Page 79 of 334
77
C4-cactus_nl_Chap03_Ergonomie-et-confort_ed01-2016
Afdekplaat achter (service-uitvoering)
Hiermee kunt u het interieur aan het oog
onttrekken, als aanvulling op de bestaande
afdekplaat.Plaats geen voor werpen op het
tussenschot.
Plaats geen zware of harde voor werpen
op de afdekplaat achter.
Bij plotseling remmen of een aanrijding
kunnen ze namelijk in het zitcompartiment
geworpen worden en daardoor de
inzittenden in gevaar brengen.
3
Ergonomie en comfort
Page 154 of 334

152
C4-cactus_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Het resetten van het systeem moet gebeuren
via het touchscreen tablet bij afgezet contact
en stilstaande auto.
F
Be
vestig het resetten door op de toets " Ja"
te drukken. Als het resetten is voltooid,
klinkt een geluidssignaal en wordt een
melding weergegeven.
De nieuw opgeslagen drukwaarden
worden door het systeem beschouwd als
referentiewaarden.
Storing
Als het waarschuwingslampje te lage
bandenspanning gaat knipperen en vervolgens
blijft branden in combinatie met het lampje
Service, wijst dit op een storing in het systeem.
In dat geval werkt de bandenspanningscontrole
mogelijk niet goed.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Controleer na werkzaamheden aan
het systeem altijd de spanning van
de vier banden en reset het systeem
vervolgens.
Het waarschuwingssysteem voor
te lage bandenspanning is alleen
betrouwbaar als de vier banden tijdens
het resetten de juiste spanning hebben.
Sneeuwkettingen
Het systeem mag niet worden gereset
na het aanbrengen of verwijderen van
sneeuwkettingen.
F
Selec
teer " Initialisatie
bandensp.controle " in het
menu " Rijhulpsysteem " van het
touchscreen tablet.
Rijden
Page 179 of 334

177
C4-cactus_nl_Chap07_info-pratiques_ed01-2016
Actieradius tussen 0 en 600 kmStoring in verband met een te laag AdBlue® -niveau
Om de motor weer opnieuw te kunnen
starten, raden wij u aan contact op te
nemen met het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om de
benodigde hoeveelheid additief te laten
bijvullen.
Als u zelf additief bijvult, moet het
reservoir met minimaal 3,8 liter AdBlue
®
worden gevuld.
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert
het verklikkerlampje UREA in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
(bijvoorbeeld "Vul brandstofadditief bij: Starten
geblokkeerd binnen 600 km") die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met
de resterende hoeveelheid additief.
Tijdens het rijden wordt de melding elke
30
se
conden weergegeven zolang er geen
additief is bijgevuld.
Neem contact op met het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het additief
AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Als niet op tijd additief wordt bijgevuld, kan de
motor niet meer worden gestart. Als het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert
het verklikkerlampje UREA in combinatie
met een geluidssignaal en de melding " Vul
brandstofadditief bij: Starten geblokkeerd".
Het AdBlue
®-reservoir is leeg: het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem voorkomt
dat de motor opnieuw wordt gestart.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het bijvullen van het
additief AdBlue
®.
7
Praktische informatie
Page 180 of 334

178
C4-cactus_nl_Chap07_info-pratiques_ed01-2016
Als een storing in het SCR-systeem wordt gesignaleerd
Als een storing wordt
gesignaleerdTijdens de geautoriseerde rijfase (tussen
1100 k
m en 0 k m)
Er wordt automatisch een startblokkeringssysteem geactiveerd als meer dan 1100
k
m is gereden nadat de storing in het SCR-systeem is
gesignaleerd. Laat het systeem zo snel mogelijk controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
In het geval van een tijdelijke storing
verdwijnt de waarschuwing tijdens
de volgende rit na controle van de
zelfdiagnose van het SCR-systeem.
De verklikkerlampjes UREA, SERVICE en
zelfdiagnose motor gaan branden in combinatie
met een geluidssignaal en de melding "Storing
emissieregeling".
De waarschuwing wordt tijdens het rijden
gegeven als de storing voor de eerste keer
wordt gesignaleerd en vervolgens steeds bij
het aanzetten van het contact zolang de storing
niet is verholpen.
Als een storing in het SCR-systeem is bevestigd
(nadat 50 k
m is gereden ter wijl de melding van de
storing permanent wordt weergegeven), gaan de
verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose motor
branden en knippert het verklikkerlampje UREA in
combinatie met een geluidssignaal en een melding
(bijvoorbeeld "Storing emissieregeling: Starten
geblokkeerd binnen 300
k
m") die aangeeft hoeveel
kilometer of mijl u nog met de resterende hoeveelheid
additief kunt rijden.
Tijdens het rijden wordt de melding elke 30
s
econden
weergegeven zolang de storing in het SCR-systeem
niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven
zodra het contact wordt aangezet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer worden
gestart.
Starten geblokkeerd
Om de motor weer te kunnen starten, is het
noodzakelijk dat u contact opneemt met het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. U hebt de limiet van de geautoriseerde
rijfase overschreden: het
startblokkerringssysteem voorkomt dat
de motor opnieuw wordt gestart.
Elke keer dat het contact wordt aangezet, gaan
de verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose
motor branden en knippert het verklikkerlampje
UREA in combinatie met een geluidssignaal en
de melding "Storing emissieregeling: Starten
geblokkeerd".
Praktische informatie
Page 191 of 334

189
C4-cactus_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2016
Uitnemen van de flacon
F Berg de zwarte slang op.
F Ne em het gebogen aansluitstuk van de
witte slang los.
F
Ho
ud de compressor rechtop.
F
Dr
aai de flacon aan de onderzijde los.
Let op dat er geen afdichtmiddel uit de
flacon stroomt.
De uiterste gebruiksdatum staat op de
patroon vermeld.
De patroon met afdichtmiddel kan
slechts één keer gebruikt worden en
moet daarna worden vervangen, ook
als hij niet leeg is.
Werp de patroon na gebruik niet weg,
maar lever deze in bij het CITROËN-
netwerk of een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats een nieuwe patroon met
afdichtmiddel te kopen.
F
Sl
uit de stekker van de compressor weer
aan op de 12V-aansluiting in de auto.
F
St
art de motor opnieuw en laat de motor
draaien.
Ga zo snel mogelijk naar een
servicepunt van het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Vergeet niet de technicus te vertellen
dat u de set hebt gebruikt. Na nadere
inspectie kan de technicus u vertellen
of de band gerepareerd kan worden of
moet worden vervangen. F
Br
eng de band met behulp van de
compressor op de voorgeschreven
spanning (spanning verhogen:
schakelaar B in stand "I" ; spanning
verlagen: schakelaar B in stand "O"
en knop C indrukken), zoals vermeld
op de bandenspanningssticker in de
portieropening aan bestuurderszijde.
Al
s de bandenspanning sterk daalt, is
het lek niet goed gedicht; neem contact
op met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder te
helpen.
F
Ve
r wijder de set en berg deze op.
F
Ri
jd niet harder dan 80 km/h en niet verder
dan 200 km.
8
Storingen verhelpen
Page 211 of 334
209
C4-cactus_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2016
Rechter zekeringkast
Zekeringn r. Ampère
(A) Functies
F30 10Verwarmde buitenspiegels.
F31 25Achterruitverwarming.
F34 30Elektrische ruitbediening vóór.
F36 30Stoelverwarming vóór.
F38 20Servicecentrale trekhaak.
F40 25Servicecentrale trekhaak.
8
Storingen verhelpen
Page 212 of 334
210
C4-cactus_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2016
Zekeringen motorruimte
Toegang tot de zekeringen
F Maak het deksel los.
F Ve rvang de zekering (zie de
desbetreffende paragraaf).
F
Sl
uit na het vervangen van de zekering
zorgvuldig het deksel voor een goede
afdichting van de zekeringkast. Zekering
n r. Ampère
(A) Functies
F1 40Airconditioning.
F2 30
/ 4
0
Stop & Start.
F3 30Zekeringkast interieur.
F4 70Zekeringkast interieur.
F5 70Intelligente servicecentrale (BSI).
F6 60Motorventilateurgroep.
F7 80Intelligente servicecentrale (BSI).
F8 15Motormanagement, brandstofpomp.
F9 15Motormanagement.
F10 15Motormanagement.
F11 20Motormanagement.
F12 5Motorventilateurgroep.
F13 5Intelligente servicecentrale (BSI).
F14 5Eenheid laadtoestand accu (motor zonder Stop & Start).
F15 5Stop & Start.
F17 5Intelligente servicecentrale (BSI).
F18 10Grootlicht rechts.
De zekeringkast bevindt zich onder de
motorkap, bij de accu.
Storingen verhelpen
Page 213 of 334
211
C4-cactus_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2016
Zekering n r. Ampère
(A) Functies
F19 10Grootlicht links.
F20 30Motormanagement.
F21 30Startmotor.
F22 40Elektronisch gestuurde versnellingsbak.
F23 40ABS, ESC.
F24 20ABS, ESC.
F25 30Zekeringkast interieur.
F26 15Elektronisch gestuurde versnellingsbak.
F27 25Intelligente servicecentrale (BSI).
F28 30Emissieregelsysteem dieselmotor (AdBlue
®).
F29 40Ruitenwissers vóór.
F30 80Elektronische eenheid voorgloeien.
F31 100Extra verwarming (diesel).
F32 80Elektrische stuurbekrachtiging.
8
Storingen verhelpen