4824-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA_TMUK_EE
Wanneer het Simple Intelligent Parking Assist-systeem niet kan worden bediend of
wanneer de werking is beëindigd, het systeem is uitgeschakeld, enz., wordt een van
de onderstaande meldingen weergegeven op het multi-informatiedisplay. Neem de
juiste maatregelen overeenkomst ig de weergave op het display.
■Wanneer bediening niet mogelijk is
Meldingen multi-informatiedisplay
MeldingSituatie/oplossing
“IPA System Check Visit Your Dealer”
(IPA-systeemcontrole. Ga naar uw
dealer.)
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig.
→Zet het contact UIT en start vervolgens de
motor.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige als de melding opnieuw
wordt weergegeven.
“Currently Unavailable” (momenteel
niet beschikbaar)
Er zit mogelijk een storing in het systeem.
De stuurbekrachtiging is tijdelijk oververhit.
→ Zet het contact UIT, wacht enige tijd en start
vervolgens de motor opnieuw.
De motor draait niet.
→Start de motor.
Er zit mogelijk ijs, sneeuw, vuil, o.i.d. op een sensor.
Verwijder het ijs, de sneeuw, het vuil, enz.
→Verwijder het ijs, de sneeuw, het vuil, enz.
De sensor is bevroren.
→Zodra de sensor ontdooit, zal het systeem
weer normaal werken.
De accu is verwijderd en weer geplaatst.
→Rijd gedurende ten minste 5 seconden recht
vooruit met een snelheid van ongeveer 35
km/h of hoger.
“Excessive Speed” (snelheid te hoog)
De S-IPA-schakelaar wordt bediend wanneer de rij-
snelheid hoger is dan 30 km/h.
→Bedien de schakelaar wanneer de rijsnelheid
ongeveer 30 km/h of lager is.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 482 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
4884-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA_TMUK_EE
●Wanneer er een auto geparkeerd staat
achter de beoogde parkeerplaats, wordt
deze als gevolg van de afstand mogelijk
niet gesignaleerd. Ook wordt, afhankelijk
van de vorm van de auto en andere
omstandigheden, de detectieafstand
mogelijk korter of is signalering wellicht
niet mogelijk.
●Andere objecten dan geparkeerde auto's,
zoals een paal of muur, worden mogelijk
niet gesignaleerd. Zelfs wanneer deze
objecten kunnen worden gesignaleerd,
wijkt de beoogde parkeerplaats mogelijk
af. Palen
Muur
●Ook wijkt de beoogde parkeerplaats moge-
lijk af wanneer een voetganger, enz. wordt
gesignaleerd.Voetganger
●Het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem werkt mogelijk ni et wanneer roosters,
traanplaten o.i.d. worden gesignaleerd op
de parkeerplaats.
WAARSCHUWING
■Bij gebruik van het Simple Intelligent
Parking Assist-systeem
●Vertrouw niet uitsluitend op het Simple
Intelligent Parking Assist-systeem. Rijd,
net als bij auto's zonder dit systeem,
voorzichtig vooruit en achteruit terwijl u
de omgeving van de auto in de gaten
houdt.
●Rijd niet achteruit terwijl u op het
multi-informatiedisplay kijkt. Als u tij-
dens het achteruitrijden alleen op het
scherm van de monitor let, kan dat een
aanrijding of ongeval tot gevolg hebben,
aangezien het beeld dat op het scherm
van de monitor wordt weergegeven, kan
afwijken van de werkelijke situatie. Con-
troleer de omgeving van de auto tijdens
het achteruitrijden altijd visueel, zowel
met als zonder spiegels.
●Rijd langzaam terwijl u bij het achteruit-
en vooruitrijden de snelheid regelt met
het rempedaal.
●Als de kans bestaat dat de auto een
voetganger, een andere auto of een
ander obstakel zal raken, breng de auto
dan tot stilstand door het rempedaal in
te trappen en druk op de S-IPA-schake-
laar om het systeem uit te schakelen.
●Gebruik het systeem op een parkeer-
plaats met een vlakke ondergrond.
●Houd u aan de volgende voorzorgs-
maatregelen, aangezien het stuurwiel
tijdens het gebruik automatisch wordt
gedraaid.
• Het risico bestaat dat een stropdas, sjaal, uw arm, enz. vast komt te zitten in
het stuurwiel. Zorg dat uw bovenli-
chaam niet te dicht bij het stuurwiel
komt. Voorkom ook dat kinderen te dicht
bij het stuurwiel komen.
• U kunt uzelf tijdens het draaien van het stuurwiel bezeren als u lange vingerna-
gels hebt.
• Breng in een noodgeval de auto tot stil- stand door het rempedaal in te trappen
en druk op de S-IPA-schakelaar om het
systeem uit te schakelen.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 488 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
491
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA_TMUK_EE
Multi-informatiedisplay
Rijmodusselectieschakelaar
Beweeg de rijmodusselectieschakelaar naar
voren of achteren om de gewenste rijmodus
te selecteren op het multi-informatiedisplay.
1
Normale modus
Biedt een optimale balans tussen brandstof-
verbruik, laag geluidsniveau en dynamische
prestaties. Geschikt voor normaal rijden.
2Sportmodus
Regelt de transmissie en de motor voor een
snelle en krachtige acceleratie. In deze
modus wordt ook het stuurgevoel gewijzigd,
waardoor deze modus ges chikt is voor wan-
neer wendbaarheid is gewenst, bijvoorbeeld
bij het rijden op zeer bochtige wegen.
Wanneer de sportmodus geselecteerd
wordt, gaat de sportmodusindicator bran-
den.
Auto's met handgeschakelde transmissie:
Wanneer de sportmodus wordt geselec-
teerd, wordt de iMT ingeschakeld.
( → Blz. 318)
3 ECO-rijmodus
Helpt de bestuurder op milieuvriendelijke
wijze te accelereren en het brandstofver-
bruik te verlagen door een gematigde afstel-
ling van de smoorklep en door het regelen
van de werking van de airconditioning (ver-
warmen/koelen).
Wanneer de ECO-rijmodus geselecteerd
wordt, gaat de ECO-rijmodusindicator bran-
den.
■Werking van de airconditioning in de
ECO-rijmodus
De ECO-rijmodus regelt het verwarmen/koe-
len en de aanjagersnelheid van het airconditi-
oningsysteem om brandstof te besparen.
Doe het volgende om de prestaties van de
airconditioning te verbeteren:
●Schakel de ECO-rijmodus van de aircondi-
tioning uit (auto's me t automatische aircon-
ditioning) ( →Blz. 564)
●Wijzig de aanjagersnelheid ( →Blz. 557,
562)
●Schakel de ECO-rijmodus uit
■Automatisch uitschakelen van de sport-
modus
Als het contact UIT wordt gezet nadat is
gereden in de sportmodus, wijzigt de rijmo-
dus in de normale modus.
Rijmodusselectie-
schakelaar
De rijmodi kunnen worden gese-
lecteerd overeenkomstig de rijom-
standigheden.
Selecteren van een rijmodus
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 491 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
493
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA_TMUK_EE
■Trailer Sway Control
Helpt de bestuurder om de aanhangwa-
gen weer onder controle te krijgen door
op afzonderlijke wielen remdruk uit te
oefenen en het aandrijfkoppel te ver-
minderen wanneer wordt gesignaleerd
dat de aanhangwagen slingert.
■TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht
behouden blijft en voorkomt dat de aan-
drijvende wielen gaan doorslippen bij
het wegrijden met de auto of bij het
accelereren op gladde wegen
■Active Cornering Assist (ACA)
Helpt te voorkomen dat de auto naar de
buitenkant van de bocht uitwijkt door
remregeling uit te oefenen op de wielen
aan de binnenzijde wanneer tijdens het
rijden in een bocht wordt geprobeerd te
accelereren
■Hill Start Assist Control
Helpt te voorkomen dat de auto achter-
uit rolt bij helling op wegrijden
■EPS (elektrische stuurbekrachti-
ging)
Maakt gebruik van een elektromotor om
de benodigde kracht voor het rond-
draaien van het stuurwiel te verminde-
ren.
■Noodstopsignaal
Als het rempedaal plotseling wordt
ingetrapt, gaan de alarmknipperlichten
automatisch knipperen om het achter-
opkomende verkeer te waarschuwen.
■Secondary Collision Brake (indien
aanwezig)
Als de airbagsensor een aanrijding sig-
naleert en het systeem in werking is,
worden de remmen en remlichten auto-
matisch geregeld om de rijsnelheid te
verlagen en te helpen de kans op ver-
dere schade ten gevolge van een
tweede aanrijding te verkleinen.
■Als de TRC/VSC/Trailer Sway Control in
werking is
Het controlelampje Traction Control knippert
wanneer de TRC/VSC/Trailer Sway Control
in werking is.
■Uitschakelen van het TRC-systeem
Als u met uw auto vast komt te zitten in mod-
der of sneeuw, kan het TRC-systeem het
aandrijfvermogen van de motor naar de wie-
len beperken. Als u op drukt om het
systeem uit te schakelen, kunt u de auto
waarschijnlijk gemakkelijker los krijgen door
te ‘schommelen’.
Schakel het TRC-systeem uit door snel
in te drukken en weer los te laten.
“Tractiecontrole UIT” wordt op het multi-infor-
matiedisplay weergegeven.
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 493 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
4944-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA_TMUK_EE
■Uitschakelen van de TRC, VSC en Trai-
ler Sway Control
Schakel de TRC, VSC en Trailer Sway Con-
trol uit door langer dan 3 seconden
ingedrukt te houden terwijl de auto stilstaat.
Het controlelampje VSC OFF gaat branden
en “Tractiecontrole UIT” wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
*
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
*: Bij auto's met PCS (P re-Crash Safety-sys-
teem), wordt de PCS ook uitgeschakeld
(alleen Pre-Crash-waarschuwing is
beschikbaar) Het waarschuwingslampje
PCS gaat branden en er wordt een mel-
ding weergegeven op het multi-informatie-
display. ( →Blz. 360)
■Wanneer de melding wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay dat
de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is
niet ingedrukt
TRC is tijdelijk uitges chakeld. Als de melding
niet verdwijnt neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Voorwaarden voor werking Hill Start
Assist Control
Als aan de volgende vier voorwaarden wordt
voldaan, werkt de Hill Start Assist Control:
●Auto's met Multidrive CVT: De selectiehen-
del staat in een andere stand dan P of N
(bij het vooruit/achteruit bergop wegrijden).
●Auto's met handgeschakelde transmissie:
De selectiehendel staat in een andere
stand dan de achteruit wanneer vooruit
bergop wordt weggereden of in de achter-
uit wanneer achteruit bergop wordt wegge-
reden.
●De auto staat stil
●Het gaspedaal wordt niet ingetrapt
●De parkeerrem is niet geactiveerd
■Automatisch uitschakelen van Hill Start
Assist Control
De Hill Start Assist Control wordt in de vol-
gende situaties uitgeschakeld:
●Auto's met Multidrive CVT: De selectiehen-
del wordt in stand P of N gezet.
●Auto's met handgesc hakelde transmissie:
De selectiehendel wordt in de achteruit
gezet wanneer vooruit bergop wordt weg-
gereden of in een andere stand dan de
achteruit gezet wanneer achteruit bergop
wordt weggereden.
●Het gaspedaal wordt ingetrapt
●De parkeerrem wordt geactiveerd
●Er zijn maximaal 2 seconden verstreken
nadat het rempedaal is losgelaten.
■Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt
worden door de ABS-, Brake Assist-,
VSC-, Trailer Sway Control-, TRC- en
Hill Start Assist Control-systemen
●Het is mogelijk dat u tijdens het starten van
de motor of bij het wegrijden een geluid in
de motorruimte hoort wanneer het rempe-
daal herhaaldelijk wordt ingetrapt. Dit duidt
niet op een storing in een van deze syste-
men.
●De volgende verschijnselen kunnen zich
voordoen als bovenstaande systemen in
werking zijn. Geen v an deze verschijnse-
len duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektromotor hoor-
baar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar bene- den bewegen als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
■Geluiden en trillingen tijdens de wer-
king van de Active Cornering Assist
Tijdens de werking van de Active Cornering
Assist kunnen geluiden en trillingen vanuit
het remsysteem worden waargenomen, maar
deze duiden niet op een storing.
■Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan
het geluid van een elektromotor (zoemend
geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 494 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
509
5
5-4. Afspelen van een audio-CD en discs met MP3-/WMA-bestanden
Audiosysteem
COROLLA_TMUK_EE
Plaats een disc.
Druk op de uitwerptoets en verwijder de
disc.
■Selecteren van een nummer
Draai aan de knop TUNE•SELECT of
druk op de toets SEEK > of < TRACK
om naar het vorige of het volgende
nummer te gaan, totdat het gewenste
nummer wordt weergegeven.
■Selecteren van een nummer uit
een afspeellijst
1 Druk op (List) (lijst).
De afspeellijst wordt weergegeven.
2Draai de knop TUNE•SELECT en
druk erop om een nummer te selec-
teren.
Druk op (Back) (terug) om terug te
keren naar de vorige weergave.
■Versneld vooruit-/terugspoelen
van nummers
Houd de toets SEEK > of < TRACK
ingedrukt.
■Afspelen in willekeurige volgorde
Druk op (RDM).
Druk nogmaals op (RDM) om te annule-
ren.
■Herhalen
Druk op (RPT).
Druk nogmaals op (RPT) om de functie
te annuleren.
■Wijzigen van de weergave op het
display
Druk op (Text) (tekst) om de
CD-titel weer te geven of te verbergen.
Als er meer teksten beschikbaar zijn, wordt weergegeven.
Houd (Text) (tekst) ingedrukt totdat u
een piepsignaal hoort, om de overige tek-
sten weer te geven.
■Selecteren van één map per keer
Druk op (
om de gewenste map te selecteren.
■Selecteren van een map en
bestand uit een mappenlijst
1 Druk op de knop TUNE•SELECT of
op (List) (lijst).
De mappenlijst wordt weergegeven.
2Draai aan de knop en druk erop om
een map en een bestand te selecte-
ren.
Druk op (Back) (terug) om terug te
keren naar de vorige weergave.
■Terugkeren naar de eerste map
Houd de toets (
■Selecteren van een bestand
Draai aan de knop TUNE•SELECT of
druk op de toets SEEK > of < TRACK
om het gewenste bestand te selecte-
ren.
Laden van een CD of disc met
MP3-, WMA- of AAC-bestanden
Uitwerpen van een CD of disc
met MP3-, WMA- of
AAC-bestanden
Gebruik van de CD-speler
Afspelen van
MP3/WMA/AAC-disc
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 509 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
5105-4. Afspelen van een audio-CD en discs met MP3-/WMA-bestanden
COROLLA_TMUK_EE
■Versneld vooruit-/terugspoelen
van bestanden
Houd de toets SEEK > of < TRACK
ingedrukt.
■Afspelen in willekeurige volgorde
Wanneer u op (RDM) drukt, wor-
den de standen als volgt gewijzigd:
Map in willekeurige volgorde afspe-
len →Disc in willekeurige volgorde
afspelen →Uit
■Herhalen
Wanneer u op (RPT) drukt, worden
de standen als volgt gewijzigd: Bestand
herhalen →Map herhalen
* →Uit
*: Beschikbaar behalve wanneer RDM
(afspelen in willekeurige volgorde) is
geselecteerd
■Wijzigen van de weergave op het
display
Druk op (Text) (tekst) om de album-
titel weer te geven of te verbergen.
Als er meer teksten beschikbaar zijn, wordt weergegeven.
Houd (Text) (tekst) ingedrukt totdat u
een piepsignaal hoort, om de overige tek-
sten weer te geven.
■Weergave
Of de informatie wordt weergegeven en de
manier waarop deze wordt weergegeven is
afhankelijk van de gege vens op de disc.
■Foutmeldingen
Als een foutmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan de volgende tabel en onder-
neem de bijpassende acties. Als het pro-
bleem niet is verholpen, breng de auto dan
naar een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.■Discs die kunnen worden gebruikt
Discs die zijn voorzien van onderstaand
label, kunnen worden gebruikt.
Afhankelijk van het opnameformaat of de
eigenschappen van de disc, krassen, vuil of
beschadigingen is afspelen wellicht niet
mogelijk.
MeldingOorzaak/correctie- procedures
“CD check” (contro-
leer CD)
De disc kan vuil,
beschadigd of ver-
keerd geplaatst zijn.
Reinig de disc of
plaats deze op de
juiste wijze.
“Error 3” (fout 3)
Er zit een storing in
het systeem.
Verwijder de disc.
“Error 4” (fout 4)
Er is sprake van
overstroom.
Zet het contact UIT.
“Wait” (wachten)
Het afspelen wordt
afgebroken vanwege
de hoge temperatuur
in de speler. Wacht
enige tijd en druk dan
op de toets MODE.
Neem contact op met
een erkende
Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of
een andere naar
behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste
deskundige als de
CD nog steeds niet
kan worden afge-
speeld.
“No support” (geen
ondersteuning)
Dit geeft aan dat er
geen
MP3/WMA/AAC-best
and op de CD staat.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 510 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM
5165-5. Gebruik van een extern apparaat
COROLLA_TMUK_EE
■Selecteren van een lijst
1 Draai de knop TUNE•SELECT om
de eerste selectielijst weer te
geven.
2 Druk op de knop om het gewenste
item te selecteren en de tweede
selectielijst weer te geven.
3 Herhaal deze procedure om het
gewenste item te selecteren.
Druk op (Back) (terug) om terug te
keren naar de vorige selectielijst.
Druk op (Play) (afspelen) om de
gewenste selectie af te spelen.
Draai de knop TUNE•SELECT of druk
op de toets SEEK > of < TRACK om het
gewenste nummer te selecteren.
1Druk op (List) (lijst).
Het overzicht van de nummers wordt weer-
gegeven.
2Draai de knop TUNE•SELECT om
een nummer te selecteren.
3 Druk op de knop om het nummer af
te spelen.
Druk op (Back) (terug) om terug te
keren naar de vorige weergave.
Houd de toets SEEK > of < TRACK
ingedrukt. Wanneer u op (RPT) drukt, worden
de standen als volgt gewijzigd: Num-
mer herhalen
→Album herhalen
*→Uit
*: Afhankelijk van het iPod-apparaat dat u
gebruikt is de functie album herhalen
mogelijk niet beschikbaar.
Wanneer u op [RDM] drukt, worden
de standen als volgt gewijzigd: Num-
mers in willekeurige volgorde afspelen
→Album in willekeurige volgorde afspe-
len →Uit.
Druk op (Text) (tekst) om de album-
titel weer te geven of te verbergen.
Als er meer teksten beschikbaar zijn, wordt weergegeven.
Houd (Text) (tekst) ingedrukt totdat u
een piepsignaal hoort, om de overige tek-
sten weer te geven.
■Informatie over iPod
Nummers selecteren
Selecteren van een nummer in
het overzicht
Versneld vooruit-/
terugspoelen van nummers
Herhalen
Afspelen in willekeurige
volgorde
Wijzigen van de weergave op
het display
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12P46E.book Page 516 Tuesday, August 25, 2020 1:58 PM