Telefoon91Voer een telefoonnummer in met het
toetsenblok in het hoofdmenu tele‐ foon.
Druk op ⇦ of houd deze toets inge‐
drukt om een of meerdere ingevoerde
tekens te wissen.
Tik op v om een nummer te kiezen.
Telefoonboek gebruiken Let op
Bij het koppelen van een mobiele telefoon aan het infotainmentsys‐teem via Bluetooth wordt het tele‐
foonboek van de mobiele telefoon
automatisch gedownload 3 87.
Druk op ; en selecteer dan Telefoon.
Selecteer Contacten in het hoofd‐
menu telefoon.
Let op
Het g-symbool naast een telefoon‐
nummer geeft aan dat het contact is opgeslagen op de simkaart.
Snelzoeken 1. Selecteer u om een lijst met alle
contactpersonen weer te geven.
2. Blader door de lijst met contact‐ personen.
3. Druk op de contactpersoon die u wilt bellen. Er verschijnt een menumet alle telefoonnummers die
voor het geselecteerde contact
zijn opgeslagen.
4. Selecteer het gewenste telefoon‐ nummer om de oproep te starten.Zoekmenu
Als het telefoonboek veel contactper‐ sonen bevat, kunt u via het zoekmenu
de gewenste contactpersoon zoeken.
Selecteer o in het menu Contacten
om het zoektabblad weer te geven.
De letters zijn alfabetisch gegroe‐
peerd op de schermtoetsen: abc, def ,
ghi , jkl , mno , pqrs , tuv en wxyz .
Gebruik ⇦ om een ingevoerde letters
te wissen.
1. Selecteer de knop met de eerste letter van de contactpersoon
waarnaar u wilt zoeken.
Bijvoorbeeld: Als de contactper‐
soon die u wilt zoeken met een 'g'
96TrefwoordenlijstAAfbeeldingen weergeven ..............81
Afbeeldingsbestanden ..................78
Afbeelding via USB activeren .......81
Algemene aanwijzingen ...............86
Bluetooth ................................... 78
DAB ........................................... 76
Infotainmentsysteem .................58
Smartphone-applicaties ............78
Telefoon .................................... 86
USB ........................................... 78
Algemene informatie ..............78, 85
Antidiefstalfunctie ........................59
Audio afspelen .............................. 80
Audiobestanden ........................... 78
Audioknoppen op stuurwiel ..........60
Audio via USB activeren ...............80
Automatisch volume .....................69
B Basisbediening ............................. 66
Bediening...................................... 90 Externe apparaten ....................78
Menu ......................................... 66
Radio ......................................... 72
Telefoon .................................... 90
Bedieningselementen Infotainmentsysteem .................60
Stuurwiel ................................... 60
Bedieningspaneel Infotainment ....60Beginmenu ................................... 66
Bel Beltoon ...................................... 90
Functies tijdens het gesprek .....90
Inkomend gesprek ....................90
Telefoongesprek starten ...........90
Beltoon Beltoon wijzigen ........................90
Beltoonvolume .......................... 69
Bestandsformaten Afbeeldingsbestanden ..............78
Audiobestanden ........................78
Filmbestanden........................... 78
Bluetooth Algemene aanwijzingen ............78
Apparaat aansluiten ..................78
Bluetooth-verbinding .................87
Koppelen ................................... 87
Menu Bluetooth-muziek ............80
Telefoon .................................... 90
Bluetooth-muziek activeren ..........80
Bluetooth-verbinding ....................87
D DAB .............................................. 76
Digital Audio Broadcasting ...........76
Display-instellingen................. 81, 83
97F
Favorietenlijst ............................... 74
Favorietenlijsten Zenders oproepen .....................74
Zenders opslaan .......................74
Filmbestanden .............................. 78
Films afspelen .............................. 83
Film via USB activeren .................83
G Gebruik ............................. 63, 72, 85
Bluetooth ................................... 78
Menu ......................................... 66
Radio ......................................... 72
Telefoon .................................... 90
USB ........................................... 78
Geluidsinstellingen .......................68
I
Infotainmentsysteem inschakelen 63
Intellitext ....................................... 76
K Koppelen ...................................... 87
M Maximaal inschakelvolume........... 69
Menubediening ............................. 66
Mobiele telefoons en CB- zendapparatuur ........................94
Mute.............................................. 63N
Noodoproep .................................. 89
O
Oproepenhistorie ..........................90
Overzicht bedieningselementen ...60
R
Radio Afstemmen op zender ...............72
DAB configureren ......................76
DAB-berichten ........................... 76
Digital Audio Broadcasting
(DAB) ........................................ 76
Favorietenlijsten ........................74
Gebruik...................................... 72
Golfbereik selecteren ................72
Inschakelen ............................... 72
Intellitext .................................... 76
Radio Data System (RDS) ........75
RDS configureren...................... 75
Regio-instelling.......................... 75 Regionaal .................................. 75
Zender zoeken .......................... 72
Zenders oproepen .....................74
Zenders opslaan .......................74
Radio activeren............................. 72
Radio Data System ...................... 75
RDS .............................................. 75
Regio-instelling ............................. 75
Regionaal ..................................... 75S
Selectie van golfbereik .................72
Smartphone .................................. 78
Telefoonweergave ....................84
Smartphone-applicaties gebruiken .................................. 84
Snelkiesnummers .........................90
Spraakherkenning ........................85
Stemherkenning ........................... 85
Systeeminstellingen...................... 70
T
Telefoon Algemene aanwijzingen ............86
Beltoon selecteren ....................90
Bluetooth ................................... 86
Bluetooth-verbinding .................87
Een nummer invoeren ...............90
Functies tijdens het gesprek .....90
Hoofdmenu telefoon ..................90
Inkomend gesprek ....................90
Noodoproepen .......................... 89
Oproepenhistorie ......................90
Snelkiesnummer .......................90
Telefoonboek ............................ 90
Telefoon activeren ........................90
Telefoonboek ................................ 90
Telefoonweergave ........................84
100InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.............100
Antidiefstalfunctie ......................101
Overzicht bedieningselementen 102
Gebruik ...................................... 105Algemene aanwijzingen
Het Infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Dankzij de FM-, AM- of DAB-radio‐
functies kunt u diverse radiozenders
beluisteren. Desgewenst kunt u
zenders koppelen aan voorkeuze‐
toetsen.
U kunt externe gegevensopslagappa‐ raten als andere audiobronnen op het
Infotainmentsysteem aansluiten: via
een kabel of via Bluetooth ®
.
Ook is het Infotainmentsysteem
uitgevoerd met een telefoonfunctie
waarmee u uw mobiele telefoon
comfortabel en veilig in de auto kunt gebruiken.
Het Infotainmentsysteem is te bedie‐
nen via het bedieningspaneel of de
knoppen op het stuurwiel.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen
beschikbare opties en functies. Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht
niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Rijd altijd veilig wanneer u het info‐
tainment-systeem gebruikt.
Stop bij twijfel de auto voordat u
het infotainment-systeem bedient.
Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Inleiding101AntidiefstalfunctieHet Infotainmentsysteem is voorzien
van een elektronisch beveiligingssys‐
teem dat het systeem tegen diefstal
beveiligt.
De beveiliging houdt in dat het Info‐
tainmentsysteem alleen in uw auto
werkt en daarom voor een eventuele
dief waardeloos is.
Inleiding105of volgende/vorige
vermelding in
gesprekslijst/contactenlijst
selecteren als de
telefoonfunctie actief en
de gesprekslijst/
contactenlijst geopend is ....126
Selectie bevestigen met G
3 G
Geselecteerd item bevestigen
Lijsten openen
4 x
Stiltefunctie activeren/
deactiveren ......................... 105
5 À / Á
Omhoog-/omlaagdraaien:
volume verhogen/verlagen
6 v
Telefoongesprek
aannemen ........................... 126
of telefoongesprek afwijzen 126
of gesprekslijst/
contactenlijst openen ..........1267w
Spraakdoorschakeling
activeren ............................. 122Gebruik
Bedieningselementen Het Infotainmentsysteem is te bedie‐nen met functietoetsen, navigatiek‐
noppen en op het display weergege‐
ven menu's.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden via:
● het bedieningspaneel op het Info‐
tainmentsysteem 3 102
● bedieningsknoppen op het stuur 3 102
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kortstondig op X. Na het inscha‐
kelen wordt de laatst geselecteerde
Infotainmentbron actief.
Let op
Sommige functies van het Infotain‐
mentsysteem werken alleen als het
contact wordt ingeschakeld of de
motor draait.
Druk opnieuw op X om het systeem
uit te schakelen.
106Inleiding
Automatisch uitschakelen
Als u het Infotainmentsysteem
inschakelt met een druk X terwijl het
contact uitstaat, schakelt het systeem
na een bepaalde tijd automatisch
weer uit.
Volume instellenDraai m. De actuele instelling
verschijnt op het display.
Wanneer het Infotainmentsysteem
ingeschakeld is, wordt het laatst
geselecteerde volume ingesteld.
Snelheidsafhankelijk volume
Bij activering van snelheidsafhanke‐
lijk volume 3 109 wordt het volume
automatisch afgestemd afhankelijk
van weg- en windgeluiden onderweg.
Stiltefunctie
Druk op x op het stuurwiel om de
audiobronnen te onderdrukken.
Druk nogmaals op x om de stilte‐
functie te annuleren.
Weergavemodus wijzigen U beschikt over drie verschillende
weergavemodi:
● volledig scherm
● opgedeeld scherm met tijd- en datumgegevens links op het
scherm
● zwart scherm
Druk herhaaldelijk op Î om te wisse‐
len tussen volledig scherm en opge‐
deeld scherm.
Houd Î ingedrukt om het scherm uit
te schakelen maar de geluidsweer‐
gave te handhaven. Druk nogmaals
op Î om het display opnieuw te acti‐
veren.
Bedieningsstanden
Radio
Druk herhaaldelijk op BAND om te
wisselen tussen de verschillende
golfbereiken en het golfbereik van uw
keuze te selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 113.
USB-poort
Druk herhaaldelijk op SRCq om te
wisselen tussen de verschillende
audiobronnen en de USB-modus te
selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
over het aansluiten en bedienen van
externe apparaten 3 117.
Bluetooth-muziek
Druk herhaaldelijk op SRCq om te
wisselen tussen de verschillende audiobronnen en de Bluetooth-
muziekmodus te selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
over het aansluiten en bedienen van
externe apparaten 3 120.
Inleiding107Telefoon
Voordat u de telefoonfunctie kunt
gebruiken moet er een verbinding
met een Bluetooth-apparaat zijn
gemaakt. Voor een gedetailleerde beschrijving 3 124.
Druk op MENU om de startpagina
weer te geven. Selecteer Telefoon
door op N en O te drukken en druk
vervolgens ter bevestiging op OK.
Het telefoonmenu verschijnt.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de werking van de mobiele tele‐
foon via het Infotainmentsysteem
3 126.