurders- en pas-
sagierszijde kan afzonderlijk worden inge-
steld.
■Instellen van de aanjagersnelheid
Druk op de schakelaar voor het verho-
gen van de aanjagersnelheid om de
aanjagersnelheid te verhogen en de
schakelaar voor het verlagen van de
aanjagersnelheid om de aanjagersnel-
heid te verlagen.
Druk op de schakelaar OFF om de aanjager
uit te schakelen.
■Wijzigen van de luchtcirculatie-
modus
Druk op de toets voor de luchtcirculatie-
regeling.
De luchtcirculatiemodus verandert telkens
wanneer de schakelaar wordt ingedrukt als
volgt:
1 Bovenlichaam
2 Bovenlichaam en voeten
3 Voeten
4 Voeten en voorruitontwaseming
■Schakelen tussen buitenluchtmo-
dus en recirculatiemodus
Druk op de schakelaar buitenlucht-
/recirculatiemodus.
Iedere keer als er op de toets wordt gedrukt,
wordt er geschakeld tussen de buitenlucht-
modus (controlelampje brandt niet) en de
recirculatiemodus (controlelampje brandt).
■In-/uitschakelen van de koel- en
ontvochtigingsfunctie
Druk op de aircoschakelaar.
Wanneer de functie is ingeschakeld, brandt
het controlelampje op de toets A/C.
■Ontwasemen van de voorruit
De ruitverwarming wordt gebruikt om
de voorruit en de zijruiten voor te ont-
wasemen.
Druk op de schakelaar voor de voorruit-
verwarming.
112233
44
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 429 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 431 of 626

4305-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Zet, als de recirculatiemodus is ingescha-
keld, de toets voor de buitenlucht-/recircula-
tiemodus in de buitenl uchtmodus. (Mogelijk
gaat dit automatisch.)
Verhoog de aanjagersnelheid en de tempe-
ratuur om de voorruit en zijruiten snel te ont-
wasemen.
Druk wanneer de voorruit is ontwasemd
nogmaals op de schakelaar voor de voorruit-
verwarming om terug te keren naar de
vorige modus.
Als de voorruitverwarmi ng is ingeschakeld,
brandt het controlelampje op de schakelaar
voorruitontwaseming.
■Ontwasemen van de achterruit en
buitenspiegels
De achterruit- en buitenspiegelverwar-
ming worden gebruikt om de achterruit
te ontwasemen en om regendruppels,
dauw en ijs van de buitenspiegels te
verwijderen.
Druk op de schakelaar achterruit- en
buitenspiegelverwarming.
De buitenspiegelverwarming schakelt na 15
minuten automatisch uit.
Als de achterruit- en buitenspiegelverwar-
ming is ingeschakeld, brandt het controle-
lampje op de schakelaar achterruit- en
buitenspiegelverwarming.
■Persoonlijke voorkeursinstellin-
gen aanjager
Als de automatische stand geselec-
teerd is, kan alleen de aanjagersnel-
heid volgens uw voorkeur worden
ingesteld.
1 Druk op de schakelaar voor de
automatische modus.
2 Druk op de keuzeschakelaar voor
de aanjager. 3
Elke keer als de keuzeschakelaar
voor de aanjager wordt ingedrukt,
verandert de aanjagersnelheid als
volgt.
MEDIUM (gemiddeld) SOFT (laag)
FAST (snel)
■Beslaan van de ruiten
●Wanneer de luchtvochtigheid in de auto
hoog is, zullen de ruiten gemakkelijk
beslaan. Als u de aircoschakelaar inscha-
kelt, wordt de lucht die via de uitstroom-
openingen stroomt, ontvochtigd en wordt
de voorruit efficiënt ontwasemd.
●Als u de aircoschakel aar uitschakelt, zullen
de ruiten mogelijk sneller beslaan.
●De ruiten zullen mogelijk beslaan als de
recirculatiemodus is ingeschakeld.
■Bij het rijden op stoffige wegen
Sluit alle ruiten. Als er na het sluiten van de
ruiten nog altijd stof wordt aangezogen, zet
dan de luchttoevoerregeling in de buiten-
luchtmodus en schakel de aanjager in.
■Buitenlucht-/recirculatiemodus
●Het wordt aangeraden om de recirculatie-
modus tijdelijk in te schakelen om te voor-
komen dat er vuile lucht wordt aangevoerd
en om de auto te helpen koelen wanneer
het buiten warm is.
●Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recir-
culatiemodus automat isch ingeschakeld
afhankelijk van de inges telde temperatuur
of de temperatuur in de auto.
■Werking van de airconditioning in de
ECO-rijmodus
●In de ECO-rijmodus wordt de airconditio-
ning als volgt bediend voor een laag
brandstofverbruik:
• Het motortoerental en de werking van de compressor worden geregeld om de ver-
warm-/koelcapaciteit te beperken
• Wanneer de automatische modus is geko- zen, wordt de aanjagersnelheid beperkt
●Doe het volgende om de prestaties van de
airconditioning te verbeteren:
• Wijzig de aanjagersnelheid
• Schakel de ECO-rijmodus uit ( Blz. 406)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 430 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 432 of 626

431
5
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
■Wanneer de buitentemperatuur tot bijna
0°C daalt
De ontvochtigingsfuncti e werkt mogelijk niet,
zelfs niet wanneer de toets A/C wordt inge-
drukt.
■Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmo-
dus om frisse lucht binnen te laten.
●Tijdens het gebruik kunnen verschillende
geuren van binnen en buiten de auto in het
airconditioningsysteem terechtkomen. Dit
kan tot gevolg hebben dat de lucht die uit
de uitstroomopeningen komt niet lekker
ruikt.
●Het voorkomen van mogelijke geuren:
• We raden u aan het airconditioningsys- teem in de buitenluchtmodus te zetten
voordat u de motor uitschakelt.
• Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager direct nadat de airconditioning in
de automatische modus wordt ingescha-
keld even vertraagd.
●Bij het parkeren schakelt het systeem
automatisch de buitenluchtmodus in voor
een betere luchtcirculatie in de auto, wat
helpt om geuren bij het starten van de auto
te verminderen.
■Interieurfilter
Blz. 495
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. de werking van de toets
AUTO van de airconditioning) kunnen wor-
den gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoon-
lijke voorkeur sinstellingen: Blz. 603)
1 Druk op de schakelaar AUTO.
De ontvochtigingsfunctie wordt ingescha-
keld. De uitstroomopeningen waaruit de
lucht komt en de aanjagersnelheid worden
automatisch geregeld op basis van de geko-
zen temperatuur en de luchtvochtigheid.
2Wijzig de ingestelde temperatuur.
3 Druk op de schakelaar OFF om de
procedure te beëindigen.
Als de instelling van de aanjagersnel-
heid of de luchtcirculatiemodi worden
bediend, dooft het controlelampje van
de automatische modus. De automati-
sche modus blijft echter ingeschakeld
voor de andere functies dan die worden
bediend.
■Gebruik van de automatische modus
De aanjagersnelheid wordt automatisch
geregeld op basis van de gekozen tempera-
tuur en de omgevingscondities.
Daarom kan direct na het indrukken van de
schakelaar AUTO de aanjager even worden
uitgeschakeld tot er voldoende warme of
koude lucht voorhanden is.
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de voorruit beslaat
Gebruik de schakelaar voor de voorruitont-
waseming niet in combinatie met koele
lucht bij zeer vochtig weer.
Het verschil tussen de buitentemperatuur
en de temperatuur van de voorruit zorgt
ervoor dat de buitenkant van de voorruit
beslaat, waardoor het zicht wordt belem-
merd.
■Als de buitenspiegelverwarming
ingeschakeld is
Raak het spiegeloppervlak van de buiten-
spiegels niet aan wanneer de buitenspie-
gelverwarming is ingeschakeld.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Laat, als het hybridesysteem is uitgescha-
keld, de airconditioning niet langer inge-
schakeld dan noodzakelijk is.
Gebruik van de automatische
modus
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 431 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM