11 7
Veiligheid
5Zijairbags
Indien uw auto is uitgerust met zijairbags,
beschermen deze de bestuurder en de
voorpassagier bij een ernstige zijdelingse
aanrijding om de kans op letsel aan het
bovenlichaam, tussen de buik en het hoofd, te
verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de portierzijde.
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij, loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de buik
en het hoofd van de inzittende voorin en het
desbetreffende portierpaneel.
Window-airbags (2e en 3e
zitrij)
Feel, Shine, Business Lounge
Wanneer uw auto is uitgerust met window-
airbags, helpen deze de inzittenden
(uitgezonderd de passagiers op de middelste
zitplaatsen) te beschermen bij een ernstige
zijdelingse aanrijding door de kans op letsel aan
de zijkant van het hoofd te verkleinen.
De window-airbags zijn in de stijlen en
hemelbekleding aangebracht.
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij, waarbij de krachten loodrecht
op de lengteas van de auto en vanaf de
buitenzijde richting de binnenzijde van de auto
worden uitgeoefend.
De window-airbag wordt opgeblazen tussen de
passagiers op de buitenste zitplaatsen achterin
en de ruiten.
Storing
Bij een storing gaat dit
waarschuwingslampje op het
instrumentenpaneel branden. Neem contact op
met een CITROËN-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats om het systeem te laten controleren.
De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanrijding niet worden geactiveerd.
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij
over de kop slaan kan het zijn dat de
airbags niet worden geactiveerd.
Bij een aanrijding van achteren of een
frontale aanrijding worden de zijairbags niet
geactiveerd.
Advies
Houd u aan de onderstaande
veiligheidsvoorschriften voor een
maximale effectiviteit van de airbags.
Ga normaal en rechtop zitten.
Doe de veiligheidsgordel om en zorg dat deze
goed is geplaatst.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen de
inzittenden en de airbags (zoals kinderen,
dieren of voorwerpen), en bevestig niets in
de buurt of de baan van de airbags, omdat dit
voor letsel kan zorgen als de airbags afgaan.
Wijzig niets aan het oorspronkelijke ontwerp
van uw auto, vooral niet in de directe
omgeving van de airbags.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriften
worden nageleefd, blijft de kans bestaan
op letsel of lichte brandwonden aan het
hoofd, de borst of de armen als de airbag
wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk
zeer snel opgeblazen (binnen enkele
milliseconden) en loopt vervolgens even
11 8
Veiligheid
snel leeg, waarbij de warme gassen via de
daarvoor bestemde openingen naar buiten
stromen.
Laat de airbagsystemen na een aanrijding of
diefstal van uw auto controleren.
Laat alle werkzaamheden alleen door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats uitvoeren.
Airbags vóór
Houd het stuurwiel niet aan de
spaken vast en laat uw handen niet op het
stuurwielkussen rusten.
De voorpassagier mag zijn of haar voeten niet
op het dashboard laten rusten.
Rook niet in de auto. Als de airbag wordt
opgeblazen, kunnen brandende sigaretten
of een pijp brandwonden of ander letsel
veroorzaken.
Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen
gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet
op.
Bevestig geen voorwerpen of stickers op
het stuurwiel of op het dashboard. Deze
kunnen bij het afgaan van de airbags letsel
veroorzaken.
Zijairbags
Gebruik alleen goedgekeurde
stoelhoezen die compatibel zijn met
deze airbags. Neem voor informatie over
stoelhoezen die geschikt zijn voor uw auto
contact op met een CITROËN-dealer.
Bevestig nooit iets aan en hang nooit iets
over de rugleuning van de stoelen (zoals
kleding): dit zou bij het activeren van de
airbags kunnen leiden tot verwondingen aan
armen of borstkas.
Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel
zitten.
De portierpanelen van de voorportieren
bevatten de zijdelingse schoksensoren van
de auto.
Schade aan het portier of het uitvoeren van
werkzaamheden (wijzigingen of reparaties)
die niet aan de voorschriften voldoen,
kan ertoe leiden dat deze sensoren niet
meer goed werken. In dat geval werken de
zijairbags mogelijk niet!
Laat alle werkzaamheden alleen door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats uitvoeren.
Feel, Shine, Business Lounge
Window-airbags
Bevestig nooit iets op of aan de
hemelbekleding; wanneer de window-airbags
worden geactiveerd, kan dit tot hoofdletsel
leiden.
Verwijder de handgrepen aan het dak niet,
omdat deze deels voor de bevestiging van de
window-airbags zorgen.
Kinderzitjes
De regelgeving met betrekking tot het
vervoer van kinderen verschilt per land.
Raadpleeg de in uw land geldende regels.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende
adviezen op:
–
Conform de Europese wetgeving dienen
kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner
dan 1,50 m in gehomologeerde, aan het
lichaamsgewicht aangepaste kinderzitjes
op
met veiligheidsgordels of ISOFIX-bevestigingen
uitgeruste plaatsen te worden vervoerd.
–
De veiligste plaats voor het vervoeren van
een kind is volgens de statistieken een plaats
op de achterbank van uw auto.
–
Kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als
achterin met de "rug in de rijrichting" worden
vervoerd.
Het is raadzaam om kinderen op de
achterzitplaatsen van de auto te
vervoeren:
–
tot 3 jaar "
met de rug in de rijrichting ",
–
vanaf 3 jaar "
met het gezicht in de
rijrichting ".
314
Trefwoordenregister
Verwarming 85–86, 89–92
Video
297
Volledig ontgrendeld
33–36
Voorstoelen
53–55
Voorverwarming/-koeling interieur
(elektrische auto)
28, 93
Vrijloop activeren
240
W
Waarschuwing kans op aanrijding 180–181
Waarschuwing oplettendheid bestuurder
184
Waarschuwingssignaal sleutel in contact
150
Waarschuwing vergeten verlichting
97
Wallbox (elektrische auto)
196
Wassen
167
Wassen (adviezen)
195, 216–217
Webbrowser
289, 293
Wegklapbare verschuifbare tafel
81–84
Werktafel
61–62
Wiel demonteren
226, 228
Wiel monteren
226, 228
Wielophanging
212
Wiel verwisselen
224
WiFi-netwerkverbinding
294
Window-airbags
117–118
X
Xenonlampen 229
Z
Zekeringen 234–236
Zekeringen vervangen
234–235, 234–236
Zekeringkast dashboard
234
Zekeringkast motorruimte
234, 236
Zij-airbags
117–118
Zijknipperlicht
231
Zijruiten achter
80
Zijschuifruit
80
Zonnescherm (panoramadak)
81
Zonnesensor
85
Zonwering
81
Zuinig rijden
8