Page 146 of 202

laden is, gebruikt de auto energie uit hetstopcontact en niet van de batterij. Als u
bijvoorbeeld het touchscreen gebruikt terwijl
de Model 3 is geparkeerd en wordt opgeladen,
dan haalt de Model 3 zijn energie uit het
stopcontact en niet uit de batterij.Let op!: De connector van de laadkabel
kan de lak van de auto beschadigen als
deze tegen de auto stoot.
Tijdens het laden
Tijdens het laden is een groen pulserend licht
(het logo met de "T" van Tesla) zichtbaar in het laadcontact en wordt de laadstatus
weergegeven op het touchscreen Het groene
licht knippert steeds langzamer naarmate de
batterij verder opgeladen wordt. Als de
batterij helemaal opgeladen is, brandt de verlichting constant.
Opmerking: Als de Model 3 afgesloten is,
brandt de laadcontactverlichting niet.
Als er een storing wordt geconstateerd, gaat
de rode verlichting van het laadcontact
branden. Kijk op het touchscreen of er een
bericht over deze storing wordt weergegeven.
Zoiets kan gebeuren bij bijvoorbeeld een
stroomstoring. Als er sprake is van een
stroomstoring, wordt het opladen automatisch
hervat zodra de stroomvoorziening hersteld is.
Opmerking: Tijdens het laden met een hoge
stroomsterkte gaan de aircocompressor en
ventilator werken om de batterij voldoende te
koelen. Het is daarom normaal dat u geluid hoort tijdens het laden.
Opmerking: De werking van de airconditioning
wordt in het algemeen niet be
Page 155 of 202

Banden en wielen vervangenBanden verouderen onder invloed van
ultraviolet licht, extreme temperaturen, zware
belastingen en milieuomstandigheden.
Vervang de banden daarom eens per 6 jaar of
eerder als nodig blijkt.
Wielen en banden worden gecombineerd om de beste rijeigenschappen te bieden. Vervang
banden alleen door banden die voldoen aan
de originele technische specificaties. Als u
andere banden laat monteren, zorg dan dat ze minimaal dezelfde belastings- en
snelheidsindex hebben (zie Betekenis van
markeringen op banden op pagina 174) als de
originele banden.
Laat bij voorkeur alle banden tegelijk
vernieuwen. Als dit niet mogelijk is, vervang
de banden dan per as en plaats de nieuwe
banden achter. Balanceer altijd het wiel nadat
een band is verwisseld.
Wanneer u een band verwisselt, moet u de
sensoren van het
Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS)
opnieuw instellen om zeker te zijn dat ze de
juiste waarschuwingen geven wanneer de bandenspanning te hoog of te laag is (zie Automatisch opnieuw instellen van TPMS-sensoren op pagina 155).
Raadpleeg Velgen en banden op pagina 173
voor de technische gegevens van de originele
banden en wielen van de Model 3.Attentie: Gebruik in het belang van de
veiligheid alleen banden en wielen die aan de originele technische specificaties
voldoen. Het gebruik van banden die niet aan de oorspronkelijke specificaties
voldoen, kan de goede werking van het
TPMS verstoren.Attentie: Nooit de snelheidscategorie van
uw voertuigbanden overschrijden. De
snelheidscategorie staat op de zijwand
van uw banden (zie Betekenis van
markeringen op banden op pagina 174).
Asymmetrische banden
Model 3 is uitgerust met asymmetrische
banden, die op slechts
Page 157 of 202
Opmerking: Na vervanging van een wiel
kunnen onterechte waarschuwingen worden
gegeven voordat u gedurende meer dan 10
minuten sneller hebt gereden dan 15 mph
(25 km/h).
Een bandenspanningssensor vervangen
Neem contact op met een Tesla Service
Center als het TPMS-controlelampje regelmatig brandt om te laten controleren of
er een bandenspanningssensor vervangen
moet worden. Als een ander bedrijf de band
vervangt of repareert, zal de
bandenspanningssensor mogelijk niet werken
tot de set-upprocedure door Tesla is
uitgevoerd.
TPMS-storing
Model 3 is tevens voorzien van een storingsindicator voor het TPMS-systeem dat
een melding weergeeft wanneer het systeem
niet naar behoren functioneert.Het TPMS-controlelampje heeft
daarvoor een extra functie, naast het
melden van de bandenspanning. Als
er een storing in het systeem wordt
geconstateerd, knippert het TPMS-
controlelampje gedurende
Page 179 of 202

eCall
eCall
De Model 3 is uitgerust met eCall, een
noodoproepsysteem dat automatisch contact opneemt met hulpverleningsdiensten en via
gestandaardiseerde eCall-informatie
communiceert met een meldkamer in geval
van een ernstig ongeval of noodgeval.
Opmerking: De gecommuniceerde informatie
met de meldkamer omvat het voertuigtype,
het aantal gedetecteerde inzittenden in het
voertuig, GPS en het VIN.
Opmerking: eCall werkt alleen via een mobiel
telefoonnetwerk met een signaal van
voldoende sterkte.
eCall gebruiken eCall wordt automatisch geactiveerd wanneer
er airbags zijn geactiveerd of een ernstige aanrijding is gedetecteerd. U kunt het systeem
ook handmatig activeren door op de SOS-
knop op de hemelconsole te drukken.
Opmerking: Handmatige activering is nuttig
om een ernstig ongeval te melden of hulp in te
roepen wanneer een inzittende van een Model
3 onmiddellijk hulp nodig heeft (bijvoorbeeld bij een hartaanval).
eCall annuleren
eCall kan alleen worden geannuleerd wanneer het systeem handmatig is geactiveerd. OmeCall te cancelen, drukt u op
Page 191 of 202

FCC-certificeringComponentFbrBedrijfsfrequentie (MHz)Getest voorFCC IDEindpunt van stijl
1089773
Eindpunt van stijl
1089773ETesla13.56 en 2400Verenigde Staten
Canada2AEIM-1089773
2AEIM-1089773EMiddenconsole
1089774Tesla13.56 en 2400Verenigde Staten
Canada2AEIM-1089774Eindpunt van
dashboard
1089775Tesla2400Verenigde Staten
Canada2AEIM-1089775
Conform FCC IDs 2AEIM-1089773, 2AEIM-1089773E, 2AEIM-1089774 en 2AEIM-1089775 voldoet de hierboven vermelde Passive Entry-apparatuur van de Model 3 aan Deel 15 van de FCC-
voorschriften. Werking ervan is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden:
1. Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en
2. Dit apparaat moet alle ontvangen interferentie aanvaarden, inclusief interferentie die een
ongewenste werking kan veroorzaken.
Bij veranderingen of wijzigingen die niet uitdrukkelijk door Tesla zijn goedgekeurd, kan uw recht om dit apparaat te gebruiken vervallen.
Belangrijk:
Stralingsblootstelling FCC: Deze apparatuur voldoet aan de FCC-limieten voor blootstelling aan
straling voor een ongecontroleerde omgeving.
Let op!: Deze apparatuur en de bijbehorende antennes mogen niet bij een andere antenne of
zender worden geplaatst of gebruikt.
Sleutel en passief ontgrendelingssysteem
FCC-certificering
ModelnummerFbrGHzGetest voorKeyfob 1133148Tesla2.4Verenigde Staten Canada
Conform FCC ID 2AEIM-1133148 voldoen de hierboven genoemde apparaten aan Deel 15 van de
FCC-voorschriften. Werking ervan is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden:
Conformiteitsverklaringen
190Model 3 Owner