Telefoon125R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB - Een
mobiele telefoon koppelen
Koppel een telefoon aan het hands‐
free-telefoonsysteem door op TEL te
drukken en selecteer Apparaat
koppelen door aan OK te draaien en
deze in te drukken. Het scherm
Gereed voor koppelen verschijnt.
Zoek op de mobiele telefoon naar
Bluetooth-apparaten in de buurt van
het apparaat.
Selecteer My Radio (d.w.z. de naam
van het handsfree-telefoonsysteem)
uit de lijst op de mobiele telefoon en
voer via het toetsenbord van de
mobiele telefoon de koppelingscode
in die op het displayscherm van het
Infotainmentsysteem staat weerge‐
geven.
Als het koppelen mislukt, gaat het
systeem terug naar het vorige menu en verschijnt er een dienovereenkom‐
stig bericht. Herhaal de procedure zo
nodig.NAVI 50 IntelliLink - Een mobiele
telefoon koppelen
Raak 7 aan, gevolgd door
ÿ INSTELLING(EN) .
Selecteer Bluetooth, gevolgd door
Bluetooth-apparaat zoeken of Extern
apparaat goedkeuren .
Eventueel kunt u op het menuscherm Telefoon de optie y aanraken.
Zoek op de mobiele telefoon naar
Bluetooth-apparaten in de buurt van
het apparaat.
Selecteer de naam van het hands‐
free-telefoonsysteem (bijv.
MEDIA-NAV ) uit de lijst op de mobiele
telefoon en voer dan (zo nodig) via het toetsenbord van de mobiele tele‐
foon de koppelingscode in die op het
displayscherm van het Infotainment‐
systeem staat weergegeven.
Let op
De koppelingscode wordt wellicht
alleen korte tijd op het display van
het Infotainmentsysteem weergege‐
ven.De standaard koppelingscode is
0000 . Selecteer Wachtwoord
wijzigen om deze koppelingscode te
wijzigen voordat de koppelingsproce‐
dure wordt gestart.
Herhaal zo nodig de procedure als
het koppelen mislukt.
NAVI 80 IntelliLink - Een mobiele
telefoon koppelen
Om vanuit de startpagina naar het
telefooninstellingenmenu te gaan,
raakt u MENU aan, gevolgd door
g Telefoon en Instellingen .
Selecteer Apparaten beheren uit de
lijst met opties. Op het display
verschijnt een bericht waarin u wordt
gevraagd om een Bluetooth-verbin‐
ding tussen uw apparaat en het Info‐
tainmentsysteem tot stand te bren‐
gen. Selecteer Ja om door te gaan.
Het Infotainmentsysteem gaat
zoeken naar Bluetooth-apparatuur in
de buurt en toont vervolgens een lijst
met apparaten.
126TelefoonSelecteer uw apparaat uit de
getoonde lijst. Afhankelijk van het
telefoonmodel bevestigt u het koppe‐ lingsverzoek of voert u de koppelings‐ code in op het toetsenblok van de
mobiele telefoon om de koppeling
met het Infotainmentsysteem tot
stand te brengen.
Om andere apparaten te koppelen,
raakt u op het scherm Apparaten
beheren de optie < aan om een pop-
upmenu te openen. Hier selecteert u
Toevoegen om andere apparaten op
dezelfde wijze te koppelen.
Herhaal zo nodig de procedure als
het koppelen mislukt.
Mobiele telefoon
ontkoppelen van het handsfree-
telefoonsysteem
Wanneer de lijst met gekoppelde tele‐
foons vol is, kan een nieuwe telefoon alleen gekoppeld worden wanneer
een bestaande telefoon wordt
ontkoppeld.Let op
Bij het ontkoppelen van een telefoon
worden alle gedownloade contacten en de belgeschiedenis in het tele‐
foonboek van het handsfree tele‐
foonsysteem gewist.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB - Een
mobiele telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. een tele‐
foon uit het geheugen van het hands‐
free-telefoonsysteem te verwijderen,
drukt u op TEL en selecteert u
Apparaat verwijderen .
Selecteer de gewenste telefoon uit de apparatenlijst en druk op OK om het
verwijderen te bevestigen wanneer daarom wordt gevraagd.
NAVI 50 IntelliLink - Een mobiele
telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. een tele‐
foon uit het geheugen van het hands‐ free-telefoonsysteem te verwijderen,
raakt u 7 aan, gevolgd door
ÿ INSTELLING(EN) .
Selecteer Bluetooth en Bluetooth-
apparatenlijst bekijken .Selecteer de gewenste telefoon uit de
apparatenlijst en raak ë aan om het
apparaat te verwijderen. Verwijder zo nodig alle apparaten door Opties te
selecteren, gevolgd door Alles
verwijderen . Bevestig de keuze door
OK aan te raken.
NAVI 80 IntelliLink - Een mobiele
telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. dat een
telefoon uit het geheugen van het
handsfree-telefoonsysteem wordt
verwijderd, gaat u naar het scherm
Apparaten beheren .
Raak op de startpagina MENU
daarna gTelefoon aan, gevolgd door
Instellingen .
Selecteer Apparaten beheren en raak
< aan om een pop-upmenu te
openen. Selecteer vervolgens
Verwijderen en verwijder het geselec‐
teerde apparaat van de lijst.
128TelefoonLet op
Het geheugen van het Infotainment‐ systeem is beperkt en sommigecontacten worden mogelijk niet
gedownload van uw mobiele tele‐
foon.
De contacten die op de simkaart in
uw mobiele telefoon zijn opgesla‐
gen, zijn niet zichtbaar. Alleen op de
telefoon opgeslagen contacten zijn
zichtbaar.
Nadat de verbinding tot stand is
gebracht, worden de gegevens van
de mobiele telefoon naar het hands‐
free-telefoonsysteem gezonden.
Afhankelijk van het model telefoon
kan dit enige tijd duren. Tijdens de gegevensoverdracht is het bedienen
van de mobiele telefoon via het Info‐
tainmentsysteem slechts beperkt
mogelijk.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐
steunt de functies van het hands‐
free-telefoonsysteem. Daarom kan
het bereik aan beschreven functies afwijken.Menu Telefoon
Het Telefoon -menu weergeven:
● druk op 6TEL
- of -
● druk op TEL
- of -
● raak 7 aan, gevolgd door
y Telefoon (NAVI 50 IntelliLink)
raak op de startpagina
MENU aan, gevolgd door
g Telefoon (NAVI 80 IntelliLink)
Volumeregeling
R15 BT, R16 BT USB, CD16 BT,
CD18 BT USB - Volumeregeling
Draai tijdens een oproep aan m of
druk op ! of # (op de knoppen op de
stuurkolom) om het volume van de
oproep te wijzigen.
NAVI 50 IntelliLink - Volumeregeling
Druk tijdens een gesprek op ] of <
van het Infotainmentsysteem om het
gespreksvolume te wijzigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.NAVI 80 IntelliLink - Volumeregeling
Draai tijdens een gesprek aan X op
het Infotainmentsysteem om het
gespreksvolume te wijzigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.
Telefoonnummer bellen
Er zijn verschillende opties beschik‐
baar voor het bellen van telefoon‐
nummers, waaronder het bellen van
een contact in het telefoonboek of
vanuit een gesprekkenlijst. Nummers
kunnen natuurlijk ook handmatig
worden gekozen.
Handmatig een nummer invoeren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatig een nummer invoeren
Terwijl het Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u Kiezen uit
de lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 118)
en selecteer 7 om het kiezen te star‐
ten.
Telefoon129Kies het laatste nummer opnieuw
door TEL ingedrukt te houden.
NAVI 50 IntelliLink - Handmatig een
nummer invoeren
Als het menu yTelefoon verschijnt,
raakt u S in de linkerbovenhoek aan
en selecteert u Kiezen uit de lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en selec‐ teer y om het kiezen te starten.
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Toetsenborden op het display bedie‐
nen" in het hoofdstuk "Algemene
informatie" 3 118.
Ingevoerde gegevens kunnen
worden gecorrigeerd met het toets‐
enbordteken k. Raak k aan en
houd deze ingedrukt om alle
nummers tegelijk te wissen.
NAVI 80 IntelliLink - Handmatig een
nummer invoeren
Raak op de startpagina MENU
daarna gTelefoon aan, gevolgd door
Een nummer kiezen .
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en raak
Bellen aan om het kiezen te starten.Ingevoerde gegevens kunnen
worden gecorrigeerd met het toets‐
enbordteken k.
Telefoonboek Het telefoonboek telefoon bevat
contactlijsten die alleen beschikbaar
zijn voor de huidige autogebruiker.
Vanwege vertrouwelijkheidsredenen
kan elke gedownloade contactenlijst
alleen worden bekeken wanneer de
bijbehorende telefoon is aangesloten.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoonboek
Nadat de mobiele telefoon aan het
Infotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Om een nummer uit het telefoonboek
van de telefoon te kiezen terwijl het
menu Telefoon wordt weergegeven,
selecteert u Telefoonboek en het
gewenste contact uit de alfabetische
lijst. Druk op OK om het kiesproces te
starten.NAVI 50 IntelliLink - Contacten
Nadat de mobiele telefoon aan het
Infotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Als het menu yTelefoon verschijnt,
raakt u S in de linkerbovenhoek aan
en selecteert u Contacten uit de lijst.
Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst.
In plaats daarvan kunt u Zoeken op
naam selecteren vervolgens de naam
van het contact invoeren met behulp
van het toetsenbord.
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Toetsenborden op het display bedie‐
nen" in het hoofdstuk "Algemene
informatie" 3 118.
NAVI 80 IntelliLink - Contacten
Nadat de mobiele telefoon aan het
Infotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
130TelefoonLet op
Het delen van gegevens moet worden toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie "Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden" moet even‐
eens worden ingeschakeld in het
menu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Telefooninstel‐ lingen" hieronder.
Raak op de startpagina eerst MENU,
daarna gTelefoon aan, gevolgd door
Contacten .
Om een nummer uit het telefoonboek te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst. Als een
contactpersoon meer dan één opge‐
slagen nummer heeft, selecteer dan
het gewenste nummer wanneer daar
om wordt gevraagd. Het bellen start
automatisch na het selecteren van
het nummer van het contact.
In plaats daarvan kunt u Zoeken
naar selecteren vervolgens de naam
van het contact invoeren met behulp
van het toetsenbord.Na de eerste koppeling van de tele‐ foon met het Infotainmentsysteem,
kan het systeem worden bijgewerkt
met de nieuwste contacten op uw
mobiele telefoon. Raak < aan om een
pop-upmenu te openen en selecteer Telefoongegevens bijwerken . Selec‐
teer zo nodig Help in het pop-upmenu
voor ondersteuning.
Om een contactpersoon aan uw
favorietenlijst toe te voegen, drukt u
op < en selecteert u Contact aan de
favorietenpagina toevoegen .
Let op
U hebt op elk moment toegang tot de
favorieten door op de startpagina op f te drukken.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80 IntelliLink) "Favorieten" in
het hoofdstuk "Inleiding" 3 32.
Gesprekslijsten R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gesprekkenlijsten
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen (bijv. gekozen
nummers, ontvangen oproepen,gemiste oproepen), selecteert u de
relevante optie, bijv. Gekozen
nummers uit het menu
Gesprekkenlijst . Selecteer het
gewenste contact en druk op OK om
het kiesproces te starten.
NAVI 50 IntelliLink -
Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het
Infotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste
oproepen in de mobiele telefoon
automatisch naar het handsfree-tele‐
foonsysteem verzonden.
Als het menu yTelefoon verschijnt,
raakt u S in de linkerbovenhoek aan
en selecteert u Gesprekkenlijsten uit
de lijst.
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen, selecteert u een van
de volgende opties op het display:
● yAlle : Toont een overzicht van
alle oproepen in de onder‐
staande lijsten.
● ú: Gekozen nummers.
Telefoon131●ù: Ontvangen oproepen.
● û: Gemiste oproepen.
Let op
Het aantal gemiste oproepen wordt naast het symbool weergegeven.
De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. Selecteer
het gewenste contact uit de gekozen
lijst om het kiezen te starten.
NAVI 80 IntelliLink -
Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het
Infotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste
oproepen in de mobiele telefoon
automatisch naar het handsfree-tele‐
foonsysteem verzonden.
Let op
Het delen van gegevens moet
worden toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie "Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden" moet even‐
eens worden ingeschakeld in hetmenu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Telefooninstel‐
lingen" hieronder.
Raak op de startpagina eerst MENU,
daarna gTelefoon aan, gevolgd door
Gesprekkenlijsten .
Om een nummer uit de gesprekken‐ lijsten te kiezen, selecteert u een van de volgende opties op het display:
● Alle : Toont een overzicht van alle
oproepen in de onderstaande lijs‐ ten.
● ù: Ontvangen oproepen.
● þ: Gemiste oproepen.
● ú: Gekozen nummers.
De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. U kunt ook
↑ of ↓ aanraken om in het display
omhoog of omlaag te bladeren.
Selecteer het gewenste contact uit de
gekozen gesprekkenlijst om het
kiezen te starten.Let op
Raak indien nodig < aan (om een
pop-upmenu te openen) en selec‐
teer Telefoongegevens bijwerken
om de gesprekkenlijsten bij te
werken.
Voicemailbox
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Voicemailbox
Wanneer de mobiele telefoon is
verbonden, kunt u voicemailberichten
van de telefoon beluisteren via het
Infotainmentsysteem. Selecteer hier‐
voor het menu Voicemailbox.
NAVI 80 IntelliLink - Voicemailbox
Om voicemailberichten van de
mobiele telefoon via het Infotainment‐ systeem te beluisteren als de telefoon is verbonden, selecteert u op de start‐
pagina MENU, gevolgd door
g Telefoon en Voicemail . Het systeem
belt de geconfigureerde voicemail‐
box.
132TelefoonHet configuratiescherm verschijnt als
de voicemailbox nog niet is geconfi‐
gureerd. Voer het nummer in op het
numerieke toetsenbord en bevestig
de invoer.
Gesprekken ontvangen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Inkomende oproepen
Het gesprek aannemen, afhankelijk
van de configuratie van de auto:
● Druk kort op 7 (op de knoppen
op de stuurkolom).
● Selecteer het pictogram 7 op het
display (door aan OK te draaien
en deze in te drukken).
Het gesprek niet aannemen, afhan‐
kelijk van de configuratie van de auto:
● Houd 8 ingedrukt (op de knop‐
pen op de stuurkolom).
● Selecteer het pictogram } op
het display (door aan OK te
draaien en deze in te drukken).
Wanneer een gesprek wordt ontvan‐
gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐scherm van het Infotainmentsysteem. Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat geval de naam weergegeven.
Wanneer het nummer niet kan
worden weergegeven, wordt het
bericht Privénummer getoond.
NAVI 50 IntelliLink - Inkomende
oproepen
De oproep aannemen:
● Raak Accepteren /Aanvaarden
aan.
● Druk kort op 7 (op de knoppen
op de stuurkolom).
Het gesprek niet aannemen: ● Raak Weigeren /Afwijzen aan.
● Houd 8 ingedrukt (op de knop‐
pen op de stuurkolom).
Wanneer een gesprek wordt ontvan‐
gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐
scherm van het Infotainmentsysteem.
Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat geval de naam weergegeven.
Wanneer het nummer niet kanworden weergegeven, wordt het bericht Onbekend /Onbekend
nummer getoond.
NAVI 80 IntelliLink - Inkomende
oproepen
De oproep aannemen:
● Raak Opnemen aan.
● Druk kort op 7 (op de knoppen
op de stuurkolom).
Het gesprek niet aannemen: ● Raak Afwijzen aan.
● Houd 8 ingedrukt (op de knop‐
pen op de stuurkolom).
Wanneer een gesprek wordt ontvan‐
gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐
scherm van het Infotainmentsysteem. Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat geval de naam weergegeven.
Wanneer het nummer niet kan
worden weergegeven, verschijnt het
bericht Geen beller-id .
Telefoon133Functies tijdens een
telefoongesprek
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Functies tijdens een telefoongesprek
Naast volumeregeling zijn diverse
functies beschikbaar tijdens een
gesprek, waaronder:
● Gesprek doorschakelen naar de mobiele telefoon.
● Naar het toetsenbord gaan.
● Oproep beëindigen.
Draai aan en druk op OK om te selec‐
teren en te bevestigen.
Schakel het gesprek door van het
handsfree-telefoonsysteem naar de
mobiele telefoon door het weergave-
item op de mobiele telefoon te selec‐
teren. Sommige mobiele telefoons
kunnen ontkoppeld raken van het
handsfree-telefoonsysteem tijdens
het overschakelen naar deze modus.
Een nummer kan ook op het nume‐
rieke toetsenbord worden ingevoerd
( 3 118) bijv. om een gespreksserver,
zoals de voicemailbox, te bedienen.
Selecteer het #123 weergave-itemom het numerieke toetsenbord op te
roepen. Raadpleeg " Voicemailbox"
voor meer informatie.
Het gesprek beëindigen, afhankelijk
van de configuratie van de auto:
● Druk kort op 8.
● Druk op TEL.
● Selecteer het pictogram } op
het display.
NAVI 50 IntelliLink - Functies tijdens
een telefoongesprek
Naast volumeregeling zijn diverse
functies beschikbaar tijdens een
gesprek, waaronder:
● }: Oproep beëindigen.
● n: Automicrofoon uitschakelen.
● é: Automicrofoon inschakelen.
● m/m 3 : Gesprek doorschakelen
naar mobiele telefoon.
● J3: Gesprek doorschakelen
naar de microfoon en luidspre‐
kers van de auto.
● 7: Teruggaan naar vorige
scherm (bijv. Navigatie of Start‐
pagina).NAVI 80 IntelliLink - Functies tijdens
een telefoongesprek
Naast volumeregeling zijn diverse
functies beschikbaar tijdens een
gesprek, waaronder:
● Oproep in de wacht zetten: Raak
< aan (om een pop-upmenu te
openen) en selecteer In de
wacht . Raak Doorgaan aan om
het gesprek te hervatten.
● Gesprek doorschakelen naar mobiele telefoon: Raak < aan
(om een pop-upmenu te openen)
en selecteer Handset.
In sommige gevallen wordt de telefoon tijdens het doorschake‐
len van een oproep losgekoppeld van het Infotainmentsysteem.
● Oproep beëindigen: Raak Oproep beëindigen aan.
● Terug naar vorige menu: Druk op
r .