641-3. Noodoproep
HIGHLANDER HV_EE
*1: Indien aanwezig
*2: Werkt binnen het eCall-dekkingsgebied. De systeemnaam kan per land verschil-
lend zijn.
Toets SOS*
Controlelampjes
Microfoon
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communicatie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet bestemd
voor communicatie met de eCall-mede-
werker.
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd, belt
het systeem automatisch het eCall-con-
trolecentrum.
* De medewerker van het
controlecentrum ontvangt de locatie
van de auto, het tijdstip waarop het
ongeval plaatsvond en het VIN van de
auto, en probeert de inzittenden van de
auto te spreken om de ernst van de
situatie te beoordelen. Als de inzitten-
den niet in staat zijn om te communice-
ren, behandelt de medewerker de
oproep als een noodgeval, neemt hij of
zij contact op met de dichtstbijzijnde
hulpdiensten (112, enz.) en verzoekt hij
of zij om assistentie ter plaatse.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep
worden verzonden. ( →Blz. 65)
■Handmatige noodoproepen
Druk in een noodsituatie op de toets
SOS om het eCall-controlecentrum te
bellen.
* De medewerker van het contro-
lecentrum zal de locatie van uw auto
bepalen, de situatie beoordelen en de
benodigde hulpdiensten sturen.
Open de afdekking voordat u op de
toets SOS drukt.
Als u per ongeluk op de toets SOS hebt
gedrukt, zeg dan tegen de medewerker dat
er geen sprake is van een noodgeval.
eCall*1, 2
eCall is een telematicadienst die
gebruikmaakt van gegevens van
het Global Navigation Satellite
System (GNSS) en ingebouwde
cellulaire technologie, waardoor
de volgende noodoproepen moge-
lijk zijn: automatische noodoproe-
pen (automatische melding van
een aanrijding) en handmatige
noodoproepen (door het indruk-
ken van de toets SOS). Deze
dienst is door regelgeving van de
Europese Unie verplicht gesteld.
Systeemonderdelen
Noodoproepdiensten
HIGHLANDER-HYBRID_OM_Europe_OM48G42E.book Page 64 Thursday, September 3, 2020 8:42 AM
3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HIGHLANDER HV_EE
■Het systeem kan worden geactiveerd
wanneer
●Het contact AAN staat.
●De Toyota Parking Assist-sensor is inge-
schakeld.
●De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10
km/h.
●De selectiehendel in een andere stand dan
P staat.
■Als “Parking Assist Unavailable” (Par-
king Assist niet beschikbaar) wordt
weergegeven op het multi-informatie-
display
●Er kan continu water over de sensor stro-
men, zoals bij zware regenval. Als het sys-
teem signaleert dat de toestand weer
normaal is, zal het systeem weer normaal
werken.
●Mogelijk is het systeem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem niet
geïnitialiseerd. Initialiseer het systeem.
( → Blz. 330) Als deze melding na de initiali-
satie nog steeds wordt weergegeven, laat
de auto dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Als “Parking Assist Unavailable Clean
Parking Assist Sensor” (Parking Assist
niet beschikbaar, reinig Parking
Assist-sensor) wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay
Mogelijk is een van de sensoren bedekt met
bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Verwijder dit
van de sensor om te zorgen dat het systeem
weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen mogelijk
een waarschuwingsmelding weergegeven
doordat zich ijs vormt op een sensor en een
sensor daardoor mogelij k geen obstakels sig-
naleert. Zodra het ijs smelt, zal het systeem
weer normaal werken.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger.
■Detectie-informatie sensoren
●Tijdens het gebruik kunnen zich de vol-
gende situaties voordoen:
• Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied rond de voor- en
achterbumper van de auto.
• Afhankelijk van de vorm van het object en andere factoren kan de detectieafstand
korter worden of kan detectie niet mogelijk
zijn.
• Obstakels worden mogelijk niet gesigna- leerd als ze zich te dicht bij de sensor
bevinden.
• Tussen het signaleren van een object en de weergave zit een kleine vertraging. Ook
als er met lage snelheid wordt gereden,
bestaat de mogelijkheid dat het object bin-
nen het detectiegebied van de sensoren
komt voordat het display wordt weergege-
ven en het waarschuwingssignaal hoor-
baar is.
• Het kan moeilijk zijn om de zoemer te horen als het audiosysteem hard staat of
als de luchtcirculati e van de airconditioning
veel geluid produceert.
• De zoemer is mogelij k moeilijk te horen
doordat zoemers van andere systemen
klinken.
■Omstandigheden waaronder de functie
mogelijk niet goed werkt
De staat van de auto en de omgeving kunnen
van invloed zijn op de capaciteit van de sen-
sor om objecten correct te signaleren. Speci-
fieke situaties waarin dit voor kan komen ziet
u hieronder.
●De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of ijs.
(Het reinigen van de sensoren zal het pro-
bleem oplossen.)
●De sensor is bevroren. (Het ontdooien van
de sensor zal het probleem oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het
gebeuren dat er ten gevolge van een
bevroren sensor een abnormaal beeld te
zien is op het display of dat objecten, zoals
een muur, niet worden gesignaleerd.
●Een sensor wordt ergens door afgedekt.
●Wanneer een sensor of de omgeving van
een sensor zeer heet of koud is.
●De auto rijdt op een bijzonder hobbelige
weg, op een helling, op grind of op gras.
●Er is veel omgevingslawaai rond de auto
van claxons, motorfietsmotoren, luchtrem-
men van vrachtwagens of andere geluids-
bronnen die ultrasone geluidsgolven
produceren.
HIGHLANDER-HYBRID_OM_Europe_OM48G42E.book Page 330 Thursday, September 3, 2020 8:42 AM
3444-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HIGHLANDER HV_EE
■Als de Parking Support Brake in wer-
king is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking van
de Parking Support Brake, wordt de Parking
Support Brake uitgeschakeld en gaat het
controlelampje PKSB OFF branden. Als de
Parking Support Brake onnodig in werking
treedt, kan de remregeling worden geannu-
leerd door het rempedaal in te trappen of
door ongeveer 2 seconden te wachten totdat
deze automatisch wordt geannuleerd. Vervol-
gens kunt u verder rijden door het gaspedaal
in te trappen.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake
Voer een van de onderstaande handelingen
uit om de Parking Support Brake weer in te
schakelen wanneer deze door het systeem is
uitgeschakeld.
Op dat moment dooft het controlelampje
PKSB OFF. ( →Blz. 102)
●Schakel de PKSB (Parking Support Brake)
in ( →Blz. 340).
●De selectiehendel staat in stand P.
●Rijd zonder bedieningsdoelen in de rijrich-
ting van de auto
●Wijzig de rijric hting van de auto
■Wanneer “PKSB Unavailable” (PKSB
niet beschikbaar) op het multi-informa-
tiedisplay wordt weergegeven en het
controlelampje PKSB OFF knippert
●Wanneer deze melding alleen wordt weer-
gegeven wanneer de selectiehendel in een
andere stand dan R staat, is een sensor op
de voor- of achterbumper mogelijk vuil.
Reinig de sensoren en het omliggende
gebied op de bumpers.
●Mogelijk is het systeem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem niet
geïnitialiseerd. Initialiseer het systeem.
(→ Blz. 344)
Als deze melding na de initialisatie nog
steeds wordt weergegeven, laat de auto
dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Wanneer “PKSB Unavailable” (PKSB
niet beschikbaar) en “Parking Support
Brake Unavailable Remove the Dirt of
Rear Camera” (Parking Support Brake
niet beschikbaar, verwijder het vuil van
de camera achter) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay en het
controlelampje PKSB OFF knippert
●Mogelijk is een van de sensoren bedekt
met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Verwij-
der dit van de sensor om te zorgen dat het
systeem weer normaal werkt.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige als deze melding
ook na het verwijderen van het vuil van de
sensor wordt weergegeven of wordt weer-
gegeven wanneer de sensor helemaal niet
vuil was.
●Mogelijk is een van de sensoren bevroren.
Zodra het ijs smelt, zal het systeem weer
normaal werken.
●Er kan continu water over de sensor stro-
men, zoals bij zware regenval. Als het sys-
teem signaleert dat de toestand weer
normaal is, zal het systeem weer normaal
werken.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger.
HIGHLANDER-HYBRID_OM_Europe_OM48G42E.book Page 344 Thursday, September 3, 2020 8:42 AM
556Alfabetische index
HIGHLANDER HV_EE
H
Haken Bagagenethaken ............................... 402
Bevestigingshaken (vloermat) ............. 28
Kledinghaakjes .................................. 411
Handgrepen .......................................... 411
Head-up display.................................... 117 Aan navigatiesysteem
gekoppelde weergave..................... 120
Displayzone rij-informatie .................. 117
Hybridesysteemindicator ................... 119
Instellingen ........................................ 118
Hendel Ontgrendelingshendel motorkap ....... 425
Richtingaanwijzerschakelaar............. 247
Ruitenwisserhendel ................... 259, 261
Selectiehendel................................... 243
Veiligheidshaak ................................. 425
Hill Start Assist Control ....................... 359
Hoofdsteunen ....................................... 195
Hoogspanningsonderdelen ................... 80
Hybridesysteem...................................... 77 Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem ....... 79
Als het hybridesysteem niet kan worden gestart ......................... 510
Energiemonitor/verbruiksscherm....... 122
EV-modus.......................................... 241
Hoogspanningsonderdelen ................. 80
Oververhitting .................................... 521
Regeneratief remmen ......................... 78
Starten van het hybridesysteem ........ 237
Startknop ........................................... 237
Uitschakelsysteem voor noodgevallen .................................... 83
Voorzorgsmaatregelen hybridesysteem................................. 80
Hybridesysteemindicator ............ 105, 119
Hybridetransmissie .............................. 243 Stand S ..................................... 245, 245
I
IdentificatieAuto .................................................. 526
Motor................................................. 527
Initialisatie
Bandenspannings-waarschuwingssysteem ................. 446
Elektrisch bedienbare ruiten ............. 211
Te initialiseren onderdelen ................ 548
Instapverlichting .................................. 394
Instapverlichting spiegelvoet Lampen vervangen ........................... 463
Instrumentenpaneel Bedieningstoetsen
instrumentenpaneel ........................ 107
Controlelampjes ................................ 102
Dimmer dashboardverlichting ........... 106
Hybridesysteemindicator .................. 105
Instellingen........................................ 112
Klok ........................................... 104, 106
Multi-informatiedisplay ...................... 107
Tellers ............................................... 104
Waarschuwingslampjes .................... 482
Waarschuwingsmelding .................... 492
Interieurfilter ......................................... 453
Interieurverlichting .............................. 394 Interieurverlichting achter ................. 394
Interieurverlichting voor .................... 394
HIGHLANDER-HYBRID_OM_Europe_OM48G42E.book Page 556 Thursday, September 3, 2020 8:42 AM