Stoelen, veiligheidssystemen479Waarschuwing
Lichaamsdelen of voorwerpen uit
het werkingsgebied van de airbag
houden.
De haken aan de handgrepen van het dakframe zijn alleen geschikt
om lichte kledingstukken, zonder
kleerhangers, aan op te hangen.
Geen voorwerpen in de kleding‐
stukken bewaren.
Airbag deactiveren
Het passagiersairbagsysteem vóór moet voor een kinderveiligheidssys‐
teem op de passagiersstoel worden
gedeactiveerd volgens de instructies
in de tabel 3 51. Het zijairbag- en
het gordijnairbagsysteem, de gordel‐
voorspanners en alle airbagsystemen van de bestuurder blijven actief.U deactiveert het airbagsysteem vande voorpassagier met een slot aan de passagierszijde van het instrumen‐
tenpaneel.
Gebruik de contactsleutel om de
schakelaarstand te kiezen:
*
OFF:airbag van voorpassagier is
gedeactiveerd en gaat niet
af bij een aanrijding. Contro‐
lelampje *OFF brandt
voortdurend in de midden‐
consoleV
ON:airbag van voorpassagier is
actief9 Gevaar
Deactiveer de passagiersairbag
uitsluitend bij gebruik van een
kinderveiligheidssystemen,
volgens de instructies en beper‐
kingen in de tabel 3 51.
Anders is er kans op dodelijk letsel voor een persoon op de passa‐
giersstoel met een gedeacti‐
veerde airbag.
248TrefwoordenlijstAAanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............221, 226
Aanduidingen op banden ..........194
Aansteker .................................... 82
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 171
Accu ........................................... 176
Achterlichten .............................. 182
Achterruitverwarming ................... 31
Achteruitrijlichten .......................118
Afmetingen auto ........................233
Airbag deactiveren ....................... 47 Airbag-deactivering ...................... 90
Airbag en gordelspanners ...........90
Airbaglabel.................................... 42
Airbagsysteem ............................. 42
Airconditioning ........................... 123
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 131
Alarmknipperlichten ...................116
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 132
Andere auto slepen ...................215
Antiblokkeersysteem .................145
Antiblokkeersysteem (ABS) .........92
Asbakken ..................................... 82
Autogegevens ............................ 226
Autokrik....................................... 192
Automatische dimfunctie .............29Automatische verlichting ............ 115
Automatisch vergrendelen ...........24
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 213
Auto stallen ................................. 172
Autostop ..................................... 135
B Bagageruimte ........................ 25, 66
Bagageruimte-afdekking .............67
Bandenreparatieset ...................200
Bandenspanning .......................194
Bandenspanningscontrolesys‐ teem .................................. 93, 195
Bandenspanningswaarden ........235
Batterijspanning .........................104
Bedieningsorganen ......................75
Bekerhouders .............................. 54
Bekleding .................................... 219
Beladingsinformatie .....................72
Beslagen lampglazen ................118
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 150
Beveiliging van de auto ................26
Binnenspiegels ............................. 29
Binnenverlichting ...............118, 187
Bolle vorm .................................... 28
Boordgereedschap .....................192
Boordinformatie .........................102
Brandstof .................................... 165