Periodiek on derhou d en afstellin g
6-41
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWAT1041
Verwij der de ra diatorvul dop niet terwijl d e motor en de koelvloeistofrad iator nog
heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen naar buiten spuiten en zo ernstig e
b ran dwon den veroorzaken. Wacht tot de motor is af gekoel d.
Bren g een dikke doek, bijvoor beel d een han ddoek, aan over de rad iatorvul dop
en draai deze dan lan gzaam linksom te gen de aansla g zod at de no g aanwezi ge
d ruk kan ontsnappen. Druk d e dop omlaa g zo dra het sis gelui d stopt en d raai
d eze linksom en verwij der de dop.
OPMERKING
Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijd elijk leidingwater worden gebruikt, maar dit
moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschreven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in
het reservoir en in de
radiator.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Het koelvloeistofniveau
is in orde.
Er is geen lekkage.
Er is lekkage.
Het koelvloeistofniveau
is laag. Controleer het
koelsysteem op
lekkage.
Vraag een Yamaha
dealer het koelsysteem
te controleren en te
repareren.
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te repareren als de
motor opnieuw oververhit raakt.
UBP8D0D0.book Page 41 Friday, December 9, 2016 8:53 AM
10-1
10
Index
A
ABS ....................................................... 3-24
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-5
Accu ...................................................... 6-30
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-28
B
Bagagedragers ..................................... 3-37
Bagageriembevestiging ........................ 3-38
Banden ................................................. 6-19
Bestuurderszadel .................................. 3-30
Bougies, controleren............................. 6-10
Brandstof .............................................. 3-27
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-4
C
Cardanolie............................................. 6-14
Claxonschakelaar ................................. 3-21
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-4
Controlelampjes cruise control ............... 3-4
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkering............... 3-5
Controlelampje tractieregeling................ 3-5
Cruise control ......................................... 3-6
Cruise control-schakelaars ................... 3-21
D
Diagnosestekker ..................................... 9-2
Dimlichtschakelaar/ lichtsignaalschakelaar ........................ 3-20
D-mode (rijmodus) ................................ 3-20
F
Filterbus ................................................ 6-11
G
Gasgreep en gaskabel, controleren en smeren................................................ 6-26
Gegevensregistratie, voertuig ................. 9-2
Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoires......................................... 3-41
Gereedschapsset.................................... 6-2
Gloeilamp kentekenverlichting, vervangen ........................................... 6-38
H
Hoogte bestuurderszadel, verstellen .... 3-31
I
Identificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-4
K
Klepspeling ........................................... 6-19 Koelvloeistof ......................................... 6-16
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-33
Koppelingshendel........................ 3-22, 6-22
Kuipruit ................................................. 3-33
L
Luchtfilterelement ................................. 6-17
M
Matkleur, let op ...................................... 7-1
Menuschakelaar ................................... 3-21
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-11
Multifunctionele meter ............................ 3-9
O
Onderhoud en smering, periodiek.......... 6-5
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-4
Ondersteunen van de motorfiets.......... 6-39
Overloopslang brandstoftank ............... 3-29
P
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-35
Parkeren ................................................. 5-5
Plaats van de onderdelen....................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-39
R
Rem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ....................... 6-27
Rem- en koppelingsvloeistof,
verversen............................................ 6-26
Rem- en schakelpedalen, controleren en smeren .......................................... 6-27
Remhendel ........................................... 3-23
Remlichtschakelaars ............................ 6-23
Rempedaal ........................................... 3-24
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-25
Richtingaanwijzer en remlicht/ achterlicht .......................................... 6-37
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-21
S
Schakelaar alarmverlichting ................. 3-21
Schakelen ............................................... 5-3
Schakelpedaal ...................................... 3-22
Schokdemperunit, afstellen.................. 3-36
Selectieschakelaar ............................... 3-21
Serienummer motorblok......................... 9-1
Specificaties ........................................... 8-1
Stalling.................................................... 7-4
Startblokkeersysteem ............................ 3-1
Starten van de motor ............................. 5-2
Startspersysteem ................................. 3-39
Stationair toerental, controleren ........... 6-18
Stop/Run/Start-schakelaar................... 3-21
UBP8D0D0.book Page 1 Friday, December 9, 2016 8:53 AM