1132. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
De instellingen van de volgende items kunnen worden gewijzigd. Zie
Blz. 724.
Bij functies die in- of uitgeschakeld kunnen worden, wordt iede re keer als
op wordt gedrukt, geschakeld tussen aan en uit.
● (Lane Departure Alert met stuurregeling)* (→ Blz. 327)
● (Pre-Crash Safety-systeem)
* (→ Blz. 312)
● (Blind Spot Monitor)
* (→ Blz. 384)
● (Toyota Parking Assist-sensor)
* (→ Blz. 360)
● (Road Sign Assist)
* (→ Blz. 335)
● Klok
Hiermee kunt u de uren en minu ten instellen en schakelen tus-
sen de 12-uurs- en 24-uursweergave van de klok.
● (Elektrisch bedienbare achterklep)
* (→ Blz. 153)
● (Stop & Start-systeem)
* (→ Blz. 370)
● Onderhoud auto
*
Het indicatiesysteem motorolie verversen moet worden gereset.
(→ Blz. 549)
● Instellingen instrumentenpaneel
• Taal
Hiermee kan de taal op het display worden gewijzigd.
• Eenheden Hiermee kan de eenheid voor het brandstofverbruik worden gewij-
zigd.
• ECO-controlelampje Hiermee kunt u het ECO-controlelampje in- en uitschakelen.
• Pop-updisplay Hiermee kunnen de pop-updisplays worden in-/uitgeschakeld. Deze
displays kunnen in bepaalde situaties verschijnen.
• Accentkleur Hiermee kunnen de accentkleuren op het scherm, zoals de kleur v an
de cursor, worden gewijzigd.
• Standaardinstellingen Geregistreerde of gewijzigde instellingen van het instrumentenp aneel
worden gewist of naar de beginwaarden teruggezet.
*: Indien aanwezig
Weergave instellingen
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 113 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
213
4Rijden
RAV4_OM_OM42753E_(EE)4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ............ 214
Lading en bagage .............. 226
Rijden met een aanhangwagen ................ 228
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-systeem en
startknop) ........................ 241
Startknop (auto's met Smart entry-systeem en
startknop) ........................ 244
Automatische transmissie (met S-modus) ................. 251
Automatische transmissie (met M-modus) ................ 258
Multidrive CVT ................... 266
Handgeschakelde transmissie ...................... 275
Richtingaanwijzer- schakelaar ....................... 279
Parkeerrem ........................ 280
DPF-roetfilter (Diesel Particulate Filter)/
DPNR-katalysator (Diesel
Particulate-NOx
Reduction) ....................... 281
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar.................. 283
Automatic High Beam- systeem ........................... 288
Schakelaar mistlampen ..... 292
Ruitenwissers en -sproeiers.................... 294
Achterruitenwisser en -sproeier ..................... 298 4-4. Tanken
Openen van de tankdop .... 300
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Toyota Safety Sense
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) .......................... 312
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling) ... 327
RSA (Road Sign Assist)..... 335
Dynamic Radar Cruise Control ............................. 340
Cruise control..................... 353
Snelheidsbegrenzer ........... 357
Toyota Parking Assist-sensor ................... 360
Schakelaar permanente vierwielaandrijving
(AWD-uitvoeringen) ......... 369
Stop & Start-systeem ......... 370
Downhill Assist Control ...... 382
BSM (Blind Spot Monitor) ......... 384
• De Blind Spot Monitor-functie ............................ 389
• De Rear Crossing Traffic Alert-functie ........ 392
Ondersteunende systemen ......................... 395
4-6. Rijtips Rijden in de winter ............. 402
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ................ 406
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 213 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
2164-1. Voordat u gaat rijden
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
Automatische transmissie of Multidrive CVT
Activeer de parkeerrem en zet de selectiehendel in stand D.
Trap het gaspedaal geleidelijk in.
Deactiveer de parkeerrem.
Handgeschakelde transmissie
Houd de parkeerrem geactiveerd, trap het koppelingspedaal volle -
dig in en zet de selectie hendel in de 1e versnelling.
Trap het gaspedaal een beetje in en laat tegelijkertijd het kop pe-
lingspedaal geleidelijk opkomen.
Deactiveer de parkeerrem.
■ Als u wegrijdt op een helling omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geactiveerd. ( →Blz. 395)
■ Rijden in de regen
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat het zicht dan minder is, de ruiten
beslagen kunnen zijn en de weg glad kan zijn.
● Rijd extra voorzichtig wanneer het begint te regenen, de weg ka n dan
immers bijzonder glad zijn.
● Matig uw snelheid bij het rijden in de regen, tussen band en wegdek kan er
zich dan immers een waterfilm vormen die het sturen en remmen k an
bemoeilijken.
■ Motortoerental tijdens het rijden (behalve handgeschakelde transmissie)
In de volgende gevallen kan het motortoerental tijdens het rijd en te hoog
oplopen.
Dit is het gevolg van automatisch op- of terugschakelen, al naa r gelang de
rijomstandigheden. Het duidt niet op plotseling accelereren.
● Het systeem signaleert dat de auto een helling op of af rijdt
● Als het gaspedaal wordt losgelaten
● Als het rempedaal is ingetrapt en de sportmodus is geselecteerd
Wegrijden op een helling
1
2
3
1
2
3
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 216 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
3604-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
Toyota Parking Assist-sensor∗
Hoeksensoren voor (indien
aanwezig)
Binnenste sensoren voor
(indien aanwezig)
Hoeksensoren achter
Binnenste sensoren achter
Type met 4 sensoren
Druk op de schakelaar.
Als de schakelaar aan is, gaat het
controlelampje branden om de
bestuurder te informeren dat het
systeem geactiveerd is.
∗: Indien aanwezig
De afstand van uw auto tot obstakels bij het fileparkeren en ac h-
teruit inparkeren in een garage wordt gemeten door sensoren en
wordt doorgegeven via het controlelampje of displays en een
zoemer. Controleer bij gebruik va n dit systeem ook altijd zelf de
omgeving.
Soorten sensoren
1
2
3
4
Toyota Parking Assist-sensor in-/uitschakelen
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 360 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
3614-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
Type met 8 sensoren
Druk op of van de bedieningstoetsen van het instrumen-
tenpaneel en selecteer op he t multi-informatiedisplay.
Druk op of van de bedienings toetsen van het instrumen-
tenpaneel, selecteer en druk vervolgens op .
wordt weergegeven om de bestuurder te informeren dat het systeem
is geactiveerd.
Wanneer de sensoren een obstakel signaleren, wordt de bestuurde r
door middel van de volgende indi cator of displays geïnformeerd over
de positie en afstand tot het obstakel.
Controlelampje Toyota Parking Assist-sensor (met 4 sensoren)
Controlelampje auto
Controlelampje hoek achter
Controlelampje midden achter
Multi-informatiedisplay (met 8 sensoren)
Werking hoeksensoren voor
Werking binnenste sensor voor
Werking hoeksensoren achter
Werking binnenste sensor ach-
ter
Display
1
2
1
2
3
1
2
3
4
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 361 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
3624-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
Scherm navigatiesysteem of multimediasysteem (indien aanwezig)
Weergave Toyota Parking
Assist-sensor
Wanneer het Rear View Moni-
tor-systeem
*, de Toyota Par-
king Assist Monitor
* of de
Panoramic View Monitor
* niet
wordt weergegeven.
De grafische voorstelling wordt
automatisch weergegeven wan-
neer een obstakel gesignaleerd
wordt. Het scherm kan zo worden
ingesteld dat de afbeelding niet
wordt weergegeven. ( →Blz. 365)
: Hiermee kunt u de geluiden van de zoemer uitschakelen.
Hulpdisplay
Wanneer het Rear View Monitor-systeem
* of de Toyota Parking
Assist Monitor
* wordt weergegeven:
Bij detectie van een obstakel verschijnt er in de bovenhoek van het
scherm een vereenvoudigde weergave.
Wanneer de Panoramic View Monitor
* wordt weergegeven:
Wanneer een obstakel wordt gesignaleerd, worden de positie en
afstand weergegeven op het Pan oramic View Monitor-scherm.
*: Indien aanwezig
1
2
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 362 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
3654-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
RAV4_OM_OM42753E_(EE)
U kunt het volume van de zoemer en de instellingen van het scherm
wijzigen.
Druk op de toets SETUP.
Kies “Vehicle” (Auto) op het scherm.
Selecteer “TOYOTA Parking Assi st Settings” (instellingen Toyota
Parking Assist-systeem) op het scherm.
Selecteer het gewenste item.
● Het geluidsvolume van de zoemer kan worden gewijzigd.
● De weergave van de Toyota Park ing Assist-sensor kan aan en uit
worden gezet.
● De weergave van beeld en geluid voor de binnenste sensoren voor
en achter kan worden ingesteld.
■De Toyota Parking Assist-sensor kan worden gebruikt als
●Hoeksensoren voor:
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in een andere stand dan P staat.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
● Binnenste sensoren voor:
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in een andere stand dan P of R staat.
• De rijsnelheid is lager dan ongeveer 10 km/h.
● Hoeksensoren en binnenste sensoren achter:
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in stand R staat.
■ Weergave Toyota Parking Assist-sensor
Wanneer er een obstakel wordt gesignaleerd als de Toyota Parkin g Assist-
monitor in werking is, verschijnt er een waarschuwingsindicator rechts of links
boven in het scherm, zelfs als de weergave is uitgeschakeld.
Instellen van de Toyota Parking Assist-sensor (auto's met navi-
gatiesysteem of multimediasysteem)
1
2
3
4
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 365 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM
3664-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42753E_(EE)■
Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied ro nd de bum-
per van de auto.
● De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaci-
teit van de sensor om een obstakel correct te signaleren. Speci fieke situa-
ties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.
• Er zit vuil, sneeuw of ijs op de sensor. (Het reinigen van de sensoren zal
het probleem oplossen.)
• De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het pr obleem
oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het gebeuren dat er ten gevolge
van een bevroren sensor een abnormaal beeld te zien is op het d isplay of
dat obstakels niet worden gesignaleerd.
• De sensor is op een of andere manier afgedekt.
• De auto helt sterk over naar één zijde.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of
op gras.
• Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfiet smotoren,
luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultra sone
geluidsgolven produceren.
• Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omgeving.
• De sensor is bedekt met een laklaag of een overvloedige hoevee lheid
regenwater.
• De auto is uitgerust met een staafantenne of een draadloze ant enne.
• Er zijn sleepogen geplaatst.
• Als de bumper of sensor een sterke schok ondergaat.
• De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
• In fel zonlicht of zeer koud weer.
• Objecten direct onder de bumper worden niet waargenomen.
• Als het obstakel zich te dicht bij de sensor bevindt.
• Er zijn niet-originele Toyota-onderdelen voor de wielophanging (verla-
gingsset, enz.) gemonteerd.
• Mogelijk worden mensen die bep aalde soorten kleding dragen niet gesig-
naleerd.
Naast bovenstaande voorbeelden zijn er situaties waarin verkeer sborden
en andere objecten vanwege hun vorm door de sensor dichterbij worden
gezien dan ze in werkelijkheid zijn.
● De vorm van een obstakel kan ervoor zorgen dat een sensor het o bstakel
niet signaleert. Let goed op bij de volgende obstakels:
• Kabels, hekken, touwen, enz.
• Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorber en
• Zeer hoekige objecten
• Lage obstakels
• Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van uw auto
RAV4_OM_OM42753E_(EE).book Pa ge 366 Tuesday, August 23, 2016 3:44 PM