Inleiding31Let op
Mits aanwezig, zit mogelijk de stem‐
herkenningsknop 5 op het stuurwiel
of bij de knoppen op de stuurkolom.
Antidiefstalfunctie
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem is een elektronisch beveiligings‐ systeem inbegrepen om diefstal te
ontmoedigen. Het infotainmentsys‐
teem werkt alleen in uw auto en is
daarom voor een dief waardeloos.
De beveiligingscode (apart geleverd)
moet worden ingevoerd bij het eerste
gebruik van het systeem en na lange
onderbrekingen van de voeding.
Let op
De beveiligingscode is niet vereist
voor R16 BT USB, CD18 BT USB.
Beveiligingscode invoeren
Wanneer het Infotainmentsysteem
voor heet eerst wordt ingeschakeld,
verschijnt een bericht op het display‐
scherm om een beveiligingscode in te
voeren, bijv. Radiocode, gevolgd
door 0000. Afhankelijk van het Info‐tainmentsysteem is het mogelijk dat
het bericht alleen na een korte vertra‐ ging verschijnt.
Om het eerste cijfer van de beveili‐
gingscode in te voeren, drukt u
herhaalde malen op de cijfertoets 1
op de eenheid totdat het gewenste
nummer wordt weergegeven. Voer op
dezelfde manier het tweede, derde en
vierde cijfer in met de toetsen 2, 3 en
4 .
Wanneer de volledige code wordt
weergegeven, houdt u de toets 6
ingedrukt tot er een akoestisch
signaal klinkt. Het systeem is ontgren‐
deld wanneer de correcte code is
ingevoerd.
NAVI 50 IntelliLink,
NAVI 80 IntelliLink : Voer de beveili‐
gingscode in met behulp van de
genummerde toetsen 0 tot 9 op het
aanraakscherm. Het systeem is
ontgrendeld wanneer de correcte
code is ingevoerd.
Verkeerde code ingevoerd
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem wordt, nadat de beveiligings‐
code verkeerd is ingevoerd, eenbericht voor verkeerde code, bijv.
Codefout , gevolgd door een aftel‐
waarde, bijv. Wacht 100 , weergege‐
ven.
Wacht totdat het aftellen is afgelopen en voer dan de juiste code in. Elke
keer dat de code verkeerd wordt inge‐
voerd, kan de afteltijd worden verdub‐ beld, afhankelijk van het Infotain‐
mentsysteem.
Geografisch gebied veranderen Wanneer de beveiligingscode is inge‐
voerd, kunt u, afhankelijk van het Info‐
tainmentsysteem, gevraagd worden
een geografisch gebied te kiezen,
bijvoorbeeld:
● Europa
● Azië
● Arabië
● Amerika
Schakel het Infotainmentsysteem uit en druk tegelijk op de toets 1 en 5 en
m . Druk vervolgens op _ of 6 totdat
het gewenste gebied op het display‐
scherm wordt gemarkeerd en stel het in met toets 6.
Inleiding33Automatisch uitschakelen
Bij uitgeschakeld contact wordt het
Infotainmentsysteem automatisch
korte tijd na de invoer van de laatste
gebruiker uitgeschakeld, als het Info‐
tainmentsysteem met X ingescha‐
keld wordt. Afhankelijk van het Info‐ tainmentsysteem wordt het na 5 tot
20 minuten automatisch uitgescha‐
keld.
Als u X opnieuw indrukt, blijft het Info‐
tainmentsysteem nog eens 5 tot
20 minuten actief, afhankelijk van het
Infotainmentsysteem.
Volume instellen Draai aan de volumedraaiknop X of
druk op < of ].
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.NAVI 50 IntelliLink:
Afhankelijk van de versie is het moge‐ lijk om verschillende volumeniveaus
apart in te stellen (inclusief audiospe‐ lers, verkeersberichten, navigatie-
instructies, telefoongesprekken en
beltoon).Raak op de startpagina
ÿ Instelling(en) daarna Audio aan,
gevolgd door Geluid.
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink) "Volume-instellingen" 3 43.NAVI 80 IntelliLink:
Om vanuit de startpagina de verschil‐ lende volumeniveaus (zoals voor
navigatieaanwijzingen, verkeersbe‐
richten en telefoongesprekken)
afzonderlijk in te stellen, raakt u
MENU aan, gevolgd door Systeem en
Geluid .
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 44.
Opgeslagen volume
Wanneer het infotainmentsysteem
wordt uigeschakeld, wordt het huidige volume opgeslagen.
Snelheidsafhankelijk volume
Wanneer snelheidsafhankelijk
volume ( 3 44) wordt geactiveerd,
wordt het volume automatisch aange‐ past om weg- en windlawaai te
compenseren.
Mute
Om het geluid van de huidige bron
(afhankelijk van het Infotainmentsys‐ teem) te onderdrukken drukt u kort op
X of draait u de knop helemaal
linksom.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op @ of 8 of druk tege‐
lijkertijd op ! en #.
Geluidsonderdrukking uitschakelen
Om de geluidsonderdrukking op te
heffen (afhankelijk van het Infotain‐
mentsysteem) drukt u weer kort op
X of draait u de knop rechtsom.
Eventueel (met de knoppen op de
stuurkolom): druk weer op de toets
@ of druk weer tegelijkertijd op ! en
# .
Let op
Wanneer verkeersinformatie wordt
uitgezonden, wordt de geluidson‐ derdrukking van het systeem auto‐
matisch uitgeschakeld.
Raadpleeg voor meer informatie
"Radio Data System" 3 55.
34InleidingBediening van displayscherm
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bediening van displayscherm
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Draai OK.
● Handelingen bevestigen: Druk op OK .
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu): Druk op /.
NAVI 50 IntelliLink - Bediening van
displayscherm
Gebruik het aanraakscherm voor de
volgende menu's die in de afzonder‐ lijke hoofdstukken worden beschre‐ven:
● è/ñ RADIO
Raadpleeg het hoofdstuk "Radio"
3 50.
● t/ü MEDIA
Raadpleeg het hoofdstuk "USB-
poort" 3 67.
● yTELEFOON
Raadpleeg het hoofdstuk "Tele‐
foon" 3 118.● sKAART / yKaart
Raadpleeg het hoofdstuk "Navi‐
gatie" 3 81.
● yNAVI / ýNav
Raadpleeg het hoofdstuk "Navi‐
gatie" 3 81.
● ÿINSTELLING(EN)
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Geluidsinstellingen" 3 42,
"Volume-instellingen" 3 43 en
"Systeeminstellingen" 3 44.
Let op
Afhankelijk van de versie van de
software kunnen de beschikbare
menu's op het display afwijken van
de hierboven getoonde.
Wanneer de startpagina 7 wordt
weergegeven, kunt u deze menu's op
het display verbergen door æ aan te
raken (alleen de klok en informatie
over het audiosysteem worden dan
wellicht getoond). Raak een willekeu‐ rige plaats op het scherm aan om
deze menu's opnieuw te tonen.NAVI 80 IntelliLink - Bediening van
displayscherm
Gebruik het aanraakscherm voor de
volgende menu's die in de afzonder‐ lijke hoofdstukken worden beschre‐ven.
Raak op de startpagina MENU aan
om naar het hoofdmenu te gaan. De volgende menu's en bedieningsfunc‐
ties verschijnen:
● ⇑ Navigatie
Raadpleeg "Navigatie" 3 81.
● ª Multimedia :
● Radio : Raadpleeg "Radio"
3 50.
Inleiding35●Media :
CD (alleen beschikbaar bij
type B en C): raadpleeg "CD-
speler" 3 61.
USB : Raadpleeg "USB-
poort" 3 67.
SD : Bediening is identiek aan
die van de cd-speler 3 61.
AUX : Raadpleeg "AUX-
ingang" 3 65.
Bluetooth : Raadpleeg
"Streaming audio via Blue‐
tooth" 3 71.
● Afbeeldingen : Raadpleeg
"Afbeeldingen weergeven" in het hoofdstuk "Externe appa‐
raten" 3 78.
● Video : Raadpleeg "Films
afspelen" in het hoofdstuk "Externe apparaten" 3 78.
● Instellingen : Raadpleeg
"Multimedia-instellingen" in het hoofdstuk
(NAVI 80 IntelliLink)
"Systeeminstellingen"
3 44● g Telefoon
Raadpleeg "Telefoon" 3 118.
● J Auto
Raak deze optie aan om naar de menu's Eco rijden, Boordcompu‐
ter en Instellingen te gaan.
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Bedieningsstanden" hieronder.
● ¯ Services
Raak hier aan om de menu's
Navigatieservices en Instellingen
te openen.
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Bedieningsstanden" hieronder.
● ±Systeem
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 44.
Let op
Afhankelijk van de versie van de
software kunnen de menu's op het
display afwijken van die op de
getoonde afbeeldingen.
● I/←: Naar vorige pagina
● j/→: Naar volgende pagina
● ↑: Lijsten weergeven; kaart omhoog● ↓: Lijsten weergeven; kaartomlaag
● <: Pop-upmenu openen
● r: Terug naar vorige menu
U kunt het displayscherm ook bedie‐
nen met de knoppen op het paneel
van het Infotainmentsysteem.
Let op
Afhankelijk van de versie werken
sommige knoppen op het paneel
van het Infotainmentsysteem niet
voor de functies op het display‐
scherm.
Let op
Afhankelijk van het voertuigmodel wordt de bediening van het aanraak‐ scherm mogelijk beperkt tijdens het
rijden.
Bedieningsstanden
Radio
Audiobron in radio veranderen: Druk, afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem, op RADIO, RADIO/CD of
AUDIO/SOURCE .
36InleidingNAVI 50 IntelliLink:
Om te allen tijde naar het radiomenu
te gaan, raakt u 7 aan, gevolgd door
è /ñ Radio .NAVI 80 IntelliLink:
Om vanuit de startpagina naar het
radiomenu te gaan, raakt u MENU
aan, gevolgd door Multimedia en
Radio .
Gedetailleerde beschrijving van de
radiofuncties 3 50.
Audiospelers
Om de audiobron over te schakelen
naar CD, USB , AUX , Bluetooth of
iPod (indien van toepassing): Raak,
afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem, MEDIA , RADIO/CD of
AUDIO/SOURCE aan.
NAVI 50 IntelliLink : U kunt op ieder
gewenst moment naar het menu voor aangesloten randapparatuur gaan( USB , iPod , BT (Bluetooth) of AUX)
door op 7 aan te raken, gevolgd door
t /ü Media . Raak in de linkerboven‐
hoek S aan en selecteer de externe
bron.
NAVI 80 IntelliLink : Om vanuit de
startpagina naar het menu voor rand‐ apparatuur te gaan (bijv. Audio-CD,USB, SD-kaart, AUX-ingang, Blue‐
tooth), raakt u MENU aan, gevolgd
door Multimedia en Media . Selecteer
de externe bron in de getoonde lijst.R15 BT USB, R16 BT USB
Gedetailleerde beschrijving van:
● AUX-ingangsfuncties 3 65
● USB-poortfuncties 3 67
● Werking van streaming audio via
Bluetooth 3 71CD16 BT USB, CD18 BT USB
Gedetailleerde beschrijving van:
● CD-spelerfuncties 3 61
● AUX-ingangsfuncties 3 65
● USB-poortfuncties 3 67
● Werking van streaming audio via
Bluetooth 3 71NAVI 50 IntelliLink
Gedetailleerde beschrijving van:
● AUX-ingangsfuncties 3 65
● USB-poort (inclusief iPod-func‐ ties) 3 67
● Werking van streaming audio via
Bluetooth 3 71NAVI 80 IntelliLink
Gedetailleerde beschrijving van:
● CD-functies (alleen type B en C) 3 61
● AUX-ingangsfuncties 3 65
● USB-poortfuncties 3 67
● Werking van streaming audio via
Bluetooth 3 71
Navigatie, Kaart (NAVI 50 IntelliLink,
NAVI 80 IntelliLink)
Gedetailleerde beschrijving van het
navigatiesysteem 3 81, Bekijk kaart
3 104.
40InleidingSelecteer deze optie om het
delen van gegevens in en uit te
schakelen.
Let op
Als het delen van gegevens is uitge‐
schakeld, werken bepaalde functies
wellicht niet naar behoren.
Favorieten (NAVI 80 IntelliLink)
Raak op de startpagina f aan om
favorieten van de onderstaande func‐ ties te bekijken, toe te voegen of te
verwijderen:
● ⇑ Navigatie 3 81.
● ª Multimedia - zie "Radio"
3 50.
● g Telefoon 3 118.
● ¯ Services 3 84.Favorieten voor navigatie
Selecteer een vrije plaats op het
display of raak < aan (om een pop-
upmenu te openen) en selecteer
vervolgens Favoriet toevoegen .
Maak een keuze uit de lijst om een
opgeslagen bestemming toe te
voegen aan de favorieten.Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80 IntelliLink) "Invoer van de
bestemming" in het hoofdstuk "Navi‐ gatie" 3 98.Favorieten voor multimedia
Selecteer een vrije plaats op het
display of raak < aan (om een pop-
upmenu te openen) en vervolgens
Favoriet toevoegen .
Maak een keuze uit de lijst om een
FM-voorkeurszender toe te voegen
aan de favorieten.Favorieten voor telefoon
Selecteer een vrije plaats op het
display of raak < aan (om een pop-
upmenu te openen) en vervolgens
Favoriet toevoegen .
Maak een keuze uit de lijst om een contactpersoon voor de telefoon toe
te voegen aan de favorieten.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80 IntelliLink) "Contacten" in
het hoofdstuk "Telefoon" 3 127.Favorieten voor services
Selecteer een vrije plaats op het
display of raak < aan (om een pop-
upmenu te openen) en vervolgens
Favoriet toevoegen .Maak een keuze uit de lijst om een
serviceoptie toe te voegen aan de
favorieten.Favorieten verwijderen
Raak < aan en selecteer Alle
favorieten verwijderen of Een favoriet
verwijderen .
Selecteer daarna een favoriet uit de
lijst. Er verschijnt een bevestiging.
Raak Verwijderen aan en bevestig de
vraag die verschijnt.
Extra functies (NAVI 50 IntelliLink)
Versiespecifiek zijn er instellingen
voor de achteruitrijcamera beschik‐
baar.
Instellingen achteruitrijcamera
Wanneer het beeld van de achteruit‐
rijcamera op het display verschijnt,
raakt u ÿInstelling(en) om het instel‐
lingenmenu te openen.
U kunt de volgende instellingen
bijwerken:
● Het beeld van de achteruitrijca‐ mera Uit/In schakelen.
● Kleuren
Raak ]/< aan om het niveau af
te stellen.
46Inleiding●Klok/eenheden
U kunt de volgende instellingen
wijzigen:
● Tijdweergave (12 uur/24 uur)
● Eenheden/nav.eenheden
(km/mls)
● Tijdinstelling
Druk op l om het submenu
Tijdinstelling te openen. Dit
submenu bevat de volgende
opties:
Auto /Handmatig
Als automatische tijdinstel‐ ling wordt geselecteerd,
wordt de tijd automatisch
door GPS ingesteld.
Als voor een handmatige
tijdinstelling is gekozen, dient u deze aan te passen.
Let op
Navigatiekaarten voor het huidige
land moeten op het systeem geïn‐
stalleerd zijn om er zeker van te zijn
dat de lokale tijd correct is.● Fabrieksinstellingen
U kunt de onderstaande instellin‐ gen terugzetten naar de stan‐
daard fabrieksinstellingen:
● Alle
● Telefoon
● Navigatie
● Audio-Media-Radio-
Systeem
● Navigatie (Aan/Uit)
● Systeemversie (het softwarever‐
sienummer van het Infotainment‐
systeem verschijnt)
Wanneer u systeeminstellingen hebt
gewijzigd, raak dan 7 aan (en selec‐
teer een ander menu op het display)
om het instellingenmenu te verlaten
en de wijzigingen op te slaan. Na een vertraging slaat het systeem ook
automatisch op en sluit af.
NAVI 80 IntelliLink -
Systeeminstellingen
Om vanuit de startpagina naar het
systeeminstellingenmenu te gaan,
raakt u MENU aan, gevolgd door
Systeem .De volgende submenu's voor de
instellingen verschijnen:
● Taal
● Beeldscherm
● Geluid
● Klok
● Veiligheidsaanwijzingen
● Startscherm
● Toetsenborden
● Eenheden instellen
● Status en informatie
● SD-kaart verwijderen
● Fabrieksinstellingen terugzetten
● Android Auto Settings ™
Raak Gereed aan om te bevestigen
dat de systeeminstellingen zijn gewij‐ zigd.Taal
Wijzigen van de taal en het type stem
van het Infotainmentsysteem (afhan‐ kelijk van de versie).
48InleidingToetsenborden
Wijzig eerst het alfabettype (bijv.
Latijn, Grieks) en vervolgens het
toetsenbordtype (bijv. Qwerty,
ABCD).Eenheden instellen
Wijzigen van maateenheden, voor
bijv. afstand (km/miles), coördinaten
(graden, minuten, seconden), tempe‐ ratuur (℃, ℉) en barometrische
eenheden (indien beschikbaar).Status en informatie
Weergave van systeeminformatie,
zoals versie, GPS-status, netwerk‐ status, licenties en copyright-informa‐ tie.SD-kaart verwijderen
SD-kaart veilig verwijderen.Fabrieksinstellingen terugzetten
Alle informatie van het Infotainment‐
systeem verwijderen. Volg de aanwij‐
zingen op het display.
Let op
Het infotainmentsysteem zal daarna standaard in Engels opstarten.
Selecteer zo nodig Taal in het menu
Systeem om de taal te wijzigen.Multimedia-instellingen
Om vanuit de startpagina naar het
multimedia-instellingenmenu te
gaan, raakt u MENU aan, gevolgd
door Multimedia en Instellingen .
De volgende submenu's voor de
instellingen verschijnen:
● Geluid
● Radio
● Media
● Afbeeldingen
● Video
Raak Gereed aan om te bevestigen
dat de instellingen zijn gewijzigd.Geluid
U kunt de volgende geluidsinstellin‐
gen aanpassen:
● Geluidsverdeling: Stel de geluidsverdeling in de
auto in.
● 'Bass Treble': Stel de geluidsoptie in, bijv. 'Neu‐
traal' of 'Pop-rock', 'Klassiek', 'Jazz' (indien beschikbaar).
Selecteer 'Handmatig' om hetniveau voor treble en bass hand‐ matig in te stellen.
Druk op Bevestigen om de wijzi‐
gingen op te slaan.
● 'AGC Arkamys': Geluidsvolume tussen twee
audionummers gelijk maken.
● 'Bass Boost Arkamys': Schakel de bass-versterking
aan/uit.Radio
U kunt de volgende radio-instellingen
aanpassen:
● schakel het zoeken naar alterna‐
tieve frequenties (AF) in/uit
● schakel i-traffic (verkeersinfor‐ matieprogramma) in/uit
● schakel programmatype (PtY) in/
uit
● schakel Simulcast in/uit
● geef informatie i-announcement weer (bijv. lokale weersinforma‐
tie, informatie over events)
● werk lijst met opgeslagen radio‐ zenders bij