Page 169 of 373

Infotainmentsysteem167Koppeling audio-apparaat verbreken
Als het audioapparaat of de Blue‐
tooth-functie op het audioapparaat
wordt uitgeschakeld, wordt de koppe‐
ling van het apparaat met het Info‐
tainmentsysteem verbroken.
Koppeling van extra audio-apparaat
met Infotainmentsysteem verbreken
Voor het verbreken van de koppeling,
d.w.z. dat een apparaat uit het
systeemgeheugen wordt verwijderd:
Tik op de startpagina MENU daarna
Multimedia aan, gevolgd door
Instellingen .
Selecteer Media om naar het menu
Media-instellingen te gaan en selec‐ teer vervolgens de optie "Bluetooth-
apparaten beheren"/"Bluetooth-
verbinding configureren".
Druk op < om een pop-upmenu te
openen. U hebt de volgende opties:
● Bluetooth uitschakelen : Selec‐
teer deze optie om de Bluetooth- functie op het Infotainmentsys‐
teem te deactiveren.
● TomTom op zichtbaar zetten :
Selecteer deze optie om het Info‐
tainmentsysteem voor andereBluetooth-apparaten "zichtbaar"
te maken, zodat ze aan het
systeem kunnen worden gekop‐ peld.
● Alle apparaten loskoppelen :
Selecteer deze optie om de
verbindingen van alle gekop‐
pelde apparaten te verbreken
van het Infotainmentsysteem
zonder ze te verwijderen/ontkop‐ pelen.
● Appara(a)t(en) verwijderen :
Selecteer deze optie om de koppeling te verbreken tussen
een apparaat en het Infotain‐
mentsysteem.
De procedure voor het verbreken van
de koppeling is vergelijkbaar met die
van het verbreken van de koppeling
van een mobiele telefoon. Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink) "Bluetooth-
verbinding" in het hoofdstuk "Tele‐ foon" 3 208.
Bediening via Infotainmentsysteem
Als de draadloze koppeling en verbin‐ ding tot stand is gebracht, kan de
audio automatisch beginnen af te
spelen.Het audioapparaat kan dan worden
bediend via de displayopties van het
Infotainmentsysteem.
Het bereik aan toegankelijke functies
die via het Infotainmentsysteem
kunnen worden bediend, hangt van
het type audiospeler af.
De bediening van het audioapparaat, wanneer dit draadloos is verbonden,
is gelijk aan de bediening voor het
afspelen van opgeslagen audiobe‐
standen via de USB-aansluiting.
Raadpleeg NAVI 80 IntelliLink
"Muziek afspelen via USB-aanslui‐
ting" in het hoofdstuk "USB-poort"
3 159.
Page 170 of 373

168InfotainmentsysteemExterne apparatenAfbeeldingen weergevenNAVI 80 IntelliLink
Om vanuit de startpagina naar
"Afbeeldingen" te gaan, raakt u
MENU aan, gevolgd door
Multimedia en Afbeeldingen .
Let op
Afspelen is alleen mogelijk wanneer
de auto stilstaat.
Selecteer het aangesloten bronappa‐
raat (bijv. USB) om naar afzonderlijke foto's te gaan of een diavoorstelling
van alle compatibele foto's op het
apparaat te tonen.
Het display beschikt over de
volgende opties:
● N of O: Ga naar vorige/volgende
foto.
● Miniaturen : Omschakelen tussen
volledig scherm en geminimali‐
seerde weergave.● Nieuwe selectie : Kies een andere
foto van het aangesloten bronap‐ paraat.
● <: Open het pop-upmenu om het
bronapparaat te wijzigen of naar de foto-instellingen te gaan.
Tijdens de weergave van een
foto/diavoorstelling is het moge‐
lijk om met het pop-upmenu ook
het zoomniveau in te stellen en
alle foto's in miniatuurformaat te
bekijken.
Foto-instellingen: raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Systeeminstel‐
lingen" 3 143.
Films afspelen NAVI 50 IntelliLink
Om vanuit de startpagina naar het
menu "Video" te gaan, raakt u Media
aan, gevolgd door Video.
Let op
Afspelen is alleen mogelijk wanneer
de auto stilstaat.De volgende drie tabbladen zijn beschikbaar:
● Speler : Videoscherm weerge‐
ven.
● Lijst : Een lijst met alle beschik‐
bare video's weergeven.
● Opties : De afspeelinstellingen en
gedetailleerde video-informatie weergeven.
Het videoscherm beschikt over de
volgende opties:
● Schuifbalk voor verstreken tijd: Door video's bladeren.
● %: Video vanaf het begin afspe‐
len / vorige video afspelen / snel
achteruitspoelen.
● & : Video pauzeren.
● /: Volgende video afspelen /
snel vooruitspoelen.
● (: Helderheid aanpassen. Raak
het scherm aan om de video
verder af te spelen.
● ): Video op volledig scherm
bekijken.
Page 171 of 373

Infotainmentsysteem169NAVI 80 IntelliLinkOm vanuit de startpagina naar het
menu "Video's" te gaan, raakt u
MENU aan, gevolgd door
Multimedia en Video .
Let op
Afspelen is alleen mogelijk wanneer
de auto stilstaat.
Selecteer het aangesloten bronappa‐
raat (bijv. USB) om naar afzonderlijke of alle compatibele video's op het
apparaat te gaan.
Het display beschikt over de
volgende opties:
● t of v: Ga naar vorige/
volgende video.
● =: Video pauzeren.
● Schuifbalk voor verstreken tijd: Door video's bladeren.
● Nieuwe selectie : Kies een andere
video van het aangesloten bron‐ apparaat.
● Volledig scherm : Omschakelen
naar weergave op volledig
scherm.● r: Terug naar vorige scherm.
● <: Open het pop-upmenu om het
bronapparaat te wijzigen of naar
de video-instellingen te gaan.
Tijdens het afspelen van een
video kunt u met het pop-upmenu
ook terugkeren naar de lijst met
video's.
Video-instellingen: raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Systeeminstel‐
lingen" 3 143.
Smartphone-applicaties gebruiken
De smartphone-applicaties Apple
CarPlay™ en Android Auto™ geven
de geselecteerde apps van uw smart‐ phone weer op het displayscherm. Ukunt ze bedienen met de bedienings‐ organen van het Infotainmentsys‐
teem.
Controleer bij de fabrikant van het apparaat of deze functie op uw smart‐
phone kan worden gebruikt en of de
applicatie beschikbaar is in het land
waar u zich bevindt.Android Auto is beschikbaar voor
NAVI 50 IntelliLink en
NAVI 80 IntelliLink. Apple CarPlay is
beschikbaar voor NAVI 50 IntelliLink.
Let op
Bij gebruik van navigatie- en
muziekapplicaties via de telefoon‐
weergave komen deze in de plaats
voor soortgelijke geïntegreerde
applicaties van het Infotainmentsys‐
teem.
NAVI 50 IntelliLink
De smartphone voorbereiden
Android-telefoon: Download de
Android Auto-app naar de smart‐
phone vanaf de Google Play ™ Store.
iPhone: Controleer of Siri ®
op de
smartphone geactiveerd is.
Mobiele telefoon verbinden
Sluit de smartphone aan op de USB- poort 3 158.
Page 172 of 373

170InfotainmentsysteemTelefoonweergave starten
Android-telefoon: Tik op de knop
Android Auto op het hoofdscherm van
het Infotainmentsysteem en accep‐
teer de verzoeken op de smartphone
om de app Android Auto te gebruiken.
iPhone: Tik op de knop CarPlay op
het hoofdscherm van het Infotain‐
mentsysteem.
Het getoonde telefoonweergave‐
scherm is afhankelijk van de smart‐
phone en de softwareversie.
Ga voor een instructievideo over de
connectiviteit van smartphones naar
het menu Instellingen , kies
Connectiviteit en blader de lijst door.
Teruggaan naar het startscherm
Tik op de Home-toets.
NAVI 80 IntelliLink
De smartphone voorbereiden
Download de Android Auto-app naar
de smartphone vanaf de Google
Play™ Store.Telefoonweergave activeren
1. Sluit de smartphone aan op de USB-poort 3 158.
2. Accepteer het verzoek op het scherm van het display.
3. Tik û op het scherm van het
display en accepteer de bepalin‐
gen inzake vertrouwelijkheid. Kijk
bij het eerste gebruik of er op het
mobiele apparaat systeemver‐
zoeken om door te gaan verschij‐
nen.
4. Tik û nogmaals aan.
Telefoonweergave kan nu worden
gebruikt.
Telefoonweergave gebruiken ● Tik û op het scherm van het
display aan om naar het Android
Auto-menu van de verbonden smartphone te gaan.
● Druk op 5 op de stuurkolom en
houd deze vast om naar de
spraakbesturing te gaan.
Teruggaan naar het scherm van het
display
Druk op ;.Navigatie
Algemene aanwijzingen9 Waarschuwing
Het navigatiesysteem is een hulp‐
middel voor uw navigatievermo‐
gen en komt niet daarvoor in de
plaats. Rijd voorzichtig en veilig en
let goed op.
Wanneer het navigatiesysteem tegen de verkeersregels ingaat,
moet u altijd de verkeersregels
volgen.
Het navigatiesysteem zal op betrouw‐ bare wijze naar de gekozen bestem‐
ming begeleiden zonder dat er
wegenkaarten nodig zijn.
Als de Verkeersinfo -dienst in uw land
of regio beschikbaar is, wordt de
huidige verkeerssituatie ook in de
routeberekeningen in acht genomen.
Het systeem ontvangt verkeersbe‐
richten in het huidige ontvangstge‐ bied.
Page 173 of 373

Infotainmentsysteem171Om de meest actuele realtime
verkeersinformatie te ontvangen,
neemt u een abonnement op de Live
diensten.
Let op
Alleen beschikbaar bij
NAVI 80 IntelliLink.
Werking van het
navigatiesysteem
Het navigatiesysteem gebruikt
sensoren om de positie en beweging
van de auto te bepalen.
De afgelegde afstand wordt bepaald
door het signaal van de snelheidsme‐ ter van de auto en richtingveranderin‐
gen bij bochten worden door een
gyrosensor bepaald. De positie wordt
bepaald door GPS-satellieten (Global Positioning System).
Door deze sensorsignalen te vergelij‐ ken met de digitale kaarten van het
navigatiesysteem, is het mogelijk om
nauwkeurig de positie van de auto te
bepalen.
Wanneer de auto voor het eerst wordt
gebruikt of na een tocht op een veer‐
boot enz., zal het systeem zichzelf
kalibreren. Het is daarom normaal dathet niet de exacte locatie aangeeft tot
de auto een bepaalde afstand heeft
afgelegd.
Nadat u de bestemming of nuttige plaats (eerstvolgend tankstation,
hotel enz.) hebt ingevoerd, wordt de
route vanaf uw huidige positie naar de gekozen bestemming berekend.
Routebegeleiding wordt geleverd via
stembegeleiding en het display‐
scherm.9 Waarschuwing
Gebieden zoals eenrichtingsstra‐
ten en voetgangerszones zijn niet
op de kaart van het navigatiesys‐
teem aangegeven. In dergelijke
gebieden kan het systeem een
waarschuwing geven die geac‐
cepteerd moet worden. Let
daarom in het bijzonder op
eenrichtingsstraten en andere
wegen en inritten waar u niet mag inrijden.
Let op
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem kan de radio-ontvangst tijdens
stembegeleiding en vóór elke rich‐
tingsverandering worden onderbro‐
ken.
USB-geheugenstick
(NAVI 50 IntelliLink)
Het navigatiesysteem heeft een USB- geheugenstick nodig die, onder meer,
een digitale kaart van de steden en
wegen in uw land bevat.
Let op
Gebruik een USB-geheugenstick,
geformatteerd in FAT32-formaat,
met minimaal 4 GB en maximaal
32 GB opslagcapaciteit.
Na het afleggen van de eerste 100 km kunt u binnen een periode van 90
dagen op gratis digitale kaartupdates
controleren.
Let op
Gebruik alleen een compatibele
USB-geheugenstick om het naviga‐
tiesysteem te gebruiken en te upda‐ ten, dit om eventuele technische
problemen te voorkomen. Plaats de
Page 174 of 373

172InfotainmentsysteemUSB-geheugenstick niet in een
ander apparaat (zoals een digitale
camera of mobiele telefoon) of in
een ander voertuig.
Software-installatie
Om de digitale kaarten bij te werken
en van de exclusieve downloaddien‐
sten te profiteren, moet u op de
website opel.naviextras.com een account aanmaken en de gratis soft‐
ware installeren.Account aanmaken
Maak uw internetaccount aan via de
opel.naviextras.com-website. Selec‐
teer bijv. de optie "Registreren" op de webpagina en voer de betreffende
gegevens in.Software installeren
Installeer de software op uw compu‐
ter door deze van
opel.naviextras.com te downloaden.
Volg de instructies op het scherm om
de software te installeren en start de
online toepassing.Navigatiesysteem registreren
U moet het navigatiesysteem regi‐
streren met uw nieuwe internetac‐
count.Plaats een lege USB-geheugenstick
in de USB-poort van het navigatie‐
systeem. Raak 7 aan en selecteer
dan ýNav , gevolgd door Opties en
dan Kaartupdate .
Selecteer Opties en Update om er
zeker van te zijn dat alle informatie in het geheugen van het navigatiesys‐
teem is opgeslagen. Wacht tot de
update is voltooid voordat u de USB-
geheugenstick verwijdert.
Plaats de USB-geheugenstick vervol‐
gens in de USB-poort van uw compu‐
ter met internetverbinding. Wanneer
de online-toepassing wordt gestart en de USB-geheugenstick wordt
herkend, verschijnt de naam van het
systeem (of de software) in het
toepassingsvenster. Het navigatie‐
systeem wordt in uw gebruikersprofiel
geregistreerd.
Na de eerste installatie wordt de
USB-geheugenstick automatisch
herkend door het navigatiesysteem
en door de online-toepassing.USB-geheugenstick en
navigatiesysteem updaten
Er komen regelmatig updates uit, bijv.
voor revisies van kaarten en flits‐
locaties.
Let op
In bepaalde landen is het downloa‐
den en inschakelen van de camera‐
waarschuwingsoptie illegaal en kan
dat resulteren in een vervolging.
Deze updates zijn alleen beschikbaar
via de catalogus met online-toepas‐ singen, die toegankelijk is via de
USB-geheugenstick.
Met de online-toepassing is het
mogelijk om:
● het navigatiesysteem (kaarten, flitslocaties enz.) te updaten
● te upgraden naar premium content voor nuttige plaatsen
● gegevens toe te voegen of te verwijderen
● het systeem aan te passen
De menu's van de online-toepassing leiden u stap voor stap door deze
handelingen.
Page 175 of 373

Infotainmentsysteem173Systeem bijwerken
Voer regelmatig updates uit om het
beste uit uw navigatiesysteem te halen.
Update het systeem door de auto te
starten en schakel de motor niet uit
terwijl de gegevens worden geladen.
Plaats de USB-geheugenstick in de USB-sleuf van het navigatiesysteem.
Het navigatiesysteem detecteert of er
updates op de USB-geheugenstick
beschikbaar zijn en het 'Update'-
scherm verschijnt dan automatisch.
Selecteer Update om de updates in
het navigatiesysteem te gaan instal‐
leren.
Let op
Het navigatiesysteem kan tijdens
het updaten automatisch opnieuw
starten.
Let op
Raak r aan om naar het vorige
scherm terug te gaan.
Of raak 7 aan, gevolgd door ýNav ,
Opties en dan Kaartupdate . Selecteer
vervolgens Opties, gevolgd door
Update om updates in het navigatie‐
systeem te installeren.Wacht tot de update is voltooid voor‐ dat u een andere handeling uitvoert of
de USB-geheugenstick verwijdert.
SD-kaart (NAVI 80 IntelliLink) Bij het navigatiesysteem wordt een
SD-kaart geleverd die, onder meer,
een digitale kaart van de steden en wegen in het land bevat.
Raadpleeg een werkplaats om een
nieuwe SD Card met een bijgewerkte digitale kaart te kopen.
Let op
Gebruik alleen een compatibele SD-
kaart om het navigatiesysteem te
gebruiken, dit om eventuele techni‐
sche problemen te voorkomen.
Plaats de SD-kaart niet in een ander apparaat (zoals een digitale camera
of mobiele telefoon) of in een ander
voertuig.Gebruik
USB-stick
NAVI 50 IntelliLinkUSB-stick plaatsen
Schakel het navigatiesysteem uit en
plaats de USB-stick in de USB-poort
op het paneel van het Infotainment‐
systeem. De USB-stick is kwetsbaar.
Ga er daarom voorzichtig mee om.USB-stick verwijderen
Schakel het navigatiesysteem uit en
verwijder de USB-stick uit de USB-
poort op het paneel van het Infotain‐
mentsysteem.
Page 176 of 373

174InfotainmentsysteemSD Card
NAVI 80 IntelliLinkSD-kaart aanbrengen
Schakel het Infotainmentsysteem uit
en steek de SD Card in de sleuf op het instrumentenpaneel. De SD-kaart is breekbaar; buig hem niet.
Zorg ervoor dat de SD-kaart juist is
geplaatst. De oriëntatie kan verschil‐
lend zijn, afhankelijk van de locatie
van de SD-kaart in de sleuf.
SD-kaart verwijderen
Om de SD Card op de startpagina uit
het Infotainmentsysteem te verwijde‐
ren, tikt u MENU aan, gevolgd doorSysteem en SD Card verwijderen . De
SD Card kan nu veilig uit de sleuf op
het instrumentenpaneel worden
uitgeworpen.
Om de SD-kaart uit zijn sleuf te verwij‐ deren, drukt u op de kaart en laat hem
vervolgens los. De kaart springt iets
uit de sleuf, waardoor deze kan
worden verwijderd.
Let op
Gebruik alleen een compatibele SD-
kaart om het navigatiesysteem te
gebruiken en te updaten, dit om
eventuele technische problemen te
voorkomen. Plaats de SD-kaart niet
in een ander apparaat (zoals een
digitale camera of mobiele telefoon)
of in een ander voertuig.
Navigatiesysteem activeren
Inschakelen
Het navigatiesysteem schakelt auto‐
matisch in wanneer het contact wordt ingeschakeld. In andere gevallen
drukt u op X.
Bij uitgeschakeld contact kan het
navigatiesysteem gedurende maxi‐
maal 20 minuten worden gebruikt.Druk op X om het navigatiesysteem
weer in te schakelen. Het systeem
wordt maximaal 20 minuten na de
laatste invoer van de gebruiker auto‐ matisch uitgeschakeld.
Uitschakelen
Bij uitgeschakeld contact wordt het
navigatiesysteem automatisch uitge‐
schakeld wanneer de bestuurders‐
deur wordt geopend.
Bij ingeschakeld contact drukt u op
X om het navigatiesysteem uit te
schakelen.
Menu's voor wisselen tussen navigatiesysteem en
InfotainmentsysteemNAVI 50 IntelliLink
Raak bij actief navigatiesysteem 7
aan of raak q/r aan en houd deze
ingedrukt om terug te gaan naar de startpagina Infotainmentsysteem.NAVI 80 IntelliLink
Raak bij actief navigatiesysteem r
aan (één of meerdere keren) om
terug te gaan naar de startpagina
Infotainmentsysteem.