Page 231 of 327

Rijden en bediening229Er mogen brandstoffen met max. 7%
biodiesel (conform EN 14214)
worden gebruikt (bijv. met de naam
B7).
Bij reizen buiten de Europese Unie
kunt u incidenteel euro-dieselbrand‐
stof met een zwavelgehalte van
minder dan 50 ppm gebruiken.Voorzichtig
Bij veelvuldig gebruik van diesel‐
brandstof met meer dan 15 ppm
zwavel veroorzaakt ernstige
schade aan de motor.
Voorzichtig
Gebruik van brandstof die niet
voldoet aan EN 590 of soortgelijk,
kan leiden tot een verminderd
motorvermogen, meer slijtage of motorschade en kan van invloed
zijn op de garantie.
Gebruik geen scheepsdiesel, verwar‐
mingsolie, Aquazole en vergelijkbare
diesel-wateremulsies. Het is niet
toegestaan om dieseloliën aan te
lengen met brandstoffen voor benzi‐ nemotoren.
Rijden bij lage temperaturen Bij temperaturen onder 0 °C kunnen
sommige dieselproducten met bijge‐
mengde biodiesel aankoeken, bevrie‐
zen of gelvormig worden, waardoor
het brandstoftoevoersysteem moge‐
lijk minder goed werkt. Starten en
draaien van de motor werken moge‐
lijk niet goed. Tank bij temperaturen
onder 0 °C altijd winterdiesel.
Bij temperaturen onder -20 °C kan
dieselbrandstof met een kwaliteit voor
zeer lage temperaturen worden
gebruikt. Gebruik deze brandstofkwa‐ liteit bij voorkeur niet in warme of
tropische klimaten, omdat hierdoor de
motor kan afslaan of slecht start en
het brandstofinspuitsysteem schade
kan oplopen.Brandstof voor het rijden op
aardgas
Aardgas wordt ook wel CNG
(Compressed Natural Gas)
genoemd.
Gebruik aardgas met een methaan‐
gehalte van ongeveer 78 - 99%.
L-gas (laag) heeft ongeveer
78 - 87% en H-gas (hoog) heeft onge‐ veer 87 - 99%. Eventueel kunt u, mits chemisch voorbereid en ontzwaveld,
ook biogas met hetzelfde methaan‐
gehalte gebruiken.
Alleen aardgas of biogas gebruiken
dat voldoet aan DIN 51624.
Geen vloeibaar gas of LPG-autogas
gebruiken.
Page 233 of 327

Rijden en bediening231
Bij het tanken de tankdop in de steunop de tankklep hangen.
Om te tanken, het vulpistool volledig
in de vulopening brengen en inscha‐
kelen.
Na het automatisch afslaan kunt de
tank nog maximaal twee keer door
drukken op het pistool helemaal vol
maken.
Voorzichtig
Gemorste brandstof onmiddellijk
afwassen.
Om hem te sluiten, draait u de tank‐
dop rechtsom tot hij vastklikt.
Sluit de klep en klik hem vast.
Aardgas tanken
De tankklep kan alleen bij een
ontgrendelde auto worden geopend.
Ontgrendel de tankklep door tegen de
klep te duwen.
9 Waarschuwing
Tank alleen met een maximale
uitgangsdruk van 250 bar bij. Tank
alleen bij op tankstations met
temperatuurcompensatie.
Het tanken van aardgas helemaal
voltooien, d.w.z. de vulopening
ontluchten.
De capaciteit van de aardgastanks is
afhankelijk van de buitentempera‐
tuur, de afleverdruk, de samenstelling van het gas en het type tankinstalla‐
tie. Inhouden 3 304.
Klepje sluiten en vastklikken.
Benamingen van "aardgasauto's" in
het buitenland:DuitsErdgasfahrzeugeEngelsNGVs = Natural Gas Vehi‐
clesFransVéhicules au gaz naturel - of - Véhicules GNVItaliaansMetano auto
Benamingen van "aardgas" in het
buitenland:
Page 325 of 327

323PParkeerhulp ............................... 209
Parkeerlichten ............................ 149
Parkeren .............................. 18, 173
Park pilot met ultrasoonsensoren 209
Partikelfilter ................................. 176
Pech ........................................... 283
Persoonlijke instellingen ............130
Pollenfilter .................................. 162
Portieren ....................................... 31
Portier open ............................... 119
Prestaties ................................... 299
Profieldiepte ............................... 271
Q
Quickheat ................................... 161
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 319
REACH ....................................... 313
Regelbare instrumentenverlichting ...........149
Registratie van voertuigdata en privacy ..................................... 318
Remassistentie .......................... 187
Rem- en koppelingssysteem .....115
Rem- en koppelingsvloeistof ......289
Remmen ............................ 185, 243
Remvloeistof .............................. 243
Reparatie ongevalschade ...........313Reservewiel ............................... 279
Richtingaanwijzer ......................113
Richtingaanwijzers ..................... 148
Roetfilter .................................... 176
Ruiten ........................................... 42
Rijgedrag en aanhangertips ......233
Rijregelsystemen ........................188
Rijverlichting ........................ 12, 118
S Schakelen ................................... 116
Service ............................... 163, 288
Service-display .......................... 112
Service-informatie ...................... 288
Sjorogen ...................................... 85
Slepen ................................ 233, 283
Sleutel, opgeslagen instellingen ...24
Sleutels ........................................ 20
Sleutels, sloten ............................. 20
Sneeuwkettingen .......................273
Snelheidsbegrenzer ...........119, 193
Snelheidsmeter .......................... 108
Software-update .........................317
Spiegelverstelling ..........................9
Sportmodus ............................... 190
Sproeiervloeistof ........................243
Startbeveiliging ....................39, 118
Starten en bediening ..................165
Starthulp gebruiken ...................281
Stoelpositie .................................. 49Stoelverstelling .............................. 7
Stoelverwarming Stoelverwarming, achter ...........58
Stoelverwarming, voor ..............56
Stop/Start-systeem .....................170
Storing ............................... 179, 184
Storingsindicatielamp ................115
Stroomonderbreking ..................180
Sturen ......................................... 165
Stuurbedieningsknoppen .............95
Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 95
Symbolen ....................................... 4
T
Tanken ....................................... 230
Te laag brandstofpeil .................118
Toerenteller ............................... 110
Topsnelheid ................................ 266
Traction Control .........................188
Traction Control-systeem UIT..... 117
Trekhaak............................. 233, 234
Trekstang.................................... 233
Typeplaatje ................................ 292
U Uitlaatgassen ............................. 175
Uitrol-brandstofafsluiter .............170
Uitstapverlichting .......................151
Uplevel-display ........................... 120
Uw autogegevens ..........................3