5586-3. Zelf uit te voeren onderhoud
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
■Bij het vervangen van velgen (auto's met bandenspanningswaarsch u-
wingssysteem)
De velgen van uw auto zijn uitgerust met bandenspanningssensore n en -zen-
ders voor het bandenspanningswaarschuwingssysteem, dat in een v roegtij-
dig stadium waarschuwt als de bandenspanning te laag wordt. Bij het
vervangen van velgen moeten er bandenspanningssensoren en -zend ers
worden geplaatst. ( →Blz. 544)
WAARSCHUWING
■Vervangen van velgen
● Gebruik alleen de in deze handleiding aanbevolen maat velgen en ban-
den. Een andere maat kan resulteren in een slechtere controle o ver de
auto.
● Gebruik nooit een binnenband bij een poreuze velg die ontworpen is voor
een tubeless band. Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een o ngeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
■ Plaatsen van wielmoeren
● Breng nooit olie of vet aan op de wielbouten of -moeren.
Door het gebruik van olie of vet worden de wielmoeren mogelijk te vast
aangedraaid waardoor de bouten of de velg beschadigd kunnen rak en.
Daarnaast kunnen de wielmoeren loslopen en de wielen losraken, wat kan
leiden tot een ongeval met ernstig letsel als gevolg. Verwijder olie of vet
van de wielbouten of wielmoeren.
■ Gebruik van beschadigde velgen niet toegestaan
Gebruik geen gescheurde of vervormde velgen.
Als u dat wel doet, kan er tijdens het rijden lucht uit de band ontsnappen,
waardoor een ongeval zou kunnen ontstaan.
● Plaats de wielmoeren met de schuine
kant naar het wiel toe. Als de wielmoe-
ren worden geplaatst met de schuine
kant van het wiel af, kan de velg scheu-
ren waardoor het wiel tijdens het rijden
kan losraken. Dit kan leiden tot een
ongeval, met ernstig letsel als gevolg.Ta p s
gedeelte
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 558 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
5596-3. Zelf uit te voeren onderhoud
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
6
Onderhoud en verzorging
OPMERKING
■Vervangen van bandenspanningssensoren en -zenders (auto's met
bandenspanningswaarschuwingssysteem)
● Omdat het repareren of vervangen van een band invloed kan hebbe n op
de bandenspanningssensoren en -zenders, adviseren we u deze wer k-
zaamheden uit te laten voeren door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en ui tgeruste
deskundige. Ga ook voor de aanschaf van bandenspanningssensoren en
-zenders naar een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Gebruik voor uw auto alleen originele Toyota-velgen.
Bij niet-originele velgen kan niet worden gegarandeerd dat de b anden-
spanningssensoren en -zenders goed werken.
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 559 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
5957-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
7
Bij problemen
(Knippert)
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje PCS
Wanneer het waarschuwingslampje knippert (en een zoe-
mer klinkt):
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem)
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer het waarschuwingslampje knippert (en er geen
zoemer klinkt):
Geeft aan dat het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) tijde-
lijk niet beschikbaar is, mogelijk als gevolg van een van de
onderstaande zaken:
• Een gedeelte rondom de radarsensor of de camerasen-
sor is vuil of bedekt door condens, ijs, stickers, enz.
→ Verwijder het vuil, de condens, het ijs, de stickers, enz.
(→Blz. 300)
• Er wordt niet aan de bedrijfscondities voor de radarsen-
sor of camerasensor (temperatuur, enz.) voldaan
→ Er kan in dit geval worden gereden. Het PCS (Pre-Crash
Safety-systeem) wordt ingeschakeld als er weer aan de
bedrijfscondities (temperat uur, enz.) wordt voldaan.
Wanneer het waarschuwingslampje brandt:
Het VSC (Vehicle Stability Control-systeem) of het PCS
(Pre-Crash Safety-systeem) is uitgeschakeld of beide sys-
temen zijn uitgeschakeld.
→Schakel om het PCS-systeem in te schakelen zowel het
VSC-systeem als het PCS-systeem in.
(→Blz. 310, 453)
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het VSC-systeem;
•De TRC; of
• De Hill Start Assist Control
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Het lampje gaat knipperen wanneer het ABS, VSC- of
TRC-systeem in werking is.
Waarschuwings-
lampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 595 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
5997-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
7
Bij problemen
■Detectiesensor voorpassagier, controlelampje veiligheidsgordel en
waarschuwingszoemer
● Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de dete ctiesensor
het controlelampje laten knipperen en de waarschuwingszoemer la ten klin-
ken, ook al zit er niemand op de passagiersstoel.
● Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■ Waarschuwingslampje (waarschuwin gszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de spanning van de 12V-accu laag is of tijdelijk daalt, kan het waarschu-
wingslampje van de elektrische stuurbekrachtiging gaan branden en kan er
een waarschuwingszoemer klinken.
■ Als het motorcontrolelampje ti jdens het rijden gaat branden
Bij sommige uitvoeringen gaat het motorcontrolelampje branden a ls de
brandstoftank geheel leeg gereden is. Vul de brandstoftank onmi ddellijk als
deze leeg is. Het motorcontrolelampje gaat na enkele ritten wee r uit.
Laat de auto zo snel mogelijk nakijken door een erkende Toyota- dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige als het motorcontrolelampje niet uit gaat.
■ Als het waarschuwingslampje lag e bandenspanning gaat branden
(indien aanwezig)
Controleer het uiterlijk van de band om na te gaan of de band n iet lek is.
Als de band lek is: →Blz. 610, 625
Als de band niet lek is:
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afge-
koeld.
● Controleer de bandenspanning en breng hem op het juiste niveau.
● Als het waarschuwingslampje zelfs na enkele minuten niet uitgaa t, contro-
leer dan of de bandenspanning in orde is en voer de initialisat ie uit.
( →Blz. 545)
Het waarschuwingslampje kan weer gaan branden wanneer bovenstaa nde
handelingen zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te laten
afkoelen.
■ Het waarschuwingslampje lage bandenspanning (indien aanwezig) g aat
mogelijk branden doo r een natuurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk brand en door
een natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsver lies dat op
den duur optreedt of een veranderde bandenspanning die veroorza akt wordt
door temperatuurveranderingen. In dat geval zal het waarschuwin gslampje
na een paar minuten uitgaan als de banden weer op de juiste spa nning
gebracht zijn.
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 599 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
6007-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)■
Als een wiel wordt vervangen d oor het reservewiel (auto's met b anden-
spanningswaarschuwingssysteem)
Auto's met compact reservewiel: Het compacte reservewiel is nie t voorzien
van een bandenspanningssensor en -zender. Bij een lekke band za l het
waarschuwingslampje lage bandenspanning niet uitgaan, ook al is het wiel
met de lekke band vervangen door het reservewiel. Vervang het reservewiel
door het wiel met de gerepareerde band en breng de band op de j uiste span-
ning. Het waarschuwingslampje lage bandenspanning zal na een pa ar minu-
ten uitgaan.
Auto's met volwaardig reservewiel: Ook het volwaardige reservewiel is voor-
zien van een bandenspanningssensor en -zender. Als de bandenspa nning
van het reservewiel te laag is, zal het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gaan branden. Bij een lekke band zal het waarschuwings lampje
lage bandenspanning niet uitgaan, ook al is het wiel met de lek ke band ver-
vangen door het reservewiel. Vervang het reservewiel door het w iel met de
gerepareerde band en breng de band op de juiste spanning. Het w aarschu-
wingslampje lage bandenspanning zal na een paar minuten uitgaan .
■ Omstandigheden waaronder het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet juist werkt (indien aanwezig)
→Blz. 547
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat
branden nadat het gedurende 1 minuut heeft geknipperd (indien aa nwe-
zig)
Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat branden
nadat het gedurende 1 minuut geknipperd heeft wanneer het contac t AAN
wordt gezet, laat het systeem dan controleren door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
■ Waarschuwingszoemer
In sommige gevallen is de zoemer niet hoorbaar door omgevingsge luiden of
geluid van het audiosysteem.
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 600 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
6217-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
7
Bij problemen
■Het compacte reservewiel (indien aanwezig)
●Op de band van het compacte reservewiel staat aan de zijkant de aandui-
ding TEMPORARY USE ONLY (alleen voor tijdelijk gebruik).
Gebruik het compacte reservewiel alleen tijdelijk en alleen in noodgevallen.
● Controleer de bandenspanning van het compacte reservewiel. ( →Blz. 673)
■ Bij gebruik van het compacte r eservewiel (auto's met bandenspan nings-
waarschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien van een bandenspannin gssensor
en -zender, waardoor een te lage bandenspanning hiervan niet wo rdt aange-
geven door het bandenspanningswaarschuwingssysteem. Verder zal, als u
het compacte reservewiel monteert nadat het waarschuwingslampje voor een
lage bandenspanning is gaan branden, dit lampje blijven branden .
■ Gebruik van het compacte reservewiel (indien aanwezig)
De auto ligt lager op de weg als het compacte reservewiel is ge monteerd dan
wanneer er gereden wordt met de standaardbanden.
■ Als uw auto een lekke voorband krijgt op een weg die bedekt is met
sneeuw of ijs (auto's met een compact reservewiel)
Vervang een van de achterwielen van de auto door het compacte r eserve-
wiel. Voer onderstaande stappen uit en monteer sneeuwkettingen op de voor-
wielen:
Vervang het wiel links of rechts achter door het compacte reser vewiel.
Vervang het wiel met de lekke voorband door het wiel dat van de achter-
zijde afkomstig is.
Monteer sneeuwkettingen op de voorwielen.
■ Kriksteunpunt
■ Opbergen van de krik Het merkteken dat het kriksteunpunt aan-
geeft, is aan de onderzijde van de auto
ingeslagen.
Plaats de krik in dezelfde richting als het
merkteken naast het opbergvak.
1
2
3
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 621 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
6237-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
7
Bij problemen
WAARSCHUWING
■Gebruik van het compacte reservewiel (indien aanwezig)
● Houd er rekening mee dat het compacte reservewiel speciaal ontw orpen
is voor gebruik onder uw auto. Gebruik uw reservewiel daarom ni et onder
een andere auto.
● Monteer niet gelijktijdig meer dan één compact reservewiel onde r uw auto.
● Vervang het reservewiel zo snel mogelijk door een wiel met een stan-
daardband.
● Vermijd plotseling accelereren, abrupte stuuracties, plotseling remmen en
schakelhandelingen die een plotselinge motorremwerking veroorza ken.
■ Gebruik van het compacte reservewiel (indien aanwezig)
Het kan voorkomen dat de rijsnelheid niet goed wordt weergegeve n en dat
de volgende systemen niet goed werken:
*: Indien aanwezig
■ Snelheidsbeperking bij gebruik van het compacte reservewiel (in dien
aanwezig)
Rijd niet harder dan 80 km/h als er een compact reservewiel ond er de auto
is gemonteerd.
Het compacte reservewiel is niet ontworpen voor gebruik bij hog e snelhe-
den. Het niet opvolgen van deze voorzorgsmaatregel kan leiden t ot een
ongeval en ernstig letsel.
■ Na gebruik van gereedschap en krik
Controleer voor het rijden of het gereedschap en de krik weer g oed zijn
opgeborgen en bevestigd. Dit om te voorkomen dat een van deze v oorwer-
pen bij een aanrijding of bij hard remmen letsel veroorzaakt.
• ABS en Brake Assist
•VSC
•TRC
•EPS
• Automatic High Beam-systeem
*
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)*
• LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)
*
• Dynamic Radar Cruise Control-systeem
*
• Cruise control*
• BSM (Blind Spot Monitor)*
• Toyota Parking Assist-sensor*
• Intelligent sonarsysteem*
• Simple Intelligent Parking Assist-
systeem
*
• Toyota Parking Assist Monitor*
• Navigatiesysteem*
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 623 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
6247-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
OPMERKING
■Rijd voorzichtig over oneffenheden in het wegdek heen als het c om-
pacte reservewiel onder de auto gemonteerd is. (indien aanwezig)
De auto ligt lager op de weg als het compacte reservewiel is ge monteerd
dan wanneer er gereden wordt met de standaardbanden. Wees voorz ichtig
bij het rijden over slechte wegen.
■ Rijden met sneeuwket tingen en het compacte reservewiel (indien aan-
wezig)
Monteer geen sneeuwketting op het compacte reservewiel.
De sneeuwketting kan de carrosserie beschadigen en het rijgedra g in nega-
tieve zin beïnvloeden.
■ Bij het vervangen van banden (auto's met bandenspanningswaarsch u-
wingssysteem)
Neem voor het verwijderen en plaatsen van wielen, banden of bandenspan-
ningssensoren en -zenders contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige omdat de bandenspanningssensoren en -zenders
beschadigd kunnen raken als er niet voorzichtig mee wordt omgeg aan.
■ Omgaan met de decoratieve kunststo fdelen (auto's met 17 inch ban-
den)
→ Blz. 512
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 624 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM