Rijden en bediening1759Waarschuwing
Gebruik de adaptieve cruise
control niet op steile en heuvel‐
achtige wegen.
De systeemprestaties onder heuvel‐
achtige omstandigheden hangen af
van de rijsnelheid, de belading, de
verkeersomstandigheden en het
hellingspercentage. In heuvelachtige
omstandigheden worden voorliggers
mogelijk niet gedetecteerd. Op steile
hellingen moet u mogelijk gas bijge‐
ven om de rijsnelheid te handhaven.
Bij het omlaagrijden kan het nodig zijn om te remmen om uw snelheid te
handhaven of te verlagen.
Let erop dat u door te remmen het
systeem deactiveert.
Radareenheid
De radarmodule zit in het midden van
de voorbumper.
9 Waarschuwing
De radareenheid is tijdens de
productie zorgvuldig uitgelijnd.
Gebruik het systeem daarom niet
na een frontale botsing. De voor‐
bumper kan intact lijken, maar de
sensor die erachter ligt, kan
verschoven zijn en verkeerd
reageren. Bezoek na een ongeluk
een werkplaats om de stand van
de radarmodule te controleren en
te corrigeren.
Storing
Bij een storing in de adaptieve crui‐
secontrol wordt u gewaarschuwd
door het oplichten van een waarschu‐
wingslampje en een bericht op het
instrumentenpaneel en er klinkt een
geluidssignaal.
De adaptieve cruisecontrol werkt
mogelijk niet goed, als de verkeers‐
borden niet voldoen aan het Verdrag
van Wenen inzake verkeersborden
en verkeerstekens.
Laat het systeem nakijken door een dealer of een erkende werkplaats.
Gebruik het systeem om veiligheids‐
redenen niet als de remlichten defect
zijn. Gebruik het systeem niet als de
voorbumper beschadigd is.
182Rijden en bedieningFrontaanrijdingswaarschuwing
3 176.
Voetganger vóór de auto
detecteren
Een voetganger vóór de auto tot op
een afstand van ongeveer 40 m wordt aangegeven door een symbool op deinstrumentengroep.
Waarschuwing voetganger vóór Bij te snel naderen van een gedetec‐
teerde voetganger verschijnt er een waarschuwingsbericht op het Driver
Information Center. Er klinkt een
geluidssignaal.
Bij de waarschuwing voetganger vóór werkt de cruisecontrol of de adap‐
tieve cruisecontrol mogelijk niet.
Systeembeperkingen
In de volgende gevallen detecteert de
voetgangersbescherming vóór
mogelijk geen voetganger vóór de
auto of werkt de sensor mogelijk maar
beperkt:● de rijsnelheid is buiten het bereik
van 5 km/h tot 60 km/h in een
vooruitversnelling
● de afstand tot een voetganger vóór de auto is meer dan 40 m
● bij ritten op bochtige of heuvel‐ achtige wegen
● bij nachtelijke ritten
● bij een beperkt zicht door weers‐ omstandigheden, zoals bij mist,
regen of sneeuw
● de sensor in de voorruit of de radarmodule achter de voorbum‐per is afgedekt door sneeuw, ijs,
sneeuwbrij, modder, vuil enz.
● de voorruit is beschadigd of bedekt met vreemde voorwer‐
pen, bijv. stickers
Parkeerhulp Algemene informatie
Wanneer er een aanhanger of fiets‐ drager op de trekhaak is gemonteerd,
wordt de parkeerhulp gedeactiveerd.9 Waarschuwing
De bestuurder is zelf geheel
verantwoordelijk voor het inparke‐ ren.
Controleer bij het achteruit- en
vooruitrijden en het gebruik van de
parkeerhulp de zone rondom de
auto.
Parkeerhulp achter
De parkeerhulp achter vereenvoudigt
het inparkeren door de afstand
tussen de auto en eventuele obsta‐
kels achter te meten. Deze informeert en waarschuwt u met akoestische
signalen en een aanduiding op het
display.
276Trefwoordenlijst.................................................... 230
A Aan/Uit-knop ............................... 141
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............251, 255
Aanduidingen op banden ..........230
Aanhangerkoppeling ..................206
Aanhangerstabilisatie ................210
Aanhanger trekken ....................207
Aansteker .................................... 89
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 212
Accu ........................................... 217
Achterklep..................................... 31
Achterlichten .............................. 221
Achterruitverwarming ................... 42
Achteruitkijkcamera ...................192
Achteruitrijlichten .......................124
Actieve hoofdsteunen ...................47
Actieve noodrem ................103, 178
Adaptieve cruise control .....102, 168
AdBlue ................................ 100, 149
Afmetingen auto ........................261
Afslagverlichting ......................... 119
Airbag deactiveren ....................... 63 Airbag-deactivering ...................... 97
Airbag en gordelspanners ...........97
Airbaglabel.................................... 58
Airbagsysteem ............................. 58Airconditioning ........................... 128
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 138
Alarmknipperlichten ...................122
Algemene informatie .................. 206
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 140
Andere auto slepen ...................245
Antiblokkeersysteem .................156
Antiblokkeersysteem (ABS) .........99
Armsteun ................................ 53, 54
Asbakken ..................................... 90
Autogegevens ............................ 255
Autokrik....................................... 229
Automatische dimfunctie .............40
Automatische verlichting ............ 117
Automatische versnellingsbak ...153
Automatisch vergrendelen ...........29
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 244
Auto stallen ................................. 212
Autostop ............................. 101, 145
B Bagageruimte ........................ 31, 72
Bagageruimte-afdekking .............74
Bandenreparatieset ...................235
Bandenspanning .......................231
Bandenspanningswaarden ........263
Batterijspanning .........................108
277Bedieningsorganen......................82
Bekerhouders .............................. 71
Bekleding .................................... 248
Beladingsinformatie .....................79
Beslagen lampglazen ................124
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 163
Beveiliging van de auto ................35
Binnenspiegels ............................. 39
Binnenverlichting ...............124, 225
BlueInjection ............................... 149
Bolle vorm .................................... 38
Boordgereedschap .....................229
Boordinformatie .........................107
Brandstof .................................... 202
Brandstofmeter ............................ 94
Brandstof voor benzinemotoren 202
Brandstof voor dieselmotoren ...204
Buitenspiegels .............................. 38
Buitentemperatuur .......................85
Buitenverlichting .........................117
C
Centrale vergrendeling ................24
Claxon ................................... 13, 83
Conformiteitsverklaring ...............264
Contactslotstanden ....................140
Controlelampen ............................ 96
Controlelampjes............................ 92
Controle over de auto ................140Controles.................................... 213
Cruise control ....................102, 163
D Dagrijlicht ................................... 119
Dagteller ...................................... 93
Dak ............................................... 44
Dakbelasting ................................. 79
Dakdrager .................................... 79
DEF ............................................ 149
Detectiesystemen .......................182
Diefstalalarmsysteem ..................36
Dieselbrandstofsysteem ontluchten .............................. 218
Dieseluitlaatvloeistof ...................149
Dimlicht ....................................... 101
Dimlicht of groot licht ..................117
Dodehoeksysteem ..............102, 190
Driepuntsgordel ........................... 56
Driver Information Center ...........103
Drukverliesdetectiesysteem 100, 232
E Eerste hulp ................................... 78
Elektrisch bediende ruiten ...........40
Elektrische aansluitingen .............87
Elektrische handrem .............98, 156
Elektrische parkeerrem............... 157
Elektrische parkeerrem defect ......98
Elektrische stoelverstelling ..........51
Elektrische verstelling ..................38Elektrisch systeem...................... 225
Elektronische hulpsystemen bij het rijden ................................. 160
Elektronische rijprogramma's ....154
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ..
.......................................... 99, 160
Elektronisch klimaatregelsysteem ..............131
Elektronisch sleutelsysteem .........23
Erkenning van software ..............267
Event Data Recorders (EDR) .....272
F
Frontaal airbagsysteem ...............61
Frontaanrijdingswaarschuwing ...176
G
Geavanceerde parkeerhulp ........185
Gebruik van deze handleiding .......3
Gedeponeerde handelsmerken ..271
Geluidssignalen .........................107
Gereedschap ............................. 229
Gevaar, Waarschuwing en Voorzichtig ................................. 4
Gevarendriehoek .........................78
Gloeilamp vervangen ................219
Gordelverklikker ........................... 96
Gordijnairbagsysteem .................. 62
Groot licht .......................... 101, 118
Grootlichtassistentie ...................102