156
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
Stuurinrichting
De stuurinrichting is
mogelijk defect.
Laat het syst
eem nakij-
ken door een erkende
Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een
andere naar behoren
gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
Uitstoot
Storing in werking motor.
Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/repara-
teur of een andere naar
behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Diagnoseaansluiting van
de auto, zie blz. 317.
Mistachterlicht
Mistachterlicht is inge-
schakeld.
Mistachterlicht, zie
blz. 176.
Groene lampjes
Richtingaanwijzer
De richtingaanwijzer is
ingeschakeld.
Als het controlelampje
sneller knippert dan
gebruikelijk, werkt een
richtingaanwijzer niet
goed.
Richtingaanwijzers, zie
blz. 139.
Stadslicht
Het stadslicht is ingescha-
keld.
Stadslicht/dimlicht, zie
blz. 172.
Dimlicht
Het dimlicht is ingescha-
keld.
Stadslicht/dimlicht, zie
blz. 172.
Lane Departure Warning
Het controlelampje brandt:
het systeem ingescha-
keld. Er is ten minste één
rijstrookmarkering gesig-
naleerd en er kunnen voor
ten minste één kant van
de auto waarschuwingen
worden gegeven.
Lane Departure Warning,
zie blz. 203.
Automatic High Beam-systeem
Automatic High
Beam-systeem is inge-
schakeld.
Het grootlicht wordt auto-
matisch in- en uitgescha-
keld afhankelijk van de
verkeerssituatie.
Automatic High
Beam-systeem, zie
blz. 174.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 156 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
163
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
5
Selecteer de gewenste instel-
ling:
“Warning when speeding” (waar-
schuwing bij te hard rijden): acti-
veer of deactiveer het knipperen
van de weergaven van de Speed
Limit Info op het instrumentenpa-
neel en het head-up display wan-
neer de op dat moment van
toepassing zijnde snelheidslimiet
wordt overschreden.
“Show speeding” (toon te hoge
snelheid): de snelheidslimiet die
wordt gesignaleerd door de
Speed Limit Info wordt aange-
geven door middel van een
merkteken op de snelheidsme-
ter in het instrumentenpaneel.
De functie is mogelijk beperkt en
geeft in de volgende situaties
mogelijk onjuiste informatie weer,
bijvoorbeeld:
In dichte mist, onder natte
omstandigheden of bij sneeuw.
Als verkeersborden volledig of
gedeeltelijk worden overscha-
duwd door objecten, stickers of
verf.
Als de auto te dicht achter een
voorligger rijdt.
In het geval van fel tegenlicht of
bij een sterke reflectie.
Wanneer de voorruit vóór de bin-
nenspiegel is b edekt met con-
dens, vuil, stickers, enz.
Als de camera oververhit is
geraakt als gevolg van extreem
hoge temperaturen en tijdelijk is
gedeactiveerd.
Als gevolg van onjuiste signale-
ring door de camera.
Als de in het navigatiesysteem
opgeslagen snelheidslimieten of
de weggegevens onjuist zijn.
In het geval van snelheidslimie-
ten die afhankelijk zijn van het
tijdstip van de dag of de dag van
de week.
In gebieden die niet door het
navigatiesysteem worden
gedekt.
Als er afwijkingen zijn met
betrekking tot navigatie, bijvoor-
beeld door een wegomleiding.
In het geval van elektronische
verkeersborden.
Bij het inhalen van bussen of
vrachtwagens met verkeersbord-
stickers.
Als verkeersborden niet over-
eenkomen met de norm.
Als er verkeersborden worden
gesignaleerd die van toepassing
zijn op een parallelweg.
In het geval van landspecifieke
verkeersborden of wegontwer-
pen.
Tijdens het kalibratieproces van
de camera direct na aflevering
van de auto.
Het display kan indien nodig wor-
den bediend.
Entertainmentbron.
Actuele audiobron.
Overzicht laat ste oproepen.
Beperkingen van het
systeem
Keuzelijsten
Principe
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 163 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
168
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
2
“Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 “Speed warning” (snelheids-
waarschuwing)
4 “Warning at:” (waarschuwing
bij:)
5 Draai de controller totdat de
gewenste snelheid wordt weer-
gegeven.
6 Druk op de controller.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 “Speed warning” (snelheids-
waarschuwing)
4 “Speed warning” (snelheids-
waarschuwing)
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 “Speed warning” (snelheids-
waarschuwing)
4 “Select current speed” (actuele
snelheid selecteren) Voor sommige systemen kan de
status worden weergegeven of kun-
nen handelingen worden uitge-
voerd.
Via Toyota Supra Command:
1
“My vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle status” (status auto)
• “Tyre Pressure Monitor” (ban- denspanningscontrolesysteem):
status van het bandenspan-
ningscontrolesysteem, zie
blz. 290
• “Engine oil level” (motor- oliepeil): elektr onische meting
van het motoroliepeil, zie
blz. 309.
• “Vehicle messages” (voertuig- meldingen): voer tuigmeldingen
worden op de achtergrond opge-
slagen en kunnen op het regel-
display worden weergegeven.
Weergeven van opgeslagen
voertuigmeldinge n, zie blz. 152.
• “Service requirements” (onderhoudsvereisten): weer-
gave van de onderhoudsvereis-
ten, zie blz. 159.
• “Remote maintenance call” (oproep voor onderhoud op
afstand): oproep voor onderhoud
op afstand.
Activeren/deactiveren van de
snelheidswaarschuwing
De actuele snelheid instellen
voor de
snelheidswaarschuwingStatus auto
Algemeen
De status van de auto
oproepen
Overzicht van de informatie
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 168 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
192
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
Rijd onmiddellijk
met een gema-
tigde snelheid naar een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige om het systeem te laten
controleren en repareren.
Met Toyota Supra Safety kunnen
de rijassistenties ystemen centraal
worden bediend.
Afhankelijk van de uitrusting
bestaat Toyota S upra Safety uit
een of meer systemen die kunnen
helpen het risico van een aanrijding
te voorkomen.
Waarschuwing kop-staartbot-
sing met functie v oor licht afrem-
men, zie blz. 194.
Waarschuwing persoon met
functie voor licht afremmen in de
stad, zie blz. 199.
Lane Departure Warning, zie
blz. 203.
Blind Spot Monitor , zie blz. 208.
Toyota Supra Safety
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw
persoonlijke verantwoordelijkheid om
de zichtbaarheid en verkeerssituatie
goed in te schatten. Er bestaat een
kans op ongevallen. Pas uw rijstijl aan
de omstandigheden op de weg aan.
Houd de verkeerssituatie in de gaten
en grijp in als de s ituatie dit vereist.
WAARSCHUWING
Weergaven en waarschuwingen ont-
slaan u niet van uw verantwoordelijk-
heid om veilig te rijden.
Systeembeperkingen kunnen beteke-
nen dat waarschuwingen of reacties
van het systeem niet of te laat worden
gegeven, onjuist worden gegeven of
zonder rechtvaardiging worden gege-
ven. Er bestaat een kans op ongeval-
len. Pas uw rijstijl aan de
omstandigheden op de weg aan.
Houd de verkeerssituatie in de gaten
en grijp in als de s ituatie dit vereist.
WAARSCHUWING
Als gevolg van syst eembeperkingen
werken individuele functies mogelijk
niet correct bij het starten door aans-
lepen/slepen terwijl de Toyota Supra
Safety-systemen zijn ingeschakeld.
Er bestaat een kan s op ongevallen.
Schakel voor het starten door aansle-
pen/slepen alle Toyota Supra
Safety-systemen uit.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 192 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
196
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
moment gebruikte bestuurdersprofiel.
Zodra een instelling wordt gewijzigd in
het menu, worden alle instellingen in
het menu ingeschakeld.
De instelling schakelt tussen het
onderstaande:
ALL ON (alles ingeschakeld): alle
Toyota Supra Safety-systemen zijn
ingeschakeld. De
basisinstellingen
worden ingeschakeld voor de sub-
functies.
“Customise” (aanpassen): de
Toyota Supra Safety-systemen
worden ingeschakeld overeenkom-
stig de afzonder lijke instellingen.
Sommige Toyota Supra Safety-sys-
temen kunnen niet afzonderlijk wor-
den uitgeschakeld.
Alle Toyota Supra Safety-systemen
worden uitgeschakeld. Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 “Toyota Supra Safety”
4 “Front collision warning” (waar-
schuwing frontale aanrijding)
5 Selecteer de gewenste instel-
ling:
“Early” (vroeg)
“Medium” (gemiddeld)
“Late” (laat): alleen dringende
waarschuwingen worden weer-
gegeven.
De geselecteerde tijd wordt opge-
slagen voor het op dat moment
gebruikte bestuurdersprofiel.
Als er een risico bestaat op een
aanrijding met een gesignaleerd
voertuig, wordt er een waarschu-
wingssymbool weergegeven op het
instrumentenpaneel en, indien van
toepassing, op het head-up display.
Druk herhaaldelijk op de
toets.
Houd de toets ingedrukt.
ToetsStatus
Controlelampje brandt
groen: alle Toyota Supra
Safety-systemen zijn inge-
schakeld.
Controlelampje brandt
oranje: sommige Toyota
Supra Safety-systemen
zijn uitgeschakeld of op
dat moment niet beschik-
baar.
Controlelampje brandt
niet: alle Toyota Supra
Safety-systemen zijn uit-
geschakeld.
Instellen van de
waarschuwingstijd
Waarschuwing met
remfunctie
Weergave
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 196 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
203
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
Het systeem werkt in sommige situa-
ties mogelijk niet optimaal, bijvoor-
beeld:
In dichte mist, onder natte omstan-
digheden of bij sneeuw.
In scherpe bochten.
Wanneer het Vehicle Stability
Control-systeem is uitgeschakeld,
bijvoorbeeld VSC OFF.
Als het gezichtsveld van de
camera of de voorruit vóór de bin-
nenspiegel vuil of afgedekt is.
Als de camera oververhit is
geraakt als gevolg van extreem
hoge temperaturen en tijdelijk is
gedeactiveerd.
Afhankelijk van de uitvoering: als
de radarsensoren vuil of afgedekt
zijn.
Maximaal 10 s na het starten van
de motor met behulp van de start-
knop.
Tijdens het kalibratieproces van de
camera direct na aflevering van de
auto.
Bij langdurige verblinding door
tegenlicht, bijvoorbeeld wanneer
de zon laag aan de hemel staat.
In het donker.
De Lane Departure Warning geeft
een waarschuwing wanneer de
auto de weg of rijstrook verlaat.
Dit systeem met camera's waar-
schuwt zodra een minimumsnelheid
is bereikt.
De minimumsnelheid is landspecifiek
en wordt weergegeven in het menu
voor de Toyota Supra Safety-syste-
men.
Waarschuwingen worden afgegeven
door middel van een stuurwieltril-
lingsfunctie. De sterkte van de stuur-
wieltrillingsfunctie kan worden
aangepast.
Het systeem geeft geen waarschu-
wing als de bestuurder aangeeft dat
hij de rijstrook gaat verlaten.
Als een rijstrookmarkering wordt
overschreden in het snelheidsbereik
tot 210 km/h, grijpt het systeem niet
alleen in door middel van trillingen,
maar ook met een korte actieve
stuurinterventie. Daarmee helpt het
systeem om de auto op de rijstrook te
houden.
Functionele beperkingen
Lane Departure Warning
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Het systeem ontsl
aat u niet van uw
persoonlijke verantwoordelijkheid om
de richting van de weg en de ver-
keerssituatie te beoordelen. Er
bestaat een kans op ongevallen. Pas
uw rijstijl aan de omstandigheden op
de weg aan. Houd de verkeerssituatie
in de gaten en grijp in als de situatie
dit vereist. Beweeg in geval van een
waarschuwing het stuurwiel niet met
onnodig veel kracht.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 203 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
204
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
De rijstrookmarkering moet door de
camera worden gesignaleerd om
ervoor te zorgen dat de Lane
Departure Warning werkt.
De camera bevindt zich aan de
voorzijde van de binnenspiegel.
Houd de voorruit
schoon en onaf-
gedekt in het gedeelte voor de bin-
nenspiegel.
De Lane Departur e Warning wordt
automatisch aan het begin van een
rit ingeschakeld als de functie was
ingeschakeld toen de motor de
laatste keer werd uitgezet.
Het menu voor de Toyota Supra
Safety-systemen wordt weergege-
ven.
Als alle Toyota Supra Safety-syste-
men waren uitgeschakeld, worden
alle systemen nu ingeschakeld.
“Customise Setting s” (persoonlijke
voorkeursinstelling en): afhankelijk
van de uitrusting kunnen de Toyota
Supra Safety-systemen afzonderlijk
WAARSCHUWING
Weergaven en waarschuwingen ont-
slaan u niet van uw verantwoordelijk-
heid om veilig te rijden.
Systeembeperkingen kunnen beteke-
nen dat waarschuwingen of reacties
van het systeem niet of te laat worden
gegeven, onjuist worden gegeven of
zonder rechtvaardiging worden gege-
ven. Er bestaat een kans op ongeval-
len. Pas uw rijstijl aan de
omstandigheden op de weg aan.
Houd de verkeerssit uatie in de gaten
en grijp in als de si tuatie dit vereist.
Voorwaarden voor werking
Overzicht
Toets in de auto
Toyota Supra Safety
Camera
In-/uitschakelen
Automatisch inschakelen
Handmatig in-/uitschakelen
Druk op de toets.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 204 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
205
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
worden geconfigureerd. De afzon-
derlijke instellingen worden inge-
schakeld en opgeslagen voor het
op dat moment gebruikte bestuur-
dersprofiel. Zodr
a een instelling
wordt gewijzigd in het menu, wor-
den alle instellingen in het menu
ingeschakeld.
De instelling schakelt tussen het
onderstaande:
ALL ON (alles ingeschakeld): alle
Toyota Supra Safety-systemen zijn
ingeschakeld. De basisinstellingen
worden ingeschakeld voor de sub-
functies.
“Customise” (aanpassen): de
Toyota Supra Safety-systemen
worden ingeschakeld overeenkom-
stig de afzonder lijke instellingen.
Sommige Toyota Supra Safety-sys-
temen kunnen niet afzonderlijk wor-
den uitgeschakeld.
Alle Toyota Supra Safety-systemen
worden uitgeschakeld.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2“Vehicle settings” (instellingen
auto)
3“Toyota Supra Safety”
4“Lane departure warning”
5Selecteer de gewenste instelling:
“Early” (vroeg): het systeem geeft
een vroegtijdige waarschuwing
wanneer een gevaarlijke situatie
wordt gesignaleerd.
“Medium” (gemiddeld): het sys-
teem voldoet aan gestandaardi-
seerde veiligheidseisen.
“Reduced” (beperkt): afhankelijk
van de situatie worden sommige
waarschuwingen onderdrukt, bij-
voorbeeld tijdens inhaalmanoeu-
vres zonder gebruik van
richtingaanwijzers of bij het opzet-
telijk kruisen van rijstrooklijnen in
bochten.
“Off” (uit): er worden geen waar-
schuwingen gegeven.
De geselecteerde instelling wordt
opgeslagen voor het op dat moment
gebruikte bestuurdersprofiel.
Druk herhaaldelijk op de
toets.
Houd de toets ingedrukt.
ToetsStatus
Controlelampje brandt
groen: alle Toyota Supra
Safety-systemen zijn inge-
schakeld.
Controlelampje brandt
oranje: sommige Toyota
Supra Safety-systemen
zijn uitgeschakeld of op
dat moment niet beschik-
baar.
Controlelampje brandt
niet: alle Toyota Supra
Safety-systemen zijn uit-
geschakeld.
Instellen van de
waarschuwingstijd
To e t sStatus
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 205 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM