Page 55 of 251
kunnen hoezen de werking van het
systeem voor het detecteren van
inzittenden verstoren, indien aanwezig.Attentie: Airbags worden snel en met veel
kracht opgeblazen en dit kan tot
verwondingen leiden. Zet de voorstoelen
op voldoende afstand van het dashboard,
zorg dat iedereen netjes rechtop zit en de
gordel op de juiste wijze draagt om de
kans op verwonding door de airbags tot een minimum te beperken.Attentie: Plaats kleine kinderen (al dan
niet in een kinderzitje) nooit op de
rechtervoorstoel als de airbag is
ingeschakeld. Dit kan ernstig letsel veroorzaken met de dood tot gevolg als
de airbag opblaast.Attentie: Zorg altijd voor voldoende
afstand tussen het lichaam en de zijkant
van de Model X, zodat de zijairbags hun werk goed kunnen doen.Attentie: Leun niet met het hoofd tegen
een portier. Dit kan ernstig letsel veroorzaken als een gordijnairbag afgaat.Attentie: Plaats nooit voeten, knie
Page 75 of 251
ControlelampjeOmschrijvingAirbag. Neem direct contact op met Tesla als dit rode lampje bij het starten van de
Model X niet kort knippert of als het blijft branden. Zie Controlelampje airbag op
pagina 53.Er is storing van het ABS-systeem gedetecteerd. Zie Remmen op pagina 80.
Neem onmiddellijk contact op met Tesla.De parkeerrem is handmatig aangetrokken. Zie Parkeerrem op pagina 81.Er is storing van de parkeerrem gedetecteerd. Neem contact op met Tesla. Zie
Parkeerrem op pagina 81.Vehicle Hold is actief aan het remmen. Zie Vehicle Hold op pagina 86.
Bandenspanningswaarschuwing . De bandenspanning van een van de banden is te
hoog of te laag. Het lampje knippert als er een defect aan hetbandenspanningscontrolesysteem (TPMS) is vastgesteld. Neem bij een defect aan
het TPMS contact op met Tesla. Zie Onderhoud banden op pagina 194.Een portier of ko
Page 203 of 251

Attentie: Spuit nooit vloeistof (bijv. met
een hogedrukspuit) in de richting van het
laadcontact. wanneer de Model X wordt
opgeladen. Het niet volgen van deze
instructies kan tot ernstig letsel of schade
aan de auto, laadapparatuur of andere
eigendommen leiden.Het interieur reinigen
Controleer en reinig het interieur regelmatig,
dan blijft het mooi en voorkomt u vroegtijdige
slijtage. Verwijder vuil en vlekken altijd zo snel mogelijk. Gebruik een zachte doek
(microvezel) gedrenkt in een mengsel van warm water en een milde zeep (vooraf testenop een minder zichtbaar onderdeel) om de
verschillende onderdelen van het interieur te reinigen. Maak het oppervlak meteen droog
met een niet-pluizende doek om vlekken te voorkomen.
Ruiten van het interieur
Kras niet en gebruik ook geen schurende
middelen op de ruiten en spiegels. Hierdoor zou de toplaag van de spiegel of de bedrading
van de achterruitverwarming beschadigd
kunnen raken.
Airbags
Zorg dat er geen vuil op airbags terechtkomt. Dit zou de goede werking kunnen verstoren.
Dashboard en kunststof oppervlakken Poets de bovenkant van het dashboard niet.
Glanzende oppervlakken kunnen re
Page 245 of 251

Index
A aanhanger trekken 96
Aanhangermodus 99
Aanhangerrem voor trekken van aanhanger
100
aanjagersnelheid, interieur 151
aantal zitplaatsen 213
ABS (antiblokkeersysteem) 80
absolute maximumsnelheid 136
acceleratie bij inhalen 109
Acceleratie-instellingen 87
accessoiredrager 96
accessoiresaansluiting op stopcontact 24
achterbak 19
achterklepopenen 19
opening afstellen 20
Achteruit 66
achteruitrijcamera 92
actieradiusrijtips om actieradius te vergroten 90
weergegeven op instrumentenpaneel 72
actieradiusgarantie 91
Actuele Verkeersinformatie 160
adaptieve koplampen 70
Adaptieve schokbrekers 169
afdekplaat, verwijderen 206
afmetingen 215
afmetingen overhang 215
Agenda weergeven bij instappen 171
Agenda-app 171
airbag, passagier voorin, uitschakelen 52
airbags 50
airconditioning 149
alarm 172
alarmknipperlichten 71
Altijd geschat energieverbruik op de heen- en
terugreis tonen 159
altijd verbonden, instellen 90
antiblokkeersysteem (ABS) 80
apparatenaansluiting 24
audiobestanden afspelen van 164
Bluetooth, audiobestanden afspelen 165audiobestanden afspelen 162
toetsen op het stuur 58
volumeregeling 162
Auto baan verwisselen 118
Automatisch grootlicht 70
automatisch remmen bij noodgevallen 133
automatisch vering verhogen 169
autopilotbinnen wegmarkeringen blijven 129
dode hoek detectie 129
waarschuwing zijdelingse botsing 129AutopilotAutopilot (Vervolg)acceleratie bij inhalen 109
Auto baan verwisselen 118
automatisch remmen bij noodgevallen
132
botsing ontwijkingshulp 132
maximumsnelheid in acht nemen 136
Navigeren met Autopilot 119
overzicht 106
Parkeerautomaat 124
snelheidshulp 136
Stuurautomaat 116
Verkeersbewuste cruise control 109
Voorrijden 126
voorwaartse botsingwaarschuwing 132
waarschuwing snelheidslimiet 136
Autopilot-componenten 106
B bagageruimte 20
bagageruimte voor 22
bagageruimte, achterkindersloten 16
portiergrepen binnenzijde uitschakelen 16
bagageruimte, voor 22
bandenbalanceren 195
bandenspanningssensor vervangen 198
controle en onderhoud 195
kettingen 199
markeringen op banden 223
rotatie 195
spanning, controleren 194
speci