Page 169 of 540

3-85
Kenmerken van uw auto
Actieradius (1)
• De actieradius is de geschatteafstand die de auto kan afleggen
met de resterende brandstof.
• Als de geschatte actieradius minder dan 1 km is, geeft de
tripcomputer "----" weer in plaats
van de actieradius.
Informatie
• Als de auto niet op een horizontaal vlak staat of nadat de accupolen
losgenomen zijn geweest, kan het
gebeuren dat de functie actieradius
niet goed werkt. • De weergegeven actieradius is een
schatting van de afstand die met de
auto gereden kan worden en kan
dus afwijken van de werkelijke
actieradius.
• Indien er minder dan 6 liter brandstof getankt wordt, wordt dat
niet door de boordcomputer
geregistreerd.
• Het brandstofverbruik en de actieradius zijn sterk afhankelijk
van de rijomstandigheden, de rijstijl
van de bestuurder en de staat van de
auto.
Gemiddeld brandstofverbruik (2)
• Het gemiddelde brandstofverbruikwordt berekend op basis van de totale gereden afstand en het totale
brandstofverbruik sinds het
gemiddelde brandstofverbruik voor
het laatst gereset werd.
• Om het gemiddelde brandstofverbruik handmatig tewissen moet de toets RESET ophet stuurwiel langer dan 1 seconde
worden ingedrukt terwijl het
gemiddelde brandstofverbruik
wordt weergegeven.
Actueel brandstofverbruik (3)
• Deze modus geeft bij eenrijsnelheid van ten minste 10 km/h
het actuele brandstofverbruik
weer.
i
3
OOS047128L
Page 173 of 540
3-89
Kenmerken van uw auto
3
TRIPCOMPUTER (TYPE B, TYPE C)
De tripcomputer voorziet de
bestuurder via een display van
informatie over de rit.Informatie
Bepaalde rij-informatie die door de
tripcomputer is opgeslagen (bijvoor-
beeld de gemiddelde rijsnelheid),
wordt gereset als de accu wordt
losgekoppeld.Modi tripcomputer
Druk op de toets “ , ” op het
stuurwiel om de modus van de
tripcomputer te wijzigen.
i
• Dagteller
• Gemiddelde rijsnelheid
• Verstreken tijd
Ritinformatie
• Dagteller
• Gemiddelde rijsnelheid
• Verstreken tijd
Cumulatieve informatie
• Gemiddeld brandstofverbruik
• Actueel brandstofverbruik
Brandstofverbruik
Digitale snelheidsmeter
OOS047038
Page 474 of 540

7-26
Onderhoud
Te resetten onderdelen
De volgende onderdelen moeten nadat de accu is ontladen of na het
weer aansluiten van de accukabels
mogelijk gereset worden. • Ruit automatisch omhoog/omlaag• Schuifdak
• Tripcomputer
• Verwarmings- en ventilatiesysteem• Geheugen bestuurdersstoel• Klok
• Audiosysteem•Controleer bij het controleren
van de bandenspanning ook
altijd die van het reservewiel.
•Vervang banden die
(ongelijkmatig) versleten of
beschadigd zijn. Versletenbanden kunnen een
verminderde remwerking,
verlies van de controle over
de auto en verminderde
tractie veroorzaken.
•Vervang banden ALTIJD door
banden van dezelfde maat als
de originele banden van deze
auto. Het gebruik van eenandere dan de
voorgeschreven bandenmaat
kan een negatieve invloed
hebben op het rijgedrag en
kan ervoor zorgen dat u de
controle over de auto verliest
of kan invloed hebben op het
antiblokkeersysteem (ABS)
van uw auto, waardoor een
ernstig ongeval kan ontstaan.
BANDEN EN VELGEN
Door bandproblemen kunt u de
controle over de auto verliezen,
waardoor er een ongeval kan
ontstaan. Tref de volgende
voorzorgsmaatregelen om dekans op ERNSTIG LETSEL tebeperken:
•Controleer de bandenspan-
ning maandelijks. Controleerde banden daarnaast op
slijtage en beschadigingen.
•De aanbevolen banden-
spanning bij koude bandenstaat in dit instructieboekje enop het bandenspanningslabel
op de middenstijl aan
bestuurderszijde. Gebruikaltijd een bandenspan-ningsmeter om debandenspanning te meten.
Banden met een te hoge of
een te lage spanning slijten
ongelijkmatig, wat een
negatieve invloed op dehandling heeft.
WAARSCHUWING