74RadioSelecteer Ü om een update te starten
voor de geselecteerde frequentie‐
band.
Favoriete stations opslaan
U kunt voor alle frequentiebanden tot 24 radiostations opslaan als favorie‐
ten in de lijst Geheugen.
Selecteer Geheugen om de voorkeu‐
zetoetsen weer te geven.
Beluisterd station opslaan
Tik enkele seconden lang op de
gewenste knop in de lijst met
Geheugen . De desbetreffende
frequentie of stationsnaam verschijnt
op de knop.
Als er al een station is opgeslagen onder een voorkeuzetoets, wordt het
desbetreffende station overschreven.
Of tik op ✩ Mem in het hoofdmenu
van de radio om het actuele station
vast te leggen.
Een station uit een stationslijst
opslaan
Selecteer OPTIES gevolgd door de
gewenste frequentieband.
Om een station in de stationslijst op te slaan moet u ✩ naast het gewenste
station kort aantikken. Het station
wordt opgeslagen en het nummer van
de voorkeuzetoets verschijnt. Tik
nogmaals op ; om een station te
verwijderen.
Of tik lang op de stationsnaam totdat
het station is opgeslagen. Om het
station te verwijderen tikt u weer lang op de stationsnaam totdat de desbe‐
treffende melding verschijnt.
Stations oproepen
Selecteer Geheugen in het hoofd‐
menu radio en tik vervolgens kort op
de voorkeuzetoets van het gewenste
station.Radio Data System
Radio Data System (RDS) is een
dienst voor FM-stations die ervoor zorgt dat het gewenste station
aanzienlijk sneller wordt gevonden en zonder problemen wordt ontvangen.
Voordelen van RDS ● Op het display verschijnt de programmanaam van het station
in plaats van de frequentie.
● Tijdens het zoeken naar stations stemt het Infotainmentsysteemalleen af op RDS-stations.
● Het Infotainmentsysteem stemt altijd af op de zendfrequentie vanhet ingestelde station met de
beste ontvangst via AF (alterna‐
tieve frequentie).
● Afhankelijk van het ontvangen station geeft het Infotainmentsys‐teem radioteksten weer met bv.
informatie over het actuele
programma.
RDS activeren Selecteer OPTIES in het hoofdmenu
radio en activeer RDS.
Radio75Als RDS is geactiveerd, staat RDS
onder aan in het hoofdmenu radio.
Radiotekst
Als RDS geactiveerd is, verschijnt er
onder de programmanaam informatie
over het beluisterde radioprogramma
of de afgespeelde track.
Open het menu OPTIES en activeer
of deactiveer Informatie om de infor‐
matie te tonen of te verbergen.
Verkeersberichten
Veel RDS-stations geven verkeersin‐ formatie door. Als de functie
verkeersberichten is geactiveerd,
wordt de weergave van radio en
media onderbroken voor de duur van
een verkeersbericht.
Open het menu OPTIES en activeer
TA om verkeersberichten te active‐
ren.
Als TA is geactiveerd, staat TA onder
aan in het hoofdmenu radio.
Digital Audio Broadcasting
Digital Audio Broadcasting (DAB)
maakt digitale radio-uitzendingen
mogelijk.DAB-stations worden aangeduid met
de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.
Algemene informatie ● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op
dezelfde frequentie worden
uitgezonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmaspecifieke
gegevens en een veelheid aan
andere dataservices uit te
zenden, inclusief rit - en
verkeersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB- ontvanger een signaal van een
station kan ontvangen (ook al is
het signaal erg zwak), is de
geluidsweergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lagergezet om onaangename gelui‐
den te voorkomen.
Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden geïn‐ terpreteerd, wordt de weergave
geheel onderbroken. Ditprobleem is te voorkomen door
auto-tracking DAB-FM te active‐
ren (zie onder).
● Interferentie door stations op naburige frequenties (een
verschijnsel dat typisch is voor AM- en FM-ontvangst) doet zich
bij DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de ontvangstkwaliteit van DAB,
terwijl AM- en FM-ontvangst in die gevallen juist aanmerkelijk
verzwakt.
● Als DAB-ontvangst is ingescha‐ keld, blijft de FM-tuner van het
Infotainmentsysteem op de
achtergrond actief en zoekt dan
continu naar FM-stations met de
beste ontvangst. Als
Verkeersinfo 3 74 is geactiveerd,
worden er verkeersberichten doorgegeven van het best door‐
komende FM-station. Deactiveer
Verkeersinfo als DAB-ontvangst
niet door FM-verkeersberichten
moet worden onderbroken.
78Externe apparatenExterne apparatenAlgemene informatie....................78
Audio afspelen ............................. 79
Afbeeldingen weergeven .............80
Smartphone-applicaties
gebruiken ..................................... 80Algemene informatie
Er zit een USB-poort op het bedie‐
ningspaneel. Er zit mogelijk een
andere USB-poort in het opbergvak
naast het Info-Display.Voorzichtig
Gebruik ter bescherming van het
systeem geen USB-hub.
Let op
Houd de USB-poorten altijd schoon
en droog.
USB-poorten
Op elk van de USB-poorten kunt ueen mp3-speler, USB-apparaat, SD-
kaart (via USB-stekker / adapter) of
smartphone aansluiten.
Het Infotainmentsysteem kan audio‐
bestanden of afbeeldingsbestanden
op USB-apparaten afspelen of weer‐ geven.
Na aansluiting op een USB-poort
werken diverse functies van het
bovenvermelde apparaat via de
knoppen en menu's van het Infotain‐
mentsysteem.
Let op
Niet alle aanvullende apparaten
worden ondersteund door het Info‐
tainmentsysteem.
Let op
Als er twee USB-poorten beschik‐
baar zijn: Voor gebruik van de func‐
tie telefoonweergave 3 80 van het
Infotainmentsysteem moet de
smartphone zijn aangesloten op de
USB-poort op het bedieningspaneel. De USB-poort in het opbergvak is
niet geschikt voor Apple CarPlay.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit een van bovenstaande appara‐
ten aan op een USB-poort. Gebruik
indien nodig de daartoe bestemde
aansluitkabel. De muziekfunctie start
automatisch.
Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat verschijnt er een
bijbehorende foutmelding en scha‐
kelt het Infotainmentsysteem auto‐
matisch terug naar de vorige functie.
Externe apparaten79Ontkoppel een USB-apparaat door
een andere functie te selecteren en
het USB-apparaat vervolgens te
verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het
afspelen niet los. Hierdoor kan het
toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
Audio streaming via Bluetooth
Via streaming kunt u draadloos
muziek op uw smartphone beluiste‐
ren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van het tot stand brengen van een
Bluetooth-verbinding 3 86.
Als de muziekweergave niet automa‐
tisch start, moet u de weergave
mogelijk starten op de smartphone.
Stel eerst het volume in op uw smart‐ phone (op een hoog niveau). Stel
daarna het volume in op het Infotain‐
mentsysteem.
Bestandsformaten
Het audiosysteem biedt ondersteu‐
ning voor verschillende bestandsfor‐
maten.
Audio afspelen
Muziekfunctie activeren USB- of Bluetooth-apparaat aanslui‐
ten 3 78.
Als het apparaat is verbonden/aange‐
sloten, maar de erop opgeslagen
muziekbestanden niet worden afge‐
speeld:
Druk op b, selecteer SOURCES
gevolgd door de desbetreffende bron.
Het afspelen van de audiotracks start automatisch.
Afspeelfuncties
Afspelen onderbreken en hervatten
Druk op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm
verandert in l.
Druk op l om het afspelen te hervat‐
ten.Vorige of volgende track afspelen
Op < of > tikken.
Snel vooruit en achteruit gaan
Houd < of > ingedrukt. Laat de toets
los om naar de normale afspeelmo‐
dus terug te keren.
Ook kunt u de schuifbalk die de posi‐ tie van de huidige track aangeeft naarlinks of rechts verplaatsen.
Tracks in willekeurige volgorde
afspelen
Selecteer OPTIES en tik herhaalde
malen op het pictogram Willekeurig:
j : tracks in actuele lijst (album,
artiest et cetera) in willekeurige volg‐
orde afspelen.
k : tracks in actuele lijst (album,
artiest et cetera) in normale volgorde
afspelen.
80Externe apparatenTracks herhalen
Selecteer OPTIES en tik herhaalde
malen op het pictogram voor Repeat
n om een van de volgende opties te
selecteren:
● tracks in actuele lijst (album, artiest et cetera) herhalen
● tracks in actuele lijst (album, artiest et cetera) eenmaal afspe‐
len
● tracks in actuele lijst (album, artiest et cetera) in normale volg‐
orde afspelen
Afbeeldingen weergeven
U kunt afbeeldingen op een USB-
apparaat bekijken.
Afbeeldingenweergave activeren
USB-apparaat aansluiten 3 78.
Als er al een apparaat is aangesloten,
maar de afbeeldingenweergave is
niet actief:
Tik op d, selecteer Beheer foto's en
kies de gewenste map en afbeelding.
Tik op het scherm om de menubalk
weer te geven.
Vorige of volgende afbeelding
weergeven
Tik op l of m .
Diavoorstelling starten of stoppen
Selecteer l om de afbeeldingen op
het USB-apparaat als diavoorstelling
te bekijken.
Tik op / om de diavoorstelling te
beëindigen.
Smartphone-applicaties
gebruiken
Telefoonweergave
De smartphone-applicaties Apple
CarPlay en Android Auto geven de
geselecteerde apps van uw smart‐
phone weer op het Info-Display. U
kunt ze bedienen met de bedienings‐ elementen van het Infotainmentsys‐
teem.
Controleer bij de fabrikant van het apparaat of deze functie op uw smart‐
phone kan worden gebruikt en of de
applicatie beschikbaar is in het land
waar u zich bevindt.
De smartphone voorbereiden
iPhone ®
: Controleer of Siri ®
op uw
telefoon is geactiveerd.
Android-telefoon: Download op
Google Play™ de Android Auto-app
naar uw telefoon.
De smartphone verbindeniPhone
Sluit de telefoon aan op de USB-poort 3 78.
Externe apparaten81Als de telefoon al via Bluetooth isverbonden, wordt de Bluetooth-
verbinding bij aansluiting van de tele‐
foon op de USB-poort en activering
van de Apple CarPlay verbroken. Na
het verbreken van de aansluiting op
de USB-poort wordt de telefoon weer
via Bluetooth verbonden.Android-telefoon
Verbind de telefoon via Bluetooth
3 86 en sluit de telefoon vervolgens
aan op de USB-poort 3 78.
Telefoonweergave starten
Als de telefoonweergave niet auto‐
matisch start, tik dan op a gevolgd
door Apple CarPlay of Android Auto .
Het getoonde telefoonweergave‐
scherm is afhankelijk van uw smart‐
phone en de softwareversie.
Teruggaan naar het
Infotainmentscherm
Druk op de knop b op het bedienings‐
paneel.
82SpraakherkenningSpraakherkenningAlgemene informatie....................82
Gebruik ........................................ 83Algemene informatie
Geïntegreerde spraakherkenning Met de geïntegreerde spraakherken‐ning van het Infotainmentsysteem
kunt u diverse functies van het Info‐
tainmentsysteem met uw stem bestu‐
ren. De spraakbesturing herkent
commando's en cijferreeksen, onge‐
acht de desbetreffende spreker. De
instructies en cijferreeksen kunnen
zonder pauze tussen de afzonderlijke woorden worden uitgesproken.
Bij onjuist gebruik of onjuiste
commando's geeft de spraakherken‐
ning visuele en / of akoestische feed‐
back en wordt u gevraagd het gewen‐ ste commando te herhalen. Boven‐
dien bevestigt de spraakherkenning
belangrijke instructies en stelt indien
nodig een vraag hierover.
Er zijn verschillende manieren om
commando's voor het uitvoeren van
de gewenste acties uit te spreken.Let op
Om te voorkomen dat gesprekken in de auto onbedoeld de systeemfunc‐ties beïnvloeden, start de stemher‐
kenning pas nadat deze is geacti‐
veerd.
OpmerkingenOndersteunde talen ● Niet alle talen die voor het display
van het Infotainmentsysteem
beschikbaar zijn, zijn ook
beschikbaar voor de spraakher‐ kenning.
● Wordt de momenteel geselec‐ teerde displaytaal niet onder‐
steund door de spraakherken‐
ning, dan is deze niet beschik‐
baar.
In dat geval moet u een andere
taal selecteren voor het display
als u het Infotainmentsysteem via spraakcommando's wilt bedie‐
nen. Om van displaytaal te wijzi‐ gen 3 70.
Spraakherkenning83SpraakdoorschakelingVia de spraakdoorschakeling van het Infotainmentsysteem hebt u toegang
tot de spraakherkenningscomman‐
do's op uw smartphone.
Spraakdoorschakeling is beschik‐
baar bij telefoonprojectie via Apple
CarPlay en Android Auto 3 80.
Gebruik Geïntegreerde spraakherkenning
Spraakherkenning activeren Let op
Tijdens een actief telefoongesprek is
spraakherkenning niet beschikbaar.Activeren door de knop w op het stuur
in te drukken
Druk op w op het stuurwiel.
Het audiosysteem wordt onderdrukt,
u wordt gevraagd een commando te
geven en op het display verschijnen
hulpmenu's met de belangrijkste
commando's die beschikbaar zijn.De spraakherkenning is klaar voor
spraakcommando's, nadat er een pieptoon klinkt.
U kunt nu een spraakcommando geven om een systeemfunctie te star‐ ten (bijvoorbeeld een vooraf ingesteld radiostation afspelen).
Volume van gesproken vragen
aanpassen
Druk de volumeknop op het stuurwiel
omhoog (hoger volume) À of
omlaag (lager volume) Á.
Een gesproken vraag onderbreken
Als ervaren gebruiker kunt u een
gesproken vraag onderbreken door
even op w op het stuurwiel te drukken.
U kunt ook "Dialoogmodus instellen
op ervaren".
Er klinkt meteen een pieptoon en u
kunt zonder te wachten een
commando uitspreken.
Een dialoogreeks annuleren
Druk op v op het stuurwiel om een
dialoog te annuleren en de spraak‐
herkenning te deactiveren.Als u een bepaalde periode lang geen
commando geeft of als u comman‐
do's geeft die het systeem niet
herkent, wordt de dialoog automa‐
tisch geannuleerd.
Bediening via spraakcommando's
Volg de gesproken instructies en de
teksten op het display.
Voor de beste resultaten: ● Luister naar de gesproken vraag en wacht op de pieptoon voordatu een commando uitspreekt of
antwoordt.
● Lees de voorbeeldcommando's op het display.
● U kunt de gesproken vraag onderbreken door nogmaals op
w te drukken.
● Wacht op de pieptoon en spreek het commando op natuurlijke
wijze uit, niet te snel, niet te lang‐
zaam.
De commando's bestaan doorgaans
uit één instructie.