Veilig kinderen vervoeren in de Model 3
Frontairbag passagierszijde moet UIT zijn
Attentie: Laat nooit een kind op de voorpassagiersstoel zitten wanneer de frontairbag aan
passagierszijde actief is. Controleer altijd of deze airbag UIT is. Raadpleeg het volgende label
dat op de zonnekleppen is aangebracht:
Als een kind op de passagiersstoel voorin is geplaatst MOET de frontairbag aan passagierszijde worden uitgeschakeld (zelfs als het kind in een geschikt kinderzitje of op een zitverhoger is
geplaatst). Bij een aanrijding kan de geactiveerde airbag ernstig of zelfs dodelijk letsel
veroorzaken, met name wanneer een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje wordt gebruikt.
Om de frontairbag aan passagierszijde uit te schakelen, tikt u op Controls > Safety & Security >
Passenger Front Airbag (zie De frontairbag aan passagierszijde uitschakelen op pagina 47).
Attentie: Als u de frontairbag aan passagierszijde uitschakelt, vergeet deze dan niet weer in
te schakelen wanneer een volwassene op de passagiersstoel voorin plaatsneemt.
De status van de frontairbag aan passagierszijde wordt in de rechterbovenhoek van het
touchscreen aangegeven. U kunt ook op het volgende statuspictogram tikken om de frontairbag aan passagierszijde uit of in te schakelen:
Als een kind op de passagiersstoel voorin zit, controleer dan altijd voordat u
gaat rijden of de frontairbag aan passagierszijde UIT is.Om een volwassene die vervolgens plaatsneemt op de passagiersstoel voorin
te beschermen, moet de frontairbag aan passagierszijde weer worden
ingeschakeld.Attentie: Als een kind plaatsneemt op de voorpassagiersstoel, is het de verantwoordelijkheid
van de bestuurder om te controleren of de frontairbag aan passagierszijde is uitgeschakeld.Attentie: Als de frontairbag aan passagierszijde AAN is ondanks dat u deze hebt
uitgeschakeld (of vice versa), neem dan onmiddellijk contact op met Tesla.
Geschiktheid en plaatsen van kinderzitjes
Alle veiligheidsgordels van de Model 3 zijn bedoeld voor volwassenen. Bij het vervoeren vankinderen moet u het volgende doen:
De frontairbag aan passagierszijdeuitschakelen
Als u een kind op de voorste passagiersstoel
laat zitten (zelfs in een kinderzitje of op een
zitverhoging) moet u altijd eerst de frontairbag aan passagierszijde uitschakelen
om te voorkomen dat de airbag het kind verwondt bij een botsing.
Tik op Controls > Safety & Security >
Passenger Front Airbag om de frontairbag aan
de passagierszijde van de auto uit te
schakelen.De indicator Passagiersairbag
wordt rechtsboven in het
touchscreen weergegeven om
aan te geven of de airbag van de
voorpassagier in- of
uitgeschakeld is.
Opmerking: U kunt dit
statuspictogram ook aanraken
om de frontairbag aan
passagierszijde handmatig in of
uit te schakelen.
Als de airbag is ingeschakeld ondanks dat u deze hebt uitgeschakeld (of vice versa), neem
dan onmiddellijk contact op met Tesla.
Opmerking: Model 3 heeft een capacitief
touchscreen dat mogelijk niet werkt als u
gewone handschoenen draagt. Als het scherm
bij aanraking niet reageert, doe dan uw handschoenen uit of gebruik handschoenen
met speciale vingertoppen voor touchscreens.
Attentie: Plaats nooit een kind in een
kinderzitje of op een zitverhoging op de passagiersstoel als de airbag is
ingeschakeld. Dit kan tot ernstig letsel of
de dood leiden.Attentie: Zet niemand in de
passagiersstoel als de frontairbag aan
passagierszijde niet lijkt te werken. Neem
direct contact op met een Tesla Service
Center om dit zo snel mogelijk te laten
verhelpen.
E
Starten en uitschakelen
Starten Bij het openen van een portier schakelt de
Model 3 het touchscreen in en kunt u alle bedieningselementen gebruiken.
Rijden met de Model 3:
1. PRESS THE BRAKE PEDAL - de Model 3
wordt ingeschakeld en is klaar om te rijden.
2. SELECT A GEAR - beweeg de
schakelhendel helemaal naar beneden
voor vooruitrijden (D) en helemaal
omhoog voor achteruitrijden (R). Zie
Schakelen op pagina 56.
Opmerking: Als de functie Pincode voor rijden
is ingeschakeld (zie Pincode voor rijden op
pagina 135), moet u ook een geldige pincode
invoeren op het touchscreen voordat u kunt
rijden met de Model 3.
Opmerking: Als Passive Entry is uitgeschakeld
en u niet binnen ongeveer vijf minuten het rempedaal intrapt, om de Model 3 te starten, wordt een bericht weergegeven op het
touchscreen en dient u de Model 3 met de sleutel te vergrendelen en vervolgens weer te
ontgrendelen voordat u de auto start.
Alles wat van belang is tijdens het rijden,
wordt op het touchscreen van de Model 3
weergegeven.
Rijversnelling uitgeschakeld - Verificatie
vereist
Als de Model 3 geen sleutel detecteert
wanneer u het rempedaal intrapt (of geen
geauthenticeerde telefoon is gedetecteerd of
30 seconden zijn verstreken sinds u de
sleutelkaart hebt gebruikt), wordt op het touchscreen een melding weergegeven dat
een verificatie is vereist.
Als u deze melding ziet, plaats de sleutelkaart
dan achter de bekerhouders boven in de
middenconsole, waar de RFID-zender deze kan lezen. De teller in het verificatievenster
wordt teruggezet en u kunt de Model 3 starten
door het rempedaal in te trappen.
Er zijn verschillende factoren die bepalen of
de Model 3 een geauthenticeerde telefoon kan
detecteren (bijvoorbeeld een lege batterij van de telefoon, waardoor deze niet langer kan
communiceren via Bluetooth).
Houd altijd uw geauthenticeerde telefoon en
een sleutelkaart bij u. Na het rijden is uw geauthenticeerde telefoon of sleutelkaart
nodig om de Model 3 opnieuw te starten
nadat deze is uitgeschakeld. Bij het verlaten
van de Model 3 moet u uw geauthenticeerde telefoon of sleutelkaart meenemen om de
Model 3 handmatig of automatisch te vergrendelen.
Uitschakelen Zet de auto na het rijden in stand P (Parkeren)
door de toets op het uiteinde van de
selectiehendel in te drukken. De parkeerrem
wordt automatisch ingeschakeld en alle systemen blijven werken. Als u met uw
geauthenticeerde telefoon of sleutelkaart de
Model 3 verlaat, zal de auto zichzelf
automatisch uitschakelen en gaat het
touchscreen uit.
Model 3 schakelt zichzelf ook automatisch uit
als de auto langer dan 15 minuten in de stand P (Parkeren) staat, ook als u nog achter het
stuur zit.
Hoewel dit gewoonlijk niet nodig is, kunt u de
Model 3 uitschakelen terwijl u achter het stuur
zit, op voorwaarde dat de auto stilstaat. Tik op
Controls > Safety & Security > Power O
Als het geluid is ingeschakeld (zie Hoorbare
feedback regelen op pagina 71), hoort u een
waarschuwingssignaal tijdens het
manoeuvreren. U kunt dit geluid tijdelijk
uitschakelen door op de scrolltoets links op
het stuur te drukken, of door op de dempknop
te tikken in de linkerbenedenhoek van het parkeerhulpbeeld.
Opmerking: Als een sensor geen signaal
doorgeeft, verschijnt er een waarschuwing op
het touchscreen.Let op!: Zorg ervoor dat sensoren schoon
zijn en vrij van sneeuw, modder en vuil.
Richt een hogedrukspuit niet rechtstreeks
op de sensoren en reinig ze niet met een scherp of schurend voorwerp, dat
veroorzaakt krassen en kan het oppervlak
beschadigen.Let op!: Plak geen stickers op de
parkeersensoren en monteer ook geen accessoires voor de sensoren.
Hoorbare feedback regelen
U kunt de parkeerhulp met en zonder
geluidssignaal gebruiken. Om het geluid in of uit te schakelen, tikt u op Controls > Safety &
Security > Park Assist Chimes .
U kunt het geluid tijdelijk uitschakelen door op de scrolltoets links op het stuur te drukken, of
door op de dempknop te tikken in de hoek
van het parkeerhulpbeeld. Het geluid blijft
uitgeschakeld tot u de selectiehendel in een
andere stand zet of tot u harder rijdt dan
5 mph (8 km/h).
Beperkingen en valse
waarschuwingen
In de volgende omstandigheden functioneert
de parkeerhulp mogelijk niet naar behoren:
Safety &
SecurityU kunt de parkeerrem handmatig vastzetten en vrijgeven (zie Parkeerrem
op pagina 67), de acceleratie en maximumsnelheid begrenzen (zie
Snelheidslimietmodus op pagina 113) en de auto uitschakelen (zie
Uitschakelen op pagina 54). U kunt ook de volgende instellingen in- en
uitschakelen:
Keep Climate OnMet de instelling Keep Climate On kunt u de
climate control ingeschakeld houden wanneer de auto is geparkeerd, zelfs als u de Model 3verlaat. Dit is handig wanneer het belangrijk isom de temperatuur in het interieur te
handhaven bij warme of koude
weersomstandigheden (als u bijvoorbeeld
boodschappen achterlaat in de Model 3 op
een warme dag, kunt u Keep Climate On gebruiken om te voorkomen dat ze bederven).
Het batterijniveau moet ten minste 20%
bedragen om Keep Climate On te kunnen
gebruiken.
Keep Climate On bedienen:
1. Schakel naar de stand P (Parkeren). Keep
Climate On is alleen beschikbaar wanneer
de Model 3 in de stand P (Parkeren) staat.
2. Stel de climate controle in, indien nodig.
3. Tik op het aanjagerpictogram en
vervolgens op Keep Climate On .
Het climate control-systeem handhaaft uw climate-instellingen totdat u in een andere
stand dan Park schakelt of deze handmatig
uitschakelt. Als het batterijniveau lager wordt
dan 20%, wordt het climate control-systeem
automatisch uitgeschakeld en stuurt de
mobiele app van Tesla u een melding om te
controleren of u niks achter hebt gelaten in Model 3.
De volgende keer dat u met de Model 3 gaat
rijden, blijft het climate control-systeem
werken met de instellingen van uw vorige rit.
Opmerking: Software-updates worden niet
uitgevoerd wanneer Keep Climate On actief is.Attentie: U kunt de climate control ook op
afstand instellen met behulp van de
mobiele app. Als u echter de het climate
control-systeem uitschakelt met de
mobiele app, stopt de werking van Keep
Climate On.Attentie: Keep Climate On wordt
uitgeschakeld wanneer het batterijniveau
daalt tot onder 20%. Gebruik deze
instellingen niet wanneer het
batterijniveau laag is.Attentie: Laat nooit een kind zonder
toezicht achter in uw auto.Interieurfilter
Model 3 heeft een interieurfilter dat stof, roet,
pollen en andere deeltjes opvangt. Het
luchtfilter moet worden vervangen wanneer
dit nodig is. Neem contact op met Tesla.
Cabin Overheat Protection
De climate control kan de temperatuur in het
interieur verlagen bij extreem hoge
omgevingstemperaturen gedurende twaalf uur
nadat u uit de Model 3 bent gestapt. Tik op
Controls > Safety & Security > Cabin Overheat
Protection en kies:
Instellingen alarminstallatie
Over de alarminstallatie
Als de Model 3 geen geauthenticeerde
telefoon of sleutelkaart detecteert en er wordt
een portier of bagageruimte geopend, klinkt
een alarm en gaan de koplampen en de
richtingaanwijzers knipperen. Druk op een
willekeurige toets in de mobiele app of tik met
uw sleutelkaart tegen de kaartlezer onder de
Autopilot-camera op de portierstijl aan
bestuurderszijde om het alarm uit te
schakelen.
Tik op Controls > Safety & Security > Security
Alarm om het alarmsysteem handmatig in of
uit te schakelen. Indien ingeschakeld, activeert
de Model 3 het alarm een minuut nadat u bent
uitgestapt, de portieren zijn vergrendeld en
geen geauthenticeerde telefoon of
sleutelkaart is gedetecteerd.
Pincode voor rijden
Om de beveiliging te verhogen, kunt u
instellen dat er pas met de Model 3 kan worden gereden nadat een 4-cijferige pincode
(persoonlijk identificatienummer) is ingevoerd.
Tik op Controls > Safety & Security > PIN to
Drive om deze instelling in te schakelen en
volg de aanwijzingen op het scherm om een
pincode voor rijden aan te maken.
Opmerking: Wanneer deze optie is
ingeschakeld, moet u de 4-cijferige pincode
niet alleen gebruiken om te kunnen rijden,
maar ook om Valet Mode voor de eerste keer
in te stellen en de 4-cijferige Valet-pincode te maken waarmee u Valet Mode kunt activeren
en deactiveren. Eenmaal in Valet Mode kan
met de Model 3 worden gereden zonder de
pincode voor rijden in te voeren. Daarnaast
wordt de instelling Pincode voor rijden
uitgeschakeld wanneer Valet Mode actief is.
Als u uw pincode voor rijden bent vergeten of PIN to Drive wilt uitschakelen, keert u terug
naar deze instelling, raakt u de link aan om uw
inloggegevens voor Tesla in te voeren en volgt
u de aanwijzingen op het scherm.
Instellingen alarminstallatie
Touchscreen gebruiken135