Page 249 of 762

2484-1. Voordat u gaat rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
WAARSCHUWING
Volg alle aanwijzingen in dit hoofdstuk op.
Anders kunnen zich ongevallen voordoen die tot ernstig letsel kunnen leiden.
■ Voorzorgsmaatregelen bij het rijden met een aanhangwagen
Controleer bij het rijden met een aanhangwagen of de maximaal t oege-
stane gewichten niet worden overschreden.( →Blz. 241)
■ Voorkomen van een ongeval of letsel
● Auto's met een compact reservewiel:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer het compacte reservewiel
onder uw auto is gemonteerd.
● Auto's met een bandenreparatieset:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer een band is gemonteerd d ie is
gerepareerd met de bandenreparatieset.
● Gebruik de volgende systemen niet bij het rijden met een aanhan gwagen.
• Cruise control
*
• Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik*
• LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)*
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)*
• BSM (Blind Spot Monitor)*
*
: Indien aanwezig
■ Rijsnelheid bij het rijden met een aanhangwagen
Overschrijd de maximum snelheid voor het rijden met een aanhang wagen
niet.
■ Voor het afrijden van een lange helling
Minder snelheid en schakel terug. Schakel bij het afdalen van een lange of
steile helling echter niet plotseling terug.
■ Werking van het rempedaal
Trap het rempedaal niet veelvuldig of gedurende een langere periode ach-
tereen in.
Anders kan het remsysteem oververhit raken of kan de remwerking terug-
lopen.
OPMERKING
■ Sluit de aanhangwagenverlichting op de juiste wijze aan
Onjuiste aansluiting van de aanhangwagenverlichting kan schade toebren-
gen aan het elektrische systeem van uw auto en een storing vero orzaken.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.book Page 248 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 250 of 762

249
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
Startknop
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Controleer of de selectiehendel in stand P staat.
Trap het rempedaal stevig in.
en een melding worden op het multi-informatiedisplay weergege-
ven.
Als dit niet wordt weergegeven, kan het hybridesysteem niet wor den
gestart.
Druk kort en krachtig op de
startknop.
Eén keer kort en stevig indrukken
van de startknop is voldoende om
deze te bedienen. U hoeft de start-
knop niet ingedrukt te houden.
Als het controlelampje READY
gaat branden, werkt het hybride-
systeem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot
het controlelampje READY brandt.
Het hybridesysteem kan vanuit
iedere stand van het contact wor-
den gestart.
Controleer of het controlelampje READY brandt.
Als het controlelampje READY eerst knippert en vervolgens blijf t branden
en de zoemer klinkt, dan start het hybridesysteem normaal.
Wanneer het controlelampje READY uit is, kunt u niet wegrijden.
Als het controlelampje READY brandt, kunt u wegrijden, zelfs al s de ver-
brandingsmotor niet draait. (De benzinemotor start of stopt aut omatisch in
overeenstemming met de toestand van de auto.)
Als u de volgende handelingen uitv oert terwijl u een elektroni-
sche sleutel bij u hebt, wordt het hybridesysteem gestart of de
stand van het contact veranderd.
Starten van het hybridesysteem
1
2
3
4
5
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 249 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 251 of 762

2504-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
Breng de auto volledig tot stilstand.
Activeer de parkeerrem (→Blz. 265) en zet de selectiehendel in
stand P ( →Blz. 259).
Druk op de startknop.
Het hybridesysteem stopt.
Laat het rempedaal los en controleer of de melding ACCESSORY
(stand ACC) op het multi-in formatiedisplay uit is.
De stand kan worden gewijzigd door op de startknop te drukken z on-
der het rempedaal in te trappen. (De stand verandert iedere kee r dat
op de knop wordt gedrukt.)
UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen
worden gebruikt.
Het multi-informatiedisplay wordt
niet weergegeven.
Stand ACC
Sommige elektrische componen-
ten zoals het audiosysteem kun-
nen worden gebruikt.
ACCESSORY (stand ACC) wordt
weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay.
AAN
Alle elektrische componenten kun-
nen worden gebruikt.
IGNITION ON (contact AAN) wordt weergegeven op het multi-inform atie-
display.
*: Als de selectiehendel niet in stand P staat en het hybridesysteem wordt uit-
gezet, wordt het contact in stand ACC gezet in plaats van UIT.
Uitschakelen van het hybridesysteem
Wijzigen van de standen van het contact
1
2
3
4
AAN
ACC
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b
ook Page 250 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 252 of 762

2514-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
Als de selectiehendel niet in stand P staat en het hybridesyste em
wordt uitgezet, wordt het contac t in plaats van UIT in stand ACC
gezet. Voer de volgende procedur e uit om het contact UIT te zetten:
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Zet de selectiehe ndel in stand P.
Controleer of ACCESSORY (stand ACC) en “Turn power OFF.” (zet
contact UIT) op het multi-info rmatiedisplay worden weergegeven
en druk de startknop eenmaal in.
Controleer of ACCESSORY (stand ACC) en “Turn power OFF.” (zet
contact UIT) op he t multi-informatiedisplay uit zijn.
■Auto power off-functie
Als het contact langer dan 20 minuten in stand ACC of langer da n een uur
AAN staat (hybridesysteem niet in werking) terwijl de selectieh endel in stand
P is staat, wordt het contact automatisch UIT gezet. Deze functie kan het ont-
laden van de 12V-accu echter niet helemaal voorkomen. Laat de a uto niet
gedurende langere tijd in stand ACC of AAN staan terwijl het hy bridesysteem
niet in werking is.
■ Geluiden en trillingen die kenme rkend zijn voor een hybrideauto
→Blz. 90
■ Leegraken batterij elektronische sleutel
→Blz. 154
Uitschakelen van het hybridesysteem met de selectiehendel in
een andere stand dan P
1
2
3
4
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 251 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 253 of 762

2524-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E■
Als de buitentemperatuur laag is, bijvoorbeeld bij rijden in de winter
Als het hybridesysteem gestart wordt, knippert het controlelamp je READY
mogelijk lang. Bedien de auto niet totdat het controlelampje READY continu
brandt. Continu branden betekent dat de auto in beweging kan ko men.
■ Omstandigheden die de we rking kunnen beïnvloeden
→Blz. 174
■ Aanwijzing voor de instapfunctie
→Blz. 175
■ Als het hybridesysteem niet kan worden ingeschakeld
●De startblokkering is mogelijk niet uitgeschakeld. ( →Blz. 98)
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/rep arateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e.
● Controleer of de selectiehendel goed in stand P staat. Mogelijk kan het
hybridesysteem niet worden gestart als de selectiehendel niet g oed in stand
P staat.
Op het multi-informatiedisplay wordt “Shift to P position to st art.” (zet de
selectiehendel in stand P om te starten) weergegeven.
■ Stuurslot
Nadat het contact UIT is gezet en de portieren zijn geopend en gesloten,
wordt het stuurwiel vergrendeld met de stuurslotfunctie. Als u nogmaals op
de startknop drukt, wordt het stuurslot automatisch weer uitges chakeld.
■ Wanneer het stuurslot niet kan worden ontgrendeld
“Push POWER Switch while Turning The
Steering Wheel in Either Direction.” (druk
de startknop in en draai het stuurwiel in
een willekeurige richting) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
Controleer of de selectiehendel in stand P
staat. Druk op de startknop terwijl u het
stuurwiel naar links en rechts beweegt.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 252 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 254 of 762

2534-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E■
Oververhitting van de elektromotor van het stuurslot voorkomen
Om te voorkomen dat de elektromotor van het stuurslot oververhi t raakt, kan
de werking worden onderbroken als het hybridesysteem in korte t ijd herhaal-
delijk wordt in- en uitgeschakeld. Schakel het hybridesysteem i n dat geval
niet in of uit. Na ongeveer 10 seconden zal de elektromotor van het stuurslot
weer functioneren.
■ Als op het multi-informatiedispl ay “Entry & Start System Malfun ction.
See Owner’s Manual” (Storing i n Smart entry-systeem met startkn op;
raadpleeg handleiding) wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de aut o onmiddellijk
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als het controlelampje READY niet gaat branden
Neem, als het controlelampje READY niet gaat branden nadat de juiste pro-
cedure voor het starten van de auto is gevolgd, direct contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Wanneer er een storing in het hybridesysteem aanwezig is
→Blz. 653
■ Als de batterij van de elektronische sleutel ontladen is
→Blz. 609
■ Bedienen van de startknop
●Als de knop niet kort en krachtig wordt ingedrukt, wijzigt de stand van het
contact mogelijk niet of wordt het hybridesysteem niet gestart.
● Als u probeert het hybridesysteem opnieuw te starten direct nad at het con-
tact UIT is gezet, dan start het hybridesysteem in sommige geva llen moge-
lijk niet. Wacht nadat u het contact UIT hebt gezet een paar se conden
voordat u het hybridesysteem opnieuw start.
■ Als het Smart entry-systeem met s tartknop is uitgeschakeld via de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
→Blz. 695
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 253 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 255 of 762

2544-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
WAARSCHUWING
■Starten van het hybridesysteem
Ga altijd op de bestuurdersstoel zitten alvorens het hybridesys teem te star-
ten. Trap onder geen enkele voorwaarde het gaspedaal in bij het starten
van het hybridesysteem.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een ongeval waarbij erns tig letsel kan
ontstaan.
■ Wees voorzichtig tijdens het rijden
Als een storing aan het hybridesysteem zich voordoet terwijl de auto rijdt,
vergrendel of open de portieren dan niet totdat de auto veilig en volledig tot
stilstand gekomen is. Als onder deze omstandigheden het stuursl ot wordt
geactiveerd, kan dit leiden tot een ongeval waarbij ernstig let sel kan ont-
staan.
■ Uitschakelen van het hyb ridesysteem in noodgevallen
● Als u in een noodgeval het hybridesysteem tijdens het rijden wi lt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2 seconden ingedrukt of drukt u deze min-
stens 3 keer kort achter elkaar in. ( →Blz. 635)
Raak de startknop echter tijdens het rijden niet aan, behalve i n geval van
nood. Door het uitschakelen van het hybridesysteem tijdens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen. De stuurbekrach-
tiging werkt echter niet meer. Hierdoor zal het sturen veel zwaarder gaan
dan normaal. Zet in dat geval de auto aan de kant zodra dit vei lig kan.
● Als de startknop wordt bediend terwijl de auto rijdt, verschijn t er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informatiedisplay en klinkt er ee n zoemer.
● Druk op de startknop om het hybridesysteem opnieuw te starten n adat dit
ten gevolge van een noodsituatie tijdens het rijden is uitgesch akeld. Wan-
neer u na het tot stilstand brengen van de auto het hybridesyst eem
opnieuw start, zet dan de selectiehendel in stand P en druk ver volgens de
startknop in.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 254 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM
Page 256 of 762

2554-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
● Laat het contact niet gedurende een langere periode in stand AC C of AAN
staan terwijl het hybridesysteem niet is ingeschakeld.
● Als ACCESSORY of IGNITION ON (c ontact AAN) op het multi-informatie-
display wordt weergegeven terwijl het hybridesysteem niet in we rking is, is
het contact niet UIT. Verlaat de auto nadat u het contact UIT hebt gezet.
● Schakel het hybridesysteem niet uit als de selectiehendel in ee n andere
stand dan P staat. Als het hybridesysteem wordt uitgeschakeld m et de
selectiehendel in een andere stand wordt het contact niet UIT m aar in
stand ACC gezet. Als de auto wordt achtergelaten met het contac t in
stand ACC, kan de 12V-accu ontladen raken.
■ Starten van het hybridesysteem
Indien het hybridesysteem moeilijk start, laat uw auto dan onmi ddellijk con-
troleren door een erkende Toyota -dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Symptomen die kunnen duiden op een defect in de startknop
Als de startknop anders lijkt te werken dan normaal, bijvoorbee ld als de
knop iets blijft hangen, kan de startknop defect zijn. Neem onm iddellijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10576E.b ook Page 255 Thursday, March 15, 2018 4:01 PM