AANHANGWAGENS TREKKEN
Het is van groot belang dat deze grenswaarde niet wordt overschreden op \
zowel de voor- als achteras. Als een van de grenswaarden wordt
overschreden, kan dit resulteren in gevaarlijke omstandigheden tijdens h\
et rijden. U zou de macht over het stuur kunnen verliezen, met een
daaruit voortvloeiend gevaar voor botsingen.
Een trekhaaksysteem met een onjuiste gewichtsverdeling kan van negatieve\
invloed zijn op de bestuurbaarheid, de stabiliteit en de
remprestaties en vormt een gevaar voor botsingen.
Gewichtsverdelingssystemen zijn mogelijk niet geschikt voor gebruik in c\
ombinatie met oploopremkoppelingen. Raadpleeg de fabrikanten van
de trekhaak en de aanhangwagen, of een erkende dealer van het Jeep-servi\
cenetwerk.
Het op dit voertuig geïnstalleerde ABS-systeem regelt niet het remsys\
teem van de aanhangwagen. Wees daarom extra voorzichtig op gladde
wegen.
Wijzig onder geen beding het remsysteem van het voertuig voor de bedieni\
ng van de rem van de aanhangwagen. Het remsysteem van de
aanhanger moet volledig onafhankelijk zijn van het hydraulisch systeem v\
an het voertuig.
OVERVERHITTING VAN DE MOTOR
Hete motorkoelvloeistof (antivries) en stoom uit de radiateur kunnen e\
rnstige brandwonden veroorzaken. Als u ziet of hoort dat er stoom uit
de motorruimte ontsnapt, open de motorkap dan niet tot de radiateur is a\
fgekoeld. Tracht nooit om de vuldop van het koelsysteem te openen
wanneer de radiateur of het koelvloeistofreservoir heet zijn.
LUCHTFILTER
Het luchtinlaatsysteem (luchtfilter, slangen, enz.) kan een beschermende functie vervullen in geval van te\
rugslag van de motor. VERWIJDER
DIT SYSTEEM NIET, tenzij dat noodzakelijk is voor reparaties of onderhoud. Controleer vo\
orafgaand aan het starten van de motor dat het
systeem niet verwijderd is: niet-naleving van dit voorschrift kan tot er\
nstig letsel leiden.
Het luchtinductiesysteem (luchtfilter, slangen, enz.) kan een beschermende functie vervullen in geval van te\
rugslag van de motor. Verwijder
het luchtinductiesysteem (luchtfilter, slangen, enz.) niet, tenzij dat noodzakelijk is voor reparaties of on\
derhoud. Zorg ervoor dat er geen
personen aanwezig zijn in de nabijheid van de motorruimte alvorens het v\
oertuig met het verwijderde luchtinductiesysteem (luchtfilter,
slangen, enz.) te starten. Niet-naleving kan mogelijk leiden tot ernsti\
g persoonlijk letsel.