
252
WARNI NG
De toegang tot “Berichten” is afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto.De benodigde tijd voor het ophalen van uw berichten of e-mailberichten is afhankelijk van de smartphone.
Snelberichten beheren
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “SMS-berichten” om de berichtenlijst weer te geven.Selecteer het tabblad “Te laat”, “Aangekomen”, “Niet beschikbaar” of “Overig” waarop u nieuwe berichten kunt aanmaken.Druk op “Aanmaken” om een nieuw bericht te schrijven.
Selecteer het bericht dat u in een van deze lijsten hebt geselecteerd.Druk op “Overbrengen” om een of meer ontvangers te selecteren.Druk op “Beluisteren” om het bericht te beluisteren.
E-mailberichten beheren
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer
te geven.
Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Email” om de berichtenlijst weer te geven.Selecteer het tabblad “Ontvangen”, “Verzonden” of “Ongelezen”.Selecteer het bericht dat u in een van deze lijsten hebt geselecteerd.Druk op “Beluisteren” om het bericht te beluisteren.
WARNI NG
De toegang tot de e-mailberichten is afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto.
Instellingen
Audio-instellingen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Selecteer “Audio-instellingen”.
Selecteer vervolgens “Equalizer”, “Verdeling”, “Geluid”, “Spraak” of “Beltonen”.Druk op “OK” om de instellingen op te slaan.
NOTIC E
De verdeling van het geluid (of de ruimtelijke verdeling bij het Arkamys©-systeem) in de auto gebeurt op basis van een geluidbewerkingssysteem om ervoor te zorgen dat alle inzittenden kunnen profiteren van een optimale geluidskwaliteit.Uitsluitend beschikbaar bij uitvoeringen met luidsprekers voor en achter
NOTIC E
De instelling Equalizer (keuze uit 6 geluidssferen) en de geluidsinstellingen Bass, Medium en Treble zijn voor elke audiobron verschillend.Schakel “Loudness” in of uit.De instellingen voor “Verdeling” (Alle passagiers, Bestuurder en Alleen vóór) zijn voor alle audiobronnen gelijk.Schakel “Geluiden touchscreen”, “Snelheidsafhankelijke volumeregeling” en “Extra ingang” in of uit.
NOTIC E
Audiosysteem van de auto: het Sound
Staging-systeem van Arkamys© zorgt voor een betere geluidsverdeling in het interieur.

253
TOYOTA Connect Nav
12
Configureren van profielen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Configuratie van de profielen”.
Selecteer “Profiel 1”, “Profiel 2”, “Profiel 3” of “Gemeenschappelijk profiel”.Druk op deze toets om met het virtuele toetsenbord een naam voor het profiel in te voeren.Druk op “OK” om te bevestigen.
Druk op deze toets om een profielfoto toe te voegen.Plaats een USB-stick met daarop de foto in de USB-aansluiting.Selecteer de foto.Druk op “OK” om toestemming te geven voor de overdracht van de foto.Druk nogmaals op “OK” om de instellingen
op te slaan.
NOTIC E
Het kader voor de profielfoto heeft een vierkante vorm, het systeem past de oorspronkelijke vorm van de foto aan dit vierkant aan.
Druk op deze toets om het geselecteerde profiel te resetten.
WARNI NG
Bij het resetten van het profiel wordt Engels als taal ingesteld.
Selecteer een “Profiel” (1, 2 of 3) om dit te koppelen aan “Audio-instellingen”.Selecteer “Audio-instellingen”.
Selecteer vervolgens “Equalizer”, “Verdeling”, “Geluid”, “Spraak” of “Beltonen”.Druk op “OK” om de geselecteerde profielinstellingen op te slaan.
Systeeminstellingen wijzigen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Schermconfiguratie”.
Selecteer “Animatie”.Inschakelen of uitschakelen:Automatische
tekstweergaveSelecteer “Lichtsterkte”.Verplaats de cursor om de lichtsterkte van het scherm en/of het instrumentenpaneel in te stellen.Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.
Selecteer “Systeemparameters”.
Selecteer het tabblad “Eenheden” om de eenheden voor afstand, brandstofverbruik en temperatuur te wijzigen.Selecteer “Fabrieksparameters” om terug te keren naar de beginwaarden.
WARNI NG
Wanneer het systeem wordt gereset naar “Fabrieksparameters”, wordt de taal teruggezet naar Engels, wordt de eenheid voor graden Fahrenheit en wordt de zomertijd uitgeschakeld.
Selecteer “Systeeminfo” om de versies van de verschillende modules weer te geven die op het systeem zijn geïnstalleerd.
Selecteren van de taal
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Talen” om de taal te wijzigen.
Datum instellen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.

255
TOYOTA Connect Nav
12
- de diensten zijn mogelijk niet geselecteerd in het menu van het systeem,- de onlinediensten zijn niet actief (“TOMTOM TRAFFIC” wordt niet weergegeven op de kaart).De POI's worden niet aangegeven.De POI's zijn niet geselecteerd.► Stel de schaal van de kaart in op 200 m of selecteer POI's in de lijst met POI's.Het geluidssignaal voor de “Gevarenzones” functioneert niet.Het geluidssignaal is niet geactiveerd of het volume is te laag.► Activeer het geluidssignaal in het menu “Navigatie” en controleer het stemvolume in de geluidsinstellingen.Het systeem stelt bij incidenten op de route geen alternatieve routes voor.Er wordt geen rekening gehouden met de actuele verkeersinformatie.► Configureer de functie “Verkeersinformatie” in het overzicht met criteria (Zonder, Handmatig of Automatisch).Ik word gewaarschuwd voor een “Gevarenzone”
die niet op mijn route ligt.Het navigatiesysteem meldt alle “Gevarenzones” die zich in een bepaalde kegelvormige zone voor de auto bevinden. Hierdoor worden ook “Gevarenzones” gesignaleerd die zich op nabij gelegen wegen of op parallelle wegen bevinden.► Zoom in op de kaart om de exacte positie van de “Gevarenzone” te bepalen. Selecteer “Op de route” om geen waarschuwingen voor wegen
buiten de route meer te ontvangen of om de duur van de meldingen te verkorten.Sommige files op de route worden niet direct gemeld.Bij het opstarten heeft het systeem enkele minuten nodig om de verkeersinformatie te ontvangen.► Wacht tot de verkeersinformatie goed wordt ontvangen (weergave van de iconen van de verkeersinformatie op de kaart).In bepaalde landen is alleen voor de hoofdwegen (autosnelwegen enz.) verkeersinformatie beschikbaar.Dit is volkomen normaal. Het systeem is afhankelijk van de beschikbare verkeersinformatie.De hoogte wordt niet weergegeven.Bij het opstarten kan de initialisatie van het GPS tot 3 minuten duren voordat er meer dan 4 satellieten correct worden ontvangen.► Wacht tot het systeem volledig is opgestart zodat het signaal van ten minste 4 satellieten wordt ontvangen.De kwaliteit van de GPS-ontvangst kan worden beïnvloed door de omgeving (tunnel enz.) en het
weer.Dit is normaal. De werking van het systeem is afhankelijk van de ontvangst van het GPS-signaal.Het navigatiesysteem is niet meer met het internet verbonden.Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden kan de verbinding niet beschikbaar zijn.► Controleer of de onlinediensten zijn geactiveerd (instellingen, contract).
Radio
De ontvangstkwaliteit van de geselecteerde radiozender neemt geleidelijk af of de voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).De auto is te ver verwijderd van het zendstation van de radiozender of er is geen zendstation in het geografische gebied.► Activeer de functie “RDS” via het snelmenu om het systeem te laten controleren of er een sterker zendstation in het gebied aanwezig is.De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).► Laat de antenne controleren door een dealer.Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld.Dit is een normaal verschijnsel en duidt niet op een storing in het audiosysteem.Ik kan sommige zenders uit de zenderlijst niet ontvangen.
De naam van de zender verandert.De zender wordt niet meer ontvangen of de naam van de zender in de lijst is veranderd.Sommige zenders sturen in plaats van hun naam andere informatie mee (bijv. titel van het afgespeelde nummer).Het systeem interpreteert deze informatie als de naam van de zender.► Druk op de toets “Lijst updaten” in het secundaire menu “Zenderlijst”.

256
Media
Het afspelen van de muziek op mijn USB-stick begint pas na lang wachten (ongeveer 2 tot 3 minuten).Door bepaalde bestanden die standaard op een USB-stick staan kan het erg lang duren tot de muziek op de USB-stick wordt afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).► Wis de bestanden die standaard op de USB-stick staan en beperk het aantal submappen in de mappenstructuur van de USB-stick.Na het aansluiten van een USB-stick moet ik enige tijd wachten.Het systeem leest allerlei gegevens (directory, titel, artiest, enz.). Dit kan enkele seconden tot enkele minuten duren.Dit is volkomen normaal.Sommige karakters in de informatie over de op dat moment afgespeelde audiobron worden niet correct weergegeven.Het audiosysteem kan sommige karakters niet weergeven.
► Gebruik standaardkarakters voor de benaming van nummers en mappen.Het afspelen van streamingbestanden start niet.Het aangesloten apparaat begint niet automatisch met afspelen.► Start het afspelen op het apparaat.Namen van nummers en de speelduur worden niet weergegeven op het audiostreamingscherm.
Het Bluetooth-profiel staat de doorgifte van deze informatie niet toe.
Telefoon
Het lukt me niet om mijn Bluetooth-telefoon te koppelen.De Bluetooth-functie van uw telefoon kan zijn uitgeschakeld of de telefoon is niet zichtbaar.► Controleer of de Bluetooth-functie van uw telefoon is ingeschakeld.► Controleer bij de instellingen van uw telefoon of deze op “zichtbaar voor alle apparaten” staat.► Schakel de Bluetooth-functie van uw telefoon uit en vervolgens weer in.De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het systeem.► U kunt de compatibiliteit van uw telefoon controleren op toyota.nl (Service).Het geluid van de aangesloten Bluetooth-telefoon is niet hoorbaar.Het geluidsvolume is afhankelijk van het systeem en de telefoon.► Verhoog het volume van het audiosysteem,
indien nodig tot maximaal, en verhoog indien nodig het volume van de telefoon.Omgevingsgeluiden hebben invloed op de geluidskwaliteit van een telefoongesprek.► Beperk het omgevingsgeluid (ruiten sluiten, aanjager lager zetten, snelheid verminderen, enz.).Sommige contacten komen dubbel voor in de lijst.Bij het synchroniseren van contacten zijn er drie
opties: synchroniseren van de contacten op de
simkaart, synchroniseren van de contacten in het telefoonboek en beide. In het laatste geval kan het voorkomen dat sommige contacten dubbel worden overgenomen.► Selecteer “Contacten van SIM-kaart weergeven” of “Contacten van telefoon weergeven”.De contacten worden niet in alfabetische volgorde weergegeven.Sommige telefoons hebben speciale weergave-opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen contacten in een bepaalde volgorde worden overgenomen.► Verander de instellingen voor de weergave van contacten in de telefoon.Het systeem ontvangt geen sms-berichten.In de Bluetooth-modus kunnen geen sms-tekstberichten naar het systeem worden gestuurd.
Instellingen
Na het instellen van de lage en hoge tonen wordt de geluidssfeer gedeselecteerd.Na het instellen van de geluidssfeer worden de instellingen voor de lage en hoge tonen
gereset.Elke instelling van de geluidssfeer is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de lage en hoge tonen en andersom.► Wijzig de instelling van de lage en hoge tonen of de geluidssfeer om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Na het instellen van de balans worden de instellingen van de geluidsverdeling
gedeselecteerd.

257
TOYOTA Connect Nav
12
Na het instellen van de geluidsverdeling worden de instellingen van de balans gedeselecteerd.Elke instelling van de geluidsverdeling is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de balans en andersom.► Wijzig de instelling van de balans of de geluidsverdeling om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende audiobronnen.Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de geluidsinstellingen voor de verschillende audiobronnen afzonderlijk worden aangepast. Dit leidt ertoe dat bij het veranderen van de audiobron verschillen hoorbaar kunnen zijn.► Controleer of de geluidsinstellingen zijn aangepast aan de audiobronnen waarnaar wordt geluisterd. Wij adviseren de geluidsinstellingen (Bass:, Treble:, Balans) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer “Geen” te selecteren en de functie Loudness in de stand “Actief” te zetten bij gebruik van de USB-aansluiting en in de stand “Inactief” te zetten bij gebruik van de radio.
► Pas altijd na het instellen van het geluid eerst het volume aan op het draagbare apparaat (hoog niveau). Pas vervolgens het geluidsvolume aan op het audiosysteem.Wanneer de motor is uitgezet, wordt het systeem na enkele minuten uitgeschakeld.Als de motor is uitgezet, werkt het systeem zolang de ladingstoestand van de accu dat toestaat.Het uitschakelen is normaal: het systeem schakelt
automatisch over naar de spaarstand en wordt
uitgeschakeld zodat de laadtoestand van de accu voldoende blijft.► Start de motor om de accu bij te laden.Ik kan de datum en tijd niet instellen.De datum en tijd kunnen alleen worden ingesteld als de synchronisatie met de satellieten is uitgeschakeld.► Menu Instellingen / Opties / Instellen datum en tijd. Selecteer het tabblad “Tijd” en schakel de “GPS-synchronisatie” uit (UTC).

259
Alfabetische index
Brandstoftank leeg (diesel) 173Brandstofverbruik 7Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop 155–156Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep 155–157Buitenlandse reizen 73Buitenspiegels 46–47, 67, 144
C
Carrosserie 172Carrosserie-onderhoud 172CD 208, 221CD MP3 208, 221CD-/MP3 -speler 208Centrale vergrendeling 25, 30Claxon 84Connectiviteit 242Contact 107, 251Contact aangezet 107Controlelampjes 11Controles 163–164, 166–167
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale radio 205–206, 220, 247Dakklep 38Dashboardkastje 50Datum (instellen) 227, 253Datum instellen 227, 253
Detectie obstakels 148Detectie te lage bandenspanning ~ Bandenspanning, detectie 120, 176Dieselmotor 155, 164, 173, 200Digitale radio - DAB (Digital Audio Broadcasting) 205, 220, 247Dimlicht 72, 181–182Dodehoekbewaking 144, 145, 146Draadloze lader 52Dynamische noodrem 11 0–111
E
Eco-mode ~ Eco-modus 161Eco-rijden (adviezen) 7Electronic Stability Program (ESC) 85, 87–88Elektrisch bedienbare schuifdeur 30, 37Elektrisch bediende handrem ~ Handrem, elektrisch bediend 108–111, 167Elektrische ruitbediening 41Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic
Brake Force Distribution (EBD) 84–85Elektronische sleutel 24–25, 107–108Elektronische startblokkering ~ Startblokkering, elektronische 104Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP) 84–88ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma) 84Etiketten 4Extra verwarming 39, 68–70
F
Flacon AdBlue® 169–170Flessenhouder 50Follow me home-verlichting 25Follow me home verlichting ~ Follow-me-home-verlichting 74–75Frequentie (radio) 246–247Functie snelweg (richtingaanwijzers) 73
G
Gekoppeld navigatiesysteem 239–242Gereedschap 173Gesproken commando's ~ Spraakcommando's 233–236Gewichten 198–200GPS 239Grootlicht 72, 181, 183Grootlichtassistent 75–76, 145
H
Halogeenlampen 181Handgeschakelde versnellingsbak ~ Versnellingsbak, handgeschakeld 11 2–11 3, 11 9, 167Handrem 108, 167Handsfree set 210, 224–225, 249–250Head-up display 121–122

260
Helderheid 226Het opslaan van de snelheid 137–138Hill Assist Descent Control (HADC) 88–89Hill Descent Control 88–89Hill-Holder ~ Hill Start Assist 11 2Hoofdsteunen achter 49–50Hoofdsteunen verstellen 50Hoofdsteunen vóór 50Hoogte- en diepteverstelling stuurwiel ~ Stuurverstelling 46Hulpoproep 81–83
I
Identificatiegegevens 201Identificatieplaatjes constructeur 201Identificatie (stickers) 201Indeling interieur ~ Interieurindeling 50Inductielader 52Infraroodcamera 124Inhoud brandstoftank ~
Brandstoftank (inhoud) 155–156Instapverlichting 75Instellingen van het systeem 226, 253Instrumentenpaneel 9, 124Interieurbeveiliging 39Interieurfilter 61, 167Interieurfilter (vervangen) 167
J
Jack-aansluiting 208
K
Kentekenplaatverlichting 185Keyless entry and start 24, 26–30, 105, 107Kinderbeveiliging 100Kinderen 90, 99Kinderen (veiligheid) 100Kinderzitjes 90, 94–96, 98–99Kinderzitjes (conventioneel) 98Kleurcode lak 201Klimaatregeling 65Klokje (instellen) 227, 254Koelvloeistof 165Koelvloeistoftemperatuur 16Koelvloeistoftemperatuurmeter 16Koplampverstelling 76Krik 177
L
Laadschot 53Laadzone 26–27, 35, 54Laden accu ~ Accu laden 189–190Lak 172, 201Lampen 181Lampen (vervangen) 180–181
Lampen vervangen 180–181Lampen (vervangen, referenties) 181Lane Departure Warning System 141, 146LED-verlichting 74, 181Lekke band 174–175, 177Lendensteun 44Lendensteun, verstelling 44Lichtschakelaar 72, 74Lokaliseren van de auto 25Luchtfilter 167Luchtfilter (vervangen) 167Luchtrecirculatie 64
M
Matten 50–51, 124Mat verwijderen 50–51Meldingen 251Menu 223Menu's (audio) 217–218, 232–233Menustructuren display 223
Milieu 7, 33, 70Mistachterlicht 72, 184Mistlampen 183Mistlampen vóór 72, 181Monteren allesdragers ~ Allesdragers monteren 162Motoren 198–200Motorkap 162–163Motorkapsteun 163Motorolie 164

262
Rembekrachtigingsysteem 84–85Remblokken 167Remlichten 184Remmen 167Remschijven 167Remvloeistof 165Reservewiel 120, 168, 173–174, 177, 180Reservoir ruitensproeiers ~ Ruitensproeierreservoir 166Resetten bandenspanningscontrolesysteem 121Richtingaanwijzers 73, 73–74, 73–74, 181, 183–184, 184Rijadviezen 7, 102–103Rijden 102–103Rijhulpcamera (waarschuwingen) 123Rijhulpsystemen (algemene adviezen) 123Rijstrookcontrolesystemen 84–85Rijverlichting 72Roetfilter 166–167Ruitensproeier achter 78Ruitensproeiers vóór 77
Ruitenwisser achter 78Ruitenwisserbladen (vervangen) 78–79Ruitenwisserbladen vervangen 78–79Ruitenwissers 76, 79–80Ruitenwisserschakelaar 76, 78–80Ruitenwissers vóór 77
S
Schakelaars stoelverwarming ~ Stoelverwarming, schakelaars 45–46Schakel sneeuwketting 157Schuifdeuren 37SCR (Selective Catalytic Reduction) 168SCR-systeem 168Selectiehendel automatische transmissie ~ Schakelen automatische versnellingsbak 11 3–11 7Selectiehendel handgeschakelde versnellingsbak ~ Schakelen elektronisch bediende versnellingsbak 11 2–11 3Selectieve ontgrendeling 26–28Sensoren (waarschuwingen) 124Serienummer auto 201Set voor tijdelijke bandenreparatie ~ Bandreparatieset 173–177Sierdeel 180Signalering onoplettendheid 146–147Sjorogen 54
Sleepoog 192Slepen 191Slepen van een auto 191–193Sleutel 24, 26–28, 30–32Sleutel met afstandsbediening 30SMS 252Sneeuwkettingen 120, 157Snelheidsbegrenzer 127–130, 137–138Snelheidslimietherkenning 125–126Snelheidsregelaar 127, 130, 132–133, 137–138
Snelheidsregeling met snelheidslimietherkenning 127Soort lamp 181Spaarfase 161Sproeiers, verwarmd 67Starten 188Starten dieselmotor ~ Dieselmotor starten 155Starten van de auto 105, 107–108, 11 3–11 7Starten van de motor 104Steunstang voor lange voorwerpen 38Stickers 172Stickerset 172Stilzetten van de auto 107–108, 11 3–11 7Stoelen achter ~ Achterbank 43, 47, 49–50, 96Stoelen verstellen 44Stoelverwarming 45–46Stop & Start 22, 62, 67, 11 8–11 9, 155, 162, 167, 188, 191Streaming audio Bluetooth 209, 221, 248Stuurwiel (verstellen) 46Supervergrendeling 31Surround Rear Vision 151
Synchroniseren afstandsbediening 33Synchroniseren van de afstandsbediening ~ Afstandsbediening synchroniseren 33
T
Tankbeveiliging 157Technische gegevens 199–200