3
Partner2VP_nl_Chap00a_Sommaire_ed02-2016
Auto met linkse
besturing.
Auto met rechtse
besturing.
TECHNOLOGIE
aan BOORD
10.
203-282
ACCESSOIRES
6
.
148-152
ONDERHOUD
7
.
153-169 SNEL
WEER OP WEG
8.
170-192
7 inch touchscreen 203
Peugeot Connect
Sound
265trekken van
een aanhanger
148trekhaak met afneembare zwanenhals
150o
verige accessoires
152
Motorkap openen
154
Benzinemotor
155
Dieselmotor
156
Niveaus
157
Controles
159
Brandstof
161
Brandstoftoevoer uitgeschakeld
163
Handopvoerpomp
diesel
1
63
BlueHDi en AdBlue
® 164 Accu 170
Bandenreparatieset
172
Wiel verwisselen
173
Afneembaar
sneeuwscherm 179
Sneeuwkettingen
180
Lampen vervangen
181
Zekeringen
187
Wisserbladen
vervangen 191
Slepen van de auto
192
TECHNISCHE
GEGEVENS
9.
193-201
Afmetingen 193
Motoren 197g
ewichten 197
Identificatiegegevens
201In de rubriek "
t
echnologie
aan boord" maakt u kennis
met de nieuwe radio- en
navigatiesystemen.
WIP
(World In
Peugeot) is de nieuwe
overkoepelende naam
voor alle nieuwe radio-/
navigatiesystemen. In
Nederland zal deze naam
echter niet gevoerd worden.
Inhoud
INHouD
5
Partner2VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed02-2016
ExTERIEUR
Afstandsbediening 18-19
Batterij vervangen,
synchroniseren
19
Sleutel
18
Starten
55
Hill
Start Assist
56
Centrale vergrendeling
18, 27
Brandstoftankdop,
brandstoftank
161-162
o
nderbreking brandstoftoevoer,
handopvoerpomp diesel
163
AdBlue®, bijvullen 38-39, 164-169
Ruitenwisserbladen
191
Buitenspiegels
110
Zijknipperlicht 184
Active City Brake
122-125
Koplampen, mistlampen,
richtingaanwijzers 58-60, 181-184
Koplampverstelling 60
Lampen vóór vervangen
181-184
Sneeuwscherm
179
V
oorportieren
21
Schuifdeuren
22-23
Sleutel
18
Motorkapontgrendeling
154
Kinderbeveiliging
147
Slepen, takelen
192trekken van een aanhanger
,
zwanehalstrekhaak
148-151
Parkeerhulp
115-116
Achteruitrijcamera
1
17
Dakklep
26
Noodbediening
23
Reservewiel, krik,
wiel verwisselen,
gereedschap
173-178
Bandenreparatieset
172
Bandenspanning
201
Zenith-dak
97-98, 101
Dakstangen
102Achterlichten, richtingaanwijzers 58-59
Derde remlicht
186
Lampen achter
vervangen
181-182, 185-186
Achterdeuren, achterklep
23-25
Accessoires
152
Afmetingen
193-196
Remmen, remblokken 114, 157, 159
Noodstop
118
ABS,
e
BD
1
18
ASR,
e
SC
1
19
"
g
rip control"
120-121
Active City Brake
122-125
Banden, spanning
201
Sneeuwkettingen
180
Bandenspanningscontrolesysteem 41-42
Bandenspanningscontrolesysteem met reinitialisatie
43-46
Kentekenplaatverlichting
186
1
oVeRZICHt
Lokalisatie
12
Partner2VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed02-2016
TECHNISCHE GEGEVENS - ONDERHOUD
Identificatie, serienummer, kleurcode lak,
bandenspanning
201
Niveau ruitensproeiervloeistof
158
Lampen vervangen,
verlichting
181-186 Controles
159-160
-
accu,
-
remblokken,
-
remtrommels, remschijven,
-
handrem,
-
koolstoffilter/interieurfilter
,
-
oliefilter
,
-
roetfilter
,
-
versnellingsbak.e
missieregelsysteem 41
Zekeringen motorruimte
187, 190
Motorkapontgrendeling, motorkapsteun
154 Niveaus
157-158
-
oliepeilstok,
-
remvloeistof,
-
koelvloeistof,
-
stuurbekrachtigingsvloeistof,
-
brandstofadditief.
Brandstoffilter aftappen 160
V erklikkerlampjes 32-39
o
nder de motorkap
-
diesel
156
-
benzine
155o
nderbreking brandstoftoevoer,
ontluchten brandstofsysteem
(diesel)
163
AdBlue
® 164-169
Afmetingen
193-196
Motoren/gewichten
(benzine)
197-198
Motoren/gewichten (diesel)
197, 199-200
Lokalisatie
17
Partner2VP_nl_Chap02_eco-conduite_ed02-2016
Beperk de oorzaken van een
hoger brandstofverbruik
Verdeel het gewicht evenwichtig
over de auto: plaats de zwaarste
voorwerpen in de bagageruimte, zo
dicht mogelijk bij de achterbank.
Beperk de belading en de
luchtweerstand (dakdragers,
imperiaal, fietsendrager, aanhanger,
enz.) van uw auto. g ebruik liever een
dakkoffer.
Verwijder na gebruik de dakdragers
en het imperiaal.
Vervang na de winter zo snel mogelijk
de winterbanden door zomerbanden.
Houd u aan de
onderhoudsvoorschriften
Controleer regelmatig de
bandenspanning (bij koude banden),
houd u daarbij aan de bandenspanning
die staat vermeld op de sticker op de
portiersponning aan bestuurderszijde.
Controleer de bandenspanning met
name:
-
voor een lange rit,
-
bij de wisseling van de seizoenen,
-
als de auto gedurende langere tijd
niet is gebruikt.
V
ergeet niet de bandenspanning van
het reservewiel en van de wielen
van de aanhanger of de caravan te
controleren.
Laat uw auto regelmatig onderhouden
(olie verversen, oliefilter, luchtfilter
en interieurfilter vervangen, enz.) en
houd u daarbij aan het aan uw situatie
aangepaste onderhoudsschema van
de fabrikant.
u
itvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor: bij een storing in het SCR-
systeem stoot de auto schadelijke
stoffen uit.
g a zo spoedig mogelijk
naar het P
eugeot
-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om de
uitstoot van stikstofoxiden terug
te brengen tot onder de wettelijke
normen. Laat bij het tanken het vulpistool
niet meer dan drie keer afslaan; zo
voorkomt u dat brandstof uit de tank
stroomt.
u
zult bij een nieuwe auto merken
dat pas na 3000
km het gemiddelde
brandstofverbruik zich stabiliseert.
2
eCo-RIJDeN
Auto & Milieu
+
38
Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016
AdBlue®
Zie in rubriek 7 het gedeelte "AdBlue®" voor meer informatie over het bijvullen.
WaarschuwingenInformatieOplossing - actie
1e waarschuwingsniveau
Bij het aanzetten van het contact klinkt een
geluidssignaal.
De tijdelijke waarschuwingen worden altijd weergegeven
bij het aanzetten van het contact en tijdens het rijden.
De afnemende actieradius wordt weergegeven, van
2400
km (1500 mijl) tot 600 km (350 mijl).
De actieradius wordt elke 300
km (200 mijl) bijgewerkt.
De actieradius van de resterende AdBlue® in het
reservoir bedraagt minder dan 2400
km (1500 mijl).
Vul de benodigde hoeveelheid AdBlue
® bij met een
bidon of meerdere flacons.
2
e waarschuwingsniveau
Bij het aanzetten van het contact klinkt een
geluidssignaal.
De tijdelijke waarschuwingen (elke 30
seconden)
worden altijd weergegeven bij het aanzetten van
het contact en tijdens het rijden.
De actieradius wordt weergegeven, van 600
km
(350
mijl) tot 0 km, en wordt vervolgens elke 50 km
(30
mijl) bijgewerkt. Vul zo snel mogelijk AdBlue
® bij en wacht niet tot
de motor niet meer kan worden gestart.
o
p het display.
tijdelijk
weergave van: "NO START IN".
o
p het
touchscreen. Selecteer:
-
"Rijhulpsysteem".
-
"Diagnose". De actieradius wordt weergegeven.
3
e waarschuwingsniveau
Het AdBlue®-reservoir is leeg. De motor kan niet meer worden gestart.
Vul minimaal 3,8
liter AdBlue® bij.
Cockpit
+ +
39
Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016
SCR-emissieregelsysteem
WaarschuwingenInformatieOplossing - actie
Als de verklikkerlampjes u R e A, Service en
Zelfdiagnose motor gaan branden, is er een storing
gedetecteerd in het SCR-emissieregelsysteem. Als het een tijdelijke storing betreft, verdwijnt
deze waarschuwing weer zodra de uitstoot van
schadelijke stoffen weer aan de norm voldoet.
Na 50
km (30 mijl) zonder AdBlue
®
Bevestiging van de storing die niet te maken heeft
met een te laag vloeistofniveau. De actieradius bedraagt 1100
km (700 mijl).
Neem zo snel mogelijk contact op met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om te voorkomen dat de motor niet
meer gestart kan worden.
De storing is bevestigd.
De volgende keer dat het contact wordt aangezet,
wordt de toegestane actieradius weergegeven in
kilometers (mijlen). De waarschuwing wordt elke
30
seconden herhaald.
De toegestane actieradius is overschreden; de
uitstoot van schadelijke stoffen is groter dan
toegestaan.
De motor kan niet meer worden gestart. Neem om de motor weer te kunnen starten
verplicht contact op met het P
eugeot
-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
- BlueHDi-dieselmotor
VOORDAT u GAAT RIJDEN
3
Cockpit
47
Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016Partner2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016
ONDERHOUDSINDICATOR
De onderhoudsindicator informeert de bestuurder
over de afstand tot de volgende onderhoudscontrole,
afhankelijk van het gebruik van de auto.
De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole is meer dan 1000 km
Voorbeeld: de afstand tot de
eerstvolgende onderhoudscontrole
bedraagt 4800
km. Als het contact wordt
aangezet geeft het display gedurende
enkele seconden het volgende aan:
e
nkele seconden na het aanzetten
van het contact geeft de teller eerst het
oliepeil (afhankelijk van de uitvoering)
en vervolgens weer de normale
kilometerstand en de stand van de
dagteller aan.
De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole is minder dan 1000 km
elke keer dat het contact wordt aangezet
knippert de sleutel en de resterende
kilometers worden aangegeven:
e
nkele seconden na het aanzetten van
het contact, wordt het oliepeil aangegeven
(afhankelijk van de uitvoering), geeft
de teller vervolgens weer de normale
kilometerstand en de stand van de
dagteller aan en blijft de sleutel branden.
Dit om aan te geven dat er binnenkort
onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd
moeten worden.
De afstand tot de eerstvolgende onderhoudscontrole is overschreden
Werking
Als het contact wordt aangezet,
gaat gedurende enkele seconden
het sleutelsymbool branden. De
kilometerteller geeft de resterende
kilometers (afgerond) tot de
eerstvolgende onderhoudscontrole
aan.
Het onderhoudsinterval wordt
berekend vanaf de laatste nulstelling
van de onderhoudsindicator op basis
van twee parameters:
-
het aantal afgelegde kilometers,
-
de verstreken tijd sinds de laatste
onderhoudscontrole. Afhankelijk van de
gebruiksgewoonten van de
bestuurder kan de factor tijd
worden meegewogen bij de nog af
te leggen kilometers. Bij draaiende motor blijft de sleutel
branden totdat de onderhoudscontrole
is uitgevoerd.
Bij de uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor brandt in dit geval, als het
contact aan staat, het verklikkerlampje
Service permanent.
e lke keer als het contact
wordt aangezet, gaat de
sleutel gedurende enkele
seconden knipperen en geeft
de teller het aantal kilometers
aan dat er te veel gereden is.
Bij de uitvoeringen met een
BlueHDi-dieselmotor kan de
sleutel ook eerder gaan branden,
afhankelijk van de mate van vervuiling
van de motorolie. De vervuiling van
de motorolie is afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden van de auto.
VooRDAt u gAAt RIJDeN
3
Cockpit
156
Partner2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016Partner2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016
DIESELMOTOR
4. Reservoir rem- en
koppelingsvloeistof.
5.
Luchtfilter
.
6.
o liepeilstok.
7.
Motorolie (bij) vullen. 8.
Reservoir
stuurbekrachtigingsvloeistof.
9.
Handopvoerpomp
(behalve BlueHDi-motor).
1.
Reservoir ruitensproeiervloeistof
vóór
.
2.
Zekeringkast.
3.
Reservoir koelvloeistof. Accu-aansluitingen:
+
Metalen positieve aansluiting.
-
Metalen negatieve aansluiting
(massa).
Let goed op bij alle werkzaamheden onder de motorkap.
onder de motorkap