Page 49 of 122

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-35
3
DAU58982
Kuipruit
Al naar gelang de voorkeur van de bestuur-
der kan de kuipruit in vier verschillende
standen worden gezet.
De kuipruithoog te aanpassen
1. Draai de stelknop van de kuipruit- hoogte aan beide zijden van de kuip-
ruit terug totdat weerstand voelbaar
is. LET OP: Draai de knop niet voor-
b ij het punt waarop weerstan d voel-
b aar wor dt. Hier door kan de knop
b eschad igd raken.
[DCA20211]
2. Trek de schuifplaathouders naar bui-
ten en stel dan de kuipruithoogte af.
3. Lijn de schuifplaathouders op de ge- wenste positie uit met de merktekens.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de schuifplaathou-
ders aan beide zijden van de kuipruit
zijn uitgelijnd met de merktekens op
dezelfde hoogte.
Zorg ervoor dat het uitsteeksel op elke
schuifplaathouder in het correspon-
derende gat in de schuifplaat valt.
4. Draai de stelknoppen vast.
1. Stelknop kuipruithoogte
1. Schuifplaathouder
1
1
1. Referentiemerkteken
2. Schuifplaat
2
1
UBP9D0D0.book Page 35 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 50 of 122

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-36
3
DAU55424
De voor- en achterverin g afstel-
len
Dit model is uitgerust met een elektronisch
verstelbaar veringsysteem. De voorspan-
ning van de achterschokdemper en de
veerdemping van zowel de voorvork als de
achterschokdemper kunnen worden afge-
steld.
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter gaat aan bren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
Voorspanning
Wanneer u rijdt met bagage of een passa-
gier, gebruikt u de afstelfunctie voor de
voorspanning om het veringsysteem aan te
passen aan de belasting. Er zijn 4 voor-
spanningsinstellingen.
OPMERKING
De afstelfunctie voor de voorspanning
wordt alleen weergegeven wanneer
de motor draait.
Wanneer u de voorspanningsinstelling
wijzigt, worden ook de veerdempin-
gen van de voor- en achtervering
overeenkomstig aangepast. Zie
“Veerdemping” op pagina 3-38 voor
meer informatie.
Bediening bij koude temperaturen:
• Bij gebruik van de afstelfunctie voor de voorspanning mag er geen ge-
wicht rusten op de machine.
• Wanneer u de afstelfunctie voor de voorspanning gebruikt bij omge-
vingstemperaturen in de buurt van
of lager dan 0 °C (32 °F), kan het
waarschuwingslampje elektronisch
verstelbaar veringsysteem gaan branden ter bescherming van de
motor van de afstelfunctie voor de
voorspanning.
• De vering werkt nog steeds nor- maal, alleen kunt u de afstelfunctie
voor de voorspanning niet gebrui-
ken.
• Als u het waarschuwingslampje
elektronisch verstelbaar veringsy-
steem wilt terugzetten, wacht u on-
geveer 6 minuten en draait u
vervolgens de sleutel naar “OFF” of
draait u de sleutel direct naar “OFF”
en wacht u vervolgens 6 minuten.
• Als het waarschuwingslampje elek- tronisch verstelbaar veringsysteem
blijft branden, moet u het veringsy-
steem laten controleren door een
Yamaha-dealer.
De voorspanning afstellen
1. Draai de sleutel naar “ON”, start de motor en zet de versnellingsbak ver-
volgens in de vrijstand.
2. Druk op de menuschakelaar “MENU”
om de functieweergave te schakelen
naar de afstelfunctie voor de voor-
spanning.
1. Functieweergave
2. Afstelling voorspanning
3. Pictogram voorspanningsinstelling
GEAR
N
1
3
2
UBP9D0D0.book Page 36 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 51 of 122

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-37
3
3. Gebruik de selectieschakelaar om het
pictogram van de gewenste voor-
spanningsinstelling te selecteren.
Selecteer uit de volgende 4 picto-
grammen de instelling die overeen-
komt met de beladingssituatie.
Tijdens het afstellen van de voorspan-
ning toont de informatieweergave een
groep punten die in een cirkel bewe-
gen. Wanneer het geselecteerde pic-
togram weer wordt weergegeven, is
het afstellen van de voorspanning vol-
tooid. Tijdens het afstellen van de voorspanning
kan de informatieweergave als volgt wijzi-
gen.
Als de sleutel naar “OFF” wordt ge-
draaid of de motor wordt uitgezet ter-
wijl de voorspanning wordt ingesteld,
gaat het volgende pictogram voor de
voorspanningsinstelling knipperen om
u te waarschuwen dat de huidige
voorspanningsinstelling niet overeen-
komt met het pictogram. Als dit ge-
beurt, moet u de voorspanning
opnieuw afstellen.
Als de machine gaat rijden, gaat het
volgende pictogram voor de voor-
spanningsinstelling knipperen om u te
waarschuwen dat de huidige voor-
spanningsinstelling niet overeenkomt
met het pictogram. Als dit gebeurt,
moet u de machine stoppen en de
voorspanning opnieuw afstellen.
1. Menuschakelaar “MENU”
2. Selectieschakelaar “ / ”
1. Alleen bestuurder
2. Bestuurder met bagage
3. Bestuurder met passagier
4. Bestuurder met passagier en bagage
1
2
12
34
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
UBP9D0D0.book Page 37 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 52 of 122

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-38
3Als u de voorspanning herhaaldelijk
afstelt, gaat het pictogram voor de
voorspanningsinstelling 4 maal knip-
peren en kunt u de voorspanning niet
afstellen. Wacht ongeveer 6 minuten
totdat de motor van de afstelfunctie
voor de voorspanning is afgekoeld en
probeer de voorspanning vervolgens
opnieuw af te stellen.
Veerd empin g
Binnen elke voorspanningsinstelling zijn er
3 veerdempingsinstellingen: “HARD”
(hard), “STD” (standaard) en “SOFT”
(zacht). Wanneer u de voorspanningsinstel-
ling wijzigt, worden de veerdempingsinstel-
lingen overeenkomstig gewijzigd. (Het
elektronisch verstelbare veringsysteem
wordt automatisch aangepast aan de laatst
ingestelde veerdempingsinstellingen voor
die voorspanningsinstelling.) Als u de veer-
demping nauwkeurig wilt afstellen, kunt u
elke veerdempingsinstelling instellen op 7
verschillende niveaus.
OPMERKING
Als de voorspanningsinstelling niet juist is
voltooid:
De veerdempingsinstelling en het in-
stelniveau knipperen 4 maal en kun-
nen niet worden aangepast als u deze
probeert aan te passen terwijl de ma-
chine stilstaat.
Het pictogram voor de voorspan-
ningsinstelling knippert en de veer-
demping kan niet worden aangepast
als u deze probeert aan te passen ter-
wijl de machine rijdt.
Zorg dat de voorspanning juist is ingesteld
voordat u de veerdemping gaat afstellen.
De veerdemping en het niveau voor de
veerdempingsinstelling afstellen
1. Draai de sleutel naar “ON”.
2. Druk op de menuschakelaar “MENU” om de functieweergave te schakelen
naar de afstelfunctie voor de veer-
demping.
GEAR
1
HARD+3
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
1. Veerdempingsinstelling
2. Niveau veerdempingsinstelling
GEAR
N
HARD+3
2
1
UBP9D0D0.book Page 38 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 53 of 122

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-39
3
3. Gebruik de selectieschakelaar om
“HARD”, “STD” of “SOFT” te selecte-
ren.
4. Druk op de menuschakelaar “MENU”.
5. Gebruik de selectieschakelaar om het gewenste niveau voor de veerdem-
pingsinstelling te selecteren.
OPMERKING
U kunt de veerdempingsinstelling instellen
op 7 niveaus (+3, +2, +1, 0, –1, –2 en –3).
“+3” is het hardste niveau en “–3” is het
zachtste niveau.
6. Druk op de menuschakelaar “MENU”.
Als de machine beweegt terwijl u de veer-
demping afstelt, schakelt de informatie-
weergave naar de weergavemodus.
WAARSCHUWING
DWA16421
De achterschok demperunit is gevul d
met stikstof gas on der ho ge druk. Lees
d e on derstaan de informatie zor gvul dig
d oor alvorens werkzaamhe den uit te
voeren aan d e schokdemperunit.
Pro beer de gascilin der niet te ope-
nen en b lijf er verder vanaf.
Stel de schok demperunit niet b loot
aan open vuur of een an dere hitte-
b ron. Hier door kan d e gas druk zo
hoo g oplopen dat de unit explo-
d eert.
Voorkom vervormin g of b eschad i-
g in g van de cilin der. Scha de aan de
cilin der s zal resulteren in slechte
d em
pin gsprestaties.
1. Functieweergave
2. Afstelling veerdemping
1. Veerdempingsinstelling
1. Niveau veerdempingsinstelling
GEAR
N
STD
0
1
2
GEAR
N
HARD 01
GEAR
N
HARD
+31
1. Afstelling veerdemping
2. Veerdempingsinstelling
3. Pictogram voorspanningsinstelling
GEAR
N
HARD+3
GEAR
1
HARD+3
1
2
3
UBP9D0D0.book Page 39 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 54 of 122
Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-40
3
Werp een beschad igde of versleten
schok demperunit niet zelf we g.
Bren g d e schok demperunit voor elk
on derhou d naar een Yamaha- dea-
ler.DAU49704
Ba gag ed ra gers
Deze motorfiets is voorzien van een stan-
daardbagagedrager en een extra bagage-
drager onder het duozadel. De extra
bagagedrager vergroot het laadoppervlak
en laadvermogen van de standaardbaga-
gedrager.
Raadpleeg voor het gebruik van de extra
bagagedrager uw Yamaha dealer.
Stan daar dba gag ed ra ger
Extra bag ag ed ra ger
WAARSCHUWING
DWA15483
Overschrij d het maximumlaadge-
wicht van 204 k g (450 l b) voor de
machine niet.
Ga niet zitten op de stan daar d- of
extra bag ag ed ra ger en neem er
nooit een passag ier op mee.
Overschrij d nooit het laa dvermo-
g en van d e standaar dba geg ed ra ger
van 5.0 k g (11 l b).
1. Standaardbagagedrager
1. Extra bagagedrager
1
1
UBP9D0D0.book Page 40 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 55 of 122
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-41
3
Overschrij d nooit het laa dvermo-
g en van de extra b ag ag ed ra ger van
5.0 k g (11 l b).
LET OP
DCA16822
Til de machine niet op aan een bag ag e-
d ra ger.
DAU49491
Ba gag eriem bevesti gin g
Er zijn vier bagageriembevestigingspunten
aangebracht onder het duozadel.
1. Bagageriembevestiging
1
UBP9D0D0.book Page 41 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM
Page 56 of 122

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-42
3
DAU15306
Zijstan daar d
De zijstandaard bevindt zich aan de linker-
zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-
daard met uw voet omhoog of omlaag
terwijl u de machine rechtop houdt.
OPMERKING
De ingebouwde sperschakelaar voor de zij-
standaard maakt deel uit van het startsper-
systeem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie de volgende paragraaf voor een
uitleg over het startspersysteem.)
WAARSCHUWING
DWA10242
Met de machine mag nooit worden gere-
d en terwijl de zijstan daar d omlaa g staat
of niet behoorlijk kan wor den op getrok-
ken (of niet omhoo g b lijft), an ders kan d e
zijstan daar d d e gron d raken en zo d e
b estuur der aflei den, waar door de ma-
chine mo gelijk on bestuur baar wor dt.
Het Yamaha startspersysteem is ont-
worpen om d e bestuur der te helpen b ij
zijn verantwoor delijkhei d de zijstan-
d aar d op te trekken alvorens we g te rij-
d en. Controleer dit systeem daarom
re gelmati g en laat het repareren door
een Yamah
a dealer als de werkin g niet
naar behoren is.
DAU63430
Startspersysteem
Het startspersysteem (waarvan de zijstan-
daardschakelaar, de koppelingshen-
delschakelaar en de vrijstandschakelaar
deel uitmaken) heeft de volgende functies.
Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling is
geschakeld en de zijstandaard is op-
geklapt, terwijl de koppelingshendel
niet is ingetrokken.
Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling is
geschakeld en de koppelingshendel is
ingetrokken, terwijl de zijstandaard
nog omlaag staat.
Het schakelt een draaiende motor uit
wanneer de versnellingsbak in een
versnelling staat en de zijstandaard
omlaag wordt bewogen.
Controleer de werking van het startspersy-
steem regelmatig volgens de onderstaande
procedure.
UBP9D0D0.book Page 42 Wedne sday, February 8, 2017 8:35 AM