Page 2 of 256

Inhoudsopgave
Overzicht............................................................ 2
Interieur...........................................................................................2 Exterieur......................................................................................... 3Overzicht touchscreen..............................................................4
Openen en sluiten........................................... 9 Sleutels............................................................................................9 Portieren....................................................................................... 16Ruiten............................................................................................. 19 Achterbak..................................................................................... 21Voorbak........................................................................................ 23Opbergruimte en elektronica in het interieur................ 26
Stoelen en veiligheidsvoorzieningen...... 31Voorstoelen en achterbank....................................................31Veiligheidsgordels.................................................................... 34Kinderzitjes................................................................................. 37Airbags......................................................................................... 50
Rijden.................................................................55 Bestuurderspro
Page 32 of 256

Stoelen en veiligheidsvoorzieningen
Voorstoelen en achterbank
Correcte houding De stoel, de hoofdsteun, de gordel en deairbag vormen een combinatie die zorgt voor
een optimale veiligheid. Een juist gebruik
geeft een maximale bescherming.
Stel de stoel zo in dat u de veiligheidsgordel
goed kunt dragen en u zo ver mogelijk van de
airbag zit:
1. Ga rechtop zitten met beide voeten op de
vloer en met de rugleuning niet meer dan
30 graden achterover.
2. Zorg dat u goed bij de pedalen kunt en
dat uw armen iets gebogen zijn als u het stuur vastpakt. De afstand tussen borst en
het midden van de airbag moet minstens
25 cm bedragen.
3. Leg de schoudergordel midden over uw
schouder, zorg dat uw nek vrij blijft. Leg
de heupgordel strak over de heupen, niet
over uw buik.
Model 3 stoelen hebben ingebouwde
hoofdsteunen die niet versteld of verwijderd
kunnen worden.
De voorstoelen verstellen
1. Zet de stoel naar voren/achteren en
verstel de hoogte en hellingshoek van de
stoel.
2. Rugleuning verstellen.
3. Lendensteun verstellen.
Attentie:
Voordat u een voorstoel verstelt,
dient u te controleren of de omgeving van de stoel vrij is van obstakels (personen envoorwerpen).Attentie: Verstel de stoelen niet onder het
rijden. Dit vergroot de kans op een
aanrijding.Attentie: Rijd niet met de auto als de
rugleuning van de stoel achterover gekanteld is. Dit is gevaarlijk en kan
ernstig letsel veroorzaken als u bij een aanrijding onder de gordel doorschiet.
Zorg dat de rugleuning van de stoel
Voorstoelen en achterbank
Stoelen en veiligheidsvoorzieningen31
Page 38 of 256

Kinderzitjes
Frontairbag passagierszijde moet UIT zijn
Attentie: Als het in uw land is toegestaan om een kind op de passagiersstoel voorin te laten
plaatsnemen, plaats dan nooit een kind op de passagiersstoel voorin als de frontairbag aan
passagierszijde is ingeschakeld. Controleer altijd of deze airbag UIT is (zie Status van
frontairbag passagierszijde op pagina 52).
Raadpleeg het volgende label dat op de zonnekleppen is aangebracht:
Als een kind op de passagiersstoel voorin is geplaatst moet de frontairbag aan passagierszijde
uitschakelen (zelfs als het kind in een geschikt kinderzitje of op een zitverhoger is geplaatst). Bij
een aanrijding kan de geactiveerde airbag ernstig of zelfs dodelijk letsel veroorzaken, met name
wanneer een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje wordt gebruikt.
Om de frontairbag aan passagierszijde uit te schakelen, tikt u op Bediening > Veiligheid en
beveiliging > Frontairbag passagierszijde (zie De frontairbag aan passagierszijde bedienen op
pagina 52).
Attentie: Als u de frontairbag aan passagierszijde uitschakelt, vergeet deze dan niet weer in
te schakelen wanneer een volwassene op de passagiersstoel voorin plaatsneemt.
De status van de frontairbag aan passagierszijde wordt in de bovenhoek van het touchscreen
aangegeven. U kunt ook op het volgende statuspictogram tikken om de frontairbag aan passagierszijde uit of in te schakelen:
Als een kind op de passagiersstoel voorin zit, controleer dan altijd voordat u
gaat rijden of de frontairbag aan passagierszijde UIT is.Om een volwassene die vervolgens plaatsneemt op de passagiersstoel voorin
te beschermen, moet de frontairbag aan passagierszijde weer worden
ingeschakeld.Attentie: Als een kind plaatsneemt op de voorpassagiersstoel, is het de verantwoordelijkheid
van de bestuurder om te controleren of de frontairbag aan passagierszijde is uitgeschakeld.Attentie: Als de frontairbag aan passagierszijde AAN is ondanks dat u deze hebt
uitgeschakeld (of vice versa), neem dan onmiddellijk contact op met Tesla.
Geschiktheid en plaatsen van kinderzitjes
Alle veiligheidsgordels van de Model 3 zijn bedoeld voor volwassenen. Bij het vervoeren vankinderen moet u het volgende doen:
Page 41 of 256
Passagiersstoel voorinAttentie: Laat nooit een kind op de voorpassagiersstoel zitten wanneer de frontairbag aan
passagierszijde actief is. Dit kan tot ernstig of zelfs dodelijk letsel leiden. Zie Airbags op
pagina 50.Attentie: Om een kinderzitje met gordelbevestiging op de voorstoel te kunnen plaatsen, moet
u de stoel in de middelhoge stand (ca. 3 cm) zetten.
Als de frontairbag aan passagierszijde is uitgeschakeld en de hoogte van de zitting in de
middelste stand is gezet, mogen kinderen op de voorstoel worden geplaatst als een van de
volgende soorten kinderzitjes met gordelbevestiging wordt gebruikt:
Page 42 of 256
GewichtsklasseGewicht kindFrontairbag
passagierszijde AANFrontairbag
passagierszijde UITKlasse 0Tot 10 kgNiet toegestaanToegestaanKlasse 0+Tot 13 kgNiet toegestaanToegestaanKlasse I9 tot 18 kgNiet toegestaanToegestaanKlasse II15 tot 25 kgNiet toegestaanToegestaanKlasse III22 tot 36 kgNiet toegestaanToegestaan
Kinderzitjes
Stoelen en veiligheidsvoorzieningen41
Page 48 of 256
Technische informatieECE 16-07 Bijlage 17, Aanhangsel 3, Tabel 1Stoelpositienummer (zie onder)1 en 3
Airbag pass UIT1 en 3
Airbag pass AAN456Toegestane
gewichtsklassen0, 0+, I, II, IIIn.v.t.0, 0+, I, II,III0, 0+, I, II,III0, 0+, I, II,IIIGeschikt voor universele
gordelbevestiging?Ja
(Opmerkin g 1)NeeJaJaJaGeschikt voor i-Size?NeeNeeJaNeeJaGeschikt voor
lengterichting (L1/L2)?NeeNeeNeeNeeNeeGrootste geschikte tegen
de rijrichting in geplaatst
ISOFIX-zitje (R1/R2X/R2/
R3).NeeNeeR3
(Opmerkin g 2)NeeR3
(Opmerkin g 2)Grootste geschikte in de
rijrichting geplaatst
ISOFIX-zitje (F1/F2X/F2/
F3).NeeNeeF3NeeF3Grootste geschikte
zitverhoger (B2/B3).B2NeeB3B3B3Geschikt voor steunpootJaNeeJaJaJaOpmerking 1: Om een kinderzitje met gordelbevestiging op de voorstoel te plaatsen, moet u de
stoel in de middelhoge stand (ca. 3 cm) (ca. 3 cm) en naar achteren zetten om ruimte te cre
Page 50 of 256

Waarschuwingen m.b.t. kinderzitjesAttentie: Plaats nooit een kind in een
kinderzitje of op een zitverhoging op de passagiersstoel als de frontairbag aan
passagierszijde is ingeschakeld. Dit kan
tot ernstig of zelfs dodelijk letsel leiden.Attentie: Gebruik nooit een tegen de
rijrichting in geplaatst kinderzitje op een stoel die wordt beschermd door een
actieve frontairbag aan passagierszijde.
Dit kan tot ernstig of zelfs dodelijk letsel
leiden. Raadpleeg het
waarschuwingslabel op de zonneklep.Attentie: Sommige kinderzitjes zijn zo
ontworpen dat zij op de autostoel worden bevestigd door middel van een
heupgordel of door middel van het
heupgedeelte van een driepuntsgordel. Bij een botsing lopen kinderen gevaar alshet kinderzitje niet goed in de auto isvastgezet.Attentie: Gebruik geen in de rijrichting
geplaatst kinderzitje totdat uw kind meer
dan 9 kg weegt en zelfstandig kan zitten. Tot de leeftijd van twee jaar zijn deruggengraat en nek van kinderen niet
voldoende ontwikkeld om letsel te
vermijden bij een frontale botsing.Attentie: Neem baby
Page 51 of 256
Airbags
Plaats van airbags
De airbags bevinden zich op de locaties die hieronder globaal worden aangegeven. Op de zonneklep is een waarschuwing over de airbags aangegeven.
Model 3 is uitgerust met een airbag en een driepuntsgordel op beide zitplaatsen voorin. Op diezitplaatsen maakt de airbag deel uit van een aanvullend veiligheidssysteem. Alle inzittenden van
de auto, waaronder de bestuurder, moeten altijd hun veiligheidsgordels dragen ongeacht of ze
aanvullend beschermd worden door een airbag op de plaats waar ze zitten. Dit om het risico op
ernstige verwonding of overlijden te minimaliseren in geval van een botsing.
Opmerking: Op voertuigen met rechtse besturing zijn de locatie van de passagiers- en
bestuurdersairbags omgekeerd.
1. Frontairbags
2. Zijairbags in de stoelen
3. Gordijnairbags
Airbags
50Handleiding Model 3