150RadioZet Regio op AAN of UIT .
Als de regio-instelling ingeschakeld
is, worden er zo nodig andere
frequenties met dezelfde regionale
programma's geselecteerd.
Is de regio-instelling uitgeschakeld,
worden alternatieve frequenties voor
de zenders geselecteerd zonder
rekening te houden met regionale
programma's.
Digital Audio Broadcasting
DAB zendt radiozenders digitaal uit.
Voordelen van DAB ● DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v.
met de zendfrequentie.
● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op
dezelfde frequentie worden
uitgezonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmaspecifieke
gegevens en een veelheid aanandere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en
verkeersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB- ontvanger een signaal van een
zender op kan vangen (ook al is
het signaal erg zwak), is de
geluidsweergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lager
gezet om onaangename gelui‐
den te vermijden.
Als het DAB-signaal te zwak is
om door de radio te worden geïn‐
terpreteerd, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit
probleem kan worden vermeden
door in het DAB-optiemenu DAB-
naar-DAB-verbinding en/of DAB
naar FM koppelen te activeren
(zie onderstaand).
● Interferentie door zenders op naburige frequenties (een
verschijnsel dat typisch is voor AM- en FM-ontvangst) doet zich
bij DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit deontvangstkwaliteit van DAB,
terwijl AM- en FM-ontvangst in die gevallen juist aanmerkelijk
verzwakt.
● Na het inschakelen van DAB- ontvangst blijft de FM-tuner van
het infotainmentsysteem op de
achtergrond actief en zoekt
voortdurend naar de best
ontvangbare FM-zenders. Als TP 3 149 geactiveerd is, worden er
verkeersberichten doorgegeven
van de FM-zender die de beste
ontvangst heeft. Deactiveer TP
als DAB-ontvangst niet door FM- verkeersberichten moet worden
onderbroken.
DAB-instellingen Activeer de radiofunctie en kies
vervolgens het DAB-bereik om de
DAB-instellingsopties te configure‐
ren. Druk op MENU om het DAB-
bereik weer te geven.
DAB-meldingen
Naast hun muziekprogramma's
zenden veel DAB-zenders ook
diverse categorieën berichten uit. Als
u sommige of alle categorieën
152Externe apparatenExterne apparatenAlgemene informatie..................152
Audio afspelen ........................... 153Algemene informatie
De USB-aansluiting voor externe
apparaten zit op de middenconsole.
Let op
Houd de aansluitingen altijd schoon en droog.
USB-poort
Op de USB-poort kunt u een MP3-
speler, USB-apparaat of smartphone
aansluiten.
Na het aansluiten op de USB-poort
werken de bovenvermelde apparaten via de knoppen en menu's van het
infotainmentsysteem.
Let op
Niet alle aanvullende apparaten
worden ondersteund door het info‐
tainmentsysteem.
Het infotainmentsysteem kan
muziekbestanden op USB-opslagap‐
paratuur weergeven.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit het USB-apparaat aan op de
USB-poort.Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat verschijnt er een
bijbehorende foutmelding en scha‐
kelt het Infotainmentsysteem auto‐
matisch terug naar de vorige functie.
Ontkoppel het USB-apparaat door
een andere functie te selecteren en
dan het USB-opslagapparaat te
verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het
afspelen niet los. Hierdoor kan het
toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
MTP-apparaatinstellingen
In het instellingenmenu kunt u
aanvullende instellingen aanpassen
voor apparaten die via het MTP zijn
aangesloten.
Druk in een actieve audiobron op
MENU , blader door de lijst en selec‐
teer Indstillinger (Settings) . Selecteer
Telefoonverbinding (alleen MTP) .
Externe apparaten153Als u wilt dat het apparaat alleen viade USB-poort wordt opgeladen, moet
u Alleen opladen activeren. Als u naar
de USB-audiobron omschakelt terwijl
deze instelling is geactiveerd, wordt u
gewaarschuwd met een oplaadbe‐
richt.
Als u muziekbestanden wilt afspelen
die op het apparaat zijn opgeslagen,
moet u Alleen mappen met muziek
scannen of Alle mappen scannen
activeren.
Bluetooth
Bluetooth-compatibele audiobronnen
(bijv. mobiele telefoons voor muziek, mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen A2DP
en AVRCP ondersteunen, werken
draadloos op het infotainmentsys‐
teem. Het infotainmentsysteem kan
de muziekbestanden afspelen die op
deze apparaten staan.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-verbinding 3 157.Bluetooth-apparatenlijst
Activeer de Bluetooth-audiobron,
druk op MENU en selecteer vervol‐
gens Bluetooth-apparaten beheren
om naar de Bluetooth-apparatenlijst
te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-apparatenlijst
3 157.
Bestandsformaten
Er wordt alleen apparatuur onder‐ steund die volgens FAT32, NTFS of
HFS+ zijn geformatteerd.
Let op
Sommige bestanden worden
wellicht niet goed afgespeeld. Dit
kan worden veroorzaakt door een
ander opnameformaat of de staat
van het bestand.
Bestanden van online-winkels met
digitaal rechtenbeheer (DRM)
kunnen niet worden afgespeeld.
De afspeelbare audiobestandsforma‐ ten zijn MP3, WMA, AAC en AIF.Bij het afspelen van een bestand met ID3 tag-informatie kan het infotain‐
mentsysteem informatie weergeven,
bijv. over de titel van de track en de artiest.
Audio afspelen
Weergave starten
Aansluiten van het apparaat 3 152.
Druk herhaaldelijk op MEDIA om de
gewenste mediabron te selecteren.
Voorbeeld: USB-bron.
Functietoetsen
Naar het vorige of volgende bestand
gaan
Druk op t of v om de vorige of
volgende track af te spelen.
154Externe apparatenAls, zodra de track wordt afgespeeld,
binnen 5 seconden op t wordt
gedrukt, gaat het systeem naar het
begin van de huidige track.
Snel vooruit of achteruit gaan
Houd t of v ingedrukt om snel
voor- of achteruit te spoelen.
Afspeelvolgorde Druk in het desbetreffende audiobron
op MENU en blader door de lijst naar
Willekeurige volgorde .
Stel Willekeurige volgorde in op
AAN om de tracks op het apparaat in
willekeurige volgorde af te spelen.
Stel Willekeurige volgorde in op UIT
om de tracks in de normale volgorde af te spelen.
Een track zoeken
Afhankelijk van het apparaat kunt u
tracks zoeken in de categorieën en subcategorieën van een mapstruc‐
tuur.Let op
Om deze functie te kunnen gebrui‐
ken, moet de indexering voltooid
zijn.
Categorieën
Druk in de desbetreffende audiobron
op MENU en selecteer vervolgens
Bladeren om een track te zoeken.
Navigeer door de mapstructuur en kies de gewenste track.
Mappen
Druk op MENU en selecteer vervol‐
gens Mapweergave om een track te
zoeken. De mapstructuur op het desbetreffende apparaat wordt weer‐
gegeven.
Navigeer door de mapstructuur en
kies de gewenste track.
160TelefoonGesprekkenlijsten
Druk op PHONE om het telefoon‐
menu weer te geven.
Selecteer Recente gesprekken . De
recente gesprekkenlijst wordt weer‐ gegeven.
Selecteer Gemist, Ontvangen of
Verzonden , afhankelijk van de
oproep die u zoekt.
Selecteer een van de telefoonnum‐
mers in de recente gesprekkenlijst.
Het nummer wordt gebeld.
Inkomend telefoongesprek
Telefoongesprek aannemen
Is er een radio- of mediabron actief als er een gesprek binnen komt, dan
wordt de audiobron gedempt. Dit blijft
zo tot het gesprek wordt beëindigd.
Er verschijnt een melding met de
naam of nummer van de beller.Selecteer Aannemen om het gesprek
aan te nemen.
Telefoongesprek afwijzen
Oproep weigeren: selecteer
Negeren in het bericht.
Functies tijdens een
telefoongesprek
Tijdens een telefoongesprek wordt het gespreksscherm weergegeven.
Telefoongesprek beëindigen
Selecteer Einde om het gesprek te
beëindigen.
Microfoon uitschakelen
Selecteer Dempen om de microfoon
tijdelijk te deactiveren.
De schermtoets verandert in Demp
niet .
Selecteer Demp niet om de microfoon
weer te activeren.
Handsfree-functie uitschakelen
Selecteer Handset om het gesprek op
uw mobiele telefoon te vervolgen.
De schermtoets verandert in
Handsfree .
Selecteer Handsfree om de hands‐
free-functie opnieuw te activeren.
Tweede inkomende oproep Als een tweede gesprek binnenkomt,
verschijnt er een ander bericht met de naam van de beller of het nummer.
Selecteer Wisselen om het telefoon‐
gesprek te beantwoorden en het
eerste gesprek in de wacht te zetten.
Oproep weigeren: selecteer
Negeren in het bericht.
Tussen telefoongesprekken
schakelen
Druk op PHONE of qw op de audio‐
knoppen van het stuurwiel om te
schakelen tussen de twee gesprek‐
ken.
Op het display verschijnt informatie
over het huidige gesprek.
164TrefwoordenlijstAAlgemene aanwijzingen .............156
Bluetooth-muziek ....................152
Infotainmentsysteem ...............136
Radio ....................................... 147
Telefoon .................................. 156
USB ......................................... 152
Algemene informatie ..........152, 155
Antidiefstalfunctie ......................137
Audio afspelen ............................ 153
Audiobestanden ......................... 152
Automatische volumeregeling ....144
Auto Set ...................................... 144
B BACK-toets ................................. 143
Basisbediening ........................... 143
Bedieningspaneel ...................143
Bediening.................................... 159 Bluetooth-muziek ....................153
Infotainmentsysteem ...............141
Menu ....................................... 143
Radio ....................................... 147
Telefoon .................................. 159
USB ......................................... 153
Bedieningselementen Infotainmentsysteem ...............138
Stuurwiel ................................. 138
Bedieningspaneel Infotainment ..138
Beltoon ....................................... 159Bestandsformaten
Audiobestanden ......................152
Bluetooth-muziek ........................152
Bluetooth-verbinding ..................157
C Categorielijst ............................... 147
D DAB ............................................ 150
DAB-koppeling............................ 150
Digital Audio Broadcasting .........150
F
Fabrieksinstellingen terugzetten. 144
Favoriete lijsten Zenders ophalen .....................148
Zenders opslaan .....................148
Favorietenlijst ............................. 148
Frequentielijst ............................. 147
G Gebruik ....................... 141, 147, 155
Bluetooth-muziek ....................153
Infotainmentsysteem ...............141
Menu ....................................... 143
Telefoon .................................. 159
USB ......................................... 153
Geluidsinstellingen .....................143
165HHet infotainmentsysteem activeren.................................. 141
I
Infotainmentsysteem inschakelen ............................. 141
Intellitext ..................................... 150
K Koppelen .................................... 157
L L-Band ........................................ 150
M Maximaal inschakelvolume......... 144
Menubediening ........................... 143
MENU-knop ................................ 143
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................161
Mute............................................ 141
N Noodoproep ................................ 158
O Overzicht bedieningselementen. 138RRadio Categorielijst ........................... 147
DAB ......................................... 150
DAB-berichten ......................... 150
DAB-menu............................... 150
Digital Audio Broadcasting ......150
Favoriete lijsten .......................148
FM menu ................................. 149
Frequentiebereik .....................147
Frequentielijst .......................... 147
Intellitext .................................. 150
L-Band..................................... 150
Radio Data System .................149
RDS......................................... 149
Regio ....................................... 149
Regio-instelling........................ 149
TP............................................ 149
Verkeersinformatie ..................149
Zender zoeken ........................ 147
Zenderlijst................................ 147
Zenders ophalen .....................148
Zenders opslaan .....................148
Radio activeren........................... 147
Radio Data System (RDS) ......... 149
Regio .......................................... 149
Regio-instelling ........................... 149S
Selectie van frequentiebereik .....147
Spraakherkenning ......................155
Stemherkenning ......................... 155
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................. 153
Systeeminstellingen.................... 144 Fabrieksinstellingen
terugzetten .............................. 144
Taal ......................................... 144
Tijd- en datuminstellingen .......144
Valetmodus ............................. 144
T
Taal............................................. 144
Tekstberichten ............................ 161
Telefoon Algemene aanwijzingen ..........156
Beltoon .................................... 159
Bluetooth ................................. 156
Bluetooth-verbinding ...............157
Handsfree-modus.................... 159
Noodoproepen ........................ 158
Recente oproepen ..................159
Tekstberichten......................... 161
Telefoonboek .......................... 159
Telefoonboek .............................. 159