Attentie: Als uw Model X is uit
gerust met achterbanken, schakel dan Makkelijk instappen voor
de derde zitrij uit wanneer u een kinderzitje op de tweede zitrij installeert (zie Toegang tot de
stoelen op de derde rij (indien aanwezig) - achterbanken op pagina 36). Attentie: V
oordat u gaat rijden na het installeren van een kinderzitje op de tweede zitrij, moet
u controleren dat de waarschuwing "stoel ontgrendeld" NIET wordt weergegeven op het
touchscreen of instrumentenpaneel. Deze waarschuwing betekent dat de stoel onveilig is
voor een inzittende, omdat deze niet is teruggezet in de veilige, vergrendelde stand. Als deze
waarschuwing wordt weergegeven op het touchscreen of instrumentenpaneel, zet de stoel of
rugleuning dan iets naar voren totdat deze stevig in zijn stand wordt vergrendeld en het
bericht niet langer wordt weergegeven.
Aanbevolen kinderzitjes
In de onders
taande tabel vindt u de door Tesla aanbevolen kinderzitjes op basis van de
gewichtsklasse van het kind (zoals beschreven in ECE R44 "Uniforme bepalingen met betrekking
tot kinderzitjes"). Hoewel kinderen van elke gewichtsklasse op elke zitplaats in de Model X kunnen
zitten, kan het te gebruiken type kinderzitje per zitplaats verschillen. Op de zitplaats midden
achterin mogen bijvoorbeeld alleen kinderzitjes met gordelbevestiging worden gebruikt (zoals
beschreven in Twee plaatsingsmethoden op pagina 42). Gewichtsklasse Gewicht kind
Aanbevolen door Tesla
Klasse 0 Tot 10 kg Niet aanbevolen
Klasse 0+ Tot 13 kg
Maxi-Cosi CabrioFix met
Eas
ybase2, of FamilyFix
Klasse I 9 tot 18 kg Britax Römer DUO PLUS
Klasse II 15 tot 25 kg Britax KIDFIX2
R
Klasse III 22 tot 36 kg Britax KIDFIX2
R, P
eg Perego Viaggio 2-3
Shuttle voet Grotere kinderen
Gebruik een geschik
te zitverhoging als een kind te groot is voor een kinderzitje maar nog niet
groot genoeg om de veiligheidsgordel goed te kunnen gebruiken. Als kinderen een zitverhoger
nodig hebben, raadt Tesla het gebruik van de voet van de Peg Perego Viaggio 2-3 Shuttle aan.
Volg exact de instructies van de fabrikant voor het plaatsen en het gebruik van een zitverhoger.
Twee plaatsingsmethoden
Opmerking: Om een kinderzitje te plaatsen, dient u altijd zorgvuldig de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje te lezen en te volgen.
Hoewel er vele andere varianten zijn, zijn er in het algemeen twee soorten kinderzitjes, gebaseerd
op de manier waarop zij op de stoel worden bevestigd:
• Met gordelbevestiging - worden bevestigd met behulp van de veiligheidsgordels van de auto (zie Plaatsen van kinderzitjes met gordelbevestiging op pagina 53).
• ISOFIX/i-Size - worden bevestigd aan de verankeringspunten in de stoelen van de auto (zie ISOFIX-kinderzitjes plaatsen op pagina 53).
Sommige kinderzitjes kunnen op beide manieren bevestigd worden. Raadpleeg de instructies van
de fabrikant van het kinderzitje om te bepalen welke plaatsingsmethode u moet gebruiken en
voor aanwijzingen voor het plaatsen. Veilig kinderen vervoeren
42 Handleiding Model X
In de Model X kunnen systemen met gordelbevestiging op elke passagiersstoel worden geplaatst.
ISOFIX/i-Siz e-systemen kunnen op de buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij worden geplaatst.
Hieronder leest u welk type kinderzitje op welke zitplaats kan worden gebruikt.
Opmerking: ISOFIX en i-Size zijn internationale normen voor geïntegreerde verankeringen in
passagiersvoertuigen voor de bevestiging van kinderzitjes. Attentie: Gebruik geen ISOFIX/i-Siz
e verankeringen met een kinderzitje of zitverhogers die
zijn voorzien van een integrale veiligheidsgordel als het totale gewicht van het kind en het
kinderzitje hoger is dan 33 kg. Veilig kinderen vervoeren
Stoelen en veiligheidsvoorzieningen
43
Passagiersstoel voorin
Attentie: Laa
t nooit een kind op de voorpassagiersstoel zitten wanneer de frontairbag aan
passagierszijde actief is. Dit kan tot ernstig of zelfs dodelijk letsel leiden. Attentie: Om een kinder
zitje met gordelbevestiging op de voorstoel te kunnen plaatsen, moet
u de stoel in de middelhoge stand (ca. 3 cm verhogen) zetten.
Opmerking: De pas
sagiersstoel voorin is uitgerust met onderste verankeringspunten voor ISOFIX-
kinderzitjes. Ook is de passagiersstoel voorin niet voorzien van een bovenste verankeringspunt. Als de frontairbag aan passagierszijde is uitgeschakeld en de hoogte van de zitting in de
middels
te stand is gezet, mogen kinderen op de voorstoel worden geplaatst als een van de
volgende soorten kinderzitjes met gordelbevestiging wordt gebruikt:
• In de rijrichting geplaatst, universeel.
• Tegen de rijrichting in geplaatst, universeel.
Opmerking: De passagiersstoel voorin is uitgerust met onderste verankeringspunten voor
ISOFIX/i-Size kinderzitjes. Veilig kinderen vervoeren
44 Handleiding Model X
Buitenste zitplaatsen op tweede zitrij (achterbank)
Kinderen mogen op een buitenste zitplaats op de tweede zitrij worden geplaatst in een kinderzitje
met gor delbevestiging of in een ISOFIX (UI) of i-Size (i-U) kinderzitje. De buitenste zitplaatsen op
de tweede zitrij zijn geschikt voor het gebruik van de volgende ISOFIX-lengteklassen:
• Lengteklasse A*, B, en B1, in de rijrichting geplaatst.
• Lengteklasse C*, D en E tegen de rijrichting in geplaatst.
• Lengteklasse L1 naar links gerichte reiswieg in lengterichting.
Grotere kinderen mogen ook op een buitenste zitplaats achterin op een zitverhoger van Type B2
of B3 worden geplaatst, die is bevestigd volgens de instructies van de fabrikant van het
kinderzitje.
Opmerking: Om grote tegen de rijrichting in geplaatste ISOFIX-kinderzitjes (lengteklasse C) te
kunnen installeren, dient u de stoel mogelijk helemaal naar achteren te zetten en de
overeenkomstige voorstoel halverwege naar voren te zetten (tot 13 cm vóór de achterste stand),
de stoel te verhogen (3 cm boven de laagste stand) en de rugleuning 15 graden schuin te zetten
(of 10 graden naar achteren vanuit de voorste stand).
Opmerking: Op de buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij wordt het gebruik van bovenste
bevestigingsriemen ondersteund (zie Bovenste riemen bevestigen op pagina 55).
Opmerking: Alle gewichtsklassen worden ondersteund. Attentie: Gebruik Makk
elijk instappen (zoals beschreven in Bestuurderspr o
Buitenste zitplaatsen op tweede zitrij (monopost-stoelen)
Kinderen mogen op een buitenste zitplaats op de tweede zitrij worden geplaatst in een kinderzitje
met gor delbevestiging of in een ISOFIX-kinderzitje. Op een buitenste zitplaats achterin mag u een
in de rijrichting geplaatst of tegen de rijrichting in geplaatst ISOFIXof i-Size (i-U) kinderzitje
gebruiken. De buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij zijn geschikt voor het gebruik van de
volgende ISOFIX-lengteklassen:
• Lengteklasse A*, B, en B1, in de rijrichting geplaatst.
• Lengteklasse C*, D en E tegen de rijrichting in geplaatst.
Grotere kinderen mogen ook op een buitenste zitplaats op de tweede zitrij op een zitverhoger van
Type B2 of B3 worden geplaatst, die is bevestigd volgens de instructies van de fabrikant van het
kinderzitje.
Opmerking: Om grote tegen de rijrichting in geplaatste ISOFIX-kinderzitjes (lengteklasse C) te
kunnen installeren, dient u de stoel mogelijk helemaal naar achteren te zetten en de
overeenkomstige voorstoel halverwege naar voren te zetten (tot 13 cm vóór de achterste stand),
de stoel te verhogen (3 cm boven de laagste stand) en de rugleuning 15 graden schuin te zetten
(of 10 graden naar achteren vanuit de voorste stand).
Opmerking: Op de buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij wordt het gebruik van bovenste
bevestigingsriemen ondersteund (zie Bovenste riemen bevestigen op pagina 55).
Opmerking: Alle gewichtsklassen worden ondersteund. Veilig kinderen vervoeren
48 Handleiding Model X
Middelste zitplaats op tweede zitrij (achterbank of monopost)
Kinderen mogen op de middelste zitplaats achterin worden geplaatst met een tegen de rijrichting
in geplaa tst kinderzitje met gordelbevestiging. Kinderen mogen op de middelste zitplaats achterin
worden geplaatst met een tegen de rijrichting in geplaatst of een in de rijrichting geplaatst
kinderzitje.
Grotere kinderen mogen op de middelste zitplaats op de tweede zitrij op een zitverhoger van
Type B2 of B3 worden geplaatst, die is bevestigd volgens de instructies van de fabrikant van het
kinderzitje.
Opmerking: De middelste zitplaats op de tweede zitrij is niet is uitgerust met onderste
verankeringspunten voor ISOFIX-kinderzitjes.
Opmerking: Alle gewichtsklassen worden ondersteund. Attentie: In aut
o's met een derde zitrij mag u niet de knop op de rugleuning gebruiken voor
een buitenste zitplaats op achterbank op de tweede zitrij wanneer een kind op de tweede
zitrij zit. Als deze knop wordt bediend, worden de gecombineerde linker en middelste
zitplaats naar voren gekanteld waardoor de inzittende bekneld kan raken. Als u deze knop
gebruikt, mag u er niet op vertrouwen dat de Model X automatisch de inzittenden in de auto
detecteert en daar rekening mee houdt. Gebruik deze knop alleen wanneer de zitplaatsen op
de tweede zitrij niet bezet zijn. Zie Toegang tot de stoelen op de derde rij (indien aanwezig) -
achterbanken op pagina 36. Attentie: V
oordat u gaat rijden na het installeren van een kinderzitje op de tweede zitrij, moet
u controleren dat de waarschuwing "stoel ontgrendeld" NIET wordt weergegeven op het
touchscreen of instrumentenpaneel. Deze waarschuwing betekent dat de stoel onveilig is Veilig kinderen vervoeren
50 Handleiding Model X
Plaatsen van kinderzitjes met
gor
delbevestiging
Volg altijd de gedetailleerde aanwijzingen van
de fabrikant van het kinderzitje. Volg deze
algemene richtlijnen voor kinderzitjes met
gordelbevestiging:
• Controleer of het kinderzitje geschikt is voor het gewicht, de lengte en de leeftijd
van het kind.
• Zorg dat het kind niet te dikke kleding draagt.
• Leg geen voorwerpen tussen het kind en het kinderzitje.
• Verstel vóór aanvang van iedere rit de riemen van het kinderzitje voor ieder kind.
1. Plaats het kinderzitje op de geschikte
zitplaats en trek de veiligheidsgordel
volledig uit. Plaats en bevestig het
kinderzitje volgens de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje. 2.
Laa
t de gordel strak oprollen, zorg dat er
geen speling overblijft door het zitje bij
het oprollen van de gordel stevig in de
stoel van de auto te drukken.
3. Bevestig de bovenste
bevestigingsriem(en) volgens de
instructies van de fabrikant van het
kinderzitje (zie Bovenste riemen
bevestigen op pagina 55). ISOFIX-kinderzitjes plaatsen
De buit
enste zitplaatsen op de tweede zitrij
zijn uitgerust met ISOFIX/i-Size
verankeringspunten. Deze verankeringspunten
bevinden zich tussen de zitting en de
rugleuning. De exacte locatie van elk
verankeringspunt wordt aangegeven met een
markering (hieronder afgebeeld) op de
rugleuning, direct boven het betr e
Banken:
Om een ISOFIX/i-Size-kinderzitje te plaatsen,
dient u z
orgvuldig de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje te lezen en te
volgen. In deze instructies wordt beschreven
hoe u het kinderzitje op de
verankeringspunten schuift totdat het zitje
hoorbaar vastklikt. Mogelijk moet u het
kinderzitje stevig tegen de rugleuning drukken
om het goed te bevestigen. Voordat u een kind in het kinderzitje zet, dient
u t
e controleren of het kinderzitje stevig is
bevestigd. Pak de voorkant van het kinderzitje
aan weerszijden vast en probeer:
• Het kinderzitje heen en weer te draaien.
• Het kinderzitje van de stoel te trekken.
Als het kinderzitje draait of van de stoel
beweegt, zijn beide vergrendelingen niet
volledig in de verankeringspunten van de stoel
bevestigd. Plaats het zitje dan opnieuw en
probeer het nog eens. Het is essentieel dat
beide vergrendelingen op het kinderzitje
volledig zijn bevestigd. Attentie: Gebruik geen ISOFIX/i-Siz
e
verankeringen met een kinderzitje of
zitverhogers die zijn voorzien van een
integrale veiligheidsgordel als het totale
gewicht van het kind en het kinderzitje
hoger is dan 33 kg.
Steunpoot
De zitplaa
tsen op de eerste en tweede zitrij in
de Model X ondersteunen het gebruik van een
kinderzitje met een steunpoot. Als het
kinderzitje is uitgerust met een steunpoot, trek
de steunpoot dan uit volgens de instructies
van de fabrikant van het kinderzitje. Veilig kinderen vervoeren
54 Handleiding Model X