
5478-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
(Gaat branden geel)
(indien aanwezig)
Controlelampje snelheidsbegrenzerGeeft aan dat er een storing aanwezig is in het snelheidsbe-
grenzersysteem.
→Laat uw auto direct control eren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
(Gaat branden)
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• De VSC (Vehicle Stability Control);
• De TRC (Traction Control); of
• De Hill Start Assist Control
Het lampje gaat knipperen wanneer de VSC of TRC in werking
is. (
→Blz. 332)
→Laat uw auto direct control eren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje PCSWanneer het waarschuwingslampje knippert (en een zoemer
klinkt):
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-Crash
Safety-systeem)
→Laat uw auto direct control eren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer het waarschuwingslampje brandt:
Geeft aan dat het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) tijdelijk niet
beschikbaar is, mogelijk als gevolg van een van de onder-
staande zaken:
• Het deel van de voorruit rondom de sensor voor is vuil, besla- gen of bedekt door condens, ijs, stickers, e.d.
→Verwijder het vuil, de condens, het ijs, de stickers, e.d.
(
→Blz. 256)• De temperatuur van de sensor voor ligt buiten het werkings-
bereik
→Wacht een tijdje totdat het gebied rondom de sensor voor
voldoende is afgekoeld.
Het VSC (Vehicle Stability Control-systeem) of het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem) is uitgeschakeld of beide systemen zijn
uitgeschakeld.
→Schakel zowel het VSC-systeem als het PCS in om het
PCS in te schakelen. (
→Blz. 261, 333)
(Knippert)
(indien aanwezig)
Controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Stop & Start-
systeem (Het controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-sys-
teem gaat branden wanneer het systeem wordt uitgeschakeld:
→Blz. 288)
→Laat uw auto direct control eren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
AURIS Touring Sports_OM_Europe _OM12L13E.book Page 547 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5538-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
■Detectiesensor voorpassagier, con trolelampje veiligheidsgordel en waar-
schuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de detectiesensor
het controlelampje laten knipperen en de waarschuwingszoemer la ten klin-
ken, ook al zit er niemand op de passagiersstoel.
●Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■Als het motorcontrolelampje tijdens het rijden gaat branden
Bij sommige uitvoeringen gaat het motorcontrolelampje branden als de brand-
stoftank geheel leeg gereden is. Vul de brandstoftank onmiddell ijk als deze
leeg is. Het motorcontrolelampje gaat na enkele ritten weer uit .
Laat de auto zo snel mogelijk nakijken door een erkende Toyota- dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige als het motorcontrolelampje niet uit gaat.
■Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden (auto's
met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afge-
koeld.
●Controleer de bandenspanning en breng hem op het juiste niveau.
●Als het waarschuwingslampje na enkele minuten niet uitgaat, controleer dan
of de bandenspanning in orde is en voer de initialisatie uit.
Het waarschuwingslampje kan we er gaan branden wanneer bovenstaa nde han-
delingen zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te la ten afkoelen.
■Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk brand en
door een natuurlijke oorzaak (auto's met bandenspanningswaarsch u-
wingssysteem)
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk brand en door
een natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsver lies dat op den
duur optreedt of een veranderde bandenspanning die veroorzaakt wordt door
temperatuurveranderingen. In dat geval zal het waarschuwingslampje na een
paar minuten uitgaan als de banden weer op de juiste spanning g ebracht zijn.
■Als een wiel wordt vervangen door het reservewiel (auto's met banden-
spanningswaarschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien van een bandenspanningssensor
en -zender. Bij een lekke band zal het waarschuwingslampje lage banden-
spanning niet uitgaan, ook al is het wiel met de lekke band vervangen door het
reservewiel. Vervang het reservewiel door het wiel met de gerep areerde band
en breng de band op de juiste spanning. Het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning zal na een paar minuten uitgaan.
■Omstandigheden waaronder het b andenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet juist werkt (auto's met bandenspanningswaars chu-
wingssysteem)
→Blz. 494
AURIS Touring Sports_OM_Europe _OM12L13E.book Page 553 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5598-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
Neem de juiste maatregelen, zoals aangegeven in de weergegeven
melding.
Als een van de onderstaande meldingen wordt weergegeven, raadpl eeg
ook dan de handleiding.
■Als “Check charging system.” (Controleer laadsysteem) wordt
weergegeven
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het laadsysteem van de
auto.
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand en neem
contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparate ur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e.
■Als “Engine oil pressure low.” (Lage motoroliedruk.) wordt weer-
gegeven
Geeft aan dat de motoroliedruk te laag is.
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand en neem
contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparate ur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e.
■Wanneer “Headlight system malfunction. Visit your dealer.” (Sto-
ring in koplampsysteem. Ga naar uw dealer.) op het multi-infor-
matiedisplay wordt weergegeven (indien aanwezig)
Er is mogelijk een storing in de onderstaande systemen aanwezig .
Laat uw auto direct controleren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerd e en
uitgeruste deskundige.
●De LED-koplampen
●De automatische verticale koplampverstelling
●Automatic High Beam-systeem
■Als “Front sensor systems are temporarily unavailable due to
inappropriate temp. Wait a moment.” (Sensorsystemen voor zijn
tijdelijk niet beschikbaar als gevolg van een onjuiste tempera-
tuur. Wacht een ogenblik.) of “Front Camera Vision Blocked
Clean and Demist Windshield.” (Zicht camera voor belemmerd.
Reinig en ontwasem de voorruit.) wordt weergegeven (indien
aanwezig)
Andere meldingen die op het mu lti-informatiedisplay worden
weergegeven
AURIS Touring Sports_OM_Europe _OM12L13E.book Page 559 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5718-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
Draai iedere moer twee of drie
keer aan in de volgorde die in
de afbeelding is aangeven.
Aanhaalmoment:
103 Nm (10,5 kgm, 76 ft•lbf)
Berg het wiel met de lekke band, de krik en het gereedschap op.
■Het compacte reservewiel
●Op de band van het compacte reservewiel staat aan de zijkant de aandui-
ding TEMPORARY USE ONLY (alleen voor tijdelijk gebruik).
Gebruik het compacte reservewiel alleen tijdelijk en alleen in noodgevallen.
● Controleer de bandenspanning van het compacte reservewiel. ( →Blz. 630)
■ Bij gebruik van het compacte reservewiel
De auto ligt lager op de weg als het compacte reservewiel is ge monteerd dan
wanneer er gereden wordt met de standaardbanden.
■ Bij gebruik van het compacte r eservewiel (auto's met bandenspan nings-
waarschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien van een bandenspannin gssensor
en -zender, waardoor een te lage bandenspanning hiervan niet wo rdt aange-
geven door het bandenspanningswaarschuwingssysteem. Verder zal, als u
het compacte reservewiel monteert nadat het waarschuwingslampje voor een
lage bandenspanning is gaan branden, dit lampje blijven branden .
■ Als uw auto een lekke voorband krijgt op een weg die bedekt is met
sneeuw of ijs
Vervang een van de achterwielen van de auto door het compacte r eserve-
wiel. Voer onderstaande stappen uit en monteer sneeuwkettingen op de voor-
wielen:
Vervang het wiel links of rechts achter door het compacte reser vewiel.
Vervang het wiel met de lekke voorband door het wiel dat van de achter-
zijde afkomstig is.
Monteer sneeuwkettingen op de voorwielen.
4
5
1
2
3
AURIS Touring Sports_OM_Europe _OM12L13E.book Page 571 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5758-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
OPMERKING
■Rijd voorzichtig over oneffenheden in het wegdek heen als het c om-
pacte reservewiel onder de auto gemonteerd is.
De auto ligt lager op de weg als het compacte reservewiel is ge monteerd
dan wanneer er gereden wordt met de standaardbanden. Wees voorz ichtig
bij het rijden over slechte wegen.
■ Rijden met sneeuwkettingen en het compacte reservewiel
Monteer geen sneeuwketting op het compacte reservewiel.
De sneeuwketting kan de carrosserie beschadigen en het rijgedra g in nega-
tieve zin beïnvloeden.
■ Bij het vervangen van banden (auto's met bandenspanningswaarsch u-
wingssysteem)
Neem voor het verwijderen en plaatsen van wielen, banden of bandenspan-
ningssensoren en -zenders contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige omdat de bandenspanningssensoren en -zenders
beschadigd kunnen raken als er niet voorzichtig mee wordt omgeg aan.
■ Voorkomen van schade aan de band enspanningssensoren en -zenders
(auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Als een band is gerepareerd met bandenreparatievloeistof, werke n de ban-
denspanningssensor en -zender mogelijk niet goed. Neem wanneer ban-
denreparatievloeistof is gebruikt zo snel mogelijk contact op m et een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Vervang bij het vervangen van
de band de bandenspanningssensor en -zender. ( →Blz. 491)
AURIS Touring Sports_OM_Europe_OM12L13E.book Page 575 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5878-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
■Als de band te hard wordt opgepompt
Controleer of de bandenspanningsmeter de voorgeschreven spannin g aan-
geeft.
Zet de compressor weer aan als de spanning onder de voorgeschre ven
waarde ligt en vul de band tot de juiste spanning is bereikt.
■ Nadat een band is gerepareer d met de bandenreparatieset
● Vervang de bandenspanningssensor en -zender.
● Zelfs als de bandenspanning op het voorgeschreven niveau ligt, gaat moge-
lijk het waarschuwingslampje lage bandenspanning branden/knippe ren.
Druk op de knop om wat lucht te laten
ontsnappen.
1
2
AURIS Touring Sports_OM_Europe
_OM12L13E.book Page 587 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

5918-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
8
Bij problemen
OPMERKING
■Een noodreparatie uitvoeren
● Een band mag alleen met de bandenreparatieset worden gerepareer d
indien de beschadiging is veroorzaakt door perforatie van het l oopvlak
door een scherp voorwerp, zoals een spijker of een schroef.
Verwijder de spijker of de schroef niet uit de band. Door het verwijderen
van de spijker of de schroef kan het gat groter worden waardoor de band
niet meer tijdelijk gerepareerd kan worden.
● De reparatieset is niet waterbestendig. Zorg dat de bandenrepar atieset
niet in aanraking komt met water, bijvoorbeeld bij gebruik tijd ens regen.
● Zet de bandenreparatieset niet op een stoffige ondergrond, zoal s in het
zand of in de berm. Als de reparatieset stof e.d. opzuigt, kunn en er storin-
gen optreden.
● Houd de fles tijdens het gebruik niet ondersteboven, om schade aan de
compressor te voorkomen.
■ Voorzorgsmaatregelen voor de bandenreparatieset
● De reparatieset heeft als voeding 12V-gelijkstroom nodig. Sluit de repara-
tieset niet aan op andere voedingsbronnen.
● Als er benzinedruppels op de reparatieset terechtkomen, kan de set defect
raken. Zorg dat de set niet met benzine in aanraking kan komen.
● Berg de reparatieset op, zodat de set beschermd is tegen vuil en vocht.
● Berg de reparatieset op in de gereedschapshouder onder de afdek king
van de bagageruimtevloer, buiten bereik van kinderen.
● Demonteer de reparatieset niet en breng geen wijzigingen aan. S tel
onderdelen als de bandenspanningsmeter niet bloot aan schokken. Hier-
door kunnen storingen optreden.
■ Voorkomen van schade aan de band enspanningssensoren en -zenders
(auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Als een band is gerepareerd met bandenreparatievloeistof, werke n de ban-
denspanningssensor en -zender mogelijk niet goed. Neem wanneer ban-
denreparatievloeistof is gebruikt zo snel mogelijk contact op m et een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Vervang na het gebruik van ban-
denreparatievloeistof de bandenspanningssensor en -zender wanneer de
band wordt gerepareerd of vervangen. ( →Blz. 491)
AURIS Touring Sports_OM_Europe_OM12L13E.book Page 591 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM

6399-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
AURIS Touring Sports_EE (12L13E)
9
Voertuigspecificaties
■Automatische verlichting* (→ Blz. 235)
*: Indien aanwezig
■
Follow Me Home-systeem ( →Blz. 237)
■LDA (Lane Departure Alert)* (→ Blz. 271)
*: Indien aanwezig
■
RSA (Road Sign Assist)* ( → Blz. 280)
*: Indien aanwezig
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Gevoeligheid lichtsensorStandaard-2 - 2O—O
123
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Tijd die verstrijkt voordat
de koplampen automa-
tisch worden uitgescha-
keld
30 seconden
60 seconden
——O90 seconden
120 seconden
123
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Gevoeligheid
LDA-waarschuwingHoogStandaard—O—
123
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
RSA-systeemAanUit—O—
Meldingsmethode
snelheidsoverschrijding Alleen
weergaveWeergave
en zoemer
—O—
Uit
Meldingsmethoden
voor andere zaken dan
snelheidsoverschrijding Alleen
weergaveWeergave
en zoemer
—O—
Uit
Meldingsniveau
snelheidsoverschrijding 2 km/h
(1 mph)10 km/h (5 mph)—O—5 km/h (3 mph)
123
AURIS Touring Sports_OM_Europe _OM12L13E.book Page 639 Tuesday , November 1, 2016 10:28 AM