Telefoon59Microfoon tijdelijk deactiveren
Activeer n om de microfoon uit te
schakelen.
Deactiveer n om de microfoon weer
te activeren.
Telefoongesprek beëindigen
Selecteer J om het gesprek te
beëindigen.
Voicemailbox
U kunt uw voicemailbox via het Info‐
tainmentsysteem bedienen.
Voicemailnummer
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Bluetooth. Blader door de
lijst en selecteer Voicemailnummers .
Er verschijnt een lijst met alle gekop‐
pelde apparaten.
Kies de desbetreffende telefoon. Er
verschijnt een toetsenblok.
Voer het voicemailnummer van de
desbetreffende telefoon in.Voicemailbox bellen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Telefoon .
Selecteer t op het scherm. De
voicemailbox wordt gebeld.
U kunt het voicemailnummer ook met
de telefoontoetsen invoeren.
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur
Montage- en
gebruiksvoorschriften
Bij de montage en het gebruik van
een mobiele telefoon moeten de
modelspecifieke montagehandlei‐
ding en de gebruiksvoorschriften van
de fabrikant van de telefoon en de
handsfree-carkit in acht genomen
worden. Anders kan de typegoedkeu‐
ring van de auto vervallen (EU-richt‐
lijn 95/54/EG).Aanbevelingen voor een storingsvrij
gebruik:
● Professioneel geïnstalleerde buitenantenne om het grootst
mogelijke bereik te verkrijgen
● Maximaal zendvermogen van 10 W
● Installatie van de telefoon op een
daartoe geschikte plek, neem de
relevante opmerking in de
Gebruikershandleiding, hoofd‐
stuk Airbagsysteem , in aanmer‐
king.
Informatie inwinnen over de voor‐
ziene montageposities voor de
buitenantenne of de toestelhouder en
de mogelijkheden tot het gebruik van
apparaten met een zendvermogen van meer dan 10 W.
Het gebruik van een handsfree-carkit
zonder buitenantenne voor mobiele
telefoons type GSM 900/1800/1900
en UMTS is alleen toegestaan
wanneer het maximale zendvermo‐
gen van de mobiele telefoon niet
hoger is dan 2 W bij GSM 900 en niet
hoger is dan 1 W bij de andere types.
62TrefwoordenlijstAAfbeeldingen weergeven ..............30
Afbeeldingsbestanden ..................27
Afbeelding via USB activeren .......30
Algemene aanwijzingen .....6, 35, 51
Algemene informatie ..............27, 50
Bluetooth ................................... 27
DAB ........................................... 25
Infotainmentsysteem ...................6
Navigatie ................................... 35
Smartphone-applicaties ............27
Telefoon .................................... 51
USB ........................................... 27
Antidiefstalfunctie ..........................7
Audio afspelen .............................. 29
Audiobedieningsknoppen aan stuurwiel ...................................... 8
Audiobestanden ........................... 27
Audio via USB activeren ...............29
Automatisch volume .....................17
B Basisbediening ............................. 14
Bediening...................................... 55 Externe apparaten ....................27
Menu ......................................... 14
Navigatiesysteem ......................36
Radio ......................................... 21
Telefoon .................................... 55Bedieningselementen
Infotainmentsysteem ...................8
Stuurwiel ..................................... 8
Bedieningspaneel Infotainment ......8
Begeleiding .................................. 46
Beginmenu ................................... 14
Bel Beltoon ...................................... 55
Functies tijdens het gesprek .....55
Inkomend gesprek ....................55
Telefoongesprek initiëren ..........55
Beltoon Beltoon wijzigen ........................55
Beltoonvolume .......................... 17
Bestandsindelingen Afbeeldingsbestanden ..............27
Audiobestanden ........................27
Filmbestanden........................... 27
Bluetooth Algemene informatie .................27
Apparaat aansluiten ..................27
Bluetooth-verbinding .................52
Koppelen ................................... 52
Menu Streaming audio via
Bluetooth ................................... 29
Telefoon .................................... 55
Bluetooth-verbinding ....................52
BringGo ........................................ 33
63CContacten ..................................... 41
D DAB .............................................. 25
Digital Audio Broadcasting ...........25
Display-instellingen................. 30, 32
F
Favoriete lijsten Zenders ophalen .......................23
Zenders opslaan .......................23
Favorieten..................................... 41
Favorietenlijst ............................... 23
Filmbestanden .............................. 27
Films afspelen .............................. 32
Film via USB activeren .................32
G
Gebruik ....................... 11, 21, 36, 50
Bluetooth ................................... 27
Menu ......................................... 14
Navigatiesysteem ......................36
Radio ......................................... 21
Telefoon .................................... 55
USB ........................................... 27
Geluidsinstellingen .......................16
Gesproken begeleiding ................36
H Het navigatiesysteem activeren ...36I
Infotainmentsysteem inschakelen 11
Intellitext ....................................... 25
Invoer van de bestemming ..........41
K Kaarten ......................................... 36
Koppelen ...................................... 52
L Lijst met afslagen.......................... 46
M
Maximaal opstartvolume............... 17
Menubediening ............................. 14
Mobiele telefoons en CB- zendapparatuur ........................59
Mute.............................................. 11
N
Navigatie Bestemmingsinvoer................... 41
Contacten .................................. 41
Favorieten ................................. 41
Huidige locatie........................... 36 Kaart manipuleren .....................36
Kaartupdate .............................. 35
Kaartvenster .............................. 36
Lijst met afslagen ......................46
Recente bestemmingen ............41
Routebegeleiding ......................46TMC-zenders...................... 35, 46
Verkeersincidenten ...................46
Noodoproep .................................. 54
Nuttige plaatsen............................ 41
O
Oproepenhistorie ..........................55
Overzicht bedieningselementen .....8
R Radio Afstemmen op zender ...............21
DAB configureren ......................25
DAB-berichten ........................... 25
Digital audio broadcasting
(DAB) ........................................ 25
Favoriete lijsten ......................... 23
Frequentiebereik selecteren .....21
Gebruik...................................... 21
Inschakelen ............................... 21
Intellitext .................................... 25
Radio Data System (RDS) ........24
RDS configureren...................... 24
Regio-instelling.......................... 24
Regionaal .................................. 24
Zender zoeken .......................... 21
Zenders ophalen .......................23
Zenders opslaan .......................23
Radio activeren............................. 21
Radio Data System ...................... 24
RDS .............................................. 24
64Regio-instelling............................. 24
Regionaal ..................................... 24
Routebegeleiding .........................46
S Selectie van frequentiebereik .......21
Smartphone .................................. 27
Telefoonweergave ....................33
Smartphone-applicaties gebruiken .................................. 33
Snelkiesnummers .........................55
Spraakherkenning ........................50
Stemherkenning ........................... 50
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................... 29
Systeeminstellingen...................... 18
T
Telefoon Algemene informatie .................51
Beltoon selecteren ....................55
Bluetooth ................................... 51
Bluetooth-verbinding .................52
Een nummer invoeren ...............55
Functies tijdens het gesprek .....55
Hoofdmenu Telefoon ................55
Inkomend gesprek ....................55
Noodoproepen .......................... 54
Oproepenhistorie ......................55
Snelkiesnummer .......................55
Telefoonboek ............................ 55Telefoon activeren ........................55
Telefoonboek ................................ 55
Telefoonweergave ........................33
TMC-zenders ................................ 35
U
USB Afbeeldingenmenu USB ............30
Algemene informatie .................27
Apparaat aansluiten ..................27
Audiomenu USB........................ 29
Filmmenu USB .......................... 32
V Verkeersincidenten .......................46
Volume Automatisch volume ..................17
Beltoonvolume .......................... 17
Maximaal opstartvolume ...........17
Stiltefunctie................................ 11
Volume aanraakpiep .................17
Volume instellen ........................11
Volume TP ................................ 17
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen ............................. 11
Voor snelheid
gecompenseerd volume ............17
Volume aanraakpiep ....................17
Volume-instellingen ......................17
Volume TP .................................... 17Z
Zenders ophalen .......................... 23
Zenders opslaan ........................... 23
Zender zoeken.............................. 21
66InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen...............66
Antidiefstalfunctie ......................... 67
Overzicht bedieningselementen ..68
Gebruik ........................................ 73Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Met de functies van de radiotuner
kunt u op verschillende favorietenpa‐
gina's een groot aantal zenders
opslaan.
U kunt externe gegevensopslagappa‐ raten als andere audiobronnen op het
Infotainmentsysteem aansluiten; via
een kabel of via Bluetooth ®
.
Het digitale geluidssysteem heeft
diverse vooraf ingestelde equalizer‐
modi, waarmee u het geluid kunt opti‐
maliseren.
Ook is het infotainmentsysteem uitge‐ voerd met een telefoonportal waar‐
mee u uw mobiele telefoon comforta‐
bel in de auto kunt gebruiken.
Daarnaast kan het infotainmentsys‐
teem worden bediend met behulp van het bedieningspaneel of de knoppen
op het stuur.
Indien uw mobiele telefoon dit onder‐
steunt, kan het systeem ook door
middel van spraakherkenning worden
bediend.Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen
beschikbare opties en functies. Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Rijd altijd veilig wanneer u het info‐
tainment-systeem gebruikt.
Stop bij twijfel de auto voordat u
het infotainment-systeem bedient.
Inleiding73GebruikBedieningselementen
Het infotainmentsysteem wordt
bediend met behulp van functietoet‐
sen, een knop MENU en menu's op
het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
● het bedieningspaneel op het info‐
tainmentsysteem 3 68
● audioknoppen op het stuurwiel 3 68
● de spraakherkenning 3 88
Het infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kortstondig op X. Na het inscha‐
kelen wordt de laatst geselecteerde Infotainmentbron actief.
Druk op X en houd deze ingedrukt
om het systeem uit te schakelen.Automatisch uitschakelen
Als het infotainmentsysteem wordt
ingeschakeld met X terwijl het
contact is uitgeschakeld, schakelt het na 10 minuten automatisch weer uit.
Volume instellen Draai aan m; de actuele instelling
verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het infotain‐ mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld, mits dit het maximale inscha‐
kelvolume niet overschrijdt 3 76.
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakeling van het voor snel‐
heid gecompenseerd volume 3 76
wordt het volume automatisch zoda‐
nig aangepast dat er geen geluid van het wegdek of van de wind hoorbaar
is.
Stiltefunctie
Druk op m voor het dempen van de
audiobronnen.
Draai aan m om de mute-functie te
annuleren.Bedieningsstanden
Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen de verschillende golfbereiken.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 79.
Externe apparaten
Druk meerdere malen op MEDIA om
de afspeelmodus van een verbonden extern apparaat te activeren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
over het aansluiten en bedienen van
externe apparaten 3 84.
Telefoon
Druk op PHONE om een Bluetooth-
verbinding tussen het infotainment‐
systeem en een mobiele telefoon tot
stand te brengen.
Bij het tot stand brengen van een
verbinding verschijnt het hoofdmenu
van de telefoonmodus.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de werking van de mobiele tele‐
foon via het infotainmentsysteem
3 92.
74InleidingAls er geen verbinding tot stand kan
worden gebracht, verschijnt er een
bijbehorend menu. Voor een gede‐
tailleerde beschrijving van het opzet‐
ten en het tot stand brengen van een
Bluetooth-verbinding tussen het info‐
tainmentsysteem en een mobiele
telefoon 3 90.
Externe apparaten85Let op
Niet alle aanvullende apparaten
worden ondersteund door het Info‐
tainmentsysteem.
Het Infotainmentsysteem kan
muziekbestanden op USB-opslagap‐ paratuur weergeven.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit het USB-apparaat aan op de
USB-poort.
Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat verschijnt er een
bijbehorende foutmelding en scha‐
kelt het Infotainmentsysteem auto‐
matisch terug naar de vorige functie.
Ontkoppel het USB-apparaat door
een andere functie te selecteren en
dan het USB-opslagapparaat te
verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het
afspelen niet los. Hierdoor kan het toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
MTP-apparaatinstellingen
In het instellingenmenu kunt u
aanvullende instellingen aanpassen
voor apparaten die via het MTP zijn
aangesloten.
Druk in een actieve audiobron op
MENU , blader door de lijst en selec‐
teer Indstillinger (Settings) . Selecteer
Telefoonverbinding (alleen MTP) .
Als u wilt dat het apparaat alleen via de USB-poort wordt opgeladen, moet u Alleen opladen activeren. Als u naar
de USB-audiobron omschakelt terwijl
deze instelling is geactiveerd, wordt u
gewaarschuwd met een oplaadbe‐
richt.
Als u muziekbestanden wilt afspelen
die op het apparaat zijn opgeslagen,
moet u Alleen mappen met muziek
scannen of Alle mappen scannen
activeren.
Bluetooth
Bluetooth-compatibele audiobronnen
(bijv. mobiele telefoons voor muziek,
mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen PBAP,HFP, A2DP en AVRCP ondersteu‐
nen, werken draadloos op het info‐
tainmentsysteem.
Het Infotainmentsysteem kan
muziekbestanden op Bluetooth-
apparatuur weergeven.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-verbinding 3 90.
Bluetooth-apparatenlijst
Activeer de Bluetooth-audiobron,
druk op MENU en selecteer vervol‐
gens Bluetooth-apparaten beheren
om naar de Bluetooth-apparatenlijst
te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-apparatenlijst
3 90.
Bestandsindelingen
Er worden alleen apparaten onder‐
steund die zijn geformatteerd in de
FAT16/32 bestandssystemen.