2020 TOYOTA COROLLA HYBRID sat nav

63
1
COROLLA HV_TMMT_EE 1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
1-3.Noodoproep
*1: Indien aanwezig
*2: Werkt binnen het eCall-dekkingsgebied.
De systeemnaam kan per land verschil-
lend zijn.
Microfoon
Toets SOS
*
Controlelampjes
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communicatie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet bestemd
voor communicatie met de eCall-mede-
werker.
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd, belt
het systeem automatisch het eCall-con-
trolecentrum.
* De medewerker van het
controlecentrum ont vangt de locatie
van de auto, het t ijdstip waarop het
ongeval plaatsvond en het VIN van de
auto, en probeert de inzittenden van de
auto te spreken om de ernst van de
situatie te beoordelen. Als de inzitten-
den niet in staat zi jn om te communice-
ren, behandelt de medewerker de
oproep als een noodgev al, neemt hij of
zij contact op met de dichtstbijzijnde
hulpdiensten (112, enz.) en verzoekt hij
of zij om assistentie ter plaatse.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep worden verzonden. ( →Blz. 64)
■Handmatige noodoproepen
Druk in een noodsit uatie op de toets
SOS om het eCall-controlecentrum te
bellen.
* De medewerker van het contro-
lecentrum zal de locatie van uw auto
bepalen, de situatie beoordelen en de
benodigde hulpdiensten sturen.
Open de afdekking voordat u op de
toets SOS drukt.
eCall*1, 2
eCall is een telematicadienst die
gebruikmaakt van gegevens van
het Global Navigation Satellite
System (GNSS) en ingebouwde
cellulaire techn ologie, waardoor
de volgende noodoproepen moge-
lijk zijn: automatische noodoproe-
pen (automatische melding van
een aanrijding) en handmatige
noodoproepen (door het indruk-
ken van de toets SOS). Deze
dienst is door regelgeving van de
Europese Unie verplicht gesteld.
Systeemonderdelen
Noodoproepdiensten
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 63 T hursday, October 3, 2019 10:56 AM

311
4
COROLLA HV_TMMT_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Als de Parking Support Brake in wer-
king is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking van
de Parking Support Brake, wordt de Parking
Support Brake uitgeschakeld en gaat het
controlelampje PKSB OFF branden. Als de
Parking Support Brake onnodig in werking
treedt, kan de remregeling worden geannu-
leerd door het rempedaal in te trappen of
door ongeveer 2 seconden te wachten totdat
deze automatisch wordt geannuleerd. Vervol-
gens kunt u verder rijden door het gaspedaal
in te trappen.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake
Wanneer de Parking Support Brake is uitge-
schakeld door de werking ervan, kunt u zelf
het systeem weer inschakelen ( →Blz. 307) of
het contact UIT en vervolgens weer AAN zet-
ten. Het systeem wordt automatisch weer
ingeschakeld als het obstakel zich niet langer
in de rijrichting van de auto bevindt of als de
auto van rijrichting verandert (bijvoorbeeld
achteruit in plaats van vooruit of andersom).
■Wanneer “Parking Support Brake
Unavailable” (Parking Support Brake
niet beschikbaar) op het multi-informa-
tiedisplay wordt weergegeven en het
controlelampje PKSB OFF knippert
Als de auto is stilgezet door de werking van
de Parking Support Brake, wordt de Parking
Support Brake uitgeschakeld en gaat het
controlelampje PKSB OFF branden.
●Mogelijk is een van de sensoren bedekt
met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Verwij-
der dit van de sensor om te zorgen dat het
systeem weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen moge-
lijk een waarschuwingsmelding weergege-
ven doordat zich ijs vormt op een sensor
en een sensor daardoor mogelijk geen
obstakels signaleert. Zodra het ijs smelt,
zal het systeem weer normaal werken.
●Wanneer deze melding wordt weergege-
ven is een sensor op de voor- of achter-
bumper mogelijk vuil. Reinig de sensoren
en het omliggende gebied op de bumpers.
●Als deze melding na het schoonmaken van
de sensor nog steeds wordt weergegeven
of wordt weergegeven ondanks dat de
sensor schoon is, laat uw auto dan contro-
leren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Mogelijk is het syst eem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem niet
geïnitialiseerd. Initialiseer het systeem.
( → Blz. 311)
Als deze melding na de initialisatie nog
steeds wordt weergegeven, laat de auto
dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger. Draai daarnaast, bij auto's met Par-
king Support Brake-functie, als de auto stil-
staat, het stuurwiel geheel naar links en
vervolgens geheel naar rechts.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 311 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM

572
COROLLA HV_TMMT_EEAlfabetische index
H
Haken
Bevestigingshaken (vloermat) ............. 28
Kledinghaakjes .................................. 435
Tashaken ........................................... 427
Handgrepen .......................................... 435
Handsfree-systeem (voor mobiele telefoon) ..................... 398
Head-up display.................................... 123 Aan navigatiesysteem gekoppelde weergave..................... 123
Displayzone ondersteunend systeem .......................................... 125
Displayzone rij-informatie .................. 123
Hybridesysteemindicator ................... 126
Instellingen ........................................ 124
Pop-updisplay ................................... 125
Hendel Ontgrendelingshendel motorkap ....... 448
Richtingaanwijzerschakelaar............. 211
Ruitenwisserhendel ........................... 223
Selectiehendel................................... 209
Veiligheidshaak ................................. 448
Hill Start Assist Control ....................... 349
Hoofdsteunen ....................................... 174
Hoogspanningsonderdelen ................... 83
Hybridesysteem...................................... 80 Als het hybridesysteem niet kan worden gestart ......................... 529
Energiemonitor/verbruiksscherm....... 127
EV-modus.......................................... 207
Hoogspanningsonderdelen ................. 83
Oververhitting .................................... 539
Regeneratief remmen ......................... 81
Starten van het hybridesysteem ........ 203
Startknop ........................................... 203
Uitschakelsysteem voor noodgevallen .................................... 86
Voorzorgsmaatregelen
hybridesysteem................................. 83
Hybridesysteemindicator ............ 118, 126
Hybridetransmissie .............................. 209 Als de selectiehendel niet in een andere stand dan P
kan worden gezet ........................... 210
I
Identificatie Auto .................................................. 544
Motor................................................. 545
Initialisatie
Bandenspannings-waarschuwingssysteem ................. 467
Elektrisch bedienbare ruiten ............. 182
Te initialiseren onderdelen ................ 564
Instapverlichting .................................. 423
Instrumentenpaneel Bedieningstoetsen instrumentenpaneel ........................ 116
Controlelampjes ................................ 103
Instellingen........................................ 121
Klok ........................................... 105, 109
Multi-informatiedisplay ...................... 115
Regeling
instrumentenverlichting .......... 106, 112
Tellers ....................................... 105, 109
Waarschuwingslampjes .................... 496
Waarschuwingsmelding .................... 505
Interieurfilter ......................................... 472
Interieurverlichting .............................. 422
Vermogen ......................................... 553
K
KentekenplaatverlichtingLampen vervangen ........................... 485
Lichtschakelaar ................................. 217
Wattage............................................. 553
Kilometerteller .............................. 106, 112
Kindersloten ......................................... 140
Kledinghaakjes..................................... 435
Klembeveiliging
Elektrisch bedienbare ruiten ............. 182
Schuifdak .......................................... 185
Klok ............................... 105, 107, 109, 113
Knie-airbags ........................................... 35
Knop wijzigen weergave ............. 106, 112
Koelsysteem ......................................... 452
Oververhitting hybridesysteem ......... 539
Oververhitting van de motor ............. 537
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 572 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM