Neerklapbare achterbankDe Model S heeft een in delen neerklapbare
achterbank.
Opmerking: Als de Model S is uitgerust met de optionele executive zitplaatsen achterin,
kunnen deze niet naar voren worden geklapt.
Verwijder alle spullen van de achterbank en
van de vloer voordat u de achterbank
neerklapt. Het kan zijn dat de voorstoelen iets
naar voren geschoven moeten worden om de achterbank helemaal neer te kunnen klappen.
Druk op de vergrendeling aan de bovenkant
van de rugleuning en klap de rugleuning naar
voren toe neer.
Rugleuning achterbank opklappen
Zorg dat de veiligheidsgordels niet achter derugleuning blijven hangen als u de
achterstoelen omhoog klapt.
Duw de rugleuning omhoog tot in de
vergrendeling.
Trek de rugleuning even naar voren toe om te controleren of deze goed vastzit.Attentie: Controleer na het opklappen
altijd of de rugleuning goed vergrendeld
is. Wanneer u dit niet doet, vergroot u de kans op letsel.
Hoofdsteunen
De stoelen hebben ingebouwde hoofdsteunen
die niet versteld of verwijderd kunnen worden.
Stoelverwarming De voorstoelen zijn uitgerust met
thermostatisch geregelde stoelverwarming
met 3 standen (1 = laagste stand, 3 = hoogste
stand). Zie Climate control op pagina 111 voor
de bediening van de stoelverwarming.
Als de Model S is uitgerust met het optionele
Cold Weather-pakket, kunt u ook de
stoelverwarming van alle achterstoelen, de
verwarmde ruitenwissers en ruitensproeiers
bedienen door te tikken op Controls > Cold
Weather (zie Bediening op pagina 103).
Stoelhoezen
Gebruik geen stoelhoezen in de Model S. Deze
zouden bij een aanrijding de goede werking
van de zijairbags kunnen verstoren. Bovendien
kunnen hoezen de werking van het systeem
voor het detecteren van inzittenden verstoren,
indien aanwezig.
Voorstoelen en achterstoelen
18Model S Owner
Beperkingen
De optionele ingebouwde naar achteren
gerichte kinderzitjes van Tesla zijn
kinderbeveiligingssystemen die voldoen aan
de Europese R44.04-norm voor zitjes in gewichtsklasse II en III, voor 15 tot 36 kg. Deze
zitjes zijn alleen geschikt voor kinderen van 3
t/m 12 jaar met een lengte van 98 tot 135 cm.
Zorg er altijd voor dat een kind zijn hoofd niet
kan stoten en dat het comfortabel kan zitten
met de gordels op de juiste maat. Het bekken
van het kind moet stevig op zijn plaats
gehouden worden door het heupgedeelte van
de gordel. Volg alle aanwijzingen en plaats
nooit een extra zitje of zitverhoging op deze stoelen.
Opmerking: Als een kind in het ingebouwde,
tegen de rijrichting in geplaatste kinderzitje
van Tesla zit, wordt aanbevolen de climate
control buitenlucht te laten aanzuigen in de
Model S, in plaats van de lucht in de auto te laten recirculeren. Zo wordt er meer lucht naar
achteren gevoerd. Zie Climate control instellen
op pagina 112.
Openen
1. Verwijder de afdekplaat in de vloer van de bagageruimte en trek aan de lus om de
opklapbank omhoog te trekken.2. Klap de bank op zijn plaats.
3. Maak de riem in het midden los.
4. Trek aan de hendel om de hoofdsteunen uit te klappen en trek de hoofdsteunendan naar u toe.
Ingebouwde naar achteren gerichte kinderzitjes van Tesla
28Model S Owner
Zorg er altijd voor dat een kind zijn hoofd niet
kan stoten en dat het comfortabel kan zitten
met de gordels op de juiste maat. Het bekken
van het kind moet stevig op zijn plaats
gehouden worden door het heupgedeelte van
de gordel. Volg alle aanwijzingen en plaats
nooit een extra zitje of zitverhoging op deze stoelen.
Opmerking: Als een kind in het ingebouwde, tegen de rijrichting in geplaatste kinderzitje
van Tesla zit, wordt aanbevolen de climate
control buitenlucht te laten aanzuigen in de
Model S, in plaats van de lucht in de auto te laten recirculeren. Zo wordt er meer lucht naar
achteren gevoerd. Zie Climate control instellen
op pagina 112.
1. Plaats het kind op de bank en steek de armen achter de gordels door.
2. Leg de gespen van de beide gordels op elkaar.
3. Steek de gespen in de sluiting en controleer of de riem goed vastzit.
4. Stel de schoudergordels zo af dat ze over
de bovenkant van de schouders lopen enniet in het gezicht kunnen komen.
5. Pas de lengte van de heupgordels aan zodat deze op het bekken en niet op de
buik van het kind rusten. Het bekken van
het kind moet stevig op zijn plaats
gehouden worden.
6. Trek de onderste riemen strak tot het kind stevig in het zitje vastzit.
7. Verschuif de schoudergeleiders zodanig dat ze het bovenste gedeelte van de
gordels in het midden boven de schouders
van het kind houden.
Maak de riem los door de knop op de
gordelsluiting in te drukken en de beide
gespen los van elkaar te nemen.
Ingebouwde naar achteren gerichte kinderzitjes van Tesla
30Model S Owner
7. Let op belangrijke berichten die hier worden weergegeven. Als er waarschuwingen zijn, kunt uaanvullende informatie opvragen door het pictogram (uitroepteken) op de statusbalk aan de
bovenzijde van het touchscreen aan te raken.
8. Gebruik de rechterknoppen op het stuur om te wijzigen wat er rechts op het instrumentenpaneel wordt weergegeven op het moment dat geen telefoongesprek actief is
(zie Toetsen rechts op het stuur gebruiken op pagina 39).
9. Beschikbare, geschatte actieradius (of energie). In plaats van de rijafstand kan hier ook de resterende hoeveelheid energie van de batterij worden weergegeven. Tik daartoe op
Controls > Settings > Language & Units > Energy & Charging (zie Instellingen op pagina 107).
Opmerking: Gebruik de geschatte actieradius alleen als een algemene richtlijn om uit te vinden wanneer u de Model S moet opladen.
Opmerking: Bij koud weer is bepaalde energie in de batterij mogelijk niet beschikbaar tijdens
de rit omdat de batterij te koud is. Wanneer dit gebeurt, is een deel van de batterijmeter
blauw en verschijnt er een sneeuwvlokje naast de rijafstand. Als de Model S is aangesloten,
kunt u uw batterij opwarmen via de netvoeding door Climate control in te schakelen met de
mobiele app. Wanneer de batterij opgewarmd is, worden het blauwe deel van de meter en het
sneeuwvlokje niet meer weergegeven.
10. De maximumsnelheid (indien beschikbaar) die momenteel wordt gedetecteerd door Snelheidslimietherkenning (zie Snelheidslimietherkenning op pagina 96).
11. De auto voor u (indien van toepassing).
12. Let goed op belangrijke mededelingen over het rijden die in het midden onder op het instrumentenpaneel worden weergegeven.
13. Uw Model S.
14. Wanneer Autosteer actief is, wordt de rijstrook blauw gemarkeerd (zie Autosteer op pagina
78).
15. Huidige versnelling: Park, Reverse, Neutral of Drive.
Instrumentenpaneel
50Model S Owner
5. BedieningDit pictogram geeft toegang tot de bediening en instellingen van de Model S (portieren,sloten, verlichting enz.)
6. Climate control (zie Climate control op pagina 111).
7. Volumeregeling
Tik op het pijltje omhoog of het pijltje omlaag om het volume van de luidsprekers te regelen.U kunt dit ook met behulp van het scrollwieltje aan de linkerzijde op het stuur doen.
8. Positie van twee weergegeven apps wisselen.Attentie: De bestuurder moet altijd de hoogste prioriteit geven aan de weg- en
verkeersomstandigheden. Om de veiligheid van de inzittenden en die van andere weggebruikers te garanderen, mag u het touchscreen alleen gebruiken wanneer de weg- enverkeersomstandigheden dit toelaten.
Overzicht touchscreen
102Model S Owner
Overzicht Climate controlDe bediening van climate control wordt permanent weergegeven aan de onderzijde van het
touchscreen. Standaard staat climate control altijd op Auto; dat zorgt voor een optimaal comfort
onder alle normale omstandigheden. Als u de temperatuur aanpast, past het systeem automatisch
de temperatuur, de airconditioning, de luchtverdeling en -circulatie en de aanjagersnelheid aan om
de ingestelde temperatuur te bereiken en aan te houden. Tik op Auto om deze instellingen te
overrulen (zie Climate control instellen op pagina 112).
De aanjager, de verwarming en de airconditioning worden alle door de batterij gevoed. Dat betekent dat langdurig gebruik van deze systemen de actieradius kan verminderen.
Opmerking: De onderstaande afbeelding is uitsluitend bedoeld ter verduidelijking. Afhankelijk van de voertuigopties, de softwareversie, het land van bestemming en de instellingen kan de
informatie op het touchscreen enigszins afwijken.
1. De voorstoelen zijn uitgerust met thermostatisch geregelde stoelverwarming met 3 standen (1
= laagste stand, 3 = hoogste stand).
Als de verwarming is ingeschakeld, branden de controlelampjes rood en wordt de stand van
de verwarming aangegeven.
Opmerking: Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket, kunt u ook de stoelverwarming van de achterstoelen, de verwarmde ruitenwissers en het verwarmde stuur
bedienen door te tikken op Controls > Cold Weather (zie Bediening op pagina 103). Als de
auto uitgerust is met de optionele executive zitplaatsen op de achterbank, kunt u de
verwarming van de zitting en de rugleuning van elke passagiersstoel op de tweede rij
afzonderlijk regelen.
2. Tik op de pijl omhoog of pijl omlaag om de temperatuur in het interieur in te stellen. Tik op SYNC TEMP in de pop-up die verschijnt als u op het pijltje tikt. Op deze manier kunt u detemperatuur voor bestuurder en passagier tegelijkertijd instellen.
3. Automatische/handmatige climate control (zie Climate control instellen op pagina 112).
4. De voorruitverwarming leidt een luchtstroom naar de voorruit. Tik eenmaal om in te schakelen, een tweede keer om de verwarming en ventilator op de maximale stand te laten
werken en een derde keer om de luchtverdeling, verwarming en ventilator terug te zetten op
de vorige instellingen.
5. Zet de climate control aan/uit.
6. De achterruitverwarming werkt gedurende 15 minuten en wordt dan automatisch uitgeschakeld. Ook de buitenspiegels zijn verwarmd.
Opmerking: Afhankelijk van de bouwdatum en de gekozen opties bij de aankoop van de auto,
is de auto al dan niet uitgerust met verwarmde buitenspiegels.
Attentie: Om verbranding bij langdurig gebruik te voorkomen, moeten personen met
aandoeningen aan het zenuwstelsel en mensen met beperkt vermogen om pijn te voelen vanwege diabetes, leeftijd, neurologische problemen enz. extra voorzichtig zijn bij het gebruik
van de climate control en de stoelverwarming.
Climate control
Touchscreen gebruiken111
Climate control instellen
Het systeem zorgt volledig automatisch voor een optimaal comfort onder alle normale
omstandigheden. U hoeft alleen de gewenste temperatuur in te stellen, en het systeem past
automatisch de airconditioning, de luchtcirculatie, de luchtverdeling en de aanjagersnelheid aan
om uw geselecteerde temperatuur te bereiken en aan te houden.
Tik op AUTO om de automatische instelling uit te schakelen en de individuele instellingen aan te
passen. Tik vervolgens op de instelling die u wilt veranderen. Wanneer u een instelling wijzigt,
verandert het pictogram AUTO van blauw in grijs en wordt RESET AUTO weergegeven. Tik op RESET AUTO om alle instellingen op het scherm weer te veranderen in hun standaardwaarden. U
kunt ook tikken op AUTO in combinatie met een individuele instelling om deze weer te veranderen
in zijn standaardwaarde.
1. Tik op RESET AUTO om alle instellingen weer te veranderen in hun standaardwaarden.
2. Tik op A/C ON of A/C OFF om de airconditioning aan of uit te zetten. Als u de airconditioning uitschakelt, neemt het koelen af, maar bespaart u energie.
Omdat de Model S veel stiller is dan een auto met een gewone verbrandingsmotor, kan het
zijn dat u de compressor hoort werken. Verlaag de aanjagersnelheid of om het geluid te
beperken.
Climate control
112Model S Owner
Ventilatie
De buitenlucht wordt aangezogen in de
Model S via een rooster onder de voorruit.
Houd dit rooster vrij van bladeren, sneeuw e.d.
Richt de ventilatieroosters omhoog, omlaag,
naar links of naar rechts om de luchtstroom in
de Model S te regelen.
Opmerking: De buitenste ventilatieroosters
kunnen ook op de zijruiten gericht worden om
deze te ontwasemen.
Interieurfilter
De Model S heeft een interieurfilter dat stof,
roet, pollen en andere deeltjes opvangt. Tesla
vervangt dit
filter tijdens de geplande
onderhoudsbeurten elke 12 maanden, of elke
20.000 km.
Cabin Overheat Protection De climate control kan de temperatuur in het
interieur verlagen bij extreem hoge
omgevingstemperaturen gedurende twaalf uur
nadat u uit de Model S stapt. Wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt de
airconditioning ingeschakeld als de
temperatuur in het interieur hoger is dan 40