4164-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden over-
schreden wordt (bijvoorbeeld versleten
banden op een weg die bedekt is met
sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge
snelheid op een nat of glad wegdek.
■De remweg met ABS in werking kan
langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg
van de auto te verkorten. Houd altijd vol-
doende afstand tot uw voorligger, met
name in de volgende gevallen:
●Als wordt gereden op wegen met grind,
zand en dergelijke, of op besneeuwde
wegen
●Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Als wordt gereden op slechte wegen
●Als wordt gereden over wegen met
diepe gaten of andere grote oneffenhe-
den
■De TRC/VSC werkt mogelijk niet
effectief als
Het insturen van de juiste richting en het
overbrengen van de aandrijfkracht kunnen
op een gladde weg niet onder alle omstan-
digheden gerealiseerd worden, zelfs niet
als het TRC/VSC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder
omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■De Active Cornering Assist werkt niet
effectief als
●Vertrouw niet alleen op de Active Cor-
nering Assist. De Active Cornering
Assist werkt mogelijk niet effectief bij het
accelereren op een helling of bij het rij-
den op een glad wegdek.
●Wanneer de Active Cornering Assist
vaak in werking is getreden, wordt de
werking ervan mogelij k tijdelijk gestopt
om een goede werking van de remmen,
TRC en VSC te garanderen.
■De Hill Start Assist Control werkt niet
effectief wanneer
●Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start
Assist Control. De Hill Start Assist Con-
trol werkt mogelijk niet effectief op steile
hellingen en op met ijs bedekte wegen.
●In tegenstelling tot de parkeerrem is de
Hill Start Assist Control niet bedoeld om
de auto gedurende langere tijd op zijn
plaats te houden. Gebruik de Hill Start
Assist Control niet om de auto op een
helling op zijn plaats te houden omdat
dat kan leiden tot een ongeval.
■Als de TRC/het ABS/de VSC/de Trai-
ler Sway Control in werking is
Het controlelampje Traction Control knip-
pert. Rijd altijd voorzichtig. Roekeloos rij-
gedrag kan leiden tot ongevallen. Wees
bijzonder voorzichtig als het controle-
lampje knippert.
■Als de TRC/VSC/Trailer Sway Control
is uitgeschakeld
Wees zeer voorzichti g en pas uw snelheid
aan de conditie van het wegdek aan.
Schakel de TRC/VSC/Trailer Sway Con-
trol alleen in geval van nood uit, aangezien
deze systemen zorg dragen voor de voer-
tuigstabiliteit en het aandrijfvermogen.
Trailer Sway Control is onderdeel van het
VSC-systeem en werkt niet als het VSC is
uitgeschakeld of een storing heeft.
■Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat
hebben, van hetzelfde merk zijn en het-
zelfde profiel en draagvermogen hebben.
Controleer verder of alle banden de aan-
bevolen spanning hebben.
De ABS, TRC en VSC/Trailer Sway Con-
trol werken niet goed als er verschillende
banden onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige voor meer infor-
matie over het vervangen van de wielen of
banden.
■Omgaan met banden en wielop-
hanging
Problemen met de banden of wijzigingen
aan de wielophanging hebben een nega-
tief effect op de ondersteunende systemen
en kunnen een storing veroorzaken.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 416 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
419
4
4-6. Rijtips
Rijden
Rijd met een constante snelheid. Neem
als u ergens moet stoppen de tijd voor
het loslaten van het gaspedaal en trap
rustig het rempedaal in. Er kan meer
elektrische energie worden geregene-
reerd tijdens het decelereren.
Maak alleen gebruik van de airconditio-
ning als dat nodig is. Dit helpt het ben-
zineverbruik te beperken.
In de zomer: Gebruik bij hoge tempera-
turen de recirculatiemodus. Dit beperkt
de belasting van de airconditioning en
vermindert ook het brandstofverbruik.
In de winter: De benzinemotor wordt
pas automatisch uitgeschakeld als de
benzinemotor en het interieur warm zijn
en verbruikt dus brandstof. Het brand-
stofverbruik kan worden verminderd
door overmatig gebruik van de verwar-
ming te vermijden.
Controleer de bandenspanning regel-
matig. Een onjuiste bandenspanning
kan leiden tot een hoog brandstofver-
bruik.
Winterbanden kunnen veel wrijving ver-
oorzaken en kunnen, als ze worden
gebruikt op droge wegen, dus ook een
hoger verbruik vero
orzaken. Gebruik
banden die geschikt zijn voor het sei-
zoen. Zware bagage leidt tot een hoger
brandstofverbruik. Neem geen onno-
dige bagage mee. Ook een groot impe-
riaal leidt tot een hoger
brandstofverbruik.
Opwarmen van de motor is niet nodig,
omdat de benzinemotor als hij koud is
automatisch start en weer wordt uitge-
schakeld. Als vaak korte afstanden
worden gereden, warmt de motor her-
haaldelijk op en ook dat kan leiden tot
een hoger brandstofverbruik.
Rijden op de snelweg
Airconditioning
Controle van bandenspanning
Bagage
Opwarmen voor het rijden
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page
419 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
433
5
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
■Geconcentreerde luchtcirculatie-
modus voorstoel handmatig
in-/uitschakelen
Wanneer de geconcentreerde luchtcir-
culatiemodus voor de voorstoel is inge-
schakeld, kan met de schakelaar
worden ingesteld of de lucht alleen
naar de voorstoelen moet stromen of
naar alle stoelen. Wanneer de modus
handmatig wordt bediend, stopt de
automatische regeling van de luchtcir-
culatie.
Druk op op het bedieningspaneel
van de airco om de luchtcirculatie in te
stellen.
Indicator brandt: luchtstroom alleen
naar de voorstoelen
Indicator is uit: luchtstroom naar alle
stoelen.
■Werking van de automatische luchtcir-
culatie
●Voor het behoud van een comfortabel inte-
rieur kan de luchtstroom, direct nadat het
hybridesysteem is gestart en op andere
momenten, afhankelijk van de buitentem-
peratuur, naar stoelen zonder passagiers
worden geleid.
●Als, nadat het hybridesysteem is gestart,
passagiers in de auto van plaats verande-
ren of in- of uit de auto stappen, kan het
systeem de aanwezigheid van passagiers
niet goed bepalen en werkt de automati-
sche regeling van de luchtcirculatie niet.
■Handmatige regeling van de luchtcircu-
latie
Zelfs wanneer de functie handmatig wordt
ingesteld om de luchtstroom alleen naar de
voorstoelen te leiden, wordt mogelijk automa-
tisch lucht naar alle stoelen geleid wanneer
een achterstoel bezet is.
■Terugkeren naar automatische luchtcir-
culatie
1 Zet, wanneer de indicator uit is, het con-
tact UIT.
2 Wacht ten minste 60 minuten en zet het
contact AAN.
■Plaats van uitstroomopeningen
De uitstroomopeningen en luchthoe-
veelheid veranderen overeenkomstig
de geselecteerde luchtcirculatiemodus.
■Afstellen van de richting van de
luchtstroom en openen/sluiten
van de uitstroomopeningen
Voor
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
3 De uitstroomopening sluiten
Overzicht en bediening
uitstroomopeningen
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 433 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
455
5
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
Voorzieningen in het interieur• Knippert continu 3 keer herhaaldelijk
(oranje)
• Knippert continu 4 keer herhaaldelijk (oranje)
■De draadloze lader kan worden bediend
als
Het contact in stand ACC of AAN staat.
■Bruikbare draagbare apparaten
Standaard Wireless Qi-laders kunnen wor-
den gebruikt voor draagbare apparaten.
Niet voor alle standaard Qi-apparaten is ech-
ter compatibiliteit gegarandeerd.
De draadloze lader is bedoeld voor draag-
bare apparaten met een laag vermogen van
niet meer dan 5 W, zoals mobiele telefoons
en smartphones.
■Wanneer er hoesjes of accessoires aan
de draagbare apparaten zijn bevestigd
Laad niet op wanneer er een hoesje of
accessoire aan het draagbare apparaat is
bevestigd dat niet compatibel is met Qi.
Afhankelijk van het type hoesje of accessoire
kan het zijn dat het laden niet mogelijk is.
Verwijder het hoesje of accessoire als het
draagbare apparaat op het laadgebied is
geplaatst, ook al wordt er niet geladen.
■Tijdens het laden is via AM-radio ruis te
horen
Schakel de draadloze lader uit en controleer
of de ruis is afgenomen. Als de ruis afneemt,
druk dan gedurende 2 seconden op de voe-
dingsschakelaar van de draadloze lader.
Hiermee kan de frequentie van de lader wor-
den gewijzigd en de ruis worden verminderd.
In dat geval gaat ook de werkingsindicator 2
keer oranje knipperen.
■Belangrijke punten met betrekking tot
de draadloze lader
●Als de elektronische sleutel niet in het inte-
rieur kan worden gesignaleerd, kan er niet
worden geladen. Wanneer het portier
wordt geopend en gesloten, wordt het
laden mogelijk tijdelijk onderbroken.
Vermoedelijke
oorzakenOplossing
Fout in communicatie
tussen auto en lader.
Als het contact in
stand ACC staat: Zet
het contact AAN.
Als het contact AAN
staat: Zet het contact
UIT en vervolgens
AAN.
Neem contact op met
een erkende Toyota-
dealer of herstel-
ler/reparateur of een
andere naar beho-
ren gekwalificeerde
en uitgeruste des-
kundige als de wer-
kingsindicator na het
uitvoeren van de
bovenstaande proce-
dure nog steeds
knippert.
Vermoedelijke oorzakenOplossing
Er bevindt zich een
vreemde substantie
tussen het draag-
bare apparaat en het
laadgebied.
Verwijder de
vreemde substantie.
Het draagbare appa-
raat is niet synchroon
doordat het van het
midden van het laad-
gebied is geschoven.Plaats het draagbare
apparaat in het mid-
den van het laadge-
bied.
Vermoedelijke
oorzakenOplossing
De temperatuur in de
draadloze lader stijgt.
Stop direct met laden
en start het laden
weer na een poos te
hebben gewacht.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 455 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
5447-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Als er een melding wordt weergegeven
dat u naar een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige moet gaan
Het systeem of onderdeel dat op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven, is
defect. Laat de auto onmiddellijk nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Als er een melding wordt weergegeven
dat de handleiding moet worden
geraadpleegd
●Als de onderstaande berichten worden
weergegeven, volg dan de desbetreffende
instructies.
• “Engine Coolant Temp High” (hoge koel- vloeistoftemperatuur) ( Blz. 576)
• “Exhaust Filter Full” (uitlaatgasfiltersys- teem vol) ( Blz. 410)
●Als de onderstaande meldingen worden
weergegeven, is er mogelijk sprake van
een storing. Breng de auto onmiddellijk op
een veilige plaats tot stilstand en neem
contact op met een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Doorrijden met de auto kan
gevaarlijk zijn.
• “Hybrid System Malfunction” (storing hybri- desysteem)
• “Check Engine” (controleer motor)
• “Hybrid Battery System Malfunction” (sys- teemstoring batterijpakket)
• “Accelerator System Malfunction” (sys- teemstoring gaspedaal)
• “Hybrid System Stopped” (Hybridesysteem uitgeschakeld)
• “Engine Stopped” (verbrandingsmotor uit- geschakeld)
• “Smart Entry & Start System Malfunction” (storing Smart entry-systeem met start-
knop)
●Als de onderstaande meldingen worden
weergegeven, is er mogelijk sprake van
een storing. Laat onmiddellijk de auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• “Oil Pressure Low” (lage oliedruk)
• “Braking Power Low” (lage remkracht)
●Als “Maintenance Required for Traction
Battery Cooling Parts See Owner’s
Manual” (Onderhoud vereist voor koelon-
derdelen tractiebatterij, raadpleeg handlei-
ding) wordt weergegeven, zit de filter
mogelijk verstopt, is de ventilatieopening
mogelijk geblokkeerd of zit er mogelijk een
gat in het kanaal. Voer daarom de onder-
staande correctieprocedure uit.
• Als de ventilatieopening of het filter van het batterijpakket (tractieba tterij) vuil is, voer
dan de procedures op Blz. 499 uit om ze
schoon te maken.
• Als de waarschuwingsmelding wordt weer- gegeven wanneer de ventilatieopening en
het filter van het batterijpakket (tractiebat-
terij) niet vuil zijn, laat de auto dan nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Als “Hybrid system overheated. Redu-
ced output power.” (Hybridesysteem
oververhit. Gereduceerd uitgangsver-
mogen) wordt weergegeven
De melding wordt mogelijk weergegeven tij-
dens het rijden onder zware omstandighe-
den. (Bijvoorbeeld wanneer u (achteruit) een
lange steile helling op rijdt.)
Oplossing: Blz. 576
■Als “Traction Battery Needs to be Pro-
tected Refrain from the Use of N Posi-
tion” (Tractiebatterij moet worden
beschermd. Vermijd het gebruik van
stand N.) wordt weergegeven
Deze melding kan worden weergegeven als
de selectiehendel in stand N staat.
Het batterijpakket (tractiebatterij) kan niet
worden geladen als de selectiehendel in
stand N staat. Zet de selectiehendel daarom
in stand P als de auto stilstaat.
■Als “Traction Battery Needs to be Pro-
tected Shift into P to Restart” (Tractie-
batterij moet worden beschermd. Zet
selectiehendel in stand P om opnieuw
te starten.) wordt weergegeven
Deze melding wordt weergegeven wanneer
het batterijpakket (tractiebatterij) bijna leeg is,
doordat de selectiehendel een bepaalde peri-
ode in stand N heeft stilgestaan.
Zet bij het bedienen van de auto de selectie-
hendel in stand P en herstart het hybridesys-
teem.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 544 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
545
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Als “Shift to P when Parked” (zet bij het
parkeren de selectiehendel in stand P)
wordt weergegeven
De melding wordt weergegeven wanneer het
bestuurdersportier wordt geopend terwijl het
contact niet UIT is gezet en de selectiehendel
in een andere stand dan P stond.
Zet de selectiehendel in stand P.
■Als “Shift is in N Release Accelerator
Before Shifting” (Selectiehendel staat in
stand N. Laat vóór het schakelen het
gaspedaal los) wordt weergegeven
De melding wordt weergegeven wanneer het
gaspedaal wordt ingetrapt en de selectiehen-
del in stand N staat. Laat het gaspedaal los
en zet de selectiehendel in stand D of R.
■Als “Press Brake when Vehicle is Stop-
ped Hybrid System may Overheat”
(Trap rempedaal in wanneer auto stil-
staat. Hybridesysteem is mogelijk over-
verhit) wordt weergegeven
De melding wordt weergegeven wanneer het
gaspedaal wordt ingetrapt om de auto op een
helling omhoog te laten stilstaan, enz.
Als deze situatie blijft voortduren, kan het
hybridesysteem oververhit raken.
Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal
in.
■Als “Auto Power OFF to Conserve Bat-
tery” (Auto power off-functie ingescha-
keld om batterijpakket te sparen) wordt
weergegeven
Het contact is UIT gezet door de automati-
sche power off-functie.
Bedien de volgende keer dat u het hybride-
systeem start het hybridesysteem gedurende
ongeveer 5 minuten om de 12V-accu op te
laden.
■Als “Engine Oil Level Low Add or
Replace” (Motoroliepeil laag. Bijvullen
of verversen) wordt weergegeven
Het motoroliepeil is mogelijk te laag. Contro-
leer het oliepeil en vul indien nodig olie bij.
Deze waarschuwingsmelding verschijnt
mogelijk wanneer de auto op een helling stil-
staat. Plaats de auto op een horizontale
ondergrond en controleer of de melding ver-
dwijnt.
■Als er een melding wordt weergegeven
dat er een storing in de camera voor
aanwezig is (indien aanwezig)
De onderstaande systemen worden mogelijk
tijdelijk uitgeschakeld tot het in de melding
aangegeven probleem is opgelost.
( Blz. 329, 533)
●PCS (Pre-Crash Safety-systeem)*
●LTA (Lane Tracing Assist)*
●Automatic High Beam*
●RSA (Road Sign Assist)*
●Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik*
*
: Indien aanwezig
■Als “Radar Cruise Control Unavailable
See Owner's Manual” (Dynamic Radar
Cruise Control-systeem niet beschik-
baar. Zie handleiding) (indien aanwezig)
wordt weergegeven
De Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik (i ndien aanwezig) wordt
tijdelijk uitgeschakeld of tot het in de melding
aangegeven probleem is opgelost. (Oorza-
ken en oplossingen: Blz. 329)
■Als “Radar Cruise Control Unavailable”
(Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem niet beschikbaar) wordt weergege-
ven (indien aanwezig)
De Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik (indi en aanwezig) kan tij-
delijk niet worden gebruikt. Gebruik het
systeem wanneer dit weer beschikbaar is.
■Waarschuwingszoemer
Blz. 541
WAARSCHUWING
■Als er een waarschuwingslampje
gaat branden of een waarschuwings-
zoemer klinkt wanneer een waar-
schuwingsmelding wordt
weergegeven op het multi-informatie-
display
Blz. 542
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 545 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
577
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
4
Het koelvloeistofniveau is correct
als het zich tussen de streepjes
FULL en LOW van het reservoir
bevindt.
Reservoir
FULL-streepje
LOW-streepje
5 Vul indien nodig koelvloeistof bij.
In noodgevallen mag ook water gebruikt
worden als u geen koelvloeistof bij de hand
hebt.
Laat, als in een noodgeval water is toege-
voegd, zo snel mogel ijk de auto nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
6 Schakel het hybridesysteem en de
airconditioning in en controleer of
de koelventilator van de radiateur
draait en of er geen koelvloeistof
lekt uit de radiateur of de slangen.
De koelventilator gaat draaien als de aircon-
ditioning wordt ingeschakeld direct na een
koude start. Controleer of de ventilator draait
door ernaar te luisteren en te voelen of er
luchtstroom is. Schakel als u hier niet zeker
van bent de airconditioning nog een aantal
keer in en uit. (De ventilator werkt mogelijk
niet bij temperaturen beneden het vries-
punt.)
7Als de koelventilator niet draait:
Zet het hybridesysteem onmiddellijk
uit en neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
Als de koelventilator draait:
Laat de auto nakijken door de
dichtstbijzijnde erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
8 Controleer of “Engine Coolant
Temp High Stop in a Safe Place
See Owner’s Manual (Temperatuur
koelvloeistof te hoog. Breng auto op
veilige plaats tot stilstand. Raad-
pleeg handleiding)” wordt weerge-
geven op het multi-
informatiedisplay.
Als de melding niet verdwijnt:
Zet het hybridesysteem uit en neem
contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Als de melding niet wordt weerge-
geven:
Laat de auto nakijken door de
dichtstbijzijnde erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
A
B
C
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 577 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
609Wat moet u doen als... (Problemen oplossen)
Is het stuurslot ontgrendeld?
(Blz. 291)
Is de batterij van de elektronische
sleutel zwak of leeg?
Het hybridesysteem kan in dit geval
worden gestart op een tijdelijke
manier. ( Blz. 570)
Is de 12V-accu ontladen?
(Blz. 571)
Staat het contact AAN? Als u de
selectiehendel niet in een andere
stand kunt zetten na het intrappen
van het rempedaal terwijl het contact
AAN staat. ( Blz. 298)
Het wordt automatisch vergrendeld
om diefstal van de auto te voorko-
men. ( Blz. 291)
Is de blokkeerschakelaar van de ruit-
bediening ingedrukt?
De elektrisch bedienbare ruiten,
behalve die van het bestuurderspor-
tier, kunnen niet worden bediend als
de blokkeerschakelaar van de ruit-
bediening wordt ingedrukt.
(Blz. 265)
De auto power off-functie wordt
bediend als het contact gedurende
een bepaalde tijd in stand ACC of
AAN staat (het hybridesysteem
werkt niet). ( Blz. 293)
Het controlelampje van de veilig-
heidsgordel knippert
Dragen de bestuurder en de passagiers hun
veiligheidsgordel? ( Blz. 540
, 540)
Het waarschuwingslampje van de
parkeerrem brandt
Is de parkeerrem gedeactiveerd?
( Blz. 301)
Afhankelijk van de situatie klinken er
mogelijk ook andere soorten waarschu-
wingszoemers. ( Blz. 533, 543)
Heeft iemand een portier geopend
tijdens het instellen van het alarm?
De sensor signaleert dit en laat het
alarm klinken. ( Blz. 111)
Zet om het alarm te stoppen het contact
AAN of start het hybridesysteem.
De selectiehendel kan niet van-
uit stand P in een andere stand
worden gezet, zelfs al trapt u het
rempedaal in
Het stuurwiel kan niet worden
gedraaid nadat het hybridesys-
teem is uitgeschakeld
De ruiten kunnen niet worden
geopend of gesloten met de
schakelaars van de ruitbedie-
ning
Het contact wordt automatisch
UIT gezet
Tijdens het rijden klinkt een
waarschuwingszoemer
Er wordt een alarm geactiveerd
en de claxon klinkt (indien aan-
wezig)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page
609 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM