Page 417 of 798

4164-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
●ECO-modus
Helpt de bestuurder op milieuvriendelijke wijze te accelereren en het
brandstofverbruik te verlagen door een gematigde afstelling van de
smoorklep en door het regelen van de werking van de airconditio -
ning (verwarmen/koelen).
Wanneer de ECO-modus wordt gesel ecteerd, gaat het controlelampje
ECO MODE op het multi-inf ormatiedisplay branden.
Terwijl de airconditioning word t gebruikt, schakelt het systeem automa-
tisch over naar de ECO-modus van de airconditioning ( →Blz. 544), zodat
er tijdens het rijden nog minde r brandstof wordt verbruikt.
■Wanneer u de ECO-modus/SPORT-modus uitschakelt
●Selecteer nogmaals de rijmodus. D e SPORT-modus wordt automatisch uitge-
schakeld wanneer het contact UIT wordt gezet.
● De NORMAL-modus en de ECO-modus w orden echter niet automatisch uitge-
schakeld totdat een andere rijmodus wordt geselecteerd, zelfs n iet als het con-
tact UIT wordt gezet.
■ Wisselen van de rijmodus in de EV-modus
→Blz. 310
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 416 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 418 of 798
417
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Snelheidsbegrenzer∗
Er kan een gewenste maximumsnelheid worden ingesteld met de cruise
control-schakelaar. De snelheidsb egrenzer voorkomt dat de auto de inge-
stelde snelheid overschrijdt.
Controlelampje
Schakelaar snelheidsbegrenzer
Ingestelde snelheid
Druk op de toets om de snel-
heidsbegrenzer in te schakelen.
Druk nogmaals op de schakelaar om
de snelheidsbegrenzer uit te schake-
len.
Accelereer of decelereer naar de
gewenste snelheid en druk de
hendel naar beneden om de
gewenste maximumsnelheid in te
stellen.
Als de hendel naar beneden wordt
gedrukt wanneer de rijsnelheid lager
is dan 30 km/h, wordt de snelheid
ingesteld op 30 km/h.
∗: Indien aanwezig
Overzicht van functies
Instellen van de rijsnelheid
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 417 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 419 of 798

4184-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Verhogen van de snelheid
Verlagen van de snelheid
Houd de hendel vast tot de gewenste
snelheid bereikt is.
Voor een kleine wijziging van de
ingestelde snelheid druk u de hendel
lichtjes omhoog of omlaag en laat u
hem vervolgens los.
Uitschakelen
Trek de hendel naar u toe om de
snelheidsbegrenzer uit te schakelen.
Hervatten
Druk de hendel omhoog om het
gebruik van de snelheidsbegrenzer
te hervatten.
■Overschrijden van de ingestelde snelheid
In de volgende situaties overschrijdt de rijsnelheid de ingeste lde snelheid en lich-
ten de tekens op het display op:
■ Automatische uitschakeling snelheidsbegrenzer
De ingestelde snelheid wordt automatisch geannuleerd in een van de volgende
situaties:
● De cruise control wordt ingeschakeld.
● Wanneer het VSC- en/of TRC-systeem wordt uitgeschakeld door het indrukken
van de schakelaar VSC OFF.
Wijzigen van de ingestelde snelheid
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsbegrenzer
● Wanneer u het gaspedaal volledig intrapt
● Wanneer u bergaf rijdt (er klinkt ook een
zoemer)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 418 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 420 of 798

4194-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E■
Als “Check Speed Limiter System.” (controleer snelheidsbegrenze r) op het
multi-informatiedisplay wordt weergegeven
Breng de auto op een veilige plaa ts tot stilstand, zet het contact UIT en weer AAN
en stel vervolgens de snelheidsbegrenzer in. Als de snelheidsbe grenzer niet kan
worden ingesteld, is er mogelijk een storing aanwezig in het sy steem. Laat de
auto nakijken door een erkende T oyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeer de en uitgeruste deskundige, ook al kan er
normaal met de auto worden gereden.
WAARSCHUWING
■ Onbedoeld inschakelen van de snelheidsbegrenzer voorkomen
Laat de snelheidsbegrenzer uitge schakeld wanneer deze niet in gebruik is.
■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de snelheidsb egrenzer
Gebruik de snelheidsbegrenzer ni et in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, kunt u de ma cht over het stuur verliezen, waardoor ernstig
letsel kan ontstaan.
● Op wegen die door regen , ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile hellingen
● Bij het rijden met e en aanhangwagen of slepen
OPMERKING
Wanneer wordt gewaarschuwd via een weergave op het instrumenten paneel en
een zoemer nadat de ingestelde snelheidslimiet is overschreden wanneer hel-
ling af wordt gereden, trap dan het rempedaal in om te decelereren.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 419 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 421 of 798
4204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
BSM (Blind Spot Monitor)∗
De Blind Spot Monitor is een systeem dat radarsensoren aan de linker en
rechter binnenzijde van de achterbumper gebruikt om de bestuurd er te
helpen de veiligheid t e controleren bij het wisselen van rijstrook.
Indicatoren in buitenspiegel
Wanneer een auto wordt gesignaleerd in de dode hoek van de buit enspiegels
of van achteren snel de dode hoek nadert, gaat de indicator in de buitenspiegel
aan die zijde branden. Als de richtingaanwijzerschakelaar wordt bediend in de
richting van de zijde waar een auto wordt gesignaleerd, gaat de indicator in de
buitenspiegel knipperen.
Controlelampje BSM OFF
Gaat branden wanneer de Blind Spot Monitor wordt uitgeschakeld.
∗: Indien aanwezig
Overzicht van de Blind Spot Monitor
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 420 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 422 of 798

4214-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Druk op < of > van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
en selecteer .
Druk op ∧ of ∨ van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
en selecteer .
Druk op ∧ of ∨ van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
en selecteer .
Wanneer de BSM-functie wordt uitg eschakeld, gaat het controlelampje BSM
OFF ( →Blz. 420) branden. (Telkens wanneer het contact UIT en weer AAN
wordt gezet, wordt de BSM-funct ie automatisch ingeschakeld.)
■De zichtbaarheid van de indicatoren in de buitenspiegels
Mogelijk zijn de indicatoren in de buitenspiegels bij fel zonlicht niet goed te zien.
■ Wanneer “Blind Spot Monitor Unavailable.” (Blind Spot Monitor n iet beschik-
baar) wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay
Water, sneeuw, modder, enz. hopen zich mogelijk op rondom de se nsor in de
bumper ( →Blz. 432).
Wanneer het water, de sneeuw, de modder, enz. rondom de sensor in de bumper
wordt verwijderd, moet het systeem weer normaal gaan werken.
Ook werkt mogelijk de sensor nie t normaal bij extreem warm of koud weer.
■ Wanneer “Blind Spot Monitor System Malfunction. Visit Your Deal er.” (Sto-
ring in Blind Spot Monitor-systeem. Ga naar uw dealer) op het m ulti-informa-
tiedisplay wordt weergegeven
Er zit mogelijk een storing in de sensor of de sensor is niet g oed uitgelijnd. Laat
de auto nakijken door een erken de Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gek walificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Persoonlijke voork eursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast aan de persoonlijke v oorkeur.
(→Blz. 767)
In-/uitschakelen van de BSM-functie
1
2
3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 421 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 423 of 798
4224-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E■
Verklaring bij de Blind Spot Monitor
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook Page 422 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM
Page 424 of 798
4234-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.book Page 423 Tuesday, July 30, 2019 9:59 AM