Periodiek onderhoud en afstelling
7-30
7
DAU78242
De zekeringen vervangen
De hoofdzekering en de zekeringenkasten,
die de zekeringen van de afzonderlijke cir-
cuits bevatten, bevinden zich onder het pa-
neel B. (Zie pagina 7-7.)
OPMERKING
Om toegang te krijgen tot de hoofdzekering
verwijdert u de kap van het startmotorrelais
zoals getoond.
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Schakel het contactslot uit en schakel
het betreffende elektrische circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampe-
rage dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
en mogelijk brand te voorkomen.
[DWA15132]
1. Zekeringenkastje
2. Hoofdzekering
3. Reservehoofdzekering
4. Kap van startmotorrelais
ZAUM1528
12
3
4
1. Zekering 2 signaleringssysteem
2. Zekering signaleringssysteem
3. Zekering ABS-regeleenheid
4. Hoofdzekering 2
5. Zekering radiatorkoelvinmotor
6. Backup-zekering
7. Reservezekering
8. Zekering ABS-motor
9. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
10.Zekering richtingaanwijzer/alarmverlichting
11.Aansluitzekering 1 (voor gelijkstroom aan-
sluitcontact voor accessoires)
12.Antwoordzekering
ZAUM1529
1234567
8910
11
12
7
UBL1D0D0.book Page 30 Thursday, May 11, 2017 1:31 PM
Periodiek onderhoud en afstelling
7-31
7
3. Schakel het contactslot in en schakel
het betreffende elektrische circuit in
om te zien of de apparatuur werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU64070
Koplampen
Dit model is voorzien van koplampen van
het LED-type.
Als de koplamp niet gaat branden, vraag
dan een Yamaha dealer het elektrisch cir-
cuit van de koplamp te testen.
LET OP
DCA16581
Plak geen kleurfolie of stickers op de
koplamplens.
Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
30.0 A
Hoofdzekering 2:
10.0 A
Aansluitzekering 1:
2.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering 2 signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin:
10.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering richtingaanwijzer/alarm-
verlichting:
7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid:
7.5 A
Zekering ABS-motor:
30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep:
15.0 A
Antwoordzekering:
2.0 A
UBL1D0D0.book Page 31 Thursday, May 11, 2017 1:31 PM
Onderhoud en stalling van de scooter
8-3
8
De kuipruit reinigen
Vermijd alkalische of zuurhoudende reini-
gingsmiddelen, benzine, remvloeistof of
enig ander oplosmiddel. Reinig het wind-
scherm met een doek of spons die is be-
vochtigd met een neutraal reinigingsmiddel
en was het vervolgens grondig af met wa-
ter. Gebruik voor extra reiniging Yamaha
reinigingsmiddel voor windschermen of
een ander hoogwaardig reinigingsproduct.
Sommige kunststofreinigers kunnen kras-
sen achterlaten op het windscherm. Test
dergelijke producten eerst op een deel van
het windscherm dat uw zicht niet beïn-
vloedt.
Na reiniging
1. Droog de scooter met een zeemleren
lap of een vochtabsorberende doek.
2. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te doen glanzen, ook het
uitlaatsysteem. (Zelfs thermische ver-
kleuringen op roestvrijstalen uitlaatsy-
stemen kunnen door oppoetsen
worden verwijderd.)
3. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen delen,
ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
4. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om nog achter-
gebleven vuil te verwijderen.
5. Werk kleine lakbeschadigingen door
steenslag e.d. bij.
6. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
7. Laat de scooter volledig drogen alvo-
rens te stallen of af te dekken.
WAARSCHUWING
DWA10943
Verontreiniging van de remmen of ban-
den kan leiden tot verlies van de controle
over de machine.Controleer of er geen olie of was op
de remmen of banden zit. Reinig de
remschijven en remvoeringen in-
dien nodig met een normale rem-
schijfreiniger of aceton en spoel de
banden schoon met lauw water en
een mild reinigingsmiddel.
Test voor u de scooter in gebruik
neemt eerst de remwerking en het
weggedrag in bochten.
LET OP
DCAU0022
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng nooit olie of was aan op rub-
ber onderdelen, kunststof onderde-
len of lenzen van koplamp,
achterlicht en meter, maar behan-
del deze met een daartoe bestemd
verzorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lak
aan.
OPMERKING
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
Door wassen, regenachtig weer of een
vochtig klimaat kan de koplamplens
beslagen raken. Inschakelen van de
koplamp gedurende een korte periode
zal helpen bij de verwijdering van het
vocht.
UBL1D0D0.book Page 3 Thursday, May 11, 2017 1:31 PM
Specificaties
9-3
9
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje grootlicht:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
ABS-waarschuwingslampje:
LED
Controlelampje Smart-sleutelsysteem:
LED
Controlelampje tractieregeling:
LED
Zekering:
Hoofdzekering:
30.0 A
Hoofdzekering 2:
10.0 A
Aansluitzekering 1:
2.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering 2 signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin:
10.0 A
Zekering richtingaanwijzer/alarmverlichting:
7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid:
7.5 A
Zekering ABS-motor:
30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
15.0 A
Antwoordzekering:
2.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
UBL1D0D0.book Page 3 Thursday, May 11, 2017 1:31 PM
Gebruikersinformatie
10-2
10
DAUM3881
Diagnosestekkers
De diagnosestekkers voor ABS en brand-
stofinspuiting bevinden zich op de aange-
geven plaatsen.
DAU85300Registratie van voertuiggege-
vens
De ECU van dit model slaat bepaalde voer-
tuiggegevens op voor ondersteuning bij de
storingsdiagnose en ten behoeve van on-
derzoek, ontwikkeling en statistische analy-
se.
Hoewel de sensors en geregistreerde ge-
gevens van model tot model verschillen,
zijn de belangrijkste gegevenspunten: Informatie over de voertuigstatus en
motorprestaties
Informatie over brandstofinspuiting en
emissie
Deze gegevens worden alleen geüpload
wanneer een speciaal diagnosegereed-
schap van Yamaha op de machine wordt
aangesloten, bijvoorbeeld bij de uitvoering
van controles of onderhoudsprocedures.
Geüploade voertuiggegevens worden op
passende wijze behandeld in overeenstem-
ming met het volgende Privacybeleid.
Privacybeleid Yamaha deelt deze gegevens niet met an-
dere partijen, met uitzondering van de on-
derstaande gevallen. Daarnaast kan
Yamaha voertuiggegevens verstrekken aan een aannemer aan wie diensten met be-
trekking tot de verwerking van voertuigge-
gevens worden uitbesteed. In dat geval
verlangt Yamaha ook van de aannemer dat
deze de verstrekte voertuiggegevens op
passende wijze behandelt, en zal Yamaha
de gegevens op passende wijze beheren.
Met toestemming van de voertuigei-
genaar
Als dat wettelijk verplicht is
Voor gebruik door Yamaha bij juridi-
sche procedures
Als de gegevens niet kunnen worden
herleid tot een individuele machine of
eigenaar
1. Diagnosestekker ABS
2. Diagnosestekker brandstofinspuiting
ZAUM1511
2
1
https://www.yamaha-motor.eu/nl/
privacy/privacy-policy.aspx
UBL1D1D0.book Page 2 Wednesday, May 23, 2018 5:49 PM
11-1
11
Index
A
Aandachtspunten voor veilig rijden ........ 1-5
ABS ...................................................... 4-15
ABS-waarschuwingslampje ................... 4-1
Accu ..................................................... 7-28
Achterremblokkeerhendel .................... 4-14
Achterremblokkeerkabel, afstellen ....... 7-21
Achterremblokkering, controleren ........ 7-22
B
Banden ................................................. 7-18
Batterij van Smart-sleutel, vervangen .... 3-6
Bereik van het Smart-sleutelsysteem .... 3-2
Bougie, controleren ................................ 7-8
Brandstof.............................................. 4-19
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 6-5
C
Claxonschakelaar ................................. 4-12
Contactslot ............................................. 3-8
Controlelampje grootlicht ....................... 4-1
Controlelampjes en
waarschuwingslampjes ........................ 4-1
Controlelampje Smart-sleutelsysteem ... 4-2
Controlelampjes richtingaanwijzers ....... 4-1
Controlelampje tractieregeling ............... 4-2
D
De motor starten .................................... 6-2
Diagnosestekkers ................................. 10-2
Dimlichtschakelaar/
lichtsignaalschakelaar ........................ 4-12
E
Eindoverbrengingsolie .......................... 7-12
F
Filterbus.................................................. 7-9
G
Gasgreep en gaskabel, controleren en
smeren ............................................... 7-25
Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ........................................ 4-30
Gereedschapsset ................................... 7-2
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen .......................................... 7-34
I
Identificatienummers ............................ 10-1
Inrijperiode ............................................. 6-5
K
Kabels, controleren en smeren ............ 7-25
Klepspeling........................................... 7-18
Koelvloeistof ......................................... 7-13
Koplampen ........................................... 7-31Kuipruit ................................................. 4-23
L
Luchtfilterelementen, aftapslangen en
luchtfilterelement in
V-snaarbehuizing ................................ 7-15
M
Matkleur, let op ....................................... 8-1
Middenbok en zijstandaard,
controleren en smeren........................ 7-26
Modelinformatiesticker ......................... 10-1
Motorolie en oliefilterelement ............... 7-10
Multifunctioneel display .......................... 4-3
N
Noodmodus .......................................... 7-38
O
Onderhoud .............................................. 8-1
Onderhoud en smering, periodiek .......... 7-4
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem ..... 7-3
Opbergcompartimenten ....................... 4-21
Overloopslang brandstoftank ............... 4-20
P
Panelen, verwijderen en aanbrengen...... 7-7
Parkeerlichten ....................................... 7-32
Parkeren.................................................. 6-6
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 7-34
R
Registratie van gegevens, voertuig....... 10-2
Remhendel, achterrem ......................... 4-14
Remhendels, smeren ............................ 7-26
Remlicht/achterlicht .............................. 7-32
Remmen ................................................. 6-4
Remvloeistofniveau, controleren .......... 7-23
Remvloeistof, verversen ....................... 7-24
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 4-12
S
Schakelaar alarmverlichting .................. 4-12
Schakelaar TRIP/INFO .......................... 4-13
Schokdemperunits, afstellen ................ 4-26
Serienummer motorblok ....................... 10-1
Sleutel, Smart- en mechanische
sleutels gebruiken................................. 3-3
Smart-sleutel .......................................... 3-5
Smart-sleutelsysteem ............................. 3-1
Smart-sleutelsysteem,
probleemoplossing ............................. 7-34
Snelheidsmeter ....................................... 4-2
Sneller en langzamer rijden .................... 6-3
Specificaties ........................................... 9-1
Stalling .................................................... 8-4
UBL1D0D0.book Page 1 Thursday, May 11, 2017 1:31 PM